BDW 1373 PAGINA 21 - DONDERDAG 11 APRIL 2013
“Het is een ambitieus, kostelijk project, maar het laat Brass toe zijn industrieel en sociaal verleden heruit te vinden”
brouwen, expo’s over productiemethoden en biersmaken wereldwijd. Guy Moerenhout, lid van BrusselFabriek, doet nog een oproep: “We maken ook kans op de publieksprijs. Die wordt toegekend op basis van een online enquête van Europa Nostra. U kunt voor dit project stemmen via vote.europanostra.org.”
Rolls-Royce e studie voorziet een oplossing voor D elke machine afzonderlijk. Enkel de buitenkant restaureren, gedeeltelijk terug in werking stellen, tot zelfs een volledige replica nabouwen. Vanderhulst stak onder meer zijn licht op bij een oud-mecanicien en bediener van stoommachines van de elektriciteitscentrale van Sint-Gillis en het
Brugmannziekenhuis en bij musea die ervaring hebben met het restaureren van stoommotoren. De machines kregen sinds de sluiting van de brouwerij heel wat te verduren. Het glazen dak van de machinezaal was zelf gedurende lange tijd in slechte staat, waardoor het regenwater binnensijpelde en de machines gingen roesten. Onderdelen, het ene al emblematischer dan het andere, werden gestolen of gevandaliseerd. Het gaat over een Carels stoommachine uit Gent, die de De La Vergne en Sulzer compressoren aandreef, een rolbrug en een elektrisch besturingsbord. Voor de De La Vergne-compressor reisden de broers Wielemans naar New York om er de Rolls-Royce onder de koelsystemen aan te schaffen. Het gouden opschrift in reliëf getuigt dat de machine speciaal voor de Wielemans-Ceuppensbrouwerij werd gemaakt. De Sulzer (ammoniak)compressor is van Zwitserse makelij en had smeerbussen in de vorm van glazen vazen, die vandaag jammer genoeg verdwenen zijn. Hier zou een replica op schaal interessant zijn om het koelsysteem van een brouwerij in 1905 in volle industrialisatieperiode uit te leggen. Door de rolbrug terug operationeel te maken, kan getoond worden hoe destijds zware machines of onderdelen werden ge(de)monteerd. Bij het elektrisch besturingsbord, dat vandaag erg beschadigd is, kan je je nog voorstellen hoe in een oogopslag alle nuttige stroominformatie op wijzerplaten afgelezen kon worden, en volgens de noden van de brouwerij via hendels en schakelaars de stroomtoevoer eenvoudig kon worden aangepast. De hoogwaardige uitvoering toont aan dat dit het hart van de brouwerij was. Een didactisch uitgerust besturingsbord zet misschien enkele ingenieurs in de dop aan het dromen. An Devroe
ADVERTENTIE
S OCIALE V ERHUURKANTOREN
Verhuur uw woning zorgeloos Gegarandeerde huur elke maand Verzekerd verhuurbeheer Onderhoud van uw woning Steun voor de renovatie Fiscale voordelen
www.fedsvk.be 02 412 72 44
M�� �� ����� ��� ��� B������� H������������� G�����
© NICK TRACHET
derhulst is het sociale luik. De bedoeling zou zijn de verantwoordelijkheid voor de restauratie uit te besteden aan langdurig werklozen, die daardoor kenners worden en dan als gids van deze machines kunnen optreden. Hoe ze werkten, en wat hun nut was binnen de brouwerij.” Vanderhulst ziet deze ambassadeurs “wat menselijkheid brengen in dit industrieel succesverhaal.” De machinezaal zou terug een soort zenuwcentrum kunnen worden, wat ze ooit was voor de brouwerij, met een multimediale scenografi e, een meertalige website over de historische en wetenschappelijke kant van
Nick Trachet BRUSSEL EN DE WERELD CULINAIR ONTDEKT
Kruidenrekje Hebt u ook zo’n kruidenrekje? Wat zit er zo allemaal in en wanneer gebruikt u die kruiden? Onze grootouders hadden een eenvoudig leven. Zij kruidden hun eten volgens een traditie en experimenteerden zelden. Elke familie had zo wel een eigen geheim kruid, maar verder waren het altijd dezelfde. Ik haal er de Raadsman in de Kookkunst van Gaston Clement bij, hét basiswerk voor de Belgische keuken in grootmoeders tijd: kaneel was heel populair, saffraan al veel minder, dan waren er de onafscheidelijke kruidnagel en muskaatnoot, peper en zout. Verder anijs en vanille voor de zoetigheden. Paprika vermeldt hij ook, maar daar stopt het voor de gewone huisvrouw. Nu zijn dat allemaal specerijen en geen kruiden in de moderne zin van het woord. Specerijen komen van ver. Het waren ‘koloniale’ waren. Een kok bezigde ze om “erbij te horen.” Een protocollaire kruiding. Met kruiden bedoelen we nu voornamelijk de groene delen van planten die van nabij komen en die dienen om de smaak van ons voedsel te veranderen, zonder substantieel bij te dragen tot de voedingswaarde ervan. In onze grootouders ogen: laurier, tijm, selder, peterselie, hier en daar eens bieslook of peterseliewortel. De stinkende bollen zoals ajuin en (knof)look dienen uiteraard ook ter kruiding, maar ajuin is echt wel een groente, en look was voor onze grootouders veel te avontuurlijk. Het gebruik ervan werd – zeker in Vlaanderen – weinig geapprecieerd. Echte kruiden werden vers gebruikt. Als men geen lochting had, dan stond er wel een bloempot met laurierboompje of tijm op het koertje van het werkmanshuisje. Peterselie kwam, indien niet uit de tuin, van de markt. Kruiden zijn in de regel vers, specerijen jaren oud. Met de consumptiemaatschappij werd ons voorgehouden dat we veel gedroogde kruiden moesten kopen en in huis bewaren voor uitgesteld gebruik. Uiteraard heeft dat het koken origineler en avontuurlijker gemaakt, maar het ging voorbij aan een belangrijke eigenschap van groene kruiden: ze bewaren niet – anders zouden het specerijen zijn! Damesbladen staken de loftrompet over lavas en salie, oregano, basilicum en rare dingen als hysop of pimpernel. Simon & Garfunkel zongen over Scarborough Fair (“ parsley, sage, rosemary and thyme”). Warenhuisketens verkochten kruidenrekjes zoals op de foto. Die moesten goed zichtbaar prijken boven het aanrecht. Mijn ouders lieten op het einde van de jaren ‘70 een nieuwe keuken installeren en die werd geleverd en geplaatst, compleet met gevuld
kruidenrekje! (het waren Duitse keukens dus leerden we gelijk wat nelkenkernen en ingwerpulver waren). We moesten en zouden een kast vol droge kruiden hebben. Uit nieuwsgierigheid kocht ik ook wel eens kruiden die ik niet kende. En dan stonden die daar. Te wachten. Groene plantendelen gaan, wanneer ze lang droog bewaard worden, verhooien. Dat is geen West-Vlaams voor verkwisten, maar een fysisch en chemisch proces in de plant dat alle groene delen geel kleurt en naar hooi doet geuren. Ondertussen vervliegen de smaakmakers van het kruid, de zogenaamde ‘vluchtige oliën’. Het verhooien gebeurt onder invloed van zonlicht, waar zo’n rekje dat ophangt in de lentezon ideaal voor is. Verder hangt het in de keuken, een bij defi nitie vochtige plek. Hoe vaak heb ik geen potje paprika opengemaakt waarin het rode poeder bruin was geworden en aan elkaar gekit tot een soort kurk met schimmelgeur. Kruidenrekjes zijn mooi om naar te kijken, dat is alles. Behalve bij de meest gedisciplineerde der huisvrouwen zit er in het potje al lang niet meer wat erop staat geschreven. Bijvoorbeeld: de nigella zit in het potje van mosterdzaad, waarvan de naam (slecht) werd overplakt door een etiketje met “koriander” erop. Zal ik uw leven eens aangenamer maken? Nu de lente er eindelijk aankomt, is het tijd voor een Grote Schoonmaak. Die moest traditioneel voor Pasen gebeuren, maar toen was het te koud. Haal uw kruidenkast leeg en gooi alles weg dat ouder is dan zes
“Uit nieuwsgierigheid kocht ik ook wel eens kruiden die ik niet kende. En dan stonden die daar. Te wachten” maanden. Specerijen mogen blijven. Koop alleen nog kruiden die u plant te gebruiken in de volgende week, of plant ze in de tuin of op de vensterbank. Eén uitzondering is dragon, die blijft droog nog wel een tijdje geurig. Maar die groeit ook in potten. Verse kruiden, zeker laurier en tijm smaken helemaal anders dan die in potjes. Probeer maar eens. Koop NOOIT mengsels zoals ‘spaghettikruiden of ‘Cajun kruiden.’ U bent groot genoeg om zelf te mengen. Dat is trouwens juist het plezier van kruiden in de keuken: tovenaartje spelen. Daarenboven gaat zo de omlooptijd van uw kruidenkast versnellen. Doe de verschillende kruiden altijd in opvallend verschillende potjes. U moet veel minder lang zoeken wanneer u de doos komijn kunt onderscheiden van het fl esje ‘raar-spul-dat-we-ooit-in-Egypte-kochten.’ Die batterijen identieke fl esjes zijn om gek van te worden. Ten slotte: als u veel kleuren mengt, krijgt u bruin. Hetzelfde geldt voor smaken. Gebruik dus liever één kruid/specerij, maar dan krachtig, dan vijf waarvan niemand meer weet waar het thema lag. Smakelijk. nick.trachet@bdw.be De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/trachet