Chaos
in het ! d l e v t e h p o s o a hoofd, ch
Zot zijn, het zit in de genen van keti’s. Duizend dingen tegelijk vertellen en dat terwijl ze ook nog eens drie verschillende spelletjes aan het spelen zijn. Het lijkt hen zonder problemen af te gaan. Hoewel, is dat altijd zo? Dit vraagt om een Dubbelpunt-test!
De ketilotto
De spelletjes
E
Alle onderstaande spelen kun je ‘in combinatie’ spelen. Terwijl je ‘dikke pik’ speelt, kun je ook ‘dikke Bertha’ doen. Wij maakten al enkele combi’s, maar onder het motto ‘het kan altijd nog wat zotter’ kun je ook je eigen knotsgekke spelen toevoegen aan de ketichaos!
1 Dikke pik
Een keti staat in het midden van een afgebakend terrein, met de benen open. Na het fluitsignaal kruipen de andere keti’s om het snelst onder zijn of haar benen en lopen ze door naar de andere kant van het veld. Wie laatst aankomt, gaat mee in het midden staan, achter de keti in het veld. Zo vormt er nende nummers z n i i jn: zich een alsmaar langer wordende ew d tunnel. n
2 Dikke Bertha
7 + 8 + 11 | 8 + 1 1 | 2 1+ 4+6|6+9 | 5 + 3 | 1 1 4+ 2|2+4 1 + 0 1 | 9 + 4 rs 12 + alle cijfe
36
februari 2012
dubbelpunt
De keti’s proberen aan de overkant van het veld te geraken zonder dat ze opgetild worden door de ‘dikke Bertha’. Als dat wel gebeurt, helpen ze Bertha. Het spel gaat door totdat iedereen Bertha is.
3 Onder en over de kommel Enkele keti’s staan in het midden van het veld op een dik touw, de ‘kommel’. Na het startsignaal kruipen de andere keti’s om het snelst onder de kommel en lopen ze door naar de andere kant van het veld. Wie laatst de overkant bereikt, moet mee aan het touw gaan staan. Vervolgens wordt de kommel in de lucht gestoken en moeten de keti’s om het snelst erover geraken, enzovoort. Wie als laatste overblijft, is de winnaar.
4 Tsjoekbal Een rechthoekig terrein. Aan weerskanten maak je twee doelen door twee grote platen in een hoek van 45° te zetten., zodat je er een bal tegen kunt laten botsen. De keti’s spelen nu in twee ploegen ‘tsjoekbal’. Bij tsjoekbal scoor je een punt door een tennisbal tegen het doel van de andere ploeg te botsen en hem nadien weer op te vangen. Of nog: ploeg A scoort wanneer een speler van ploeg A een tennisbal tegen de opstaande plaat van ploeg B kan gooien én een speler van ploeg A de bal ook kan opvangen.
5 Robin Hood Verdeel je keti’s in twee ploegen. Zet twee stoelen op ruime afstand tegenover elkaar. Elke ploeg kiest een Robin Hood. Het doel van het spel is de Robin Hood van de andere ploeg op je eigen stoel te krijgen, maar je weet natuurlijk niet wie dat is. Elke keti die op de stoel