3 minute read

DE FAVORIET VAN DE MUSEUMDIRECTEUR

ERROL VAN DE WERDT, DIRECTEUR TEXTIELMUSEUM TILBURG

Tekst Jolanda van der Ploeg Fotografie Maarten Albrecht

Advertisement

Een onheilspellend dubbelportret door Carel Willink

‘Dit dubbelportret is een iconisch werk in onze collectie. Niet alleen omdat Carel Willink een van de belangrijkste

Nederlandse schilders van de 20ste eeuw is, het heeft ook een heel duidelijke relatie met de textielgeschiedenis van Tilburg. Je ziet vader en zoon Ferdinand en Gijsbert van den Bergh, de directeuren van de

AaBe-fabrieken. Tussen de twee heren kun je goed het fabriekscomplex zien, inclusief de karakteristieke schoorsteen.

Het bedrijf werd in 1929 opgericht en was in Tilburg de grootste werkgever binnen de textielindustrie, met een tijdlang meer dan 1250 werknemers.

Het was een modern fabriekscomplex, met al elektrisch aangedreven machines in plaats van stoommachines. De twee textielbaronnen stonden bekend als sociaal bewogen, zij boden hun werknemers allerlei faciliteiten aan: van gymnastiekzalen en collectieve visvijvers tot medische voorzieningen en veel kunst in het fabriekscomplex. Het werk is in 1954 gemaakt, ter gelegenheid van de 75ste verjaardag van de vader en het 25-jarige jubileum van AaBe. Het geld daarvoor is ingezameld door het personeel, zo ging dat. Het ging toen al minder met de textielfabrieken. De concurrentie van de lagelonenlanden was moordend. Willink staat bekend om zijn precieze stijl en om zijn apocalyptische schilderijen, met monumentale, architectonische decors en onheilspellende luchten op de achtergrond. Het schilderij illustreert voor mij de vooravond van wat de textielindustrie verder te wachten stond. En in mijn beleving luidt Willink dat onheil op een perfecte manier in. Hij werd door sommigen dan ook beschouwd als een ziener. Is het een onderbewuste keuze geweest om Willink hiervoor te vragen of niet? Fascinerend om daarover na te denken. Ik denk niet dat ze de keuze voor zo’n buitengewoon kostbaar werk helemaal aan het personeel hebben overgelaten. Ze waren bekend met zijn magischrealistische stijl. Als je kiest voor Willink, dan weet je wat je krijgt.”

PERSOONLIJKE NOOT “Het schilderij is lang in bezit van de familie gebleven. In 1986 is het in bruikleen gegegeven, bij de openstelling van de nieuwe vleugel van het TextielMuseum. Op een gegeven moment besloot de familie het van de hand te doen. Er werd letterlijk gezegd dat het een ‘nogal groot en streng schilderij is, niet iets om jaren achtereen in de woonkamer te hebben’. Met hulp van de Vereniging Rembrandt, de Mondriaan Stichting en het VSB-fonds is het schilderij in 2005 voor het TextielMuseum verworven. Er zit ook een persoonlijke noot aan dit verhaal. Toen ik in Leiden museologie ging studeren kreeg ik van mijn ouders een tafel, een stoel, een bed en een deken. Een soort basisoverlevingspakket voor een jongen van achttien die in een vreemde stad ging studeren. Dat was een AaBe-deken. En dan kom ik na verschillende banen hier terecht: in een gebouw waar die dekens zijn gemaakt. Voor mij is zo de cirkel rond. Ik heb hem nog steeds, al gebruik ik hem niet meer. Het is zware scheerwol, dat kriebelt van hier tot Tokio, maar buitengewoon warm en duurzaam. AaBe-dekens zijn ook verzamelobjecten, je komt ze vaak tegen in designwinkeltjes. Met de karakteristieke lijn- en blokpatronen en de vele kleuren, die je herkent van woonbladen uit de jaren vijftig. En natuurlijk het bekende logo met het sleetje waar de dekens op liggen die naar Lapland worden getransporteerd. Ik had ook kunnen kiezen voor de

stoommachine uit onze collectie, die veel te danken heeft aan vernieuwingen die werden doorgevoerd in de textielindustrie waarbij de stoommachine tot een industriële revolutie heeft geleid. Of ons jacquardweefgetouw, dat werkt met ponskaarten met gaten voor de gegevensverwerking, het prototype van de latere geautomatiseerde informatieverwerking, de voorloper van onze computer. Maar in dit schilderij zitten zoveel verhalen en informatielagen: het verhaal over de industrie, de textielbaronnen van Tilburg en de apocalyptische zienswijze van Carel Willink.” •

Dubbelportret van de heren Van den Bergh, 1954, door Carel Willink. ERROL VAN DE WERDT

Geboren 1957, Heerlen Opleiding museologie in Leiden; kunstgeschiedenis en archeologie aan de Vrije Universiteit Amsterdam; hoger management voor non-profitorganisaties in Zwolle. Loopbaan directeur Stedelijk Museum Kampen; hoofd collectie en onderzoek Centraal Museum Utrecht; directeur TextielMuseum sinds 2012 en directeur Stichting Mommerskwartier sinds 2015 (waaronder o.a. ook Regionaal Archief Tilburg en Stadsmuseum Tilburg vallen) . Expositie Koninklijk borduren – verhalen en vakmanschap, t/m 29 mei 2023. Het TextielLab toont een hedendaagse interpretatie van de historische Chinese gordijnen op Huis ten Bosch, die na de tentoonstelling in het woonpaleis komen te hangen. Ook de originele gordijnen zijn te zien. Privé woont in Utrecht met vriendin en twee zonen van zes en negen.

This article is from: