4 minute read

MAKING THINGS SMART

Next Article
Kennis is macht

Kennis is macht

Benieuwd hoe jouw organisatie efficiënter kan werken met slimme automatisering? Speciaal voor bedrijven in de energiesector, logistiek, overheid, zorg en retail organiseert T-Mobile Ondernemen de Week van IoT. Een uniek hybide event waarop je alles ontdekt over de kansen van het Internet of Things voor jouw organisatie. Meld je snel aan!

‘‘Connected Impact, hét jaarthema van BTG 2021 en daar gaat het bij Internet of Things ook om.’’

Advertisement

Spreker: Petra Claessen, Managing director van BTG

Datum Maandag 22 t/m vrijdag 26 november

Tijd 10:00 - 13:00 uur & 14:00 - 17:00 uur

Waar Stadion Galgenwaard, Utrecht & online (hybride event)

Meld je nu gratis aan! t-mobile.nl/founders/events/

Voor Ondernemers

wordt toegeschreven. Voor ons brein is het bedreigend en daarom niet heel aantrekkelijk om mee bezig te zijn, totdat het een keer misgaat.”

BTG roept al lang om een speciale minister van Digitale Zaken. Zal dat helpen?

“Het zou kunnen werken, maar dan moet die persoon ook statuur hebben en verantwoordelijk zijn voor alle ICT-aangelegenheden van zijn collega’s. Dat veroorzaakt een spanningsveld. Digitalisering is een integraal onderdeel van een proces, dus eigenlijk zou je het niet moeten zien als een aanvulling. Maar als het niveau momenteel niet voldoende is, dan kan zo’n functie wel helpen om iets te forceren. Het is lastig dat de regie van cybersecurity wordt ondergebracht bij een staatssecretaris, wat ikzelf heb ondervonden. Hiërarchisch is die positie ingewikkeld in de relatie tot ministers. Bovendien heb je meer zaken in portefeuille. Komt er op een ander dossier een crisis langs, dan staat cybersecurity meteen op een lager pitje. Er is dus wat te zeggen voor een aparte minister.”

Je zou als minister van Digitale Zaken nauwe samenwerking kunnen aangaan met brancheorganisaties als BTG om gezamenlijk dat vraagstuk op te pakken. Hoe sta je daar tegenover?

“Het kan slagen, maar het kan ook in schoonheid sterven. Het is onvoorspelbaar. Ik zou sowieso gaan voor een minister met een sterke koppeling aan de digitale economie. Dat moet een persoon zijn die een duidelijke visie heeft op verschillende vlakken. Zo van: Nederland moet op IT-terrein economisch gezien goed worden op maximaal drie deelgebieden, zoals chips, cybersecurity, next chan, AI of IoT. Maar dat wel ondersteunen met een gerichte beleidsvisie, zodat ons land op een bepaald terrein de koploper binnen de EU wordt.”

Staat Nederland internationaal voldoende zijn mannetje op digitaal gebied? Dringt het besef in Den Haag voldoende door?

“In je eigen land focus je doorgaans op de kritische punten en de nadelen. Ben je in het buitenland, dan hoor je altijd, hoe goed je bent. We hebben natuurlijk geen grote markt, maar we zijn wel trots en willen vooroplopen op digitaal gebied. Relatieve kleinigheden zijn hierbij toonaangevend. Maar als Disney+ ons land uitkiest als testmarkt, dan klopt dat gewoon volgens ons. We hebben een goede infrastructuur, we hebben het juiste type klanten en behoren tot de top 4 van rijke landen. Hoewel je geen grote markt bent voor veel bedrijven, zou het positief zijn dat ze toch bij ons in een vroeg stadium komen testen of een pilot doen. Zo kunnen samenleving en bedrijfsleven tijdig ervaren wat er aan zit te komen, waardoor ze er snel op in kunnen spelen. In dit kader is een goede infrastructuur urgent en moet er internationaal gezien een bijna overdreven decadente internetvoorziening zijn. De overgang van 4G naar 5G geeft tal van nieuwe mogelijkheden. Dat hoeven we de BTG-leden niet te vertellen. De meeste gebruikers zijn echter vooral nóg meer gaan streamen. Dat is prima. De perceptie leeft dat een verhoging van de bandbreedte voornamelijk leidt tot het sneller gebruik van bestaande toepassingen. Maar kijk eens naar nieuwe mogelijkheden die we nog niet kennen. We moeten een land koesteren dat als een van de eersten nieuwe ontwikkelingen ontdekt. Het geeft de samenleving vorm in positieve en negatieve zin.”

Als staatssecretaris van Veiligheid en Justitie hield u zich destijds onder meer bezig met cybersecurity. Wat is je visie op dit actuele thema?

“Cybersecurity is een logische term die ook niet meer verdwijnt. Maar in feite wordt het verkeerd geframed. Security opent bij mensen het luikje naar 100 procent veiligheid. Dat kun je associëren met het slot op je voordeur. De metafoor van safety, die de luchtvaart gebruikt, opent echter hele andere luikjes. Bij security probeer je jezelf te beschermen en als het mislukt, is dat een falen. Een bedrijf dat gehackt wordt, heeft gefaald. Als een vliegtuig een probleem heeft, wordt dat in de hele community gedeeld. Zo van: iedereen loopt wel eens tegen dat probleem aan, het is vervelend, maar geen schande. Hoe sneller men het weet, hoe sneller iemand met een oplossing komt. Je zit in een andere modus: het delen van problemen in plaats van geheimhouden; redundant safety measures in plaats van één veilige manier.

Met safety moet je verschillende maatregelen stapelen, omdat je nooit kunt rekenen op de totale security van een maatregel. Voor de markt wellicht prettig, maar voor ons begrip (consument en bedrijfsleven) is het heel frustrerend dat je niet één probleem met één oplossing kunt realiseren. Echter, zo denkt de mens het liefst.”

Is cybersecurity een steeds groter maatschappelijk probleem aan het worden?

“Dat probleem neemt sowieso toe, omdat we steeds meer digitaal doen. Als de banken geen contant geld meer hebben, zullen criminelen dat toch op een andere manier moeten roven. Alles wat waarde vertegenwoordigt is kwetsbaar. Het wordt steeds makkelijker om crimineel te zijn, want de fysieke impact valt weg. Je kunt heel anoniem, alsof het een game is, met goedkope software geld verdienen. De drempel is niet heel hoog om dat te doen. Dat geldt eigenlijk ook voor de overheid. Een fysieke confrontatie met iemand is heel anders dan spionage op afstand, waarbij je het land niet uit hoeft en probeert met een hack zaken te beïnvloeden.

This article is from: