3 minute read

Column Rutger Castricum: Nu even niet

Next Article
Places to Be

Places to Be

COLUMN RUTGER CASTRICUM

NU EVEN niet!

Dit nummer van LEVEN! Magazine staat in het teken van gastvrijheid. Mooi thema. Echt Nederlands. Want in ons land staat de koffie altijd klaar. Het is een uitdrukking voor: ‘hier is iedereen welkom.’ We maken het liefst een grote pot met heel veel waterige koffie voor het geval ineens iemand op visite komt. Het is een beeld dat nogal achterhaald is, vrees ik. Want hoe gastvrij zijn wij Nederlanders eigenlijk nog? We willen het misschien wel, maar kúnnen we het nog? Als we zeggen ‘altijd welkom’ dan zeggen we van binnen ook: ‘Maar het moet wel uitkomen’. Ieder huishouden staat vandaag de dag onder druk van de agenda. Twee schuimbekkende volwassenen die door het huis rennen en vliegen om de ‘to-do-list’ af te werken. En ook kinderen racen al van jongs af aan van verplichting naar verplichting. Het is zeven dagen van de week een race tegen de klok. Mocht er dan een moment van rust zijn, dan wil je ook even rust. En dan moet dat rustmomentje niet verstoord worden door een spontaan bezoekje van een buur of een goede vriend. Sorry hoor, denk je dan, je bent altijd welkom maar nu even niet. En toch zeg je: Wil je koffie? Waarop je gast vraagt: Heb je het staan dan? Nee dat niet, ik moet het maken. Nou laat maar hoor, ik hou het kort. Je haalt opgelucht adem en gaat vooral niet zitten. Want zitten is plakken. Zo drentel je een beetje door de woonkamer en ruimt wat spullen op of roert eens in een pan. Je gast aanschouwt het tafereel en samen draai je een oppervlakkig gesprekje af. Zeg, ik moet weer eens gaan. Ja, goed, ik moet ook weer door. Laten we snel eens wat afspreken. Want je weet het: Je bent hier altijd welkom. In onze onophoudelijke drift om vinkjes af te werken en verplichtingen na te komen, zijn begrippen als spontaan en sociaal behoorlijk in de verdrukking geraakt. En dat heeft zo zijn weerslag op onze gastvrijheid. In de kern zijn we heus nog wel gastvrij, maar we moeten er tegenwoordig toe gedwongen worden. In Politiek Den Haag maken ze er nu zelfs wetgeving op. De dwangwet verplicht ons om gastvrij te zijn voor asielzoekers. Want in de totale paniek sluit iedere gemeente zijn deuren. Nergens was er ruimte voor opvang. En dat terwijl de Nederlander diep van binnen juist gastvrij is. Neem nou Luttelgeest, waar het oudste asielzoekerscentrum van Nederland al decennialang een succes is. De asielzoekers staan gezellig op buurt-BBQ’s, voetballen bij dezelfde club en drinken waterige koffie bij de oudjes om ze niet te laten vereenzamen. Het is, kortom, hét bewijs, dat gastvrijheid nog altijd diepgeworteld in ons zit, maar omdat alle kabinetten onder Rutte hebben geweigerd om consistent asielbeleid te maken, worden we keer op keer overvallen door nieuwe asielzoekers en raken we in paniek. En dat terwijl we door internationale verdragen gewoon wéten dat er zo nu en dan een oplaaiende instroom zal zijn. Had Rutte tien jaar geleden op het gebied van opvangfaciliteiten een reservecapaciteit ingebouwd, dan was er geen vuiltje aan de lucht geweest. Dan waren er gewoon wat meer vaste azc’s, waar het soms iets drukker was en soms iets minder druk. Zoals in Luttelgeest. Dan hoorden ‘ze’ er gewoon bij en zou de instroom van vluchtelingen niet aanvoelen als plotseling of spontaan. Want spontaan en sociaal, dat gaat vandaag de dag dus helaas niet meer hand in hand. Zo zouden wij allemaal thuis ook wat consistenter beleid kunnen voeren op onze drukke agenda’s om reservecapaciteit in te bouwen voor leuke spontane momenten. Een soort huiselijke dwangwet om weer te leren omgaan met spontaan bezoek.

Shit, de bel gaat. Gelukkig heb ik een luikje in mijn deur, want als ik opendoe, dan haal ik de deadline voor dit stukje niet. En ja, koffie moet ik ook nog maken.

This article is from: