Bouwtotaal_2011_3

Page 1

jaargang 8 / nummer 3 maart 2011

Kennismiddagen BouwTotaal De toeleverende industrie in de bouw moet continu innoveren om tegemoet te komen aan de steeds zwaardere eisen op het gebied van energiebesparing, duurzaam bouwen, gezondheid, wooncomfort, veiligheid op de bouwplaats, arbeidsomstandigheden, bouwsnelheid, bouwprocessen, logistiek, kosten en vergrijzing in de bouw. BouwTotaal wil deze kennis voor haar le-

zers ontsluiten via zogenaamde Kennismiddagen. Twee keer per jaar zal er in samenwerking met de toeleverende industrie een praktijkgerichte Kennismiddag worden georganiseerd. Lezers van BouwTotaal hebben gratis toegang, maar moeten zich vooraf wel registeren bij BouwTotaal. Een unieke kans dus om uw praktijkkennis te actualiseren!

I n dit nummer

[Lees verder op pagina 3]

Spray-isolatie voor woningnieuwbouw De EPC voor woningnieuwbouw is per 1 januari 2011 aangescherpt van 0,8 naar 0,6. De komende jaren gaat de EPC verder omlaag. Dat dwingt de bouw om te zoeken naar andere bouwmethodieken. Isolatiebedrijf Pluimers BV introduceert daarom de Pluimers HR IsoPlus-isolatie voor woningnieuwbouw. Hiermee kan een woning luchtdicht worden geïsoleerd bij een relatief geringe isolatiedikte. [Lees verder op pagina 10]

D e

www.wienerberger.nl

zie www.bia-beton.nl

g r o o t s t e

e n

v e i l i g s t e

t o o l - w e b s h o p

v a n

N e d e r l a n d !

Bezoek onze website voor de beste bouwmaterialenaanbiedingen!

www.toolprof.nl Professional tools for your profit

TEL.: 024 - 648 84 84

(Vellingkant)-lijmblokken Metselblokken Gevelstenen Profielstenen Splitstenen BIA-ECO blokken Nieuw BIA LockBlock

14

Drijvend kantoor

17

Gezien op de

[Lees verder op pagina 7]

Bij het project De Eenhoorn kavel B in Amsterdam past Mebin betongranulaat, afkomstig uit sloopwerkzaamheden, duurzaam toe in (nieuw) beton. Mebin is verantwoordelijk voor de levering van circa 14.000 m3 betonmortel en geeft advies over het optimaal breken van betongranulaat, de toepassing ervan in betonmengsels en de transportbewegingen van en naar de bouwplaats.

keramische binnenmuurstenen

12 Prefab houtskeletbouw

21 april 2011: de eerste BouwTotaal Kennismiddag bij Xella te Vuren!

Sloopbeton hergebruikt op zelfde locatie

De Pluimers HR IsoPlus-isolatie is een tweecomponenten isolatie die bij nieuwbouw in de spouw wordt geïnjecteerd.

Just one click away!

WWW.OMNICOL.INFO VOOR UW TEGELWERKADVIEZEN

Internationale Bouwbeurs Utrecht

21

De groene tapijttegel

EN VERDER

23 Bouwgebreken

24 Bouwkosten

27 Fiscaal en Personeel

29 Productnieuws

www.bouwbinder.nl



ACTUEEL

3

Sloopbeton hergebruikt op zelfde locatie Bij het project De Eenhoorn kavel B in Amsterdam past Mebin betongranulaat, afkomstig uit sloopwerkzaamheden, duurzaam toe in (nieuw) beton. Mebin is verantwoordelijk voor de levering van circa 14.000 m3 betonmortel en geeft advies over het optimaal breken van betongranulaat, de toepassing ervan in betonmengsels en de transportbewegingen van en naar de bouwplaats. Het Eenhoornterrein is vooralsnog een gebied met voornamelijk kantoren en bedrijven. Tussen nu en 2015 zal het transformeren in een multifunctioneel gebied met een hoogwaardige combinatie tussen wonen en werken. Er worden 179 huurappartementen gebouwd met twee onderliggende parkeerkelders. Lokhorst bouw en ontwik-

keling heeft de opdracht gekregen voor de realisatie van het project dat zich momenteel in de sloopfase bevindt. In het voorjaar starten de eerste betonwerkzaamheden. In het projectontwerp, dat vooralsnog ‘Kavel B’ heet, zijn verschillende duurzaamheidsaspecten aanwezig. Er wordt onder andere gestreefd naar een maximale inzet van alternatieve grondstoffen. Dit komt tot uitdrukking in het hergebruik van vrijgekomen betongranulaat dat afkomstig is van gebouwen die op het terrein worden gesloopt.

Carbon Calculator

Peter van den Brink, Vestigingsmanager Mebin – Amsterdam (links) en Cees Bakhuys, Adjunct directeur bij Lokhorst bouw en ontwikkeling (rechts).

Voor Lokhorst is dit het eerste project met een dergelijk duurzaamheidaspect. Het bedrijf vroeg daarom vorig jaar al aan Mebin om mee te denken over hoe het betongranulaat toegepast kon worden. Uit de gebouwen die worden gesloopt, komt 5.000 ton materiaal vrij. Hiervan kan 2.500 ton worden hergebruikt als betongranulaat. Dit

Rockwool veroordeeld wegens misleiding De rechtbank van Amsterdam heeft Rockwool veroordeeld voor misleidende en ontoelaatbare vergelijkende reclame. De rechtszaak was aangespannen door Stybenex de vereniging van EPS fabrikanten. Stybenex had deze juridische stap ondernomen omdat Rockwool in brochures, persberichten en op haar site ten onrechte heeft gesteld dat het gebruik van steenwolisolatie leidt tot een hoger brandveiligheidniveau dan wanneer kunststof isolatie (waaronder EPS) wordt gebruikt. De rechtbank is het eens met Stybenex en heeft Rockwool gedwongen tot het stoppen van de verspreiding van de bewuste brochure en tevens tot het plaatsen van een rectificatie in vakbladen en op de Rockwool website.

Rectificatie

Rockwool is door de rechtbank gedwongen de volgende rectificatie te plaatsen: Bij vonnis van januari 2011 van de rechtbank Amsterdam, is Rockwool veroordeeld deze rectificatie onder uw aandacht te brengen. Rockwool heeft de brochure ‘Rockwool Steenwol Brandveilighied zonder kunstgrepen’ openbaar gemaakt. Deze brochure is een ongeoorloofde uiting van vergelijkende reclame, omdat zij misleidende mededelingen bevat over kunststof isolatiematerialen, waaronder EPS. Rockwool heeft de onjuiste mededeling gedaan dat het bij het gebruik van Rockwool isolatiemateriaal geen gevaar bestaat voor een explosieve verbranding van vrijgekomen brandbare gassen. Rockwool heeft in de brochure bovendien ten onrechte de schijn gewekt dat toepassing van steenwol leidt tot een veel hoger brandveiligheidniveau van gebouwen dat bij toepassing van brandbare kunststof isolatiematerialen. Zij heeft zich tot slot in te algemene en op ongenuanceerde wijze uitgelaten over de brandveiligheid van kunststof isolatiematerialen. Daardoor zou ten onrechte de indruk

kunnen ontstaan dat deze producten niet op een veilige manier in de bouw kunnen worden toegepast.

Samenwerken! materiaal komt uiteindelijk terecht bij Mebin. Per bouwonderdeel stelde Mebin een lijst op van de hoeveelheden betonmortel en de bijbehorende betonsamenstellingen. Hiermee kon ze de maximale inzet van het vrijgekomen betongranulaat bepalen. Mebin heeft naar eigen zeggen een grote expertise in huis op het gebied van duurzaam bouwen en beschikt over een Carbon Calculator. Hiermee kon ze voor iedere betonsamenstelling inclusief transportbeweging de vrijgekomen CO2 berekenen. Op basis van deze berekeningen zijn optimale keuzes gemaakt in de wijze van granulaat breken, de toe te passen betonmengsels en de transportbewegingen van en naar de verschillende locaties. ri 2011 geoordeeld dat de openbaarmaking van de brochure onrechtmatig is jegens de vereniging van Nederlandse Fabrikanten van EPS-producten (Stybenex) en haar leden. De rechtbank heeft Rockwool veroordeeld de verdere openbaarmaking en verspreiding van de brochure ‘Rockwool Steenwol Brandveiligheid zonder kunstgrepen’ te staken en gestaakt te houden. De directie van Rockwool Benelux BV. Het volledige vonnis kunt u lezen en downloaden via: www.stybenex.nl onder nieuws.

De rechtbank Amsterdam heeft bij het eerder genoemde vonnis van 19 janua-

Laag-BTW maatregel verder vereenvoudigd Op initiatief van Bouwend Nederland heeft de Belastingdienst ingestemd met een vereenvoudiging van de tijdelijke maatregel rond het lage btw-tarief op arbeid bij verbouwing of renovatie. Voor tal van werkzaamheden geldt er sinds 2 februari een vaste verdeling arbeid-materiaal. Met deze forfaitaire benadering is het voor zowel de bouwer als de consument direct duidelijk voor welk deel van de totaalfactuur het lage btw-tarief geldt. Het ministerie van Financiën en Bouwend Nederland zijn voortdurend in gesprek om de uitvoering van de laag btw-regeling zo eenvoudig mogelijk te maken. Daarom heeft de stichting Bureau Documentatie Bouwwezen (BDB) in opdracht van Bouwend Nederland onderzoek gedaan naar de generieke marktwaarden van de arbeidscomponenten bij renovatie en herstel van woningen. Op basis van die onderzoeksresultaten is nu het forfait afgesproken. De laag-btw regeling wordt hiermee nog eenvoudiger. Bouwend Nederland is zeer te spreken over het effect van de stimuleringsmaatregel. Elco Brinkman, voorzitter Bouwend Nederland: ‘Onze leden merken dat ze meer werk hebben gekregen. De sector heeft ruim 800 miljoen euro extra omzet, zodat banen in de bouw behouden zijn gebleven. De regeling is een succes en deze vereenvoudiging maakt het toepassen ervan nóg gemakkelijker.’

Ook staatssecretaris van Financiën Frans Weekers, verantwoordelijk voor de tijdelijke stimuleringsmaatregel, is positief. ‘De cijfers spreken voor zich, de tijdelijke stimuleringsmaatregel blijkt een succes. Dat is goed nieuws voor de bouwsector die op deze manier optimaal profiteert van het lage btw-tarief op arbeid. Bovendien snijdt het mes aan twee kanten; ondernemers blijven aan het werk en de consument is voordeliger uit. Het lage btw-tarief geldt nog tot 1 juli, dus ik verwacht dat de stijgende lijn doorzet.’ Op de website van Bouwend Nederland is de aanpassing van de regeling uitgelegd. Tevens is er op www.bouwendnederland.nl een handig rekenmodel beschikbaar waarmee bouwondernemers heel snel offertes met het btw-voordeel zichtbaar kunnen maken.

We gaan eindelijk samenwerken in de bouw. Dat begrijp ik althans uit diverse gesprekken die ik de afgelopen tijd heb gehad met marktpartijen en overheid. Iedereen heeft het ineens over ‘ketenintegratie’ en ‘lean-werken’. Centrale gedachte: wat de auto-industrie kan, kunnen wij verdorie toch ook! De bouw loopt wat dat betreft ver achter vergeleken met de industrie. Een opdrachtgever wil iets en schakelt een architect in. Die tekent een fraai gebouw met woeste vormen. Dan moet het gebouw nog gemaakt worden. Dat moet natuurlijk zo goedkoop mogelijk. Dus mogen aannemers zo laag mogelijk inschrijven op het ontwerp. De laagste inschrijver mag proberen het fantasierijke ontwerp te maken. Dat mag niks kosten, dus worden de onderaannemers ook nog even de duimschroeven aangedraaid. Het geknutsel en geknoei op de bouwplaats kan eindelijk beginnen, als na maanden steggelen met de gemeente dan eindelijk de omgevingsvergunning – ja, zo heet dat tegenwoordig – binnen is. Uiteraard met de nodige mitsen en maren vanuit bouw- en woningtoezicht. Na een jaartje zwoegen en improviseren wordt er dan een gebouw opgeleverd dat enigszins lijkt op de tekeningen in de bouwaanvraag. Tja, talrijke wijzigingen waren nodig om het plan uitvoerbaar en financieel haalbaar te maken. Maar: het is weer gelukt! Het verbaast ons dan ook niet dat de faalkosten in de bouw ergens tussen de tien en dertien procent liggen. Anders gezegd: we smijten ongeveer zes miljard euro per jaar over de schutting! Hoe kan het anders? Door samen te werken! Hoe? Dat zeg ik: door samen te werken. Opdrachtgever, aannemer, architect en gemeente gaan vroegtijdig om tafel zitten om samen het plan voor te bereiden. Deze werkwijze heeft al tot bewezen resultaten geleid. Zo ging de Bouwpluim voor meer samenwerken in de bouw naar de ketenintegratie van woningcorporatie Com.wonen, Dura Vermeer Bouw Rotterdam en de gemeente Rotterdam. Die sloopten de schuttingen en gingen met open vizier samenwerken. Het resultaat: de bouwkosten bleven maar liefst twaalf procent onder het budget, vrijwel geen opleverpunten en op tijd opleveren, ondanks de lange vorstperiode. Tot slot waren ook de bewoners tevreden. Alleen maar winnaars dus. Gewoon in de voorfase niet zeuren over een procentje meer of minder winst, maar samenwerken. Dat levert veel meer op!

Frank de Groot Hoofdredacteur



ACTUEEL Bedrijfsnieuws Nieuwe serie praktijkgerichte workshops van Viega Systeemleverancier Viega Nederland organiseert in 2011 wederom een serie praktijkgerichte workshops. Tijdens de workshops worden het Fonterra vloerverwarmingssysteem, Viega’s planningstool Viptool, de Viega systeemtechniek en waterhygiëne behandeld.

Ook in 2011 organiseert Viega een groot aantal leerzame workshops waaraan kosteloos kan worden deelgenomen.

Workshop Fonterra

Tijdens de workshop Fonterra maken de deelnemers kennis met de mogelijkheden en voordelen van vloerverwarming en kan de praktische toepassing van vloer- en wandverwarmingen in bestaande- en nieuwbouw zelf worden ervaren. De Fonterra-systemen voor de woningbouw worden uitgebreid behandeld waarbij materialen en eigenschappen, afmetingen, technische regelingen en toepassingsmogelijkheden de revue passeren. Deze workshop wordt gehouden op 6 en 27 april, 25 mei en 22 juni 2011.

Workshop Viptool

De workshop Viptool behandelt Viega’s reken- en tekenprogramma voor technische installaties. Dit professionele instrument wordt ingezet voor de planning van technische installaties in woningen. Met het tool kunnen technische tekeningen, berekeningen en een optimaal binnenhuisklimaat integraal, effectief en stapsgewijs worden bepaald. Met extra externe modules kunnen zelfs elektrische en luchtinstallaties worden berekend. De Viptool workshop vindt plaats op 14 april en 16 juni 2011.

Leerlingen ontwerpen school met prefab elementen Leerlingen van Basisschool De Kriekenhof in Oud-Beijerland hebben met op schaal gemaakte ‘Wagenbouw prefabbouwelementen’ hun ideale school ontworpen. De leerlingen waren zeer creatief in de indeling en gevelafwerking van het gebouw. Wagenbouw B.V. uit Sliedrecht en Architektenburo Roos en Ros B.V. uit Oud-Beijerland laten hiermee zien dat ze bij het ontwerp van een bredeschool luisteren naar de eindgebruiker en dat prefabbouwen vele architectonische mogelijkheden biedt. Een school wordt steeds meer gezien als maatschappelijk middelpunt, waar functies als bso, kinderopvang en verenigingen in opgenomen worden. Buiten schooltijden wordt op deze manier nuttig

Workshop waterhygiëne

Tenslotte wordt in 2011 in meerdere workshops aandacht besteed aan waterhygiëne. Normen en regelgeving, zoals de NEN 1006, alsook de juiste keuze van materialen, leidingvoering, ingebruikname en plaatsing komen tijdens deze praktijkgerichte workshop aan de orde. Deze workshop wordt gehouden op 29 maart en 12 mei 2011. Aan de Viega workshops kan kosteloos worden deelgenomen. In het programma is een lunch inbegrepen. Aanmelden kan snel en eenvoudig via www.viega.nl/workshop. Hier kan ook de speciale flyer over de Viega workshops worden gedownload.

gebruik gemaakt van de ruimtes. De voordelen van prefabbouwen, zoals flexibiliteit, snelle bouwtijd en kostenbesparing zijn algemeen bekend. Dat er ook vele architectonische mogelijkheden zijn, is minder gemeengoed. De ontwerpmogelijkheden van prefabbouwen zijn legio, zoals op www.wagenbouw.nl valt te zien. Wagenbouw BV biedt doordachte oplossingen voor tijdelijke en permanente huisvestingsvragen. Flexibele en verplaatsbare gebouwen met een korte bouwtijd. Met een hoge mate van kwaliteit, comfort en aanpasbaarheid. Of het nu gaat om vervanging of uitbreiding van kantoren, scholen of zorghuisvesting, prefabbouw beweegt moeiteloos met de behoeften van de opdrachtgever of eindgebruiker mee.

Leerlingen van Basisschool De Kriekenhof in Oud-Beijerland hebben met op schaal gemaakte ‘Wagenbouw prefabbouwelementen’ hun ideale school ontworpen.

Kinderen leren gevaren van dode hoek Vanaf 17 januari tot 1 maart werkte betonmortelproducent Mebin actief mee aan het trainingsproject ‘Veilig op Weg’. Via dit project maken kinderen van de basisschool kennis met de gevaren van de dode hoek bij grote vrachtwagens. ‘Veilig op Weg’ is een samenwerking tussen Transport en Logistiek Nederland en Veilig Verkeer Nederland en is veertien jaar geleden ontwikkeld door jonge transport ondernemers. Mebin stelde drie truckmixers en zes chauffeurs ter beschikking en zal de ‘Veilig op Weg’ les geven aan circa 150 basisscholen in Nederland. Ieder vrachtauto heeft een dode hoek. Maar niet altijd op dezelfde plek. Vandaar dat Mebin als lid van EVO (Ondernemersorganisatie voor Logistiek en Transport) al

Workshop Viega systeemtechniek

De workshop Viega systeemtechniek gaat in op de verschillende Viega-systemen: van de bronzen draadfitting tot en met het voorwandsysteem Viega Eco Plus. Tijdens de workshop wordt onder meer aangegeven hoe leidingen, koppelingen, armaturen en gereedschap op de millimeter nauwkeurig op elkaar aansluiten. De workshop Systeemtechniek wordt georganiseerd op 12 april en 8 en 24 juni 2011.

5

haar truckmixers binnenkort van een dode hoek sticker voorziet. Daarnaast maakt Mebin zich sterk om het aantal dode hoek ongevallen verder terug te dringen door mee te werken aan het ‘Veilig op Weg’ project. Bij dit project leren basisschoolkinderen op een leuke en educatieve manier de gedragsregels om veilig te anticiperen op vrachtauto’s in het verkeer. Mebin heeft al jaren veiligheid als hoogste prioriteit staan. Op de betonmortelcentrales, op de bouwplaats, maar ook op straat. Als betonmortelproducent neemt het bedrijf immers dagelijks deel aan het verkeer. Ook in de stad waar jonge kinderen naar school of naar huis fietsen. Omdat deze doelgroep extra kwetsbaar is, heeft het be-

drijf samenwerking gezocht met Transport en Logistiek Nederland.

Veilig op Weg

Veilig op Weg is een gesponsord en dus kosteloos project voor de basisschoolkinderen van groepen 7 en 8. Het project bestaat uit een halfdaagse training waarbij kinderen eerst een theorieles krijgen in de klas met een interactieve dvd van Bart Meijer bekend van het tv programma ‘Het Klokhuis’. Daarna gaan ze naar buiten naar de vrachtauto voor de praktijkles. Het lesprogramma draait dankzij vele vrijwilligers die de les verzorgen. Mebin heeft aangeboden dit alles zelfstandig en zonder extra inzet van vrijwilligers te realiseren en heeft daarom elf eigen chauffeurs opgeleid om zelfstandig de les te kunnen verzorgen.

Maurice van Sante ING Economisch Bureau Maurice.van.sante@ing.nl

Bouw in 2012 naar lichte groei In 2011 laten de meeste sectoren de recessie definitief achter zich. Groothandel, industrie en transport slaan, na een flinke opleving in 2010, weer hun trendmatige groeipaden in. Na enkele jaren van krimp laten de detailhandel en de horeca de kassa ook weer vaker rinkelen. De laatcyclische bouw vertoont in 2011 nog krimp, maar laat in 2012 ook een lichte groei zien. Exportsectoren laten turbulente tijden achter zich In 2010 steeg de industriële productie met ruim zes procent: het hoogste groeicijfer sinds 2000. De groothandel, industrie en transportsector komen in 2011 duidelijk in rustiger vaarwater. Naar verwachting groeien zij dit jaar met respectievelijk 2,5, 2,0 en 2,9 procent. Na de enorme krimp in 2009 en een flink herstel in 2010 zijn de turbulente tijden daarmee duidelijk voorbij. Deze sectoren groeien dit jaar nog wel bovengemiddeld doordat zij in belangrijke mate profiteren van de export die ook in 2011 harder groeit dan de binnenlandse vraag. De transportsector krijgt weer wat meer financiële ruimte doordat het dieptepunt van de vrachtprijzen gepasseerd lijkt.

nodigen nog niet uit tot investeringen in bedrijfsgebouwen. Daarnaast bezuinigen -vooral lagere- overheden op uitgaven op infrastructuur. Alleen de woningbouw stabiliseert in 2011.

Omzetherstel in detailhandel en horeca In 2011 is het ook de beurt aan de deVolumemutaties naar bedrijfstak (% j.o.j.) tailhandel en de horeca om de krimp 2010 2011* eindelijk achter zich te laten. Het herstel in de horeca is vooral afkomstig Agrarische sector 1,1% 1,5% van een hogere bezettingsgraad in Bouw -10,5% -1,0% hotels door vooral meer buitenlandDetailhandel -0,4% 0,6% se reizigers. Supermarkten weten nog steeds groei te bewerkstelligen Groothandel 5,0% 2,5% en ook in non-foodwinkels rinkelt de Horeca -2,9% 1,6% kassa weer vaker. Oplopende voedIndustrie 6,3% 2,0% selprijzen en een matige loonstijging Transport & opslag 3,5% 2,9% kunnen wel roet in het eten gooien omdat dit de koopkracht beperkt. Zakelijke dienstverlening -2,0% 1,5% Bouw blijft ook in 2011 nog krimpen De bouw is in 2011 nog de enige sector die krimpt (-/-1,0%). De hoge leegstand van kantoren en de nog relatief lage bezettingsgraad bij bedrijven

2012* 1,7% 1,5% 1,2% 3,0% 1,4% 2,4% 2,5% 2,0%

Onderwijs

1,9%

1,6%

1,2%

Overheid

0,9%

0,1%

0,0%

Zorg

2,9%

3,3%

2,5%

BBP

1,7%

1,4%

1,5%

Bron:CBS, * ING Economisch Bureau



ACTUEEL

7

Kennismiddag BouwTotaal

‘Energiezuinig bouwen op weg naar 2020’ We bouwen steeds energiezuiniger. Innovaties richten zich vooral op de installaties. Denk aan het gebruik van warmte/koude opslag in de bodem, warmtepompen, warmteterugwinning bij ventilatiesystemen, de micro-WKK of HRe-ketel, et cetera. Maar met de aanscherping van de EPC naar 0,4 in 2015 en de opkomst van het Passiefhuisconcept volstaat een verdere innovatie in het installatieconcept niet meer. Vooral niet als we straks in 2020 zelfs energieneutraal moeten gaan bouwen. De focus moet weer verlegd worden naar de gebouwschil; daar is verdere winst te halen door nog beter te isoleren. Op de eerste BouwTotaal Kennismiddag op 21 april 2011 krijgt u oplossingen aangereikt door Xella Nederland BV, Adviesburo Nieman, de Nederlandse Isolatie Industrie en de Nederlandse Bond van Timmerfabrikanten.

Kennismiddagen BouwTotaal pen. Deze stappen worden opeenvolgend genomen, zodanig dat eerst zoveel mogelijk maatregelen uit stap 1 worden genomen. Kan dit niet meer verantwoord gedaan worden, dan volgen zoveel mogelijk maatregelen uit stap 2 en tenslotte wordt een eventuele restvraag ingevuld met stap 3. De drie stappen zijn: Stap 1. Beperk de energievraag Stap 2. Gebruik duurzame energiebronnen Stap 3. Gebruik eindige energiebronnen efficiënt

De keuze om duurzaam te bouwen is lange tijd bepaald door het milieubewustzijn van opdrachtgevende partijen. Volgende stap waren inspanningsverplichtingen, zoals de convenanten ‘Lente-akkoord’ voor energiebesparing in de nieuwbouw en ‘Meer met Minder’ voor de bestaande bouw. Minder vrijblijvend is het Bouwbesluit dat prestatie-eisen stelt aan de energiezuinigheid en gezondheid. Daarnaast heeft de overheid zich verplicht op duurzaam te gaan inkopen. Verder heeft de Dutch Green Building Council (DGBC) het BREEAM-NL keurmerk ontwikkeld voor de duurzaamheid van Nederlandse gebouwen en gebieden. Duurzaam bouwen – en dus ook duurzaam isoleren – is daarom steeds minder vrijblijvend.

Uit deze stappen blijkt dat de energievraag eerst beperkt moet worden, door goed te isoleren. Het verbeteren van de EPC-waarde begint dan ook bij het verbeteren van de thermische schil. Pas daarna volgen de installaties. Hier ligt de komende jaren een grote uitdaging voor de toeleverende-industrie. Er zullen nieuwe bouwoplossingen op de markt komen met een Rc-waarde van minimaal 10 m2K/W.

functie. Voor nieuwe woningen geldt sinds 1 januari 2011 een EPC-grenswaarde van 0,6. In 2015 moet de EPC verder omlaag; voor woningen naar 0,4. Voor utiliteitsgebouwen komt er een vergelijkbare aanscherping. Het doel is zelfs energieneutrale woningnieuwbouw in 2020. Voor het bereiken van een zo duurzaam mogelijke energievoorziening heeft de TU Delft in het verleden een strategie ontwikkeld, die ook bekend staat onder de term 'Trias Energetica'. De nadruk ligt daarbij op de volgorde van opeenvolgende stap-

Kennismiddag

Welke oplossingen biedt de toeleverende industrie? In een boeiende Kennismiddag die BouwTotaal samen met Xella organiseert worden u kant-en-klare oplossingen geboden. Zo zal Adviesburo Nieman u bijpraten over het belang van een goed geïsoleerde schil en toont de Nederlandse Isolatie Industrie oplossingen vanuit de isolatie-industrie. De Nederlandse Bond van Timmerfabrikanten laat zien hoe u met goed geïsoleerde kozijnen, ramen en deuren aan de steeds zwaardere energieprestatie-eisen kunt voldoen. De middag wordt afgesloten met een presentatie van Xella, waarbij u ondermeer tal van oplossingen in cellenbeton en kalkzandsteen kan bekijken. Kortom; een boeiende Kennismiddag die u niet mag missen!

Wat eist het Bouwbesluit?

Een belangrijk onderdeel van duurzaam bouwen is energiezuinig bouwen. In de bouwregelgeving is vastgelegd dat nieuwe gebouwen moeten voldoen aan bepaalde minimumeisen voor onder meer energiezuinigheid. Deze eis staat in het Bouwbesluit en wordt uitgedrukt in de energieprestatiecoëfficiënt (EPC). De energieprestatie-eisen verschillen per gebouw-

Programma  14.30 - 15.00 uur ontvangst  15.00 - 15.10 uur welkomstwoord door Xella en BouwTotaal  15.10 - 15.40 uur presentatie Nieman  15.40 - 16.00 uur presentatie over isolatie door de Nederlandse Isolatie Industrie  16.00 - 16.20 uur presentatie kozijnen door de Nederlandse Bond van Timmerfabrikanten  16.20 - 16.40 uur Xella clip 2020  16.40 - 17.15 uur rondgang demonstratie-opstellingen en afsluitende borrel.

Inschrijven

De toegang

is gratis ma

schrijven, w ant VOL

ar u dient zi

= VOL!

ch van te vo

ren wel in te

Stuur een m ail met uw naam, adre info@hand s en telefoo elsuitgaven nnummer n .nl o.v.v. ken Inschrijven aar n ismiddag. kan tot don derdag 14 a Ook kunt zi pril. ch inschrijv en via www .bouwtotaa l-online.nl

Locatie: Xella Nederland BV Mildijk 141, 4214 DR VUREN www.xella.nl Inschrijven: De toegang is gratis maar u dient zich van te voren wel in te schrijven, want VOL = VOL! Inschrijven kan tot donderdag 14 april via info@handelsuitgaven.nl

De toeleverende industrie in de bouw moet continu innoveren om tegemoet te komen aan de steeds zwaardere eisen op het gebied van energiebesparing, duurzaam bouwen, gezondheid, wooncomfort, veiligheid op de bouwplaats, arbeidsomstandigheden, bouwsnelheid, bouwprocessen, logistiek, kosten en vergrijzing in de bouw. BouwTotaal wil deze kennis voor haar lezers ontsluiten via zogenaamde Kennismiddagen. Twee keer per jaar zal er in samenwerking met de toeleverende industrie een praktijkgerichte Kennismiddag worden georganiseerd. Lezers van BouwTotaal hebben gratis toegang, maar moeten zich vooraf wel registeren bij BouwTotaal. Een unieke kans dus om uw praktijkkennis te actualiseren!

(Advertentie)

Handelsonderneming

Vervelde PVC-materialen Importeur Dealer Pools Constructiebedrijf

Diverse Constructiewerken, o.a. containers/ gecertificeerde vetafscheiders gecertificeerde brandstoftanks Zandstraat 2 4927 RH Hooge Zwaluwe Tel. (076) 593 37 82 Fax (076) 593 47 67 E-mail: algemeen@vervelde.com

www.vervelde.com


SG A

Schilder, Glas & Afbouw

DĂŠ vakbeurs voor de schilder- en glasindustrie, afbouw en afwerking in de bouwwereld!

Openingstijden 14.00 - 22.00 uur

Hardenberg 22, 23 en 24 maart 2011

Gorinchem 25, 26 en 27 oktober 2011

Evenementen

HAL

HARDENBERG GORINCHEM VENRAY

Ons evenement.

www.evenementenhal.nl

UW MOMENT.


ACTUEEL

In drie weken een nieuwe inrichting ‘Voor het bouwen van een locatie van Domino’s Pizza staat drie weken, meer niet’, vertelt Robin Albersen, projectmanager bij bouwcoördinator MVRO. ‘We leveren elke locatie volledig ingericht op. Dit betekent dat de franchisenemer na drie weken direct aan de slag kan. De basis daarvoor ligt in een transparante en soepele samenwerking met Domino’s Pizza, maar ook met onze partners. Van Kessel Interieurprojecten uit Veghel weet bijvoorbeeld precies wat er wordt verwacht. Dat is snel en prettig samenwerken.’

Domino’s Pizza geeft de nieuwe vestigingen, in samenwerking met bouwcoördinator MVRO, een eigentijdse uitstraling. Het resultaat is al te zien in de onlangs geopende vestiging in Harderwijk. In het eerste kwartaal van 2011 volgen naar verwachting nog eens zes nieuwe locaties. Makers van Retailomgevingen, MVRO voorziet elke nieuwe locatie van een vloer met houtmotief. Per locatie is er minstens één muur bedekt met hoogwaardig natuursteen. Luxe wandpanelen, een strak gestuct plafond en sfeervolle verlichting maken de nieuwe uitstraling van de pizzeria compleet. Bestaande vestigingen die worden verbouwd, krijgen eveneens de nieuwe, eigentijdse uitstraling. Onder de naam Image Evolution kiest Domino’s Pizza voor een upgrade van het eigen winkelconcept ‘2020’. In nauw overleg met de holding in Australië heeft Domino’s Pizza Netherlands BV de winkeluitstraling doorontwikkeld voor de

9

Nederlandse markt. Bouwmanagementbureau MVRO is verantwoordelijk voor de doorvoering van deze uitstraling en de Nederlandse vestigingen. Sinds 2007 heeft MVRO 25 vestigingen voorzien van de juiste uitstraling. De retailinrichter uit Zaltbommel is houder van het standaard bouwboek en was vanaf de start halverwege 2010 nauw betrokken bij de ontwikkeling van de nieuwe profilering.

Convenant provincie en UNETO-VNI over leerwerkplekken Op 27 januari sloten de provincie Limburg en UNETO-VNI, de ondernemersorganisatie voor de installatiebranche, in Venlo het convenant 'Werken aan Vakmanschap'. De convenantpartners maken de afspraak om bij installatieprojecten van provincie en gemeenten voortaan altijd leerwerk- en stageplekken in te zetten. Dankzij het convenant krijgen honderden leerlingen die nu voor de branche verloren dreigen te gaan de kans om praktijkkennis op te doen. Vorig jaar sloot de provincie al een dergelijk convenant met de bouwsector en de woningcorporaties. Leerwerkplekken in de installatiebranche staan momenteel als gevolg van de daling van de opdrachten voor nieuwbouw en renovatie onder druk. Hierdoor is het voor bedrijven moeilijk om nog leerlingmonteurs (loodgieters, cv-monteurs of elektriciens) in dienst te nemen. Door deze ontwikkeling vrezen zowel de provincie als brancheorganisatie UNETO-VNI (regio Zuid) op termijn een gebrek aan goed gekwalificeerd personeel. Het convenant dat vandaag wordt gesloten, voorziet erin dat de convenantpartners bij de uitgifte van overheidsopdrachten zoveel mogelijk gebruikmaken van leerwerk- en stageplekken. Als dat het geval is, wordt dit in het aanbestedingsbestek vermeld.

Vakkennis hard nodig

Vanuit de provincie is gedeputeerde Noël Lebens initiatiefnemer van het convenant. Hij verwacht dat dankzij de afspraak met de installatiebranche veel jonge, talentvolle mensen voor de branche behouden blijven. Voorzitter Claudia Reiner van UNETO-VNI regio Zuid is verheugd over de totstandkoming van het convenant. 'Als de economie straks weer aantrekt, hebben we jonge vakmensen heel hard nodig. Dit convenant helpt om de instroom van jonge, gekwalificeerde werknemers op peil te houden. Het is voor de leden van UNETO-VNI een belangrijk signaal dat de overheid zich wil inzetten om jonge vakmensen in opleiding

Gedeputeerde Noël Lebens van de Provincie Limburg (links) is initiatiefnemer van het convenant. Hij verwacht dat dankzij de afspraak met de installatiebranche veel jonge, talentvolle mensen voor de branche behouden blijven. Voorzitter Claudia Reiner van UNETO-VNI regio Zuid is eveneens verheugd.

een kans te geven. Dankzij deze afspraak met de provincie wordt een nieuwe generatie vakmensen opgeleid.' Het convenant dat mede wordt ondersteund door de regionale opleidingscen-

Skill Card geeft inzicht in vakmanschap Terwijl opdrachtgevers steeds hogere eisen stellen aan kwaliteit en duurzaamheid van bouwobjecten, wordt de gemiddelde bouwplaats bevolkt door een bonte stoet van vaste en flexibele medewerkers, zzp-ers en buitenlandse inleenkrachten. Dit ontneemt een goed zicht op de mate, kwaliteit en actualiteit van scholing en vakmanschap van de medewerkers. Aannemersfederatie Nederland, de koepelorganisatie van MKB-bedrijven in bouw en infra, heeft daarom een Skill Card naar Engels voorbeeld ontwikkeld.

De Skill Card geeft precies aan welke opleidingen de medewerkers hebben gevolgd, welke diploma’s zijn behaald en of kennis recent is bijgespijkerd. De Skill Card kan op de bouwplaats via speciale telefoons door licentiehouders worden uitgelezen, zodat ter plekke precies kan worden gezien met wie ze van doen hebben. De eerste Nederlandse Skill Card is uitgereikt aan een tweetal medewerkers van Haverhals Metselwerken BV, tijdens de openingsmanifestatie van de Bouwbeurs 2011 te Utrecht, door de voorzitter van Aannemersfederatie Nederland, ing. Henk Klein Poelhuis.

Honderden Skill Cards

De eerste Nederlandse Skill Card is uitgereikt aan een tweetal medewerkers van Haverhals Metselwerken BV, tijdens de openingsmanifestatie van de Bouwbeurs 2011 te Utrecht, door de voorzitter van Aannemersfederatie Nederland, ing. Henk Klein Poelhuis (tweede van rechts).

Klein Poelhuis verwacht dat in 2011 enkele honderden Skill Cards zullen worden uitgereikt, in een aantal nader aan te wijzen pilots. Waar de metselbranche de spits afbijt, zullen de voegers- en dakenbranche en tegelzetters spoedig volgen, aldus Klein Poelhuis. Hij sprak de verwachting uit dat het initiatief van deze groepen Gespecialiseerde Aannemers spoedig navolging krijgt bij kleine en middelgrote hoofdaannemers

tra (ROC's), Colo (de koepelorganisatie van de kenniscentra) en Opleidingsfonds OTIB heeft een looptijd van vier jaar. Tussentijds vindt jaarlijks een evaluatie plaats van de behaalde resultaten.

en gww-bedrijven. De Federatievoorzitter maakte bekend dat de registratie van de opleidingen en diploma’s en de controle op de juistheid van de gegevens in handen is gegeven van het Opleidingsinstituut van Aannemersfederatie Nederland, BGA Nederland te Boxtel. Klein Poelhuis stelt dat de Skill Card, met het formaat van een betaalkaart, een scharnierfunctie vervult in het streven van de Federatie naar meer vaste dienstverbanden. ‘Ondernemers worden sterk geprikkeld te investeren in kwaliteit en daarmee in hun medewerkers. Dat is niet alleen goed voor betrokken bedrijven in hun jacht op een betere concurrentiepositie, maar zeker ook voor de opdrachtgevers. Het bevordert niet alleen de kwaliteit, maar ook de snelheid van werken en het verlaagt de faalkosten met tientallen procenten. Ik nodig vakbonden uit mee te denken over een verdere verfijning van de gegevens en eventuele andere functionaliteiten op de Skill Card.’


TECHNIEK Na-isolatie techniek biedt grote voordelen in nieuwbouw

Spray-isolatie voor woningnieuwbouw De EPC voor woningnieuwbouw is per 1 januari 2011 aangescherpt van 0,8 naar 0,6. De komende jaren gaat de EPC verder omlaag. Dat dwingt de bouw om te zoeken naar andere bouwmethodieken. Isolatiebedrijf Pluimers BV introduceert daarom de Pluimers HR IsoPlus-isolatie voor woningnieuwbouw. Hiermee kan een woning luchtdicht worden geïsoleerd bij een relatief geringe isolatiedikte.

Technisch manager Henk Otten (links) en Henk ter Harmsel (rechts), commercieel directeur Isolatiebedrijf Pluimers BV: ' Ondanks de economische crisis is onze omzet de laatste twee jaar verdubbeld. Dat geeft al aan dat de aandacht voor na-isolatie zeer groot is.’

We bouwen steeds energiezuiniger. Innovaties richten zich vooral op de installaties. Denk aan het gebruik van warmte/koude opslag in de bodem, warmtepompen, warmteterugwinning bij ventilatiesystemen, de micro-WKK of HRe-ketel, et cetera. Maar met de verdere aanscherping van de EPC naar 0,4 in 2015 en de opkomst van het Passiefhuisconcept volstaat een verdere innovatie in het installatieconcept niet meer. Vooral niet als we straks in 2020 zelfs energieneutraal moeten gaan bouwen. De focus moet weer verlegd worden naar de gebouwschil; daar is verdere winst te halen door nog beter te isoleren. Voor het bereiken van een zo duurzaam mogelijke energievoorziening heeft de TU Delft in het verleden een strategie ontwikkeld, die ook bekend staat onder de term 'Trias Energetica'. De nadruk ligt daarbij op de volgorde van opeenvolgende stappen:  Stap 1. Beperk de energievraag (zorg voor een goede bouwkundige schil met hoge isolatiewaarden).  Stap 2. Gebruik duurzame energiebronnen (zonne- en wind-energie, biomassa, warmte- en koudeopslag in de bodem).  Stap 3. Gebruik eindige energiebronnen efficiënt (HR-installaties en WTW-systemen). Uit deze stappen blijkt dat de energievraag eerst beperkt moet worden, door goed te isoleren. Het verbeteren van de EPC-waar-

10 de begint dan ook bij het verbeteren van de thermische schil. Pas daarna volgen de installaties. Hier ligt de komende jaren een grote uitdaging voor de toeleverende-industrie. Isolatiebedrijf Pluimers heeft die uitdaging opgepakt en ontwikkelde eind vorig jaar een isolatie voor spouwmuren in nieuwbouwwoningen met een lambdawaarde van slechts 0,021 W/m.K.

Na-isolatie

Doordat de CO2-besparing steeds meer op de politieke agenda komt te staan neemt de aandacht voor energiebesparing sterk toe. Niet alleen in de nieuwbouw - door de steeds lager EPC – maar ook in de bestaande bouw. Vooral woningcorporaties zijn door het aangescherpte overheidsbeleid op het gebied van CO2-besparing massaal aan het na-isoleren geslagen. ‘Ondanks de economische crisis is onze omzet de laatste twee jaar verdubbeld. Dat geeft al aan dat de aandacht voor na-isolatie zeer groot is’, zegt Henk ter Harmsel, commercieel directeur Isolatiebedrijf Pluimers BV. Het na-isoleren van bestaande woningen die gebouwd zijn na 1930 is relatief eenvoudig. De spouw wordt dan gevuld door het injecteren van een vloeibare spray, of het inblazen van EPS parels of minerale wol. Ook de bestaande begane grondvloer kan geïsoleerd worden. Technisch manager Henk Otten van Pluimers vertelt: ‘Ons bedrijf heeft al 35 jaar ervaring met vloerisolatie. Wij spuiten een twee-componenten PUR-schuim tegen de onderzijde van de vloer. Dit doen we volgens een door IKOBBKB gecertificeerd proces. Bij nieuwbouw kunnen we zelfs de bovenzijde van isolatie voorzien. Ook de bovenzijde of onderzijde van het dakbeschot bij bestaande hellende daken kunnen we met PUR-schuim isoleren. Voordeel van de spray-isolatie is dat we alle vormen kunnen volgen. Dus ook complexe constructies kunnen we isoleren.’

Spray-isolatie nieuwbouw

De spray-isolatie die wordt toegepast bij renovatie heeft gesloten cellen. Het is daar-


TECHNIEK

11 mocht blijven. Tegenwoordig is het metselwerk van zo’n hoge kwaliteit dat er nauwelijks nog vocht in de steen dringt. Daarnaast is de Pluimers HR IsoPlus-isolatie water- en luchtdicht. Een luchtspouw is dus niet meer nodig.’ Volgens Henk ter Harmsel is de arbeidstijd ongeveer gelijk aan het aanbrengen van traditionele isolatie: ‘Een alleenstaande woning isoleren we in één dag. We nemen daarbij maar een klein plekje in op de steiger. De kosten van 10 cm PUR schuim zijn wat hoger dan 10 cm minerale wol, maar je hebt veel minder nodig. De materiaalkosten zijn dus lager. De arbeidskosten zijn vergelijkbaar, omdat je vooral bij hoge isolatiewaarden bij toepassing van traditionele isolatie alle aansluitingen op de kozijnen

”Geen HOI. Geen deal.” Bert Kamp, mediamanager Rabobank

door luchtdicht en kent een zeer lage lambdawaarde van 0,021 W/mK. Na veroudering is dit altijd nog 0,024 W/mK. Henk Otten: ‘De hardschuimplaten die veel worden toegepast in de bouw zijn opencellig. De lambda-waarde daarvan ligt iets hoger dan gesloten cellige spuitisolatie. Gezien de steeds strengere energieprestatie-eisen hebben we ons de vraag gesteld

De spray-isolatie wordt door Pluimers al 35 jaar gebruikt om bijvoorbeeld onderzijden van bestaande vloeren te isoleren.

Pluimers isoleert al eniof het niet mogelijk is de gesloten cellige spray-isolatie in de nieuwbouw toe te ge tijd veelal alleenstaande woningen met een passen. We doen dat al lange tijd bij stallen, groente- en fruitcellen en onderzijde spray-isolatie, die tegen het van nieuwbouwvloeren. Later zijn we dat binnenspouwblad wordt ook gaan doen bij binnenspouwbladen van aangebracht. Hierna wordt het buitenspouwblad opgeluxe, alleenstaande woningen. Vervolgens metseld. wordt dan het buitenspouwblad opgemetseld. Voordeel is dat de isolatie luchtdicht aansluit op alle bouwdelen, zoals kozijnen, vloer- en dakaansluitingen. Naden door onSpouwisolatie en andere bouwdelen luchtdicht moet maeffenheden in de achterliggende construcDe nieuwe tweecomponenten isolatie beken. Bij onze spray-isolatie hoeft dat niet tie, onzorgvuldige uitvoering of aansluitinstaat uit een polyol component en een harmeer. Bovendien weet je zeker dat de voorgen op andere bouwdelen behoren tot het der. Beide componenten reageren in de geschreven warmteweerstand ook gehaald verleden.’ spouw tot een luchtdichte PUR schuimlaag. wordt.’ Volgens Otten is door de zeer lage lambdaOm de isolatie te kunnen injecteren plaatst Inmiddels zijn enkele nieuwbouw rewaarde ook een veel geringere isolatiedikte de metselaar tijdens het metselen van het creatiewoningen voorzien van de nieutoereikend: ‘De Rc-waarden bij passiefhuisbuitenspouwblad om de 80 cm horizontaal we isolatie. Het binnenspouwblad van debouw lopen al op tot 8,5 m2K/W. We gaan en verticaal een kort stuk elektrabuis in de ze woningen is van kalkzandsteen en het de komende jaren zelfs naar Rc-waarden voeg. Deze buisjes worden kort daarna uit buitenspouwblad is gemetseld. De spouwvan 10,0 m2K/W. Veel aannemers hebben de verse mortel getrokken, zodat kleine gabreedte is 120 mm. Ter Harmsel: ‘Nieugeen idee welke gevolgen dat heeft voor de ten resteren in het voegwerk. Door die gawe woningbouwprojecten komen er aan. gevel. Wanneer we voor minerale wol uitten wordt het schuim vervolgens geïnjecSteeds meer aannemers zien de kwalitagaan van een lambdawaarde van 0,038 teerd. Volgens Otten is een luchtspouw niet tieve voordelen bij woningbouwprojecten dan heb je maar liefst 33 cm nodig voor een nodig: ‘Dat is een fenomeen uit de tijd dat waar hoge isolatiewaarden gevraagd worRc-waarde van 8,5 m2K/W. Bij spray-isolatie het metselwerk nog niet zo’n hoge kwaden. Dit vraagt een andere wijze van bouis de benodigde dikte nog maar 18 cm. In de liteit had, waardoor het niet lang vochtig wen. Wij bieden een oplossing.’ voor- en achtergevel scheelt dat in totaal (Advertentie) 30 cm! Dat betekent dus ook 30 cm meer binnenruimte of juist 30 cm minder funderingen, gevel, dak en vloeren. De kosten”Geen HOI. Geen deal.” besparing is dan enorm! Bovendien moet de buitenschil bij passiefhuisbouw luchtBert Kamp, mediamanager Rabobank dicht zijn, maar dat is met traditionele isolatie bijna niet te realiseren. Bij spray-isolaEen adverteerder die wil weten of hij het juiste bedrag betaalt voor tie is de gevel luchtdicht. Je hoeft daardoor z'n advertentie kijkt of een titel het HOI-keurmerk heeft. Dan zijn de geen rekening meer te houden met de kouEen adverteerder dietraditiowil weten of hij het juiste bedrag betaalt voor z’n advertentie debrugfactor of f-factor, zoals bij oplagecijfers gecontroleerd en zijn de advertentietarieven daarop nele isolatie.’ kijkt of een titel het HOI-keurmerk heeft. Dan zijn de oplagecijfers gecontroleerd en gebaseerd. PS Deze titel heeft het HOI-keurmerk. Voortaan dus alle binnenspouwbladen zijn de advertentietarieven daarop gebaseerd. PS Deze titel heeft het HOI-keurmerk. eerst volsprayen? ‘Het klinkt mooi, maar er zit ook een beperking aan deze werkwijHOI. De Harde Cijfers. www.hoi-online.nl ze. Het sprayen van het binnenspouwblad is een aparte handeling die ook uitgevoerd ”Geen HOI. Geen deal.” moet worden door een gespecialiseerd isoBert Kamp, mediamanager Rabobank latiebedrijf. Daarbij moet het werk worden afgeschermd, omdat de spuitnevel anders tot ongewenste vervuiling van de omge de perfecte oplossing  tevens leveren wij voor nieuwbouw en lichtstraten, isopanelen, ving leidt. We vroegen ons daarom af of renovatie! afwerkprofielen en we de spray-isolatie niet in de spouw kon in diverse kwaliteiten accessoires van o.a. Corus Colorcoat,  alles klantspecifiek en den injecteren, net zoals bij EPS parels en Tata Steel en Ruukki met snelle levertijden! glaswol. Uiteindelijk hebben we een tweecomponenten gesloten cellige isolatie onttel. (0166) 66 70 15, fax (0166) 66 70 16 wikkeld die in de spouw geïnjecteerd kan www.dutchprofiles.nl / e-mail: info@dutchprofiles.nl worden.’


TECHNIEK

12

Prefab houtskeletbouw: snelle bouw en kostenvoordelen Bouwen wordt steeds meer monteren. Werken met grote geprefabriceerde elementen heeft veel voordelen, zoals een hoog bouwtempo, een betere kwaliteit en minder faalkosten. En als die prefab elementen dan bovendien nog zijn opgebouwd als houtskeletbouwelementen, hebben deze ook nog de voordelen van een milieuvriendelijke bouwwijze met hout als duurzaam product. De doorzettende trend naar prefabricage én milieuvriendelijk bouwen in houtskeletbouw biedt daarom volop kansen voor de bouw. Tekst: Carla Debets Bouwtekst

Prefab houtskeletbouwelementen kunnen de faalkosten aanzienlijk terugbrengen. Dat is inmiddels gebleken bij talloze projec-

ten. En het terugdringen van de faalkosten staat op dit moment van crisis in de bouw weer volop in de belangstelling. Volgens recent onderzoek (onder andere van Pricewaterhouse-Coopers (PwC), september 2010) zijn de faalkosten vanaf 2001 tot 2009 opgelopen van circa 7,7 procent van de totale omzet naar bijna 11 procent; ofwel 5,5 miljard euro! Het belang van het reduceren van deze kostenpost wordt wel onderkend, maar de recente cijfers wijzen uit dat aannemers daar nog steeds niet in slagen. Om de faalkosten te verminderen moeten niet alleen fouten voorkomen worden, maar dienen partijen ook beter te communiceren, grondiger voor te bereiden én afspraken na te komen. Vaak wordt ook vergeten de bevindingen rond het eindresultaat terug te koppelen met de verantwoordelijke partijen. Met prefab houtskeletbouw elementen worden alle zaken in de fabriek minutieus voorbereid. De elementen hebben een grote maatnauwkeurigheid. Door driedimensionale voorbereiding op de computer en digitale aansturing van de productie hoeft er op de bouwplaats nog maar weinig gepast en gemeten te worden, waardoor men dus snel kan werken. Berekeningen én ervaring op diverse bouwprojecten hebben uitgewezen dat de faalkosten door toepassing van houtskeletbouwelementen kunnen worden verlaagd tot circa 1 procent. Hierdoor kunnen projecten in houtskeletbouw, die aanvankelijk als duurder worden aangemerkt, onder de streep vaak toch goedkoper blijken te zijn dan traditionele bouwmethoden.

Voorbereiding in de fabriek

De geconditioneerde omstandigheden in de fabriek waar de hsb-elementen gefabriceerd worden, staan garant voor een hoge kwaliteit, een optimale maatvastheid bij kleine toleranties, goede passing en luchtdichte aansluitingen. Met steeds modernere CNC machines is meer mogelijk dan

zo’n tien jaar geleden. Waren aanvankelijk nog grote series van dezelfde elementen een voorwaarde om betaalbare elementen te kunnen maken, nu vormen zelfs unieke producten geen probleem meer. Eén van de

weinige beperkingen aan de elementen is de maximale grootte; vanwege het transport over de weg zijn de maximale afmetingen circa 3,30 x 10,00 meter. Extra zekerheid ten aanzien van de kwaliteit van prefab houtskeletbouwelementen wordt geboden als de houtskeletbouwers en/of houtskeletbouwtimmerfabrikanten zijn aangesloten bij de Vereniging van Houtskeletbouwers (VHSB). Zij geven bij hun producten een KOMO attest-(met productcertificaat) Houtskeletbouw af, een door de overheid erkende kwaliteitsverklaring. In dit document liggen onder meer de technische specificaties en de details van het systeem vast. Daarnaast worden adviezen gegeven voor transport, opslag en montage. Bij de voorbereiding in de fabriek wordt veel aandacht besteed aan de aansluitdetails (bouwtechniek): goede bouwkundige detaillering (waterdichtheid, luchtdichtheid), eenvoudig te maken, passing/speling op de bouwplaats/ tolerantie, inspelen op snelle ‘koppeling’. Daarnaast zijn de elementen en de detaillering (organisatorisch) afgestemd op de montagevolgorde en op de hijsvoorzieningen.

Voorbereiding op de bouwplaats

Organisatorisch stelt een bouwwijze met houtskeletbouw elementen als voorwaarde dat alle partijen op de hoogte moeten zijn van het bouwsysteem. Gevolg is dat er vaak wordt samengewerkt met dezelfde partijen (co-makers) die inmiddels ook ervaring hebben opgedaan: het wiel hoeft niet meer opnieuw uitgevonden te worden én de samenwerkende partijen hebben meer respect voor elkaars werkzaamheden. Om de voordelen van prefab houtskeletbouw op de bouwplaats optimaal te benutten, moet er een aantal handelingen goed voorbereid worden, zoals:  Transport op de bouwplaats. Tussenopslag van houtskeletbouwelementen

moet worden voorkomen. Daarvoor is een goede afstemming nodig van het transport naar en op de bouwplaats. Levering dient bij voorkeur just-in-time te gebeuren. Doordat de hsb-elementen relatief licht van gewicht zijn, kan veelal worden volstaan met een lichtere – dus goedkopere – bouwkraan.  Tussenopslag. Als tussenopslag onvermijdelijk is dan moet vochtindringing in het hout voorkomen worden. Afdekking en ventilatiemogelijkheden zijn hierbij belangrijk. Aandacht verdient ook het voorkomen van beschadigingen (controle) aan beschermende folies;  Plaatsing elementen. Bij plaatsing van de prefab elementen moeten van tevoren de benodigde bevestigingen of ver-

een centreerlat om het houtskeletbouwelement snel te kunnen plaatsen. De vlakheid van de betonvloer (voorbereiding!) en het aanbrengen van een goede luchtdichting (schuimband) zijn eveneens belangrijke aandachtspunten.

ankeringen aan de overige bouwdelen bevestigd zijn. Hierbij geldt bijvoorbeeld dat het ter plaatse boren van bevestigingen zorgt voor een betere maatvoering. In projecten die compleet bestaan uit prefab houtskeletbouw wand- en vloerelementen, vergt vooral het plaatsen van de eerste houtskeletbouw wandelementen op de (betonnen) begane grondvloer veel aandacht. Ook hierbij moet vochtindringing in de houtskeletbouwelementen worden voorkomen, bijvoorbeeld door het aanbrengen van een vochtkerende laag. Vaak wordt gebruik gemaakt van een zorgvuldig waterpas gestelde muurplaat, voorzien van

Dit project heeft vier woonlagen en is gebouwd volgens het Maskerade bouwsysteem. Architect Maarten van der Breggen won met dit systeem de houtinnovatieprijs 2003. Kenmerkend is een verticale opbouw per stramien (van 7,5 meter), waardoor de stramienen eerder onder dak zijn, beschermd tegen weer en wind. Dit leverde een ruwbouwtijd van drie weken op. Door de snelle weer- en winddichtheid van de stramienen kon bovendien de afbouw

Woningen in vier lagen

Naast de al veel langer bekende elementen in hsb waarmee ook betonnen of andere casco’s snel wind- en waterdicht zijn, worden ook steeds meer projecten compleet in prefab hsb-elementen opgebouwd. Prefab en houtskeletbouw blijken een prima combinatie! Het in 2009 opgeleverde woningbouwproject in vier lagen houtskeletbouw in Buren is een goed voorbeeld van de toepassing van grote prefab elementen.


TECHNIEK

13

Reductie bouwafval Bij een goede voorbereiding en een hoge mate van prefabricage van de houtskeletbouwelementen kan de bouwtijd naar schatting 30 tot 40 procent korter zijn. Voor een vrijstaande woning betekent dit bijvoorbeeld dat het casco in één tot twee dagen opgebouwd kan worden. Daarnaast ontstaat op de bouwplaats weinig bouwafval en is de bouwplaats dus relatief schoon.

sneller starten, en dus het totale bouwproces in elkaar geschoven worden. Bij deze verticale opbouw liggen de vloerelementen op sponningen in de wandelementen. Dit leidt – aldus architect Van der Breggen – tot minder kieren en krimp dan bij de gebruikelijke platformmethode. De prefab houtskeletbouw gevels hebben in dit project dikkere stijlen - namelijk 180 mm in plaats van de gebruikelijke 140 mm - vooral uit oogpunt van méér isolatie. Bij de oplegging van de vloerelementen in de gevelelementen lopen bovendien de geïsoleerde wandelementen voor de vloer langs door, zodat geen aparte isolatiestroken – met naden – meer nodig zijn.

Prefab daken

Voor prefab dakelementen gelden dezelfde voordelen als voor overige houtskeletbouwelementen: snel bouwen, minder faalkosten, minder afval op de bouwplaats, enzovoort. En dat geldt zowel voor nieuwbouw- als voor renovatieprojecten. Prefab daken met een houtskeletbouw opbouw zijn standaard gevuld met minerale wol (glaswol/steenwol). Hiermee hebben deze daken een andere opbouw dan sandwichdakplaten waarin veelal op olie gebaseerde isolatiematerialen toegepast zijn. De minerale wol in de houten dakelementen zorgt voor een uitstekende brandveiligheid: minerale wol is onbrandbaar en er is nauwelijks rookontwikkeling. De minerale wol geeft bovendien een betere geluidsisolatie. Prefab daken met een houtskeletbouw op-

bouw hebben doorontwikkelde bevestigingen aan de constructie door het houten frame, de vooraf berekende en duidelijk aangegeven bevestigingspunten. Dergelijke voorzieningen zijn bij sandwich-dakplaten veelal niet aanwezig. Behalve bevestigingspunten hebben fabrikanten van prefab dakelementen bijvoorbeeld ook een slim (goot)detail ontworpen waarmee de elementen elke dakhelling kunnen krijgen (met ‘scharnierverbindingen’). Anders dan bij houtskeletbouw gevels is bij prefab daken veel aandacht besteed aan de kwaliteit van de bovenfolie (in vergelijking met de folie aan de buitenzijde in gevels). Op daken wordt immers vaak nog gewerkt (bijvoorbeeld met pannen leggen), waardoor de kans op beschadigingen groter is. Anderzijds moet toch een goede dampdoorlatendheid gewaarborgd worden. Sinds de herziening van de KOMO-attesten (in 2006) zijn bovendien de stijfheidseisen verhoogd zodat de doorbuiging van de SKD-daksegmenten lager is dan het Bouwbesluit voorschrijft. Ook bij een hoge moeilijkheidsgraad van een dakconstructie kan prefab uitkomst bieden. Zo werd een landhuis in Hattem ontworpen met een dak met getordeerde dakvlakken. Het in de fabriek torderen van de prefab panelen leidde tot een snellere bouw en tot een betere kwaliteit van het dak. Doordat de randen van de dakplaten meteen al in de fabriek op de juiste wijze werden afgeschuind, leverde dit een goede kwaliteit van de naadaansluitingen op. Vergelijkbaar met de houtskeletbouwers die zijn aangesloten bij de VHSB en die leveren met KOMO-attest-met-productcertificaat, zijn leveranciers van houtskeletbouw dakelementen aangesloten bij de Sectie Kwaliteit Dak (SKD) van de NBvT.

Het in 2009 opgeleverde woningbouwproject in vier lagen houtskeletbouw in Buren is een goed voorbeeld van de toepassing van grote prefab elementen.

Drie studenten aan de Academie voor Architectuur, bouwkunde en Civiele Techniek van de Hanzehogeschool Groningen deden recent onderzoek naar het belang van reductie van bouwafval. Zij concludeerden: houtskeletbouw is de meest afvalreducerende en minst schadelijke bouwmethode. Dit komt onder meer door het modulaire bouwen in houtskeletbouw. Eenvoudige details voorkomen veel snijverlies. Goede details beperken bovendien het gebruik van kit en PUR voor de afdichting (materialen die veel klein gevaarlijk afval opleveren en vrijwel niet recyclebaar zijn). De totale hoeveelheid bouw- en sloopafval die Nederland tegenwoordig per jaar produceert is 21 Mton: éénderde van de totale hoeveelheid afval. Hiervan wordt circa 90 tot 95 procent gerecycled of verbrand, de rest wordt gestort (betekent niet alleen kosten voor verbranding maar ook voor transport). Veel aandacht voor de reductie van bouwafval was er bijvoorbeeld in het houtskeletbouwproject De Zunne in Groningen: bouwer VDM Woningen en afvalbedrijf Van Gansewinkel onderzochten samen de mogelijkheden wat leidde tot scheiding van zeven tot acht fracties. Hierdoor bleef nog maar twee procent residu over, ofwel materiaal voor de verbrandingsoven. In een ‘normaal’ project ligt dit residu op circa 35 procent!

Veel aandacht voor de reductie van bouwafval was er in het houtskeletbouwproject De Zunne in Groningen.

Zij leveren hun producten af met KOMOattest-met-productcertificaat Houtachtige Dakconstructies.

Hoe compleet?

Prefabricage van houtskeletbouwelementen en -daken kan vér gaan. Zo groot en compleet mogelijke elementen beperken het aantal handelingen op de bouwplaats. De mate van prefabricage is een kwestie van afstemmen op een optimale werkzijde. En uiteraard ook van kosten. Zo kunnen gevelelementen compleet met kozijnen, beglazing en gevelafwerking worden aangeleverd, maar de kozijnen en/of gevelafwerking kunnen ook op de bouwplaats worden aangebracht. Dakelementen zijn prefab leverbaar inclusief een dakbedekking als kunststof; dakpannen dienen uiteraard op de bouwplaats aangebracht te worden. Ook (delen van) de installatie worden soms al fabrieksmatig ingebouwd, zoals zonnecollectoren en luchtdoorvoeren. Bovendien is er een trend om steeds meer driedimensionale prefab houten constructies toe te passen, zoals dakkapellen en erkers. In prefab houtskeletbouw is het eenvoudig om aan steeds hogere eisen van warmteisolatie te voldoen. In de passiefhuisbouw

is het welhaast een must om zo groot mogelijke prefab elementen toe te passen, in verband met de vereiste luchtdichtheid: hoe minder lengte van aansluitingen, hoe luchtdichter de constructie. Hoewel wand- en gevelelementen meestal zo compleet mogelijk worden aangeleverd – voor gevelelementen bijvoorbeeld ook inclusief wandcontactdozen – is het bij vloerelementen nog steeds gebruikelijk dat deze zonder onderafwerking (plafond) worden geprefabriceerd en toegeleverd. Dit heeft vooral te maken met het wegwerken van kanalen en leidingen: op de bouwplaats zelf in de vloeren aanbrengen biedt toch nog de meeste flexibiliteit en de minste kans op fouten. Voorlopig nog … want leveranciers van prefab elementen zijn steeds weer op zoek naar mogelijkheden om in te spelen op nieuwe wensen. De verwachting is dat de trend naar nog meer prefabricage alleen maar zal toenemen.

Meer info:

- Centrum Hout: www.houtinfo.nl - Vereniging van Houtskeletbouwers (VHSB): www.vhsb.nl; www.houtinfo.nl - Nederlandse Bond van Timmerfabrikanten (NBvT): www.dakeninfo.nl

(Advertentie)


TECHNIEK

14

Drijvend kantoor: verplaatsbaar en demontabel Vastliggen in het ijs en vervolgens in de file liggen voor doorvaart naar Amsterdam. Dit gebeurt niet met elk bouwproject. Maar het drijvende bedrijfspand voor Waternet Amsterdam kwam eind november 2010 – door de winterse omstandigheden – even niet verder dan de haven van Lelystad. De verplaatsbaarheid is ook voor de toekomst een belangrijk voordeel, in verband met de mogelijke ontwikkelingen van het terrein waar het kantoor nu ligt. Met de realisatie van dit kantoor deed Attika Architekten weer de nodige ervaring op om drijvende gebouwen verder ‘van de grond’ te krijgen. Tekst: Carla Debets Bouwtekst. Foto’s: Attika Architekten en ABC Arkenbouw

Opdrachtgever Waternet is gevestigd op een terrein aan de Papaverweg in Amsterdam-noord. Mét haven omdat het schoonmaken van de Amsterdamse grachten met boten - een belangrijk deel van de werkzaamheden vormt. Het Stadsdeel wil echter de helft van dit terrein in de toekomst gebruiken voor woningbouw. Waternet besloot daarom een nieuw bedrijfspand te laten ontwerpen, met ‘drijvend’ als belangrijkste eis. Dit zou niet alleen minder beslag leggen op het resterende terrein, maar ook de mogelijkheid bieden in de toekomst eenvoudig naar een andere plek te verhuizen. ‘Een kwestie van verstandig investeren’, zegt Niek Kruisheer, architect bij Attika Architekten. Dit architectenbureau won de prijsvraag die Waternet uitschreef onder vijf architectenbureaus. Belangrijkste overwegingen om voor Attika te kiezen, waren de architectuur en stedenbouw, de duurzaamheid van het gebouw (Waternet wil graag een duurzaam profiel uitdragen) én de bouwkosten.

Bak of drijflichaam

Voor het nieuwe bedrijfspand was een redelijk groot programma van eisen opgesteld, met 950 m2 vloeroppervlak. ‘Hiervoor was eigenlijk alleen een ontwerp met een betonbak geschikt. Een drielaags kantoor op een drijflichaam zou snel instabiel worden. Vóór dit ontwerp hadden we al diverse studies gedaan naar de mogelijkheden van drijflichamen en betonbakken. Op grond daarvan kwamen we voor dit kantoor al snel uit op een betonbak, waarbij we een groot deel van het programma ‘onder water’ konden realiseren’, licht Kruisheer toe. Eén van de eerste studies die het architectenbureau deed, was: waar moet het gebouw gemaakt worden en waar moet het heen? Voor het prijsvraagontwerp was al samengewerkt met ABC Arkenbouw uit Urk, dus de bouwplaats was al – deels – duidelijk. Maar ook deze bouwplaats heeft beperkingen. Dit gold niet alleen voor de hoogte van de betonbakken met opbouw, maar vooral voor de lengte. De lengte van circa 31 m (inclusief de overtekende verdieping) was echt maximaal, mede in verband met het uitvaren en de draaicirkels. De sluis van Urk van 7 m breed was bepalend voor de breedte van één betonbak. Dit betekende dat het gebouw moest worden opgedeeld in twee delen, met elk een eigen betonbak. De uiteindelijke breedte van circa 12 m paste prima op het beschikbare water/terrein van 15 m breed. Bovendien leverde dit ook geen problemen op als het kantoor verplaatst zou worden onder een nog toekomstige brug door, die maximaal 15 m breed zou worden.

Twee bakken: één gebouw

Beide helften van het kantoor bestaan dus uit een lange, smalle betonbak van circa 6 x 27 m en een tweelaagse opbouw. Dit betekent ook dat bij koppeling een dubbe-

Vogelvluchtperspectief, met de containerlook bijgebouwen op de kade.

le betonwand aanwezig is in het midden van de betonbak. ‘Maar dit leverde met de inpassing van het programma geen problemen op’, licht Kruisheer toe. ‘In de betonbakken hebben we , behalve enige archief- en bergruimte, de douches ondergebracht. Volgens de Arbodienst zijn werknemers van Waternet namelijk verplicht te douchen vóór zij het terrein af gaan. Nu zitten de damesdouches in de ene bak en de herendouches in de andere. Doorbraken in de wand zijn niet nodig. Maar ook niet gewenst in verband met de ligging onder water.’ Bij de opbouw van de betonbakken moest niet alleen rekening worden gehouden met de stabiliteit van de afzonderlijke delen (door tijdelijk extra ballast) maar ook bij-

voorbeeld met de windbelasting. Bij koppeling van de twee delen in de haven van Urk – ná de sluis – konden echter de extra stabiliteitsvoorzieningen weer verwijderd worden. De koppeling zelf is door ABC Arkenbouw voor een deel onder water aangebracht, met behulp van staalconstructies. In de haven van Urk is het kantoor ook verder afgebouwd.

Het drijvend kantoor voor Waternet in Amsterdam met de warme rieten ‘jas’ aan de buitenzijde.

Inbreidbaar

Eén van de eisen van Waternet was dat het gebouw uitbreidbaar diende te zijn. Attika zag dit echter als een lastige opgave, vooral in verband met het opvangen van bewegingen in de koppeling. In plaats van het gebouw uitbreidbaar te maken, ontwierp het architectenbureau daarom in één helft van het gebouw een dubbelhoge kantine. Deze ruimte biedt de mogelijkheid in de toekomst een extra verdiepingsvloer te plaatsen. Hiervoor zijn de voorzieningen al in de wanden aangebracht. De dubbele verdiepingshoogte van de kantine heeft echter wel als gevolg dat deze helft van het bedrijfspand minder gewicht

In de fabriek van ABC Arkenbouw: de start met bekisting en wapening voor de betonbak.

heeft dan de andere helft. Bij de koppeling van de bakken zou dit kunnen leiden tot scheefliggen. Het ontbreken van de vloer is daarom gecompenseerd door de betonwanden en vloeren van deze bak wat dikker te


TECHNIEK maken. Als in de toekomst de extra vloer in de kantine wordt aangebracht en dus het zwaartepunt weer wordt verplaatst, zal dit in de andere bak gecompenseerd moeten worden door ook meer ballast toe te voegen. Hierdoor komen beide bakken dieper in het water te liggen, maar hier is met de berekening van de vrijboordruimte al rekening gehouden. Vrijboordruimte is de afstand die het water onder de rand van de betonbak staat, in dit geval aanvankelijk 45 cm.

Bouwgegevens Opdrachtgever: Waternet, Amsterdam Ontwerp: Attika Architekten, Amsterdam, Zutphen Adviezen constructie: Meyer en Joustra, Heerenveen Adviezen bouwfysica: Smits van Burgst, Zoetermeer Uitvoering: ABC Arkenbouw, Urk Bruto vloeroppervlak: 950 m2 Bruto inhoud: 8400 m3 Start bouw: maart 2010 Oplevering: januari 2011 Bouwkosten: circa 1,5 miljoen euro

Houtskeletbouw bovenbouw

De opbouw van de betonbakken bestaat uit houtskeletbouw. Dit zorgt voor een laag zwaartepunt van het totale gebouw. Daarbij is dit de gangbare werkwijze van ABC Arkenbouw. De diverse houtskeletbouwonderdelen worden prefab in de fabriek samengesteld. Daarmee wordt niet alleen een hoge kwaliteit bereikt maar kan ook snel worden gebouwd. De maximale hoogte van het gebouw heeft zowel te maken met de hoogte van de fabrieksruimte als met de bruggen waar het kantoor onder door moest varen. Om deze gebouwhoogte te beperken, zijn geen hout-

Voor het kantoor zijn twee complete betonbakken gerealiseerd.

15

De twee kantoorhelften zijn nagenoeg gereed om uitgevaren te worden.

Inbouw van de ruimten in de betonbak: de dames- en herendouches voor de werknemers van Waternet.

De staalplaatbetonvloeren – in plaats van de gebruikelijke houtskeletbouwvloeren – leidden tot een lagere gebouwhoogte.

Het gebouw kreeg een rieten gevelafwerking die goed past in de waterrijke omgeving én die zorgt voor extra isolatie.

skeletbouwvloeren toegepast, maar staalplaatbetonvloeren. Dit scheelde maar liefst zo’n 75 cm in de gebouwhoogte. In deze vloeren konden bovendien eenvoudig de leidingen worden opgenomen voor verwarming en koeling.

Bodywarmer: rieten gevel

De houtskeletbouw bovenbouw is voorzien van een rieten gevel. Dit paste goed in de filosofie van Attika om een duurzaam ontwerp te maken: ‘In de eerste plaats is de verplaatsbaarheid van het kantoor vanuit duurzaamheid al een groot milieuvoordeel. Daarnaast is het ook nog eens demontabel door het gebruik van hout en riet.’ Deze materialen zijn bovendien herbruikbaar en biologisch afbreekbaar volgens de cradle to cradle filosofie én door gebruik van inlands hout en Nederlands riet, milieuvriendelijk door minimaal transport. De 25 cm dikke rieten gevel fungeert

Kijk op www.bouwtotaal-online.nl voor de detaillering van de aansluiting houtskeletbouwgevel – vloer – betonbak.

Vanwege de grootte van het gebouw gebeurde de opbouw in de fabriek in Urk in twee delen.

Doorsneden, waarop onder meer de dubbelhoge kantineruimte te zien is.

ook als bodywarmer voor het gebouw en draagt daarmee in belangrijke mate bij aan de hoge doelstelling van een EPC-waarde van 1,0. Kruisheer vindt dat het beeld met de rieten jas bovendien goed past bij Waternet: ‘Ook de mensen van Waternet lopen met bodywarmers. En tenslotte past riet ook nog eens goed in een waterrijke omgeving.’ In de rieten gevel zijn aluminium kozijnen toegepast. Het gebruik van houten kozijnen kan bij toekomstig onderhoud problemen opleveren in verband met het milieu, bijvoorbeeld door verf of verfresten in het water. En onbehandeld hout paste volgens Waternet niet in het duurzame karakter van het gebouw. Bij de keuze voor aluminium stond vooral de technische duurzaamheid en de recyclebaarheid voorop.

Installaties

Duurzaamheid heeft ook een belangrijke rol gespeeld bij de keuzes voor de instal-

laties. Bijzonder is dat in de bodem van de betonbakken collectoren zijn ingegoten. Op circa 1,50 a 1,60 m diepte is de temperatuur in de winter altijd hoger dan aan de oppervlakte. Met een warmtepomp wordt het temperatuursverschil benut voor de ver-

warming. En in de zomer voor koeling, als het dieper gelegen water een lagere temperatuur heeft. De koeling en verwarming gebeurt via de vloeren en via koelplafonds. Daarbij vindt warmteterugwinning uit de ventilatielucht plaats. Op het dak van het kantoor zijn eveneens collectoren aangebracht. Deze zorgen voor het warm water van de douches. Kruisheer: ‘Dit is een mooi samenspel met de werktijden van de mensen. Als ze ’s middags tegen 4 of 5 uur van hun werk komen, heeft de zon de hele dag z’n werk gedaan en hebben de collectoren voldoende warmte geoogst. Hierop hebben we het aantal collectoren afgestemd. Het betekent ook dat iedereen precies vijf minuten heeft om te douchen.’

Eind januari j.l. kon het kantoor – na vastliggen in het ijs - eindelijk naar zijn ‘definitieve’ bestemming worden gevaren.



GEZIEN op de

17

Gezien op de Internationale Bouwbeurs Utrecht

8 t/m 10 februari

De redactie van BouwTotaal werd voorafgaande aan de Internationale Bouwbeurs Utrecht bedolven onder beursinnovaties. Het is een goed teken dat de toeleverende industrie in de bouw zo stevig inzet op productvernieuwing. Helaas konden we niet alle productinnovaties plaatsen, vooral ook omdat een deel onze digitale burelen veel te laat bereikte. We willen u ook deze noviteiten niet onthouden.

Lichtgewicht stalen dakpanelementen Icopal introduceerde tijdens de Internationale Bouwbeurs in Utrecht, Decra stalen dakpanelementen. In vele Europese landen heeft dit lichtgewicht stalen dakpansysteem zich al bewezen. Icopal ziet volop mogelijkheden in Nederland voor het product. Vanwege de combinatie van duurzaamheid, weinig onderhoud en het geringe gewicht. Decra is gemaakt om een leven lang te profiteren van een probleemloos (licht) hellend dak met een fraaie uitstraling. Decra heeft het uiterlijk van traditionele dakpannen. De elementen zijn echter onbreekbaar door de sterke verzinkte stalen kern. Daarnaast is het materiaal circa zeven maal lichter dan traditionele dakpannen. Dankzij het geringe gewicht en de afmeting van de dakpanelementen zijn ze gemakkelijk te hanteren, snel te plaatsen en kan volstaan worden met een lichtere, economische dakconstructie. Het systeem is ideaal

voor renovatie. In veel renovatie situaties kan de bestaande dakbedekking zelfs blijven liggen, waardoor hoge sloopkosten worden uitgespaard. De dakpanelementen bieden door de bevestigingsmethode weerstand aan alle klimatologische omstandigheden, zoals stormen, hagelbuien en vorst. Met de elementen zijn

Handleiding steigers op je mobieltje Altrex introduceerde op de Bouwbeurs in Utrecht Altrex Mobile Safety® met QR-codes op rol- en vouwsteigers. Met behulp van een smartphone geeft de QR-code direct digitaal toegang tot de handleiding opbouw en gebruik van de steigers. Aangezien steeds meer gebruikers de beschikking hebben over een smartphone betekent deze innovatie een aanzienlijke vergroting van de veiligheid voor de gebruikers.

Wettelijk (Arbobesluit) is vastgelegd dat een handleiding op het werk aanwezig moet zijn. In de praktijk heeft een gebruiker niet altijd de handleiding opbouw en

gebruik bij de hand. Met de Altrex Mobile Safety® QR-code heeft de gebruiker nu zowel bij de op- en afbouw als bij het werken op de steiger de actuele handleiding altijd digitaal tot zijn beschikking. Op de platformen van alle Altrex rol- en vouwsteigers uit de 5000- en 4000-serie is een QR-code afgebeeld. Na het scannen daarvan met de smartphone is de handleiding direct digitaal beschikbaar. Uiteraard worden deze rol- en vouwsteigers zowel met een ‘papieren’ handleiding als een QR-code geleverd.

Ook achteraf te coderen

Ook rol- en vouwsteigers die reeds in ge-

8 t/m 10 februari

veel ontwerpstijlen mogelijk. Icopal biedt vijf modellen in vele kleuren, leverbaar met natuurlijk steengranulaat of in gladde uitvoering. Hiermee krijgt ieder gebouw de gewenste uitstraling, van traditioneel tot zeer modern. Er is ook een Acoustic variant, met nog betere geluiddempende eigenschappen. De dakpanelementen worden conform de strengste milieunormen geproduceerd. Decra Classic is het meest geplaatste, gegranuleerde, metalen daksysteem in Europa en heeft zichzelf al vele jaren bewezen in diverse regio’s met verschillende klimaatomstandigheden. Alleen al in het Verenigd Koninkrijk en Ierland is meer dan 12 miljoen m² verwerkt. Dat is vergelijkbaar met circa. 200.000 huizen van gemiddelde omvang. Icopal bv, Groningen, (050) 551 63 33, www.icopal.nl

bruik zijn kunnen worden voorzien van een QR-code. Via de Altrex-website kunnen stickers worden aangevraagd. Op deze wijze kunnen ook oudere rolsteigers altijd worden voorzien van de actuele handleiding opbouw en gebruik. Alle andere Altrex producten zullen gefaseerd worden voorzien van een QR-code voor het raadplegen van handleidingen/gebruiksaanwijzingen. In de loop der jaren is er vaak sprake van veranderende regelgeving. Een groot voordeel van Altrex Mobile Safety® is ook dat altijd direct de meest recente handleiding opbouw en gebruik digitaal kan worden geraadpleegd. Verder is er keuze uit meerdere talen voor werknemers die het Nederlands minder goed beheersen. Zo is de handleiding opbouw en gebruik voor de 5000-serie rol- en vouwsteigers al te raadplegen in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Pools, Tsjechisch, Zweeds, Italiaans, Portugees en Spaans. Altrex bv, Zwolle, (038) 455 77 00, www.altrex.com

Makita deelt Prestatieverbeteraars uit Begin maart gaf Makita de aftrap voor de grootschalige campagne ‘Makita Prestatieverbeteraars ®. Ervaar het verschil’. Met deze campagne benadrukt Makita het belang van goede accessoires. Vijftien geselecteerde accessoires zijn aangemerkt als Prestatieverbeteraars. Deze producten zorgen voor een optimale verbinding tussen het gereedschap en het materiaal, waardoor de bewerking van het product beter, sneller, stiller of nauwkeuriger verloopt en de productiviteit toeneemt. Vooruitlopend op de start van de campagne deelde Makita tijdens de Bouwbeurs een sampleverpakking met een TXL slagschroefbit PZ2 uit aan bezoekers. Deze dubbelzijdige conische bit met een lange levensduur is speciaal ontworpen om hoge aandraaimomenten van slagschroevendraaiers op te vangen. Tijdens de actieperiode komend voorjaar, kunnen professionals via de website www.makita.nl een sample van een Prestatieverbeteraar aanvragen om het verschil ten opzichte van de andere accessoires zelf te ervaren. Voor het leveren van vakwerk zijn goede accessoires minstens zo belangrijk als goede machines. Tot de Prestatieverbeteraars behoren onder andere de TXL slagschroefbit, het Mforce zaagblad, twee speciale decoupeerzaagbladen, P4S SDS-PLUS betonboor, twee hard metalen reciprozaagbladen, een zelfslijpende SDSMAX puntbeitel, diverse diamantschijven, een universele gatzaag met houder en centreerboor en een kunststof schroefgeleider.

Kortingsactie

Professionals kunnen via www.makita.nl één gratis Makita Prestatieverbeteraar aanvragen. De verpakking is voorzien van een speciale actiecode waarmee de ontvangers vervolgens verschillende producten met korting kunnen nabestellen. Deze korting, die oploopt van 15 tot 25 procent, geldt alleen voor bestellingen via de website. Makita Nederland B.V., Eindhoven, (040) 206 40 40, www.makita.nl

Demontabele veiligheidsbumper voor hoogwerkers Rolsteigers veroorzaken vaak schade aan hun omgeving door de uitstekende wielen en remmen. Ook knikschaar hoogwerkers veroorzaken schade, meestal aan gevels. Dat komt doordat bij werken op hoogte de bediening moeilijker te controleren is. Voor de rolsteigers is er al een handig beschermingsproduct op de markt onder de naam ‘Steigerbumper’. Op de Bouwbeurs werd ook voor hoogwerkers een afdoende oplossing getoond: de XL Safety Bumper. Invent Trade BV heeft voor hoogwerkers een beschermingsproduct ontwikkeld. Er is dezelfde gepatenteerde profilering gebruikt als bij de Steigerbumper, maar dan in een stevigere en robuustere uitvoering. Hierdoor is er een product ontstaan dat een flinke impact kan verwerken en zodoende de omgeving beschermt. Niet alleen wordt door het gebruik hiervan schade aan ge-

bouwen voorkomen, maar ook het bedienende personeel loopt minder risico om de handen te beknellen tussen gevel en machine. Gebouwbeheerders en verzekeringsmaatschappijen zullen het gebruik van deze XL Safety Bumper toejuichen. Door deze bescherming te gebruiken geef je als ondernemer blijk van zorg en respect voor ander-

mans eigendom. Glazeniers, glazenwassers, schilders, gevelmonteurs, schoonmaakbedrijven, montagebedrijven, reclamebedrijven, elektromonteurs, enzovoort, zullen dit product naar waarde weten te schatten. Schade geeft voor alle betrokken partijen veel ergernis doordat er veel kostbare tijd verloren gaat met de afhandeling van verzekeringsmaatschappijen en het regelen

van de reparaties. Voorkomen van schade en letsel is niet alleen van economisch belang voor uw bedrijf, maar ook uw bedrijfsimago zal hierdoor niet geschaad worden. Invent Trade BV, Almere, (036) 841 20 88, www.inventtrade.nl en www.steigerbumper.nl



GEZIEN op de

Plafondplaten van bamboe Tijdens Material Xperience 2011 in hal 1 van de Bouwbeurs presenteerde OWA een nieuwe reeks plafondplaten. Onder de naam ‘OWAcoustic premium Bamboe’ breidt de leverancier van kwalitatief hoogwaardige plafonds haar assortiment uit met een natuurlijk ogend alternatief. OWA ziet binnen de architectuur de vraag naar natuurlijke materialen groeien. Govert van Nunen, Sales Manager van OWA: ‘De plafondplaten met een bamboecoating geven grote en kleine ruimtes een natuurlijke en warme uitstraling. Daarnaast zorgt het voor een perfecte akoestiek in omgevingen waar veel wordt gepraat.’ De productenserie is beschikbaar in een lichte of donkere bamboekleur en in drie verschillende dessins. Door de kleur en het motief is de bamboe-plafondplaat een elegante tegenhanger van de bekende houten vloer.

VSB pakt uit tijdens Bouwbeurs 8 t/m 10 februari

De Vereniging van Steiger-, Hoogwerk- en Betonkistingbedrijven (VSB) presenteerde zich volop tijdens de Internationale Bouwbeurs. De vereniging organiseerde opnieuw het symposium ‘Veilig werken op hoogte’ en er waren weer demonstraties steigerbouw en instructies. Verder werd het nieuwe A-blad Veilige steiger gepresenteerd, vond de introductie plaats van een platform met informatie over hoogwerkers en was er aandacht voor de geactualiseerde Richtlijn Steigers.

Elegante constructie

Dankzij een speciale constructie is het mogelijk om het plafond te monteren zon-

A-Blad Veilige steiger

Voorbeeld van de toepassing van ‘OWAcoustic premium Bamboe’ in een vergaderruimte.

der dat er een systeem zichtbaar is. Govert van Nunen: ‘We willen een uniek onderdeel uit de Aziatische cultuur toegankelijk maken voor de Europese markt. Belangrijke uitgangspunten bij de ontwikkeling van dit product zijn de elegante en afgewerkte uitstraling, goede akoestiek en maximale brandveiligheid. Het is ons gelukt om deze te combineren en we zijn dan ook bijzonder trots op dit resultaat.’ In de plafondplaat zitten grotere of kleinere perforaties voor optimale geluidsabsorptie. De akoestische absorptie van deze serie loopt op tot een waarde van 0,70. Dit maakt de plaat zeer geschikt voor de toepassing in ruimten waarin mensen elkaar ontmoeten zoals wachtruimten, restaurants of grote ontvangsthallen.

19

Jan Warning, directeur Arbouw, heeft het eerste exemplaar van het A-blad Veilige Steiger uitgereikt aan Jan ten Doeschate, voorzitter van de Vereniging van Steiger-, Hoogwerk- en Betonbekistingbedrijven (VSB) en aan Raf Tripaldelli, directeur van BAM Materieel en voorzitter van de Kontaktgroep Materieel (KOMAT) van Bouwend Nederland. De uitreiking vond plaats na afloop van het symposium ‘Veilig op de hoogte’ dat op donderdag 10 februari jl. werd georganiseerd. In het nieuwe A-blad Veilige Steiger staan de afspraken die werkgevers en werknemers hebben gemaakt om te komen tot een tijdelijke veilige werkplek op hoogte en hoe hier veilig mee om te gaan. Het A-blad beschrijft het proces dat zich afspeelt vanaf het moment dat er behoefte is aan een steiger (inclusief de voorbereiding) tot het moment dat de steiger na gebruik wordt afgevoerd. De in het A-blad beschreven veiligheidsmaatregelen zijn bedoeld voor de opdrachtgevers van het steigerbouwbedrijf, opgeleide steigermonteurs, de medewerkers van het steigerbouwbedrijf en de gebruikers van de steigers.

Portal voor hoogwerkers

Drie verenigingen van verhuurbedrijven en producenten van onder meer hoogwerkers hebben de handen ineen geslagen voor de introductie van een platform met informatie over hoogwerkers: www.hoogwerkerplatform.nl. Middels de website voorzien

OWA Benelux BV, Amsterdam, (020) 682 53 05, www.owa.nl

De nieuwe website www.hoogwerkerplatform.nl vormt de start van een verdergaande samenwerking tussen de Vereniging Verticaal Transport (VVT), de Vereniging van importeurs of fabrikanten van Bouwmachines, Magazijninrichtingen, Wegenbouwmachines en Transportmaterieel (BMWT) en de Vereniging van Steiger-, Hoogwerk- en Betonbekistingbedrijven (VSB).

de verenigingen de branche van informatie en kennis op het gebied van normalisatie en certificering, scholing en opleiding, weten regelgeving en keuringen en inspecties. Daarnaast geeft www.hoogwerkerplatform.nl zicht op de kennisoverdracht en belangenbehartiging die door de verenigingen worden verzorgd. De nieuwe website vormt de start van een verdergaande samenwerking tussen de Vereniging Verticaal Transport (VVT), de Vereniging van importeurs of fabrikanten van Bouwmachines, Magazijninrichtingen, Wegenbouwmachines en Transportmaterieel (BMWT) en de Vereniging van Steiger-, Hoogwerk- en Betonbekistingbedrijven (VSB). De verenigingen representeren gezamenlijk een kleine 400 lidbedrijven. Met de samenwerking wordt over de cultuurverschillen en deelbelangen heengestapt en een bron gecreëerd waar iedere gebruiker van hoogwerkers terecht kan voor objectieve informatie.

Richtlijn Steigers geactualiseerd

De begin 2009 geïntroduceerde Richtlijn Steigers is geactualiseerd. Het (digitale) document dat steeds de ‘stand van de tech-

Het steigerbouwspektakel op de Bouwbeurs 2011 trok flink de aandacht van de bezoekers.

ten die daarbij aan de orde komen zijn het ontwerpen, construeren en monteren van stalen steigers, scholing, het gebruik en de oplevering en de interpretatie van normbladen, wetteksten of beleidsregels. De Arbeidsinspectie hanteert bij inspectie-acties de Richtlijn Steigers als uitgangspunt en naslagwerk voor de inspecteurs. De Richtlijn Steigers is verkrijgbaar via www.richtlijnsteigers.nl of het secretariaat van de Richtlijn Steigers.

Demonstratiewedstrijden Steigerbouw

Tijdens de Bouwbeurs stond donderdag 10 februari het buitenterrein van de Jaarbeurs in het teken van de steigerbouw. Onder het toeziend oog van ervaren leermeesters, een vakkundige jury en duizenden geïnteresseerde beursbezoekers, lieten eerstejaars leerlingen van het Opleidingsbedrijf VSB hun kunsten zien tijdens de montage en demontage van vier ingewikkelde steigers. Voor de beursbezoekers was het schouwspel niet te missen. Naast de hoofdingang van de Jaarbeurs in Utrecht verrezen vier

Na de demonstratiewedstrijd werden alle leerlingen (Marvin Rikkers, Joram van der Belt, Schalk Horstink, Djordy Gomes Semedo, Rachid Mohmadi, Lonnie Wijnstekers, Gerard Evertse, Robert van Ardenne, Ritchie de Kort en Fabian Kessels) met hun leermeesters (Boet Alferink, Albert van der Belt, Rob Broekers, Jaap Nuis, Willem Bachus, Thom Baden en Leen van Wensen) gehuldigd op het VSB-Plein. Hier kregen zij, naast diverse prijzen, hun individuele - en teambeoordeling.

niek’ vertegenwoordigt, is een initiatief van de VSB en de Komat; de materieeldiensten aangesloten bij Bouwend Nederland. Vragen uit de branche en aanbevelingen van deskundigen zijn in de nieuwste geüpdate versie van de richtlijn verwerkt. Inmiddels zijn er duizenden handboeken, webabonnementen en intranetaansluitingen verkocht en werd er via www.richtlijnsteigers.nl een driehonderdtal vragen beantwoord. Een gedeelte daarvan heeft geleid tot wijziging van onderdelen van de Richtlijn. Een ander gedeelte is verwerkt in de FAQ-functie van de portal. Abonnees van de portal www.richtlijnsteigers.nl kunnen direct beschikken over de actuele versie; zij kunnen hun Handboek updaten door het downloaden en afdrukken van de gewijzigde pagina’s. De Richtlijn Steigers is uitgevoerd als handboek en website waar alles te vinden is met betrekking tot stalen steigers. Aspec-

grote steigers. De demonstraties waren bedoeld om geïnteresseerde aankomende monteurs en andere beroepsgroepen te laten zien wat het vak ‘monteur steigerbouw’ inhoudt. De teams stonden onder leiding van ervaren leermeesters van de steigerbouwbedrijven Yelloo, Van der Panne, Rojo Steigerbouw en Travhydro. Zij coachten de enthousiaste leerlingen tijdens de montage en demontage, zorgden ervoor dat de teams de steigers veilig en volgens de tekening en berekening opbouwden en grepen in wanneer dit nodig was. Tegelijkertijd beoordeelde een professionele vakjury de monteurs-in-spé op hun vaktechnische vaardigheden, veiligheidsperceptie en ergonomie. De Demonstraties Steigerbouw werden mede mogelijk gemaakt door Van Thiel United, Layher, Yelloo, Van der Panne, Rojo Steigerbouw, Travhydro, Reco, Henny van Ommeren, Arbouw, Artros, Bollé en Earmo.



Milieu

21

De groene tapijttegel

Tsunami van ‘groene’ labels Marketeers hebben ontdekt hoe duurzaamheid de positionering van een bedrijf kan ondersteunen. Het gevolg hiervan is een orkaan van verschillende productclaims. Volgens de Global Eco Monitor zijn er 340 verschillende labels in 42 landen voor allerlei producten: van auto's tot zeep, maar ook bouwmaterialen. Bij tapijten lezen we kreten als ‘CO2 neutraal’, ‘recycled’, ‘natuurlijk’, ‘fair-trade’, ‘organisch’ en ‘milieuvriendelijk’. Duurzaamheid is echter te complex om uitgelegd te kunnen worden door een claim op een enkel aspect of groen label. Om de duurzaamheid van een product beoordelen is er maar één mogelijkheid: beoordeel het op basis van de feiten. Door: InterfaceFlor

de grondstoffen bewerken en assembleren voordat deze uiteindelijk bij de klant terecht komt. Ook tijdens de gebruiksduur bij de klant en de uiteindelijke verwijdering is sprake van milieu-impact. In elke fase van de levenscyclus van een product is er sprake van milieu-impact. De internationaal geaccepteerde methode om deze impact te bepalen per fase, en dus ook voor

welke onderdelen van onze processen in de gehele voortbrengingsketen verbeterd kunnen worden of welke alternatieve materialen ingezet kunnen worden. De grootste aandacht hier gaat uit naar het garen dat door toeleveranciers wordt gemaakt, omdat daar de meeste energie wordt geconsumeerd om aardolie in polyamides garens om te zetten. Daarom richten wij ons op dematerialisatie door producten te ontwikkelen waar minder garens in worden verwerkt, het recyclen van garens en het ontwikkelen van alternatieve garens.

Vraag om milieuproductverklaring

EPD’s, ofwel environmental product declarations, zijn gebaseerd op de genoemde levenscyclusanalyses volgens ISO normen en op helder gedefinieerde Europees geharmoniseerd product categorisatie regels. Voor verschillende producten zijn verschillende regels (bijvoorbeeld wasmachine of tapijt). Voor alle vloerbedekkingen, zoals tapijt, linoleum, laminaat en hout, gelden dezelfde regels.

Mission Zero Oprichter Ray Anderson van InterfaceFlor gooide in 1994 het roer om. Na het lezen van het boek de Ecology of Commerce van Paul Hawken raakte hij ervan overtuigd dat bedrijven duurzaam moeten opereren. Sinds die tijd staat duurzaamheid centraal bij het bedrijf. Door haar duurzaamheidstrategie ‘Mission Zero’ wil de onderneming voor 2020 geen negatieve impact meer uitoefenen op het milieu en uiteindelijk zelfs een herstellende bijdrage leveren. Om deze doelstelling te realiseren heeft het bedrijf een omvangrijk programma ontwikkeld waarbij op zeven ‘fronten’ wordt omgeschakeld naar duurzame alternatieven. Die fronten zijn: geen verspilling, goede emissies, hernieuwbare energie, het sluiten van de cirkel, efficiënt transport, betrokkenheid creëren en innovatief ondernemen. Producttransparantie is dan ook essentieel in de milieufilosofie van InterfaceFlor.

Duurzame producten

Om te weten welk product het meest duurzaam is moet men de milieu-impact van verschillende producten vergelijken over hun gehele levenscyclus. Tapijt lijkt op het eerste gezicht niet de meest voor de hand liggende testcase voor duurzame producten, maar in feite is de tapijttegel industrie één van de voorlopers met betrekking tot dit onderwerp. Architecten en ingenieurs ontwerpen continu meer energie-efficiënte gebouwen. Maar het is ook belangrijk om te kijken hoeveel energie het gekost heeft om de materialen te maken die in het gebouw gebruikt worden. De LCA geeft inzicht in de hoeveelheid in het product ‘opgeslagen’ energie. Dit is een zuivere methode mede om te voorkomen dat energielast van een gebouw verschoven zou kunnen worden naar de gebruikte materialen.

Levenscyclusanalyse

De meeste producten worden geproduceerd via een keten van leveranciers, die

TactTiles.

Het aandeel gerecycled materiaal in tapijttegels van InterfaceFlor kan in het garen oplopen tot wel zeventig procent. Maar het bedrijf gaat nog verder door nieuwe garens te ontwikkelen. Het bedrijf heeft zelfs al een vloertegel gefabriceerd van bananenblad, riviergras en kokosvezels. Sinds 1995 neemt InterfaceFlor al haar tapijttegels terug om deze schoon te maken en te hergebruiken of te downcyclen. Het bedrijf is sinds 2007 in staat garen en rug van elkaar te scheiden en deze te recyclen als grondstof voor nieuwe tapijttegels. Daarnaast is de Graphlex rug die het

het geheel, is de levenscyclusanalyse (LCA). Deze is gedefinieerd door the International Standards Organisation en vastgelegd in de normen ISO14040 and ISO14044. Een LCA calculatie berekent van een product de milieu voetafdruk op de aarde. Denk aan de gevolgen voor water, land, ozonafbraak, energie en opwarming van de aarde. Verschillende producten hebben ook een verschillend impact profiel: voor een pen of een tapijttegel zal de impact het hoogste zijn bij het winnen van de grondstoffen. Voor machines die energie gebruiken is de milieu-impact het hoogst tijdens het gebruik. Zoals bekend moeten we bij bijvoorbeeld bij een wasmachine kijken naar de efficiency ten aanzien van stroom en water. Kouder wassen en gewichtsdetectie zijn ontwikkeld om deze efficiency te verbeteren en zodoende een betere milieuprestatie te leveren. InterfaceFlor voert voor elke tapijttegel uit haar collectie een levenscyclusanalyse uit. We gebruiken de LCA om te identificeren

De EPD's helpen de architect, inkoper of consument om betrouwbare transparante informatie te krijgen over de milieu-impact van producten. Deze verklaringen leveren de benodigde input voor certificatie systemen voor duurzame gebouwen, zoals LEED en BREEAM. Doordat EPD's op normen zijn gebaseerd - en in geval van InterfaceFlor ook door een onafhankelijke derde partij zijn geverifieerd (IBU Institut fur Bau und Umwelt) - zijn ze maximaal betrouwbaar. Helaas is de beoordeling van de duurzaamheid van een product dus geen eenvoudige zaak en kan niet gereduceerd worden tot een label. In labels an sich ligt niet de toekomst. Om de gevolgen van een koopbesluit echt te kunnen begrijpen moet je dus bereid zijn om je enigszins te verdiepen in de milieu- maar ook de sociale impact van een product gedurende de gehele levenscyclus. EPD's zijn momenteel het beste instrument ter ondersteuning van het koopproces met betrekking van duurzaamheid van een product.

bedrijf standaard voert, de backing die het milieu het minst belast in vergelijking met andere mogelijke rugafwerkingen op basis van levenscyclusanalyse. Daarnaast kunnen de tapijttegels lijmvrij worden geïnstalleerd. Door te leren van de natuur, biomimciry, zijn unieke installatiestickers ontwikkeld. Deze verbindingsmethode TacTiles vermindert de milieubelasting met maar liefst 90 procent en draagt bij aan beter binnenklimaat.



BOUWGEBREKEN

Vochtplekken in houten dansvloer Een familie koopt in een dorpje in de Bollenstreek een oude bollenschuur. Ze realiseren op de begane grond een dansschool en op de verdieping een woonruimte. Na verloop van tijd vertoont de dansvloer steeds groter wordende donkere vlekken. Ook lijkt het dat de vloer plaatselijk steeds meer gaat doorveren en bewegen. Aan Bureau voor Bouwpathologie de vraag om de oorzaak en omvang van het vochtprobleem op te sporen en met een adequate oplossing te komen. Door: Jos van Leeuwen Bureau voor Bouwpathologie BB te Montfoort, www.bouwpathologie.nl

De begane grondvloer betreft een betonvloer en de verdiepingsvloer betreft een houten balklaag met een houten vloer. De bovenverdieping wordt gerenoveerd en ingericht als woonruimte. De begane grond wordt opgedeeld in een dansruimte, een kleed- en doucheruimte en een ruime entree/hal. De vloer in de dansruimte wordt voorzien van een zwevende houten parketvloer. De vloeren in de overige ruimten wordt afgewerkt met rode granieten vloertegels. Tijdens het gesprek met de eigenaren blijkt dat de vloer niet geheel vlak was. Daarom is de dansvloer door middel van houten ribben waterpas en vlak gelegd. De overige vloeren zijn uitgevlakt met een nieuwe

is, is te zien dat de vloer erg dun is (circa 7 centimeter). Door een beschadiging aan de zijkant van het kruipluik is te zien dat er alleen aan de onderzijde van de vloer wapening aanwezig is (foto 2). De kruipruimte is ontstaan doordat het zand onder de vloer circa 40 cm is weggezakt / ingeklonken (foto 3). Dit gedeelte van de kruipruimte is beperkt toegankelijk ten gevolge van ‘weggewerkt’ afval. Hierdoor is de betonvloer slechts beperkt te beoordelen. Wanneer het kruipluik bij de achterdeur geopend wordt, komt er ook hier een klamme stank naar boven. De ruimte staat vol met water en drab. De onderzijde van de betonvloer hangt vol met condensdruppels. Op het moment dat de onderzijde van de vloer wordt bekeken, wordt er in de kleedruimte een wastafel gebruikt. Luidt watergekletter in de kruipruimte is het gevolg. De riolering is onder de vloer

losgeraakt en loost al geruime tijd onder de vloer in de kruipruimte. Met het hoofd door het kruipluik hangend wordt vastgesteld dat de vloer onder de dansvloer is gebroken / bezweken. Het wapeningsijzer is in ernstige mate door roestvorming aangetast.

23 De vochtvlekken in de houten dansvloer zijn ontstaan ten gevolge van het vocht in de kruipruimte dat als waterdamp door de slechte kwaliteit betonvloer trekt. Door het wegzakken van het zandpakket onder de vloer, is de draagkracht van de vloer sterk verminderd. Deze is daardoor, mede door de trillingen ten gevolge van het dansen, bezweken. Dat de dansvloer plaatselijk veert en doorzakt (foto 4) is nu te verklaren door het feit dat de betonvloer is bezweken. De dansvloer ligt op houten ribben, die de breuk nog overspannen en de dansvloer en danseressen draagt. De situatie met de dansvloer is gevaarlijk en directe actie is ge-

Foto 3. De ontstane kruipruimte.

Foto 1. Vochtvlekken in de parketvloer.

Foto 4. Scheefstand en doorgezakte dansvloer.

cementdekvloer met vloerverwarming en afgewerkt met rode granieten vloertegels. Ter plaatse van de voor- en de achterdeur zijn kruipluiken gerealiseerd.

wenst. Wat begon als de vraag om de oorzaak en omvang van het vochtprobleem op te sporen en met een adequate oplossing te komen, eindigt met het vervangen van de constructieve begane grondvloer.

Onderzoek naar oorzaak vocht

Na het gesprek met de eigenaren wordt begonnen met het onderzoek. Uit bestudering van een oude bouwtekening blijkt dat de woning op kleefpalen is geheid. De fundering bestaat uit een betonnen ringbalk met een middenbalk van de voorgevel naar de achtergevel. De betonnen begane grondvloer is op het zand gestort. Tevens is de vloer opgelegd op de funderingsbalken. De toegepaste betonmortel is zogenaamd stampbeton. Een rondje om het pand leert dat de kruipruimte niet geventileerd wordt. Er zijn geen roosters zichtbaar. Om het klimaat onder de vloer te bepalen wordt het kruipluik bij de voordeur geopend. Een warme, vochtige stank komt uit het donkere gat naar boven. Nu de betonvloer van onder af te bekijken

Hersteladvies

1) Het vervangen van de betonvloer. Hiervoor moet de gehele begane grond leeggehaald worden. Hierna kan er een balken- en broodjesvloer geplaatst worden, die naar eigen voorkeur afgewerkt kan worden. Dit gaat de eigenaren echter te ver: ‘De vloeren in de kleedruimte en de entree vertonen geen problemen.’ 2) Tevens moeten er in de gevels ventilatieroosters geplaatst worden, om voldoende ventilatie in de kruipruimte te realiseren. 3) De (ophanging van de) riolering in de kruipruimte verdient een degelijke renovatie. Foto 2. Beschadigde betonvloer.


BOUWKOSTEN

24

Bouwkosten van prefab betonlateien Voor het aanbrengen van prefab betonnen lateien kan men kiezen uit diverse soorten prefab voorgespannen lateien, zoals zelfdragende of samenwerkende lateien. Al dan niet in een schoonwerk of vuilwerk uitvoering. Als voorbeeld publiceert casadata.nl hier de gecalculeerde richtprijzen van prefab betonnen samenwerkende schoonwerk lateien met waterhol.

Samenwerkende prefab betonlatei leggen

Bij de samenwerkende latei wordt de belasting overeenkomstig het principe van een drukboog in het bovenliggende metselwerk of lijmwerk overgebracht op de samenwerkende latei. Daarbij ontstaan er spatkrachten bij de opleggingen van de latei, die de latei moet kunnen opvangen. Daarom is voor de afmetingen van de samenwerkende betonnen lateien het volgende van toepassing:  Maximale dagmaat is 2.600 mm bij lateien tot en met 90 mm hoog en 3.600 mm bij lateien van 114 en 120 mm hoog;  Minimale hoogte, inclusief de betonlatei, is 240 mm bij lateien tot en met 90 mm hoog en 300 mm bij lateien van 114 en 120 mm hoog.  Minimale opleglengte is 150 mm bij een dagmaat tot 2.000 mm en 200 mm bij een grotere dagmaat. Bij kalkzandsteen de door de leverancier geadviseerde grotere opleglengten aanhouden. Bij een samenwerkende latei mag men geen tussenoplegging toepassen. Ook kan een samenwerkende latei geen vloerbelasting opnemen, zodat men altijd onder de vloer een elastische voeg moet toepassen. Men mag aan de onderzijde van de betonnen latei geen lasten bevestigen. Bij het constructieve metsel-/lijmwerk boven de latei moet men voor de eerste laag tussen de betonlatei en het metsel-/lijmwerk altijd metselspecie of een voldoende dikke laag lijm over de volle lengte en breedte toepassen. Hierdoor kan er tussen de ruwe bovenkant van de latei en de vlakke onderkant van het metsel-/lijmwerk voldoende aanhechting plaatsvinden. Men

Simpel begroten met ruim 11.000 richtprijzen van www.casadata.nl

Voor betrouwbare richtprijzen van de bouw- en onderhoudskosten ga je naar www.casadata.nl. Daar vind je circa 11.500 richtprijzen op basis van complete calculaties. Elke calculatie kun je na het inloggen direct bekijken, downloaden, aanpassen of er een eigen begroting mee maken.

Snelle en betrouwbare indicaties van de kosten van metselwerk hebt u bij de hand met het handige kostenboekje Metsel- & lijmwerk uit de serie Casadata Bouwkostenwijzer. Dit boekje bevat kostentabellen met calculaties van casadata.nl. U kunt elk kostenboekje bestellen voor € 10,- exclusief btw en verzendkosten. De overige Bouwkostenwijzer boekjes betreffen Kozijnen, ramen en deuren; Timmerwerk & afbouwtimmerwerk; Betonwerk, metaal- en staalconstructies; Stucwerk, tegelwerk en afwerkvloeren; Dakdekkerswerk; Projecten verbouw en restauratie; Projecten nieuwbouw.

zien van een wegmetselbare oplegging. Voor het ontluchten en ontwateren van de spouw kan men een stootvoeg open houden halverwege de latei. Waterkeringen (van bijvoorbeeld vinylslabbe, bitumenweefsel of lood) moet men altijd onder de betonnen latei aanbrengen, nooit over de betonlatei heen.

Aandachtspunten

Voor samenwerkende lateien moet men mortel toepassen met een kwaliteit van minimaal M7,5 met minimaal 0,2 N/mm2 hechtsterkte. Bij het verwerken van de betonnen latei met baksteen, moet men de bakstenen winddroog verwerken om een goede hechtsterkte tussen latei en bakstenen te realiseren. Winddroog houdt in, dat de bakstenen van buiten droog moeten zijn.

Door www.casadata.nl

Prefab voorgespannen betonnen lateien kunnen zelfdragend of samenwerkend zijn. Zelfdragende lateien kunnen zelf de optredende belastingen van de bovenliggende constructie opnemen en afdragen naar de opleggingen. Bij samenwerkende lateien brengt de latei samen met het metselwerk de belasting naar de opleggingen. Zodra een vloer de belasting afdraagt op de latei, moet men een zelfdragende latei kiezen, omdat een samenwerkende latei géén vloerbelastingen kan opnemen. Hoeft de latei alléén de belasting van het metselwerk op te vangen, dan kan men kiezen tussen een zelfdragende of een samenwerkende latei.

Metselwerk in handig kostenboekje Metsel- & lijmwerk

Alle complete calculaties van de prefab betonnen lateien kunt u na het inloggen op www.casadata.nl zien. Deze calculaties kunt u dan ook meteen downloaden in Excel en eenvoudig aanpassen. In de kostenberekening is uitgegaan van prefab samenwerkende betonlateien. Voor prefab zelfdragende betonlateien en voor ander lateihoogten staan de bouwkosten op www.casadata.nl weergegeven. Het regionale kostenniveau betreft de regio Oost Gelderland (postcode 7000 - 7100). Op www.casadata.nl ziet u het kostenniveau van uw eigen regio door het opgeven van de postcode. Bij de indirecte kosten is gerekend met een toeslag op de directe kosten van 17 procent. Dit toeslagpercentage bestaat uit 8 procent voor algemene bedrijfskosten, 5 procent voor winst en 3 procent voor risico.

Bouwkosten moet de stootvoegen in het metsel- of lijmwerk vol metselen of vol lijmen. Dilataties moet men altijd buiten de samenwerkende lateilengte aanbrengen. De betonnen latei moet men tijdens het metselen en het uitharden van de gemetselde lagen voldoende ondersteunen:  afstand 1.000 mm bij 16 lagen metsel-/ lijmwerk;  afstand 1.250 mm bij 10 lagen metsel-/ lijmwerk;  afstand 1.500 mm bij 6 lagen metsel-/ lijmwerk;  afstand 1.750 mm bij 4 lagen metsel-/ lijmwerk. Het steenachtige materiaal van de constructieve opmetselhoogte moet minimaal 10 N/mm2 druksterkte hebben. De lateien in het buitenblad kan men eventueel voor-

In de kostenberekeningen is uitgegaan van de uitvoeringstijden voor de werkzaamheden en van de bruto prijzen voor de materialen en producten zonder inkoopkortingen. Er is uitgegaan van voorgespannen, samenwerkende enkellaagse lateien met een vrije overspanning tot 2,6 meter en van samenwerkende tweelaagse lateien met een vrije overspanning tot 3,6 meter. Met uitzondering van de 60 mm hoge lateien, voldoen alle voorgespannen betonlateien aan de dekkingseis van NEN 6720. De kosten zijn per strekkende meter latei uitgedrukt. De kosten zijn exclusief het verstek zagen, steigerwerk, transport- en bouwplaatskosten. Elk kostenbedrag is gedetailleerd berekend met alle directe uitvoeringskosten van arbeid en materiaal. Het uurloon is zonder opslagen voor de bouwplaatskosten, algemene bedrijfskosten en winst en risico.

Kostentabel samenwerkende schoonwerk betonlatei met waterhol aanbrengen, kosten per meter bij 25 m lengte, excl. btw, bron casadata.nl Activiteit

Vrije overspanning

Hoogte

Bijzonderheid

Directe Kosten

Indirecte Kosten

Totaal

Prefab betonnen, samenwerkende, schoonwerk betonlatei met waterhol aanbrengen, tot 25 m hoeveelheid

Tot 2.600 mm

60 mm

100 mm

13,58

2,31

15,89

210 mm

31,42

5,34

36,76

320 mm

50,42

8,57

58,99

70 mm

100 mm

19,88

3,38

23,26

83 mm

100 mm

21,13

3,59

24,72

210 mm

39,27

6,68

45,95

320 mm

65,95

11,21

77,16

90 mm

100 mm

27,77

4,72

32,49

114 mm

100 mm

29,92

5,09

35,01

210 mm

48,12

8,18

56,3

320 mm

78,3

13,31

91,61

100 mm

29,92

5,09

35,01

210 mm

48,42

8,23

56,65

320 mm

78,3

13,31

91,61

Tot 3.600 mm

120 mm

Kostenspecificatie aanbrengen prefab schoonwerk betonlatei met waterhol, 70 x 150 mm, tot 25 m hoeveelheid, excl. btw, bron casadata.nl Kostencomponent

Omschrijving

Hoeveelheid

Eenheid

Norm per eenheid

Totaal uren

Kosten per uur / eenheid

Totaal Kosten

Loonkosten

Schoonwerklatei, prefab beton, aanbrengen

25

m1

0,08

2,00

37,80

75,60

Subtotaal loonkosten Materiaalkosten

Directe kosten

2,00

75,60

Schoonwerklatei, prefab beton, type 08, afmeting 70x150 mm

25

m1

20,75

518,75

Kraankosten, leggen prefab betonlatei

25

m1

4,00

100,00

Subtotaal materiaalkosten

618,75

Eindtotaal directe kosten

694,35


BOUWKOSTEN

25

Bouwkosten van waterslagen en raamdorpels

Ed weet raad

Onder bijna ieder kozijn - of het nu een houten, aluminium of kunststof kozijn is - zit een waterslag of raamdorpel. Die zorgt ervoor dat het regenwater snel wordt afgevoerd, waardoor de gevel schoon en droog blijft. Daarnaast geeft een waterslag de gevel ter plaatse van de kozijnen net een klein accent. Ze zijn er in alle maten, kleuren en materiaalsoorten. Voor iedere situatie is er wel een oplossing. Maar wat kost dat allemaal? Door: Ed de Rechteren van Hemert Multiconsultants edrecht@multiconsultants.nl www.nbi-online.nl

In deze kostenvergelijking gaan we alleen in op het kostenniveau. De unieke eigenschappen van elk product of materiaalsoort laten we buiten beschouwing. Bij deze vergelijking zijn we uitgegaan van een project van tien woningen. De waterslagen worden compleet vervangen, zowel op de begane grond als de verdieping. De oude aanwezige waterslagen of raamdorpels worden volledig verwijderd en eventuele beschadigingen worden hersteld. Rekening is gehouden met materiaalverlies tijdens verwerking. Alle te maken kosten zijn opgenomen in de vergelijking, zoals materiaal- en loonkosten.

Prefab beton

Prefab betonnen dorpels zijn aan de vooren bovenzijde glad. De dorpels onderkauwen met gemodificeerde mortel, die de verschillende uitzetting van het metselwerk en de betonnen raamdorpel kan opvangen. Tevens moet er rekening worden gehouden met een open stoetvoeg van minimaal 5 mm. Er is aan de onderzijde een waterhol aangebracht.

In de rubriek Ed weet Raad komen verschillende vragen met betrekking tot bouwkosten aan bod. Die vragen kunnen lezers stellen aan BouwTotaal. Uit de inzendingen kiezen we ieder nummer van BouwTotaal een prangende vraag.

Gemoffeld aluminium waterslag.

Aluminium blank

De waterslagen bevestigen met ankers in een cementmortelbed. De aluminium waterslagen zijn blank geanodiseerd. Op de uiteinden zijn kopschotjes geplaatst.

GeĂŤxtrudeerd

Deze raamdorpels zijn van holle vezelcement gemaakt en hebben een glad oppervlak. Ze worden aangebracht op cementmortel.

Prefab raamdorpelelementen, verglaasd

De raamdorpelelementen zijn kant-en-klare en op maat gemaakte elementen. De voegen zijn al ingewassen; zo kunnen de elementen zelfs bij regenachtig weer gelegd worden. Waterslagen en Raamdorpels Aanbrengen en afwerken in euro per meter

Natuursteen

De natuurstenen raamdorpels zijn gezoet om een glad oppervlak aan de boven- en voorzijde te krijgen. Er is aan de onderzijde een waterhol in gezaagd. Ze kunnen op cementmortel worden aangebracht.

Gebakken, ijzerklinker

Afmeting

Kunststeen Holonite

Deze polyester betonnen raamdorpels hebben een glad oppervlak, zodat vuil niet gauw kan aanhechten. De dorpels worden met speciale lijm of cementmortel bevestigd. De uiteinden met kitvoeg, thiokol, afdichten. Er is aan de onderzijde een waterhol aangebracht.

breedte

Kunststeen, Holonite, Type KK Type RR

Gebakken, verglaasd

Prefab beton waterslag.

Type X Aluminium waterslagen, gemoffeld

Gemetseld

De raamdorpel wordt gemetseld van baksteen WF en gevoegd. Na droging moet een coating worden aangebracht tegen indringing van regenwater. Prefab raamdorpelelementen, ijzerklinker De raamdorpelelementen zijn kant-en-klare en op maat gemaakte elementen. De voegen zijn al ingewassen; zo kunnen de elementen zelfs bij regenachtig weer gelegd worden.

Aluminium waterslagen, blank

GeĂŤxtrudeerd

Natuursteen

Gebakken, ijzerklinker

Gebakken, verglaasd

Gemetselde raamdorpel

Holonite waterslag.

Prefab raamelementen, ijzerklinker

Aluminium gemoffeld

De waterslagen bevestigen met ankers in een cementmortelbed. De aluminium waterslagen zijn gemoffeld in een RAL kleur. Op de uiteinden zijn kopschotjes geplaatst.

Gebakken raamdorpels van klei en aan de boven- en voorzijde verglaasd.

Midden

Noord

Oost

Zuid

West

37,39

36,27

35,52

36,64

43,00

in mm Prefab beton

Gebakken raamdorpels van klei, matglans. Ze worden in specie gezet. Gebakken raamdorpels van klei en aan de boven- en voorzijde verglaasd. Ze worden in specie gezet.

Het succes van deze rubriek ligt mede in uw handen. U kunt namelijk als lezer gratis vragen stellen aan Ed de Rechteren van Hemert van Multiconsultants over bouwkosten, calculeren en offertes.

tot 150 van 150 tot 200

39,26

38,08

37,30

38,48

45,15

vanaf 200

48,61

47,15

46,18

47,64

55,90

160

31,06

30,13

29,51

30,44

35,72

200

35,52

34,46

33,75

34,81

40,85

160

37,09

35,98

35,23

36,35

42,65

220

44,87

43,52

42,63

43,97

51,60

173

49,40

47,92

46,93

48,42

56,81

103

21,03

20,40

19,98

20,61

24,19

122

23,84

23,12

22,65

23,36

27,41

178

29,91

29,02

28,42

29,31

34,40

258

39,73

38,54

37,74

38,93

45,69

103

18,23

17,68

17,32

17,86

20,96

122

20,57

19,95

19,54

20,15

23,65

178

33,18

32,19

31,53

32,52

38,16

258

46,27

44,88

43,96

45,35

53,21

130

24,30

23,58

23,09

23,82

27,95

160

28,98

28,11

27,53

28,40

33,33

220

40,20

38,99

38,19

39,39

46,23

110

39,26

38,08

37,30

38,48

45,15

160

44,87

43,52

42,63

43,97

51,60

220

60,76

58,94

57,72

59,55

69,88

105

28,04

27,20

26,64

27,48

32,25

165

30,38

29,47

28,86

29,77

34,94

215

36,46

35,36

34,63

35,73

41,93

105

29,91

29,02

28,42

29,31

34,40

165

32,25

31,28

30,64

31,61

37,09

215

38,33

37,18

36,41

37,56

44,08

1/2 steens

34,59

33,55

32,86

33,90

39,78

1 Steens

30,38

29,47

28,86

29,77

34,94

1 1/2 Steens

44,87

43,52

42,63

43,97

51,60

105

23,35

22,65

22,18

22,88

26,85

165

24,15

23,43

22,94

23,67

27,77

215

30,65

29,73

29,12

30,04

35,25

Prefab raamelementen, verglaasd

105

24,45

23,72

23,23

23,96

28,12

(Zwart/Bruin)

165

27,25

26,43

25,89

26,71

31,34

215

31,20

30,26

29,64

30,58

35,88



FISCAAL & PERSONEEL

27

Jammer, maar de pot is leeg Veel DGA’s blijken niet goed op de hoogte te zijn van hun in eigen beheer gehouden pensioenregeling. Vaak wordt het pensioen vooral gezien als een ‘aantrekkelijke fiscale aftrekpost’. Maar het is meer, véél meer. Met de pensioentoezegging is de BV daadwerkelijk een belangrijke en langlopende verplichting aangegaan. Helaas is de DGA lang niet altijd op de hoogte van de risico’s. In zoverre is het niet verwonderlijk dat de praktijk talloze voorbeelden kent van grote en kleine drama’s rondom het pensioen. Door: Mr. F.J. Kerkhof FB Alfa Accountants en Adviseurs te Wageningen FKerkhof@alfa-accountants.nl

Veel DGA’s houden hun pensioentoezegging in eigen beheer. Op zichzelf prima, maar de verplichting die de BV op zich heeft genomen bestaat natuurlijk niet alleen op papier. De BV (lees: de DGA) moet bijvoorbeeld beseffen dat zijn echtgenote bij zijn overlijden recht heeft op een direct ingaand nabestaandenpensioen. De BV, die door het overlijden van de DGA toch al in haar bestaan wordt bedreigd, moet dus direct overgaan tot het betalen van pensioenuitkeringen. Helaas blijkt in de praktijk dat het vermogen van de BV hiervoor vaak ontoereikend is. En dan zijn er alleen maar verliezers. Dit drama is overigens eenvoudig te voorkomen door het risico van vooroverlijden bij een professionele verzekeraar te verzekeren.

Voorbeeld 1

Na een lange en vooral drukke werkweek reed Arend op een vrijdagavond vermoeid naar huis. De voorjaarsvakantie was net begonnen, waardoor het verkeer op de snelweg hooguit stapvoets vooruit kwam. Arend besloot daarom ‘binnendoor’ te rijden. Uit ervaring wist hij dat deze route, als je een beetje je best deed (en risico’s nam), een goed alternatief was voor een overvolle snelweg. Nooit is duidelijk geworden wat de exacte oorzaak was, maar de trein raakte de auto vol in de flank. Arend overleed ter plekke. Een drama, met grote financiële gevolgen. Het succes van de onderneming was volledig afhankelijk van Arend. Lopende opdrachten werden afgerond, maar nieuwe kwamen er niet meer bij. De BV moest de onderneming daarom al binnen een jaar na het overlijden staken. Maar het ergste moest nog komen. De echtgenote van Arend had volgens de pensioenbrief recht op een direct ingaand jaarlijks nabestaandenpensioen van € 70.000. Helaas had de BV (lees: Arend) verzuimd het ‘vooroverlijdensrisico’ extern te verzekeren. De waarde (en de daadwerkelijke uitkering) van het nabestaandenpensioen

Voorziening te laag

De BV die uw pensioen ‘in eigen beheer’ houdt, moet de pensioenverplichting natuurlijk op haar balans waarderen. Mede door de complexe fiscale spelregels is dit geen eenvoudige opgave. En als u denkt dat de fiscale balanswaarde gelijk is aan de werkelijke waarde, moet ik u teleurstellen. Er is geen professionele verzekeraar die voor die waarde de verplichting van uw BV wil overnemen. Anders gezegd: bij afstorting zal er nog veel geld bij moeten.

Tenslotte…

Het is van belang uw pensioenregeling periodiek tegen het licht te houden. Het beheersen van de risico’s is immers voor u zowel als voor uw onderneming van groot belang.

Voorbeeld 2

Het huwelijk van Marcel was keihard op de klippen gelopen. Vervolgens moest het vermogen van de in onmin levende ex-echtelieden verdeeld worden. Na lang overleg, waarbij de spanning fors opliep, werd vastgesteld dat de vrouw recht had op 50 procent van het ouderdomspensioen. Ook had zij recht op het nabestaandenpensioen. Het pensioen van Marcel was, zoals gebruikelijk bij directeuren-aandeelhouders, volledig ‘in eigen beheer’ gehouden. De vrouw vond dit (uiteraard) geen prettig idee. Op die manier behield Marcel ook het beheer over háár pensioenvermogen. Zij eiste daarom dat haar pensioenrechten werden ondergebracht bij een professionele verzekeraar. Voor Marcel kwam dit verzoek niet als een verrassing. Waar hij wel van schrok was de grootte van het af te storten bedrag. Hij had gerekend op een afstorting van 50 procent van de pensioenvoorziening op de balans. De werkelijke waarde van de aanspraak van zijn ex-echtgenote bleek echter véél hoger. De BV heeft nog jarenlang last gehad van de slechte liquiditeitspositie, maar heeft het uiteindelijk (gelukkig) wel gered.

‘U spreekt met de belastingdienst’ Bent u één van de vele leaserijders die, om de hoge bijtelling te voorkomen, krampachtig proberen minder dan 500 privé-kilometers per jaar te rijden? Wees dan niet verbaasd als u dit jaar wordt gebeld door een medewerker van de belastingdienst. Hij zal u vragen of het bijhouden van de rittenadministratie nog naar wens verloopt. U antwoordt dan natuurlijk dat u dit ‘met veel plezier’ zeer nauwkeurig doet. Daarna zal hij terloops (maar opzettelijk) enkele opmerkingen maken over één of meer recent bezochte locaties. Hij zal u er fijntjes op wijzen dat die dus ook uit die rittenadministratie moeten blijken. Het signaal is duidelijk: ‘de belastingdienst is watching you!’. De belastingdienst beschikt al jaren over camera-auto’s die uw leaseauto op de voet volgen. Deze auto’s doorkruizen het hele land op zoek naar leaserijders bij die bij de belastingdienst een ‘verklaring geen privé-gebruik auto van de zaak’ hebben aangevraagd en gekregen. Vooral drukbezochte locaties worden aangedaan. Want waarom moeilijk doen als het makkelijk kan? Bij bouwmarkten, woonboulevards, grote concerten en sportevenementen kunt u dus rekenen op de aanwezigheid van driftig fotograverende medewerkers van de belastingdienst. Ook grensovergangen, natuurlijk vooral in de vakantieperiode, behoren tot hun favoriete locaties. Tot voor kort werden leaserijders, die de rittenadministratie ‘enigszins subjectief’ hadden ingevuld, met het verkregen bewijsmateriaal achteraf zwaar gestraft: de onterecht niet betaalde belasting werd alsnog ingevorderd en de leaserijder kon rekenen op een (forse) boete. Maar de belastingdienst heeft nu gekozen voor een andere (en vooral veel vriendelijker) strategie: het gedrag van de leaserijders vooraf beïnvloeden. Zodra de belastingdienst op basis van de foto’s vermoedt dat ‘een fiscale onnauwkeurigheid’ in de rittenadministratie dreigt, nemen zij contact met u op. Natuurlijk kunnen de foto’s een rit hebben vastgelegd die honderd procent zakelijk is. Dan is er niets aan de hand. De belastingdienst zal u bedanken voor de verklaring en u succes wensen met het vervolgen van de rittenadministratie. Maar stel nu eens dat het inderdaad een privé-ritje was. Wellicht is er ook dan nog niets aan de hand, omdat u met dit ritje erbij nog steeds onder de ‘500 kilometergrens’ blijft. Maar wat gaat u doen als u uw rittenadministratie nog ‘kloppend moet maken’ of uit die administratie blijkt dat u al kritisch dicht bij die grens zit? Het is duidelijk dat de belastingdienst hoopt dat u door het telefoontje alsnog gaat inzien dat de bijtelling voor de auto van de zaak onvermijdelijk is. De belastingdienst noemt dit klantvriendelijke service. Ik ben benieuwd wat u er van vindt.

Mr. F.J. Kerkhof FB Alfa Accountants en Adviseurs te Wageningen FKerkhof@alfa-accountants.nl



PRODUCTNIEUWS

directe koeling maakt de hoge overbelastbaarheid mogelijk. Het dubbel afgedichte kogellager minimaliseert de stofgevoeligheid van de machine.

Handige apparaten voor universele slijpwerkzaamheden

Kosten

De nieuwe Bosch rechte slijpmachines GGS 28 C Professional en GGS 28 CE Professional zijn universele apparaten die overal inzetbaar zijn waar kleine afbraam- of slijpwerkzaamheden uitgevoerd moeten worden. Nuttig bij de veelzijdige toepassingen zijn vooral het compacte formaat en het gewicht van slechts 1,4 kg. De nieuwe slijpmachines zijn te gebruiken voor slijpwerkzaamheden, voor het afbramen van lasnaden, het afschuinen, afronden en voor het slijpen van metalen objecten. De rechte slijpmachines liggen goed in de hand en zijn ook voor slijpwerkzaamheden met één hand en voor werkzaamheden op moeilijk bereikbare plaatsen bruikbaar.

De krachtige 600-/650 wattmotor met zachte aanloop zorgt voor een snel resultaat. Hierbij biedt de geïntegreerde Kickback Stop een hoge bescherming voor de gebruiker: bij een blokkering schakelt de machine onmiddellijk uit. Precies werken met de GGS 28 C/CE Professional wordt door het nieuwe spansysteem

ondersteund, waarbij de slijpstiften zonder speling bevestigd worden. Bovendien zorgt de Constant Electronic voor een gelijkblijvend toerental, ook bij hoge belasting. Door de lange levensduur van de koolborstels ontstaan minder servicekosten. Zelf uitschakelende koolelementen garanderen een hoge bescherming van de motor, de

Vernieuwende isolatie voor buitengevels Wie zijn dak en gevels isoleert, bespaart tot 60 procent energie. Een goed isolatiesysteem is dus van groot belang. Recticel Insulation komt met een nieuwe isolatie voor buitengevelsystemen Powerwall® en IsofinishTM, het nieuwe concept voor buitengevelisolatie. Powerwall® zorgt voor een doorlopend isolatieschild rond de woning. Dit kan worden gecombineerd met een brede waaier aan esthetische gevelafwerkingen, zoals hout, sidings, steenstrips, leien, pannen en gevelpanelen. Bovendien is de isolatie door het tand en groef kliksysteem in een mum van tijd te monteren. Het systeem is geschikt voor renovatie én nieuwbouw en kent goede thermische prestaties. Het product is Keymark gecertificeerd.

vloer met Eurofloor® vloerisolatie (met gebruik van een isolerende bouwsteen).

Isofinish

Met dit systeem kan men doorlopend isoleren van kelder tot dak, waardoor alle onderbrekingen in de isolatie worden vermeden. In combinatie met het Powerroof® systeem voor hellende daken creëert u een doorlopend isolatieschild tot in de nok van het dak én een goede aansluiting met de

IsofinishTM, het nieuwe concept voor buitengevelisolatie, bestaat uit een combinatie van Powerwall® isolatieplaten, regelschroeven en een gevelafwerking naar keuze. Het buitengevelisolatiesysteem met Powerwall® biedt bovendien meer mogelijkheden dan andere systemen. Zo is het stijl- en regelwerk goed uitlijnbaar met de regelschroeven, wat garant staat voor een rechte buitengevelafwerking. Condensatie wordt vermeden dankzij de geventileerde spouw. Tenslotte wordt het regenwater sneller afgevoerd.

De klopboormachine is uitgerust met een 1500 w motor en kan zo bijzonder zware toepassingen aan. Het geoptimaliseerde toerental zorgt voor een snel resultaat bij het klopvrije droog boren met diamantboorkop tot 162 mm diameter. De dubbeltoerige aandrijving maakt zich nuttig voor het werken met verschillende materialen. De grote spreiding tussen eerste en tweede stand maakt niet alleen het gebruik van een diamantboorkop in het laagste toerentalbereik mogelijk, maar ook klopboortoepassingen met hoog toe-

rental en hoog aantal slagen. Daarnaast kan de machine voor veeleisende roeren schroeftoepassingen, werkzaamheden met gatzagen en voor boringen in materialen, zoals steen of hout, gebruikt worden. De instelbare toerentalkeuze ondersteunt hiervoor precies werken. De draaibare borstelplaat biedt dezelfde kracht bij het links- en rechtsdraaien. Dit is nuttig bij schroefwerkzaamheden.

Veilige bediening

De overbelastingskoppeling ‘Anti-Rotati-

De rechte slijpmachines zijn in twee varianten verkrijgbaar: als GGS 28 C Professional met een toerental van 28.000 omwentelingen per minuut en als GGS 28 CE Professional met variabel instelbaar toerental van 10.000 tot 28.000 omwentelingen per minuut voor veelzijdige toepassingen. Beide toestellen kosten in de vakhandel 179,95 euro (GGS 28 C Professional), respectievelijk 215,95 euro (GGS 28 CE Professional). Alle prijzen zijn excl. BTW. Robert Bosch B.V., Breda, (076) 579 54 54, www.bosch-professional.nl

Universele werkhandschoenen

Het omvangrijke assortiment werkhandschoenen van Würth Nederland is opnieuw uitgebreid. Ditmaal met een universeel toepasbare, natuur latex werkhandschoen. Doordat de rug van dit nieuwe model handschoen gebreid is, draagt deze comfortabel. Deze grove, stevige werkhandschoenen zijn vooral geschikt voor het uitvoeren van lichte tot middelzware werkzaamheden in de land- en tuinbouw, de bouw en

Recticel Insulation, Kesteren, (0488) 48 94 00, www.recticelinsulation.nl

Krachtig droog boren met diamantboorkop Een nieuwe krachtige klopboormachine voor zware werkzaamheden met diamantboorkop: dat is de GSB 162-2 RE Professional van Bosch. Dit toestel is ideaal voor het klopboren in beton en metselwerk, schroeven en boren met grote diameters in hout en voor het roeren van dikvloeibare materialen.

29

on’ biedt verhoogde werkveiligheid. De radiaal en axiaal beveiligde extra handgreep en de hoofdhandgreep met softgrip zorgen voor een goede grip van de nieuwe klopboormachine, ook bij veeleisende toepassingen. Na een stroomonderbreking verhindert de herstartbeveiliging het automatisch inschakelen van het toestel. De automatische vergrendeling van de 16-mm tandkransboorhouder draagt eveneens bij aan de veilige en eenvoudige bediening. De kogelmof zorgt voor meer bewegingsvrijheid en verhindert kabelbreuken. De nieuwe klopboormachine is tegen de

voor goederentransport. Ze bieden namelijk zowel bij natte als droge omstandigheden goede grip. De handschoenen zijn leverbaar in twee maten: maat 9 en 10. Maat 11 is in ontwikkeling en wordt in het najaar op de markt verwacht. Deze universele handschoenen worden per twaalf paar verkocht. Würth Nederland BV, ’s-Hertogenbosch, (073) 629 15 55, www.wurth.nl

aanbevolen verkoopprijs van 369,95 euro, excl. BTW, in de vakhandel verkrijgbaar. Robert Bosch B.V., Breda, (076) 579 54 54, www.bosch-professional.nl



PRODUCTNIEUWS

31

Adapter maakt van lasdoos en draadgoot ijzersterke combi Lasdozen kunnen nu eenvoudig, snel en zonder schroeven gemonteerd worden op Cablofil draadgoten. Legrand Nederland breidt het assortiment namelijk uit met een ingenieuze adapter voor de Plexo lasdoos. De adapter is geschikt voor de Cablofil goten CF30, 54 en 105. Installateurs kunnen het hulpstuk zowel aan de zijkant als aan de onderkant bevestigen.

lasdozen hebben een hoge beschermingsgraad. Zowel de slagvaste opbouw- als de inbouwvariant is spuitwaterdicht. Kabels kunnen door middel van sneltules snel ingevoerd worden. De lasdozen zijn uitgevoerd met deksels die niet kwijt kunnen raken en de installateur kan de dozen zowel aan de binnenzijde als de buitenzijde coderen.

De adapter is leverbaar in een uitvoering voor Plexo lasdozen van 80 x 80 mm en 105 x 105 mm. Beide uitvoeringen zijn in zowel grijs als wit verkrijgbaar. De Plexo IP55

Rijksmuseum Amsterdam Met Cablofil levert Legrand Nederland al meer dan dertig jaar een veilig, flexibel en economisch draagsysteem voor kabels. Het systeem van gelast staaldraad voldoet

Colofon Onafhankelijke informatiebron voor de uitvoerende bouw waaronder de aannemers, onderaannemers, inkoopmanagers, metselaars, voegers, dakdekkers, installateurs, stukadoors, zzp-ers en al hun toeleveranciers. jaargang 8, nr. 3, maart 2011 Uitgever André Lardinois Hoofdredacteur ing. Frank de Groot Redactie Carla Debets Vaste medewerkers Ed de Rechteren van Hemert Mr. F. J. Kerkhof Ing. Peter Borgers Ing. Arjan van Wingerden Cor Spronk Advertentie André Lardinois telefoon: 0570-654660 e-mail: a.lardinois@handelsuitgaven.nl Freddy Burgers telefoon: 0570-623852 e-mail: freddy@handelsuitgaven.nl Ontwerp en opmaak Ronald Wientjes (RoDo grafisch ontwerpburo) e-mail: ronald@rodoweb.nl Abonnementen e-mail: administratie@handelsuitgaven.nl BouwTotaal is een uitgave van Nederlandse HandelsUitgaven BV Postbus 2273 7420 AG Deventer NHU Maagdenburgstraat 22 Nederlandse 7421 ZC Deventer HandelsUitgaven tel.: 0570-654660 fax: 0570-656580 email: info@handelsuitgaven.nl Copyright Niets uit deze uitgave mag op enigerlei wijze worden overgenomen zonder de nadrukkelijke, schriftelijke toestemming van de uitgever. Deze uitgave is zorgvuldig en naar beste weten samengesteld. Uitgever en auteurs kunnen echter niet instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Zij aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, als gevolg van handelingen of beslissingen die op deze informatie zijn gebaseerd.

aan de strengste eisen qua veiligheid, normen en mechanische prestaties. Daarnaast is het een gepatenteerd snel montagesysteem dat grotendeels schroefloos bevestigd kan worden. Installateurs passen deze draadgoten toe bij onder andere utiliteitsen infrastructurele projecten en in de industrie voor data- en elektriciteitskabels. Voor het Amsterdamse Rijksmuseum, dat momenteel compleet gerenoveerd wordt, heeft Legrand Nederland circa 2.800 meter Cablofil draadgoot geleverd. In de ondergrondse energietunnels van het museum bieden deze goten naar verwachting straks plaats aan drie ton kabels.

Eerste warmtebeeldcamera onder € 1000,FLIR Systems, wereldmarktleider op het gebied van warmtebeeldtechnologie, lanceert een warmtebeeldcamera voor slechts € 995,-. Deze FLIR i3 levert warmtebeelden van 60 x 60 pixels. Deze beeldkwaliteit is zeer geschikt voor nieuwe gebruikers van warmtebeeldcamera's. De camera detecteert al temperatuurverschillen van slechts 0,15 °C. De temperatuurwaarden van het warmtebeeld kunnen dankzij een spotmeter in het midden van het beeld nauwkeurig worden gelezen. Een spotpyrometer registreert alleen de temperatuur op één plek; de FLIR i3 registreert het gehele beeld. De temperatuur kan op elke pixel van het beeld worden gemeten. Als u deze camera gebruikt, komt dit dus overeen met het simultane gebruik van 3600 spotpyrometers. Kritieke situaties worden met een spotpyrometer eenvoudig over het hoofd gezien. Met de nieuwe warmtebeeldcamera scant u complete onderdelen, waardoor u onmiddellijk toegang hebt tot diagnostiek die u alle problemen toont. Beelden van de camera worden in JPEG-bestanden op een uitneembare SD-kaart opgeslagen. Het warmtebeeld bevat alle temperatuurgegevens. De camera wordt geleverd met FLIR QuickReport software waarmee u snel inspectierapporten en analyses van de

warmtebeelden kunt maken. De camera is tevens compatibel met het krachtige FLIR Reporter. Het apparaat is zeer gebruiksvriendelijk. U hoeft alleen maar de camera te richten, een warmtebeeld vast te leggen en afwijkingen in het gebouw te detecteren.

Nieuwe gebruikers bereiken

‘De prijs van warmtebeeldcamera's voor de inspectie van gebouwen is de laatste jaren alsmaar verlaagd’, aldus Christiaan Maras, Marketing Director EMEA, FLIR Systems. ‘Hierdoor hebben steeds meer mensen de voordelen van warmtebeeldcamera's ontdekt. Met deze nieuwe camera, die tegen een zeer lage prijs op de markt is gebracht, willen we nog meer gebruikers bereiken. Het wordt tijd dat de kracht van warmtebeelden beschikbaar is voor iedereen die een gebouw of verwarmings-, ventilatieof airconditioninginstallatie moet inspecteren.’ FLIR Commercial Systems B.V., Breda, (076) 579 4194, www.flir.com

Brandwerend ventilatierooster getest met brandwerend glas en raam Het brandwerende raamventilatierooster FireMax van Duco Ventilation & Sun Control is getest in een totaalconcept met brandwerende beglazing. Het betrof hier de brandwerende beglazing Contraflam Lite Climaplus 30 van Vetrotech Saint-Gobain. bewezen in een compacte kalfplaatsing, die een brandwerendheidsklasse van EW 76 heeft. Het glasgeplaatste ventilatierooster is nu ook getest in een totaalconcept met glas (Contraflam Lite) en raam (hardhout 750 kg/m3). Het rooster kan toegepast worden in hoogbouw en kan geïntegreerd worden in Duco’s natuurlijke ventilatiesystemen Duco CO2 System en Duco Comfort System. Het levert een goede energiepresta-

Het brandwerende raamventilatierooster werd reeds getest in een kalfplaatsing. Hierbij waren de omringende factoren niet zo zeer van belang. Om meer mogelijkheden te creëren werd het ventilatierooster ook getest in een glasgeplaatste versie; hier is het totaalconcept des te belangrijker. Duco koos ervoor om met één van de grote partijen uit de glasmarkt samen te werken, om zo tot de beste resultaten te komen.

FireMax

De meerwaarde van de FireMax is reeds

Testgegevens • G lasgeplaatst ventilatierooster FireMax • Brandwerend glas: Contraflam Lite Climaplus 30 • Houten profielen: Maobi, 750 kg/ m3 • Resultaten: o EW 39 bij B 1410 mm x H 2275 mm o EW 51 bij B 1410 mm x H 1775 mm

De adapter voor de Plexo lasdoos is snel en eenvoudig te monteren.

Legrand Nederland B.V., Boxtel, (0411) 65 31 11, www.legrandnederland.nl

Zonneboiler-dakconcept Duurzaam bouwen begint met slim samenwerken. Greentech Energy en Linex Prefab brachten daarom prefab dakpanelen én zonnecollectoren synergetisch samen in één product: het Linex-Clearline zonneboiler-dakconcept. In plaats van twéé keer het dak op voor een duurzaam bouwproject hoeven aannemers dat voortaan slechts één keer. Greentech Energy is specialist in de toepassing van de elementen voor de opwekking van duurzame, schone en betaalbare energie. Linex Prefab is leverancier van prefab daken en dakkapellen. Dit bedrijf verwerkt de Clearline collectoren in haar prefab daken. Greentech Energy levert, naast de zonnecollectoren, ook de bijbehorende bestu-

ring en boiler. Deze samenwerking levert een kwalitatieve en efficiënte bouwplaatsmontage op. Doordat de leidingen eenvoudig in de dakelementen worden opgenomen realiseren aannemers zo een fraaie binnenafwerking en kan de installateur alle aansluitingen onderdaks maken. Greentech Energy bv, Druten, (0487) 58 51 60, www.greentech-energy.nl

tie en is standaard voorzien van extra akoestisch dempingmateriaal.

Contraflam Lite

Contraflam Lite is een heldere, UV-bestendige, brandwerende veiligheidsbeglazing. Het glas bestaat uit een geharde beglazing met een interlayer. Bij brand reageert de interlayer, waardoor de beglazing een isolerende barrière vormt die de stralingstransmissie aanzienlijk vermindert (EW-klasse). Deze beglazing is speciaal ontwikkeld ten behoeve van grote beglaasde oppervlakken voor binnen en buiten (iso). Duco Ventilation & Sun Control, Veurne (B), +32 (058) 33 00 33, www.duco.eu



Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.