Dorpskrant 'DE BLANKAARTKLOK' nr. 26

Page 1

halfjaarlijks tijdschrift - dertiende jaargang1

www.woumen.eu

nummer 26 / juni 2015

v.u. bewonersplatform Woumen - Karel Famaey, Iepersteenweg 39C - Woumen


INHOUD blz. Voorwoord

3

Activiteitenkalender

5

Woumen vroeger en nu: de Pietershoeve

6

'14-'18: priester Henry Syoen organiseert oorlogsovertochten

8

Vereniging in de kijker: Just Defense

13

Feest in het dorp

18

Toneel in Woumen

19

Werken in Woumen

20

Een kijk in de zaak: De Speelman

22

Streekrecept: Carpaccio van het Rood Ras uit de IJzerbroeken 24 Jeugdig talent in de kijker: Klara Versteele

25

'14-'18: de Blankaartslag

28

Close-up: de Rhille

30

Kermis in Woumen

35

De slimsten van Woumen

36

Pop-up summer

38

Nuttige telefoonnummers / medewerkers

39

Uitnodiging algemene dorpsvergadering en patĂŠkaarting

40

Deze krant is gratis voor alle inwoners van Woumen. Mensen van buiten ons dorp die de dorpskrant wensen, kunnen die bestellen tegen â‚Ź 3 (inclusief verzendingskosten) op het telefoonnr. 051 50 46 59. Wil dan ook dit bedrag overschrijven op het rekeningnr. BE80 1030 2816 0077 na ontvangst van de Blankaartklok.

2


VOORWOORD WERKEN, WERKEN en nog eens WERKEN. Jarenlang hebben we er om gevraagd: wanneer starten de werken om de wateroverlast in de Kerkhofstraat op te lossen? Wanneer gaan ze eindelijk eens werk maken van het slechte wegdek in de Sint-Pietersstraat? Wanneer gaan ze in ons dorp eens deftige voetpaden en parkeerplaatsen leggen? Wanneer gaan ze de werken aanvatten aan de Iepersteenweg? Wanneer gaan ze beginnen met de werken aan het nieuwe OC? “Eindelijk!”, zouden we moeten zeggen, “ze zijn er aan begonnen”. Eén grote maar is hier wel gepast: waarom beginnen ze nu aan alles op nagenoeg hetzelfde moment? Woumen was, door een aantal grote bouwprojecten – die we allen enkel maar kunnen toejuichen - soms één grote aanvoerroute van vracht- en bestelwagens naar de verschillende bouwwerven, maar nu is het – en ’t zal nog enkele maanden zo zijn – Woumen zelf die helemaal ondersteboven zal worden gekeerd. 100 jaar na de eerste grote oorlog wordt Woumen weer een “war-zone” met open gegooide voetpaden en parkeerplaatsen, de grote toegangswegen die uitgegraven worden voor de rioleringen e.d. . Moest dit nu allemaal ineens of moest alles wat meer gespreid worden? Voor beide opties zijn er pro’s en contra’s, dus discussies daarover zullen nooit een winnaar kennen. Eén winnaar zal er uiteindelijk toch zijn en dat is ons dorp dat er – hopelijk – toch een pak beter en mooier zal uitzien (en voor de Kerkhofstraat een pak droger).

3


Wat mij echter het meest tegen de borst stuit, is het feit dat velen onder ons blijkbaar niet meer kunnen aanvaarden dat dergelijke werken – waarvan iedereen overtuigd is dat ze noodzakelijk zijn – nu eenmaal een bepaalde periode van last met zich meebrengen. Mensen willen de omleiding langs Klerken niet volgen omdat die te lang is, goed wetende dat kleine wegen als de Koekuitstraat, Hillestraat, Zwarte Dreef, Steenstraat en Pluimstraat een grote toevloed van auto’s en vrachtwagens totaal niet aankunnen. Getuige daarvan het feit dat een groep fietsende schoolkinderen in Woumen bijna in de gracht werd gereden langs de Zwarte Dreef, door een bestuurder die zich geen zier had aangetrokken van het “uitgezonderd plaatselijk verkeer” en die vond dat kinderen van 11 en 12 jaar maar in de gracht moesten rijden om hem door te laten.

En eigenlijk bezondigen we ons allemaal aan dergelijk gedrag. Enerzijds willen we dat iedereen de omleiding volgt en niet de kleine straatjes neemt, maar zelf zien we het niet zitten om 2 kilometer om te rijden. We klagen steen en been om het slechte wegdek in onze straten en als ze er dan iets gaan aan doen, wordt ieder voorstel afgeschoten. Als de Kerkhofstraat voor het openbaar vervoer moet worden opengesteld n.a.v. de werken – die we zelf hebben gevraagd – klagen we dat er weer zoveel zwaar verkeer door onze straat komt. Laten we a.u.b. in zo’n dingen toch het positieve zien. Al die zaken zijn inderdaad niet leuk, maar we weten wel dat het goedkomt. Een 23-jarige voetballer die sterft op het voetbalveld, dat komt niet meer goed. Een aardbeving met meer dan 8000 doden, dat komt niet meer goed. Een kind dat op de terugweg is van een schoolreis naar Barcelona en door één of andere gekke piloot tegen een bergwand wordt gevlogen, dat komt nooit meer goed. 4


Wat zijn – in vergelijking daarmee – dan onze kleine zorgen? Laat ons a.u.b. voor ogen houden dat, voor de leefbaarheid van ons dorp, alleen een positieve ingesteldheid ons vooruit zal helpen. We gaan inderdaad nog een aantal lastige maanden tegemoet, zeker ook voor de Woumense handelaars die het nu moeilijk hebben omdat een deel van hun “levensader” is afgesneden. Daarom ook een oproep naar deze handelaars: verenig jullie om samen die moeilijke tijden te doorstaan. Ik ben ervan overtuigd dat jullie samen en met de steun van het ganse dorp en de vele verenigingen, ons mooie Blankaartdorp kunnen blijven op de kaart zetten. En om te eindigen met goed nieuws: uit goede en dichte bron vernomen dat er mooie budgetten vrijgemaakt zijn voor ons speelplein, voor het OC en dat er concrete plannen zijn om de “toegangspoorten” naar ons dorp serieus te verfraaien met bloemen en groen. ’t Is dus inderdaad niet allemaal zo slecht zeker… Manu Mackelberg Coördinator Bewonersplatform Woumen

ACTIVITEITENKALENDER Wat is er te doen in Woumen? Raadpleeg onze activiteitenkalender op www.woumen.eu Wil je graag zelf activiteiten in te kalender plaatsen? Stuur die dan door naar blankaartklok@gmail.com . 5


WOUMEN VROEGER EN NU: de Pietershoeve (Steenstraat 32)

boven: uit de 'Gazette van Detroit' – 7 augustus 1986 / onder: juni 2015

6


Pieter Syoen, de vader van priester Henry Syoen (zie artikel verder in deze Blankaartklok) woonde eerst in de herberg-kolenhandel Sint-Pieter voor hij wat verder een hoeve begon. De naam 'Pietershoeve' zou dus niet verwijzen naar de kapel Sint-Pieter ter Woestyne (zoals de Sint-Pietersstraat, het SintPietershof en de Sint-Pietersmolen), maar naar de naam van de oprichter, Pieter.

Bij landmetingen ter hoogte van de Pietershoeve is gebleken dat het traject van de Steenstraat (vroeger ook Klerkenstraat en Klerkensesteenweg genoemd) ooit een stuk dichter bij de gevel van de hoeve passeerde. Op 27 september 1986 werd een feestelijke herdenkingsplechtigheid gehouden ter ere van Father Henri Syoen en werd deze gedenkplaat aan de Pietershoeve ingehuldigd:

7


VEERTIEN-ACHTTIEN / HISTORISCHE WOUMENAAR IN DE KIJKER priester Henry Syoen organiseerde 100 jaar geleden oorlogsovertochten naar de USA Henry Syoen is op 24 april 1870 geboren in Woumen en opgegroeid op de Pietershoeve in de Klerkenstraat (nu Steenstraat 32), momenteel eigendom van Rik Kindt & Ludwina Syoen. Zijn ouders waren Pieter Syoen en Sophie Dupon. Hij studeerde aan het college van Diksmuide, daarna aan het klein seminarie van Roeselare, het groot seminarie van Brugge en hij voltooide zijn priesteropleiding aan het Amerikaans college in Leuven. Na zijn priesterwijding in 1895 vertrok hij naar Detroit in de Verenigde Staten. Henry Syoen werd er in 1907 vijfde pastoor van de Belgisch-Vlaamse kerk ‘Our Lady of Sorrows’, een kerkgemeenschap waar wekelijks honderden Vlamingen bijeen kwamen. Sindsdien spreekt men van 'Father Syoen'. Duizenden Vlamingen, waaronder ook West-Vlamingen, zochten rond de vorige eeuwwisseling hun geluk aan de overkant van de grote plas. De legendarische Red Star Line zorgde voor de overtocht vanuit Antwerpen naar New York. De mensen hadden in het arme Vlaanderen bijna geen werk meer o.a. door de opkomende industrialisering, problemen in de landbouw door teelt- en veeziekten en de intrede van de eerste machines. Velen raakten hierdoor zonder werk en moesten een ander bestaan zoeken. De mannen vertrokken alleen naar het verre Amerika om er werk te zoeken. Enkele maanden later volgden vrouw en kinderen. Maar toen in 1914 de Eerste Wereldoorlog uitbrak, kon dit plots niet meer. Het front kwam hier in onze streken tot stilstand. Dat was natuurlijk een grote ramp voor de vele gezinnen in de Westhoek. Vele vaders bevonden zich alleen in Amerika en 8


de achtergebleven moeders en kinderen konden plots niet meer emigreren. De mannen hoorden de verschrikkelijke verhalen over de zware strijd die hier woedde in de Westhoek, in hun Woumen, en ze leefden in angst dat hun gezin iets zou overkomen. Ze wisten niet waar hun achtergebleven vrouw en kinderen gevlucht waren, of ze nog gezond of in leven waren. Daarom heeft Father Syoen in 1915 het initiatief genomen, ondersteund door de kerk die hij daar had opgericht, om naar hier te komen om in de Westhoek de vrouwen en kinderen op te zoeken. Ook RenĂŠ Van Eeckhoutte uit Merkem trok naar Detroit om er fortuin te maken met zijn zeer gekende en druk bezochte saloon en werd in Detroit een man met aanzien. Hij was er zeer actief in het sociale leven en mannen uit de regio Merkem-Woumen konden bij hem terecht als ze zich kwamen vestigen in "de nieuwe wereld". Hij keerde samen met Father Syoen terug om er vrouwen en kinderen in veiligheid te brengen.

9


Helemaal in het begin trok Father Syoen rond in o.a. Izenberge, Gijverinkhove, Adinkerke… en daar vond hij een goeie dertig kinderen. René Van Eeckhoutte die met hem mee gereisd was, heeft de eerste lichting kinderen meegenomen naar Amerika. Op de eerste overtocht gingen bijna veertig mensen met het passagiersschip de ‘Espagne’ mee, maar er volgden er nog twee, waarmee zeker 150 vrouwen en kinderen in veiligheid werden gebracht op eigen kosten. Volgens diverse bronnen zouden op deze manier meer dan 300 vluchtelingen (vooral kinderen) per boot veilig naar de Verenigde Staten overgebracht zijn.

In de 'Jamaica New York Daily Long Island Farmer' (1915) vertelde Father Syoen het volgende verhaal over zijn uniek avontuur (vertaling uit het Engels):

"Vorige maart deden veel van mijn parochianen, Vlamingen die zich in Detroit hebben gevestigd, de meeste van hen arbeiders, maar allemaal onafhankelijk en hun eigen weg zoekend, beroep op mij om naar België te gaan om hun kinderen te redden. Ze waren zelfs niet zeker waar ik de kinderen kon vinden. Het enige wat ze konden vertellen, was waar ze ze hadden achtergelaten. Ik maakte een lijst van een 150-tal die ik zou proberen te lokaliseren en naar hier mee te brengen. Toen ik de Duitse linies in Noord-Frankrijk bereikte, begonnen de problemen. Ik werd van de ene hooggeplaatste naar de andere gestuurd, tot uiteindelijk in Coblentz mijn opdracht een stuk gemakkelijker werd omdat ik de toestemming kreeg om naar België te gaan en te zoeken waar ik maar wilde. (nvdr: Henry Syoen was een Amerikaans staatsburger met een Amerikaans paspoort. Op dat moment in 1915 waren de Amerikanen nog niet in oorlog met Duitsland. Zo kreeg hij nog altijd toelating om het bezette gebied te betreden.)

10


“De meeste adressen die ik had, lagen in de Vlaamse oorlogszone tussen Nieuwpoort en Ieper. Ik trok van dorp naar dorp. Sommige waren volledig vernield en alle inwoners werden noord- of oostwaarts gedreven. Maar in de meeste gevallen was ik in staat om de vluchtelingen te vinden met de hulp van familieleden of welwillende mensen. Sommige van deze kinderen – dat kleine meisje daar en haar broer – moest ik uit een kelder halen waar ze maanden in hadden geleefd terwijl er bijna onophoudelijk bombardementen waren. Maar ze zijn te jong om de gruwel van dit alles te begrijpen. Ik moet zeggen dat ik niet kan klagen over hoe ik door de Duitsers werd behandeld. Ze deden wat ze konden om mijn werk gemakkelijker te maken. Mijn paspoorten werden vriendelijk nagekeken, hoewel er heel wat administratieve rompslomp moest afgewikkeld worden. Uiteindelijk kon ik mijn kinderen verzamelen, samen met volwassenen aan wie de Duitsers toestemming zouden geven om het land te verlaten en bracht hen allen naar Rotterdam aan boord van de Ryndam. De rest was eenvoudig, hoewel ik vrees dat ik er een paar grijze haren bij heb van het zorgen voor zoveel kleintjes...”

11


De meesten hebben in de omgeving van Detroit hun verder leven uitgebouwd Er was daar een grote kolonie met West-Vlaamse roots te vinden. Het verhaal van Father Syoen uit Woumen en RenĂŠ Van Eeckhoutte uit Merkem is er nog steeds goed bekend. Bij de familie Syoen en op de Pietershoeve in Woumen blijven de heldenverhalen van Father Henry Syoen verder leven. Tot op heden krijgt dit ongekende verhaal nog geen plaats in de geschiedenis van de Eerste Wereldoorlog. Het feit dat enkele mannen op eigen houtje een reddingsactie op touw zetten en op gevaar van eigen leven rondtrokken aan beide zijden van het front is best opmerkelijk te noemen en verdient dan nu, 100 jaar na de feiten, de nodige aandacht. De gids van Rent a Guide blijft ondertussen verder speuren en krijgt heel wat hulp vanuit Detroit (Michigan). O.a. de "Gazette van Detroit", de Belgische consul in Detroit en enkele Amerikaanse historici ondersteunen het project. Er wordt vooral gezocht naar nazaten van de vluchtelingen die meer details over het verhaal kunnen aanbrengen.

12


Vereniging in de kijker: Just Defense Even voorstellen: Ik ben Eveline Coopman, dochter van de alom bekende bokser Jean-Pierre Coopman, 42 lentes jong, mama van twee dochters Lisa (15 jaar) en Julie (13 jaar) Vanhooren en vrouw van Lieven Vanhooren, u waarschijnlijk ook bekend van de transportfirma ‘Translini’ waar ik ook soms bijspring als het nodig is.

Is dat transport dan je hoofdberoep? Nee, ik ben eigenlijk poetsvrouw bij ‘Hulp in huis’ in Diksmuide. Ik doe dit ondertussen 5 jaar. Voordien was ik verkoopster in kledingzaken aan de kust en in Diksmuide. Eerst ben ik begonnen als zelfstandige en heb ik acht jaar een zaak gehad in Diksmuide, ‘Silhouet Dames’ in de IJzerlaan, u wellicht ook nog bekend. Toen mijn tweede dochter geboren was, heb ik ervoor gekozen om de zaak te verhuren en parttime te gaan werken. Ik heb toen tien jaar parttime gewerkt in andere kledingzaken. Vanwaar die plotse verandering? Omdat ik competitie doe op heel hoog niveau, heb ik een job gezocht waar ik geen weekendwerk moest doen en zo ben ik in het poetswerk gerold, wat ik trouwens heel erg graag doe. Heb je daar dan ervaring mee? Ik was heel blij dat de VDAB van Veurne mij opriep voor die opleiding want ik wist nog niet goed wat dat allemaal inhield. Je moet bijvoorbeeld over een ruime kennis van producten en materialen beschikken. Velen denken dat kuisen makkelijk is, maar het is de bedoeling dat je de juiste producten op de juiste materialen gebruikt. 13


Als je dan al zoveel werkt tijdens de week en nog eens helpt bij je man, is er dan nog tijd over voor hobby’s? Ik heb het geluk dat mijn man verslaafd is aan zijn werk en ik zo veel vrije tijd over heb om mijn droom te realiseren. Zo heb ik mijn schoonouders kunnen overtuigen om een oude stal leeg te maken en mijn eigen dojo (oefenruimte) te realiseren waar ik mij volledig kan toeleggen op het trainen en begeleiden van jongeren vanaf acht jaar en volwassenen om verdedigingstechnieken aan te leren. Om les te geven moet je dan ook heel goed zijn in je sport? Ik doe dit ondertussen 14 jaar. Ik begon als beginneling met de witte gordel op mijn achtentwintigste. Ondertussen ben ik ook al twee maal Belgisch Kampioen, drie maal Vlaams Kampioen en heb ik twee keer brons behaald op het Europees Kampioenschap, in Engeland en in België. Deze kampioenschappen vinden om de twee jaar plaats en zo ben ik ook automatisch geselecteerd voor het Europees Kampioenschap in Italië, volgend jaar. Ik veronderstel dat al dat trainen redelijk belastend is voor je lichaam? Inderdaad, zo heb ik na mijn eerste Europese titel een jaar stilgelegen met rugklachten. Ik heb veel geleerd uit die periode, want toen is het idee ontstaan om mijn eigen zaal op te richten zodat ik mij perfect kon voorbereiden voor de volgende kampioenschappen. Een droom is werkelijkheid geworden! Sedert wanneer is je vereniging actief? Het is nog heel pril. Vorig jaar in september zijn we begonnen met de herinrichting van de stal en hebben we nu een mooie dojo ingericht waar dertig mensen tegelijkertijd kunnen oefenen. Voor de zelfverdedigingstechnieken zelf zijn we momenteel al met 21 actieve leden en voor de dans zijn we al met ongeveer 30 actieve leden. 14


Dans? Dat zijn eigenlijk denkbeeldige ontwijkingstechnieken, blokkages, stoten en trappen op het ritme van de muziek. Zo leren de mensen al dansend zich verdedigen. Een aangename manier om dit aan te leren en calorieÍn te verbranden. Deze discipline is eigenlijk zuiver, zonder contact te zoeken met elkaar. De tai-jutsu, de eigenlijke zelfverdedigingstechnieken, worden ingestudeerd op elkaar, dus met een partner. Natuurlijk, zonder mekaar fysiek pijn te doen, maar gecontroleerd. Bij de opwarming worden de individuele stoten en trappen getraind op allerhande zachte materialen zoals stootkussens, bokszakken, boksballen, pads, ‌ Doen jullie ook aan competitie? De nieuwe leden moeten eigenlijk eerst een jaar actief zijn in onze club om ervaring op te doen. Wij werken met hetzelfde gordelsysteem als in de judo. Leden met ervaring kunnen eventueel al vroeger competitie doen. De soorten competitie zijn: groundfight, sportfight en randomattacs. Groundfight en randomattacs heb ik zelf actief beoefend en zijn minder agressief tegenover de tegenstander. Sportfight zou eigenlijk semi-contact moeten zijn, maar soms gaat het er steviger aan toe dan toegelaten. Het is nog altijd de bedoeling dat we ons mooi gezichtje intact kunnen houden! Is de opvolging verzekerd? Er zitten meerdere talenten tussen waaronder Milan Deconninck uit Klerken die ook al zilver heeft behaald op een Belgisch Kampioenschap sedert hij bij mij traint. Hij is tevens geselecteerd voor het Europees Kampioenschap. Wanneer iemand ambitie heeft, moeten ze wel extra trainen bij mij. Daarvoor is mijn eigen dojo een ideale locatie omdat ik van niemand afhankelijk ben en we kunnen trainen wanneer we willen. Zo is de opvolging absoluut verzekerd. Ik heb veertien kinderen van de 21 15


leden die ik gewoon niet buiten krijg wanneer de les voorbij is. Ze kunnen zich volledig uitleven met al het materiaal dat voorhanden is. Is er dan ook competitie voor de kinderen? Een keer in het jaar is er een kidstornooi in Dworp, georganiseerd door de federatie, om de kinderen te laten kennis maken met de competitie. Iedereen krijgt dan een medaille. Er is dus geen winnaar en geen verliezer. Als je al die training geeft, moet je wel geschoold zijn, veronderstel ik? Inderdaad. Om training te kunnen geven, moet je al minimum een zwarte gordel hebben, hoewel ik met mijn blauwe gordel al dikwijls training gaf wanneer de trainer soms afwezig was. Dit is nu al vier jaar geleden. Ik heb ook verschillende opleidingen gevolgd bij Bloso om de sport nog meer te kunnen perfectioneren. Zo ben ik begonnen als initiator in risico-vechtsport, instructeur B en onlangs geslaagd voor trainer B. De volgende stap is dan nog trainer B, maar dan specifiek op risicovechtsport. Voor mezelf train ik nog in de gevechtsportschool in Gent bij John Haecke, die 'achtste dan' heeft. Ikzelf heb momenteel 'tweede dan'. Volgend jaar kan ik mijn 'derde dan' halen. Voor elke volgende 'dan' moet men drie jaar actief zijn vooraleer men mag deelnemen aan de examens. Staat uw club enkel open voor actieve leden die geïnteresseerd zijn in verdediging? Zeker niet. Het is de bedoeling dat we alle lagen van de bevolking bereiken, zowel kinderen als volwassenen. Zelfs volwassenen met beperkingen, mindervaliden, iedereen kan in aanmerking komen! Iedereen komt vroeg of laat eens in aanraking met fysieke agressie, zowel op school als in een sportclub, op het werk, op straat, thuis‌ Wij leren de mensen aan hoe ze zich op een simpele manier kunnen verweren. Zo zijn alle scholen, sportclubs, bedrijven, verenigingen, jong en oud, steeds welkom voor een initiatie. 16


Schrikt dat dan niet af bij de mensen? Het is eigenlijk de bedoeling dat de mensen positief proberen te denken en weten dat alles op te lossen valt. Kan het niet met woorden, en escaleert de situatie, dan leren wij aan de mensen om in alle situaties kalm te blijven. Door de oefeningen die wij aanleren, krijgen de mensen ook meer zelfvertrouwen. Welke oefeningen zijn dat dan? Zelfs gewoon leren vallen, iemand die je vastpakt, of die aanstalten maakt tot ongepast gedrag, leren wij de mensen om op de juiste manier te reageren. Actie-reactie. Eerst leren wij stoten en trappen en het blokkeren ervan. Dan simuleren wij een gevechtssituatie waarbij een persoon je naar de grond wil brengen (judo) en tot slot leren wij de valtechnieken. De zelfverdediging zelf houdt in dat wanneer iemand je vastpakt, zowel staande als liggend, je jezelf kunt verweren. Zo zie je dat iedereen eigenlijk kan deelnemen aan onze oefeningen, trainingen. Wil je vertrouwen opdoen, je goed voelen in je vel, op muziek vele calorieën verbranden, heb je een vriend of vriendin of een partner waarmee je aan de ‘slag’ kan, iedereen is welkom. Onze deur staat voor iedereen open!

17


FEEST IN HET DORP

18


TONEEL IN WOUMEN

Het weekend van vrijdag 20 februari 2015 t.e.m. zondag 22 februari 2015 was theatraal gezien een duivels weekend, overgoten met een goddelijk sausje en geserveerd in de feestzaal van het Jagershof. Het was voor de tweede maal dat de toneelgroep MEVNA uit Voormezele naar Woumen kwam om hier op de planken te staan. Als antwoord op de prangende vraag ‘Drinkt God Duvel?’, wat trouwens ook de titel van het toneelstuk was, werd er een tijdelijk dorpscafé uit de grond gestampt. Het publiek kon er genieten van de capriolen van enkele cafégangers en een uit de hemel gevallen nobele onbekende die zich God durfde noemen. Ook de mirakels kwamen die avond of namiddag vlot uit de lucht gebliksemd. Bij ieders geloof, de sfeer was op het podium vrolijk en in de zaal goedlachs. De talrijk aanwezige Woumenaars herkenden in dit gezelschap als één van de ‘vroomste’ acteurs (rol van pastoor): Manu Mackelberg, voorzitter van het Woumense bewonersplatform. Als gepassioneerd toneelspeler was hij het die vorig jaar het initiatief nam om het toneel, als entertainment en cultuuraspect, terug naar Woumen te brengen. Dit moet gesmaakt hebben, want dit jaar werd er één extra voorstelling toegevoegd zodat in totaal 450 mensen, gespreid over twee avonden en één namiddag, konden genieten van dit optreden.

19


WERKEN IN WOUMEN een overzichtje van de dorpsvergadering van 27 mei * afkoppeling oppervlaktewater Kerkhofstraat Locatie 1: Woumenweg t.h.v. Zwarte Dreef. Dit zijn complexe werken wegens de vele kruisingen met allerlei nutsleidingen. Het oppervlaktewater wordt afgekoppeld naar de Vossenholbeek en er is ook maximale afkoppeling op privaat en openbaar domein en de aanleg van een gescheiden rioleringstelsel. Woumenweg volledig afgesloten van 4 mei tot midden juni Locatie 2: Woumenweg - Eierdreefje Oppervlaktewater wordt afgekoppeld van de bestaande riolering. Een nieuwe waterloop wordt aangelegd op de oostgrens van de bouwpercelen van de Kerkhofstraat met aansluiting op de Kerkebeek. Locatie 3: Eierdreefje – Sint- Pietersstraat Oppervlaktewater wordt afgekoppeld van de bestaande riolering. Een nieuwe waterloop wordt aangelegd op de achtergrens van de bouwpercelen van de Kerkhofstraat vanaf de Sint-Pietersstraat met aansluiting op de bestaande waterloop nabij Kerkhofstraat huisnr. 101. De bestaande rioleringen worden overgekoppeld naar de nieuwe gracht. Geen hinder voor Kerkhofstraat. Er wordt aan de achterzijde van de woningen gewerkt. Wel beperkte hinder voor Eierdreefje. * Ondergronds brengen nutsleidingen en heraanleg voetpaden in Woumenweg en Iepersteenweg Infrax brengt nutsleidingen ondergronds en het stadsbestuur vernieuwt de voetpaden van de Noordbroekstraat tot de Zuidbroekstraat (met uitzondering van de stroken t.h.v. de weides). Het voetpad aan de overzijde van de school wordt doorgetrokken tot de verkaveling aan de Gouden Appel. Na het bouwverlof start Infrax in Woumen (na het einde van de werken in de Rijkswachtstraat). De heraanleg van de voetpaden wordt gefaseerd uitgevoerd in maximum 6 fasen. De uitvoeringstermijn is nog niet gedetailleerd.

20


* herstel Sint-Pietersstraat Er komt betonherstel in de zone Woumenweg – Jonkershovestraat (volledige wegdek) en in de zone Jonkershovestraat – Steenstraat (plaatselijke vakken). Er wordt gezorgd voor vergroening door de aanplant van streekeigen, smal opgaande bomen zonder vruchten die zoveel mogelijk op de perceelsgrens komen op nauwkeurig afgewogen locaties. De situatie wordt veiliger voor fietsers d.m.v. een fietssuggestiestrook. Er wordt daarvoor 25 cm van de parkeerstrook ingenomen, de rest komt op de rijbaan. De breedte van de parkeerstrook blijft nog steeds voldoen aan de wettelijke norm. Door suggestietekens aan te brengen zullen de auto’s meer geordend parkeren. De belijning van het fietspad wordt doorgetrokken t.h.v. het kruispunt met de Jonkershovestraat. De verplaatsbare verkeersremmers worden vervangen door een vaste constructie. De verkeersdienst van de politie onderzoekt of ook de voorrangsregeling op het kruispunt Jonkershovestraat – SintPietersstraat kan wijzigen om de snelheid te remmen. De Sint-Pietersstraat tussen Woumenweg en Jonkershovestraat wordt volledig afgesloten. Er is doorgang in de Kerkhofstraat in beide richtingen. De werken duren tot het bouwverlof. Daarna moet het beton nog uitharden. * Heraanleg parkeerstroken Woumenweg en Iepersteenweg Het A.W.V. legt op 4 locaties betonklinkers: t.h.v. Woumenweg 173 (linkerkant komend uit Diksmuide), tussen Hillestraat en Kerkhofstraat (beide zijden) en vanaf WZC tot Zuidbroekstraat (rechterzijde komend uit Woumen). De werken starten op 8 juni, vermoedelijk tot begin september, maar zullen weinig verkeershinder met zich meebrengen. Eerst worden de locaties dichtst bij Diksmuide aangepakt. * aanleg pompstation Iepersteenweg Dit gebeurt door Aquafin op grondgebied Merkem met een klein gedeelte van de werken op grondgebied Woumen: van de Steenmolenbeek tot de Zuidbroekstraat Vermoedelijk begin 2017. Meer info:

Technische Dienst – 051 79 31 10 openbare.werken@stad.diksmuide.be www.woumen.eu of www.diksmuide.be/werkzaamheden 21


EEN KIJK IN DE ZAAK De Speelman

Even voorstellen: Wij zijn Alex Ovyn en Kathleen Berten. Alex woonde tot zijn 3 jaar in Staden en verhuisde dan mee met zijn ouders naar Zarren. Ik (Kathleen) ben geboren in Diksmuide en opgegroeid te Jonkershove als dochter van de plaatselijke bakker. We zijn in het jaar 2000 getrouwd en hebben geen kinderen. Hoe komen jullie in Woumen terecht? Toen ik 17 was, heb ik het huis waar nu onze herberg De Speelman is, gekocht. Ik heb van 2 huisjes 1 gemaakt. Op 22-jarige leeftijd ben ik in Woumen komen wonen. Toen ik in 2000 huwde, ben ik mijn man Alex gevolgd naar Zarren. Ik heb hier dus 17,5 jaar gewoond. Voelt u zich thuis in Woumen? Wij voelen ons alle twee zeer zeker thuis in Woumen. Hier begon ook onze relatie. En mijn roots liggen toch ook gedeeltelijk op de Serpenthoek. Hebben jullie, naast de herberg, nog andere jobs? Alex werkte vroeger bij Crocky en daarna bij Condeco. In de weekends trad hij op als DJ. Zelf werk ik sinds 1994 als administratief bediende in de bibliotheek van Diksmuide. Hoe is het horeca-avontuur begonnen? Toen ik 22 jaar was, heb ik al cafĂŠ gehouden in Diksmuide: 't Locomotiefje. Dat was in 1983, niet ver van het station. Dat is toen gestopt wegens ziekte. In 2002 zijn we gestart met 't VolkscafĂŠ in Jonkershove. In april 2014 konden we onze eigen zaak, De Speelman, openen in Woumen. We hebben veel zelf 22


gedaan om dit te realiseren. We restaureerden bijvoorbeeld oude toogjes en stelden daarmee onze huidige toog samen. Ikzelf stond meer in voor het brute werk, Alex zorgde voor de fijne afwerking en de inrichting. De emailborden zijn een verzameling van Alex. Omdat ik zelf nooit naar de muziekschool mocht van mijn ouders, begon ik muziekinstrumenten te verzamelen. Ze zijn liefst zo oud mogelijk en achter ieder instrument dat te zien is in onze herberg, zit er een verhaal.

Wat zijn de troeven van uw zaak? Hier kom je als het nog eens gezellig mag zijn. Er hangt een nostalgische sfeer in een romantisch decor. Er is een parcours van volksspelen (na reservatie), een petanquebaan, oude tafelspelletjes en gezelschapsspelen voorhanden. De geĂŤmailleerde uithangborden, historische foto's en oude muziekinstrumenten zorgen voor de nodige sfeer. Bij mooi weer kun je terecht op het tuinterras. En natuurlijk is er een uitgebreid assortiment dranken, waaronder streekbieren en als specialiteit Picon. Iedereen is welkom! Hebt u nog tijd voor andere dingen? Nauwelijks, maar eigenlijk zien we onze zaak in Woumen als onze hobby. Op maandag, onze enige vrije dag in de week, proberen we zoveel mogelijk te genieten van elkaar. 23


STREEKRECEPT Carpaccio met rundvlees van het Rood Ras uit de IJzerbroeken Het rood ras van West-Vlaanderen bestaat vermoedelijk reeds meer dan 500 jaar. Runderen van het Rood Ras worden enkel in West-Vlaanderen gekweekt en hebben de erkenning een traditioneel Vlaams streekproduct te zijn. Runderen van het Rood Ras worden gekenmerkt door hun bruinrode vacht en grote groeikracht. De runderen bevatten een groter percentage aan vet, maar dit draagt bij tot een betere en fijnere smaak van het vlees en is daarom zo uniek. Ingrediënten (voor 4 personen als voorgerecht): - 300 g extra dunne sneetjes mals rauw rundvlees, vraag uw slager een stuk van het kleinhoofd of heup (alwayo), kogelstuk, runderhaas… - Marinade: 2 dl walnotenolie - Kruiding: 2 g grof zeezout, 2 g gemalen zwarte Lampong peper, 1 koffielepel gehakte bieslook en 1 koffielepel gehakte dragon of bladpeterselie - 100 g fijne plakjes Parmezaanse kaas (schilfers) - 1 busseltje rucola of raketsla - Eventueel balsamicocrème Bereiding: - Het stuk rundvlees gedurende een klein uurtje in de diepvries plaatsen. - Ondertussen de vinaigrette bereiden. De gehakte tuinkruiden er op het laatst aan toevoegen om geen kleur-, geur- en smaakverlies te lijden. - Het rundvlees in zeer dunne plakjes snijden. - Op de borden schikken. - Afwerken met de marinade en rucola. Alternatief-tip: Evt. begeleiden met geroosterde pijnboompitten, pesto Smakelijk… meer recepten op www.woumen.eu Hebt u ook een ‘grootmoeders’ recept? Mail naar blankaartklok@gmail.com 24


JEUDIG WOUMENS TALENT IN DE KIJKER Klara Versteele Even voorstellen: Ik ben Klara Versteele, 11 jaar jong, dochter van Geert Versteele en Katrien Braem en zus van Edward Versteele. Ik ga in Woumen naar school in het vijfde leerjaar bij meester Tom. Wat zijn je hobby’s? Muziekschool (dwarsfluit), atletiek, paardrijden, Chiro, majorettes, misdienaar en bakken… Amai, zoveel hobby’s? Hoe komt het dat je zoveel doet? Welnu, mijn mama en papa zijn ook actief op vele fronten. Zij zijn beiden heel sportief en actief in het verenigingsleven. Zij fietsen ook heel graag. Papa fietst reeds 30 jaar en is lid van de Vriesganzen. Ook mama fietst, sedert ze mekaar kennen, al 15 jaar bij de Vriesganzen. Wij gaan ook elk jaar op fietsvakantie met het hele gezin. Zij zijn ook lid van meerdere verenigingen. Mama zit bij de koninklijke fanfare Hoger Op uit Woumen. Daardoor ben ik ook lid geworden bij de majorettes. Mama is ook nog secretaris van het Davidsfonds in Diksmuide en lid van de KVLV te Woumen. Papa is secretaris van de Vriesganzen, bestuurslid van de WK©G en lid van KWB. En de Chiro? Papa was vijftien jaar lid van de Chiro in Woumen, waarvan zes jaar leider. Dat was de perfecte stimulans voor mijn broer en ik om ook in de Chiro te gaan. Heb je dan nog tijd over om te bakken en misdienaar te zijn? Misdienaar is slechts één maal per maand (zonder kerkelijke feestdagen) en op woensdag bak ik graag dingen, tot groot jolijt van de andere gezinsleden. 25


En paardrijden? Eigenlijk is dit één maal per jaar, maar er gingen wel enkele initiatielessen aan vooraf om te leren paardrijden. We hebben nu eenmaal heel goeie faciliteiten hier in Woumen. En naast al deze hobby’s loop je dan nog een beetje? Een beetje? Eigenlijk is lopen mijn allerbelangrijkste hobby!! Ik ben aangesloten bij MACW Diksmuide en loop nu reeds vijf jaar competitie. Hoe ben je begonnen met lopen? Mijn broer zat in de atletiek en wij liepen vaak tegen mekaar in een doodlopend straatje niet ver van hier. Mijn ouders zagen dat ik niet moest onderdoen voor mijn oudere broer Edward. Mijn broer is toen begonnen met voetballen en ik ben in de atletiek gegaan. Had je talent om goed te lopen? Ik denk het wel want in de schoolcrossen in Diksmuide won ik vijf jaar op rij, van het eerste leerjaar tot nu… Wat is je lievelingsdiscipline? In de winter doe ik het liefste veldlopen. Hoe zwaarder het parcours, hoe liever. Modder, heuvels,… daar hou ik van. In de zomer doe ik het liefste pistewerk, met voorkeur voor de 1000m, het hoogspringen en de discus. Verspringen doe ik minder graag. Wat zijn je beste prestaties in het veldlopen? Mijn allereerste overwinning was in Waregem, de Jongerencross, november 2011. Later zijn er meerdere overwinningen gevolgd waaronder het PK veldlopen in Tielt, een achttal overwinningen in totaal. Verder nog eens tweede op het PK veldlopen en drie keer podium op de Lotto Crosscup in Roeselare, in totaal heb ik al een twintigtal keer het podium mogen bestijgen. Amai, je bent een echte kampioen! Zijn er al minder leuke momenten ook geweest? Ja, zo heeft eens een meisje aan de start van de veldloop in Ieper met haar spikes op mijn voet gestaan en heeft een pin mijn schoen doorboord tot in mijn kleine teen. Spike gescheurd en bloed in mijn schoen. Ondanks de pijn ben ik toch van start gegaan en heb nog een zesde plaats behaald. 26


Vorig veldloopseizoen zijn mijn prestaties wat gedaald door het feit dat ik een stevige groeischeut gekregen heb. Ik ben namelijk een groot stuk gegroeid op korte tijd.

Klara Versteele en Marie-Julie Van Der Bauwhede in actie (beide met Belfius-truitje).

Het is dus al meer dan gewoon aan atletiek doen? Ik denk dat ik eigenlijk een beetje verslaafd ben aan atletiek. Telkens er atletiek op tv is, moet ik dat zien. Wat zie je dan het liefste? Mijn voorkeur gaat uit naar de Olympische Spelen. In het bijzonder Usain Bolt! Ik ben namelijk heel grote fan van hem. Wat is je grote droom? Zelf zou ik ooit willen deelnemen aan de Olympische Spelen‌ Het liefst van al zou ik de meerkamp willen doen, zoals Nafitti Thiam. Ik loop, spring en werp graag‌ Hopelijk mag je droom ooit werkelijkheid worden! 27


VEERTIEN-ACHTTIEN de Blankaartslag Tussen 2014 en 2018 willen we in de Blankaartklok graag beschrijven hoe de Blankaartslag is verlopen. Daarvoor mogen we dankbaar gebruik maken van de vertaling van geschriften van de Belgische kapitein Leonard Van Mierlo, vertaald en van commentaar voorzien door André Gysel. De bevrijding van het Blankaartbekken in de IJzervallei door Belgische troepen op 28 september 1918 Op 28 september 1918 startte het eindoffensief dat pas op 11 november eindigde. In de sector ten zuiden van Diksmuide, het Blankaartbekken op zijn breedst, was de IVde Legerdivisie onder bevel van generaal Michel aan zet. Vooral de infanteristen van het 13de en 20ste Linieregiment zouden met artillerievuursteun van het 4de, 10de en 16de regiment de hete kastanjes uit het vuur halen. Majoor René Willems schreef naderhand de geschiedenis van het 20ste Linie en kapitein Leonard van Mierlo focuste in een gedetailleerd relaas op de vorderingen van zijn 9de Compagnie op die bewuste eerste dag van het eindoffensief: zaterdag 28 september 1918. Het 13de Linieregiment zou zijdelings steun bieden aan het 20ste, verslag daarvan is te lezen in de “Petite Histoire du 13” van kapitein Rivière. De essentie van deze bijdrage is een vertaling van een door de Belgische kapitein Leonard Van Mierlo geschreven bron. Wanneer dit gevechtsrelaas geschreven is, valt moeilijk uit de bron af te leiden, maar waarschijnlijk niet zo lang na de gebeurtenissen, mogelijk al onmiddellijk achteraf, eind 1918 begin 1919. De kapitein was in het terrein met zijn manschappen, hij was ooggetuige, hij voerde zijn mannen aan, hij maakte het mee dat er van zijn soldaten en officieren doodgeschoten werden of zwaargewond raakten. Hij was volop in de krijgsactie betrokken. Kapitein Van Mierlo was van Turnhout, een zoveelste Vlaming die in die tijd in het Frans schreef, want dat was de taal van het leger. Zijn 9de Cie vormde een onderdeel van het bataljon van het 20ste Linieregiment van de IVde 28


Legerdivisie. Volgens majoor RenĂŠ Willems van het 20ste Linieregiment stak deze eenheid op 28 september de Steenbeek over en nam het Blankaartkasteel en daarna Klerken in. Op 29 september bereikte het regiment Zarren, ondertussen maakten de Belgische soldaten talrijke gevangenen en konden ze een aanzienlijke buit vergaren. De in het Frans geschreven tekst van kapitein Van Mierlo is een gedetailleerd verslag van de militaire actie in het Blankaartbekken, waarbij het kasteel en de onmiddellijke omgeving door de Belgische troepen worden bevrijd. Het is een relaas uit eerste hand, wat hij schrijft en beschrijft heeft hij zelf gezien, gehoord, meegemaakt. Hij doet geen beroep op andere getuigen. Het is zijn verhaal. Van zijn mannen heeft niemand schrik, het zijn allemaal geboren helden. Hij heeft ze met een patriottische rede opgezweept en ze gaan er voor. De tekst gaat over de bevrijding of herovering van de Zandhoek, gezien van uit Merkem de Kippe links van de weg Ieper-Diksmuide, en van het Blankaartkasteel, het kasteelpark en de Blankaartvijver en van hoeves ten oosten van de weg rechtover het Blankaartkasteel. Over de auteur vernemen we heel weinig. Tussen de regels kunnen we afleiden dat hij erg vaderlandslievend is, hij doet toch alsof. Hij weet zijn manschappen te bezielen, maar hij is samen met hen toch ook bang in de nacht van 28 op 29 september, wanneer ze plat op de buik heel dicht bij een door de Duitsers nog bezette bunker de hele nacht op de natte grond moeten blijven neerliggen. Daar heeft zijn compagnie toch eventjes geluk gehad. In de volgende Blankaartklok start het eigenlijke dagboek van Van Mierlo. 29


CLOSE-UP BLOSO-CENTRUM “LANDHUIS DE RHILLE” Interview met Jan Du Pan, centrumverantwoordelijke. Graag een korte voorstelling van uzelf als centrumverantwoordelijke. Ik werk sedert 1985 bij Bloso, waarvan de laatste 20 jaar hier. Eerst wat uiteenlopende functies, ik ben begonnen als watersportlesgever, daarna centrumverantwoordelijke geworden in Dudzele in het roei- en kajakcentrum. Daarna een paar jaar actief geweest bij de exploitatie van de kustjachthavens, iets wat toentertijd door Bloso moest gebeuren. Daarna ben ik een paar jaar coördinator van de watersporttak geweest om dan, 20 jaar geleden, hier beland te zijn. Waarvoor staat ‘Bloso’? Bloso is de sportadministratie van de Vlaamse Gemeenschap. De afkorting Bloso bestaat eigenlijk niet meer, het letterwoord is blijven bestaan. Bloso was ooit de afkorting van het Bestuur voor Lichamelijke Opleiding Sport en Openluchtleven. Over hoeveel centra beschikt Bloso? Momenteel 13, er zijn er ooit meer geweest. Na een besparingsronde zo’n 15 jaar geleden, zijn er toch wat centra afgestoten geweest en overgedragen aan plaatselijke overheden. De reden van sluiting van de meeste van die centra was dat ze een lokale en dus geen bovenlokale werking hadden, dus dat ze meer pasten in het kader van het gemeentelijk of provinciaal sportbeleid. Het Bloso-centrum in Oostende in de Spuikom is bv. overgedragen aan de Stad Oostende, het Bloso-centrum De Gavers in Harelbeke is overgedragen aan de provincie. Voor welke activiteiten kan men bij Bloso terecht? Bloso heeft verschillende diensten. Iedereen associeert Bloso eigenlijk met die 13 Bloso-centra met de organisatie van sportkampen en zo, maar eigenlijk is de werking van Bloso veel ruimer. Bloso staat net zo goed voor het topsportbeleid, voor de subsidiëring van bv. de gemeentelijke sportdiensten, sportfederaties ook, of voor sportkaderopleidingen en lesgeversopleidingen.

30


Welke rol speelt Bloso in de topsport? De afdeling topsport heeft o.a. een aantal atleten in dienst, die een wedde krijgen om hun sport op hoog niveau te kunnen uitoefenen, mits te voldoen aan bepaalde criteria natuurlijk. Wanneer is landhuis De Rhille te Woumen ontstaan? Werd dit vroeger privaat uitgebaat? Het landhuis heeft ooit deel uitgemaakt van het groot verhaal rond de Blankaart. Het heeft ooit toebehoord aan de familie Kempynck. Het was een soort ereboerderij. Het was in die periode zelfs een tijdje een volkshogeschool. Daarna was het een tijdje een private manège en werd na een tijd verkocht aan het toenmalig ministerie van nationale opvoeding en Nederlandse cultuur, nog lang voor de federalisering. Na verschillende overdrachten behoort het centrum nu toe aan de Vlaamse Gemeenschap, die het door Bloso laat exploiteren. Welke activiteiten worden hier te Woumen georganiseerd, naast de gekende ruitersport natuurlijk? We zijn uiteraard grotendeels bezig met initiatie paard- en ponyrijden. Waarschijnlijk iets meer pony- dan paardrijden gezien we heel veel lagere scholen over de vloer krijgen. Daarnaast hebben we vooral voor scholen- en sportweekends een veel ruimer activiteitenpakket, zoals oriÍntatielopen, boogschieten, circustechnieken. Er zijn ook heel veel teambuildingactiviteiten voor sportclubs, maar net zo goed voor scholen of bedrijven. Daar zijn we de laatste jaren heel intensief mee bezig geweest. En dan specifiek wat ruitersport betreft, proberen we altijd de eigenheid te hebben om naast de pure rijlessen ook een pakket paard- of ponyverzorging aan te bieden. We proberen het totaalpakket aan te bieden. Wat de doelgroepen betreft, in de vakanties zijn we hoofdzakelijk bezig met sportkampen, paard- en ponyrijkampen op verschillende niveaus, met als buitenbeentje in de zomer ook avonturensportkampen. In de schoolperiodes tijdens de week zijn we eigenlijk continu bezig met de organisatie van sportklassen. Ze krijgen hier zowel sport- als schoolse activiteiten zoals bezoeken aan de Blankaart, de Ijzertoren, een boerderij. Daarnaast zijn er in de weekends vele fiets- en 31


wandelweekends. Dit initiatief kent heel veel succes. Ook komen heel veel clubs op stage: wielerploegen, voetbalploegen, volley- en basketbalploegen. Ze kunnen hier naar wens genieten van specifieke sportmaaltijden. We zijn flexibel en kunnen inspelen op hun wensen. Naast deze internaatactiviteiten is er ook een heel druk circuit van externaat-lessenreeksen pony- en paardrijden, ’s avonds en op zaterdag. Kan men hier als wandelaar, voorbijganger ook iets nuttigen in de cafetaria? We hebben geen geëxploiteerde cafetaria, we proberen dat zo te houden, niet om mensen buiten te houden, maar het feit dat er geen cafetaria is, laat ons toe om ons echt te focussen op onze core-business, zijnde initiatie geven en de omgang met groepen die hier komen. Voor scholen en sportkampen is dat een extra aantrekkingspunt als ze weten dat er geen combinatie is met een geëxploiteerde cafetaria. De enige uitzondering die we maken, is dat ouders die hier hun kind brengen een drankje of een kop koffie kunnen nuttigen. Deze faciliteit is net zoals onze overnachtingsfaciliteit, onze maaltijdfaciliteit altijd ondersteunend ten behoeve van de sport. Wat we ook niet doen, dat is groepen boeken die hier enkel willen overnachten en eten. Wij vragen altijd steeds nadrukkelijk naar het sportpakket. Het verblijf moet gecombineerd zijn met sportactiviteiten. We zijn een sportcentrum en dat is onze hoofdopdracht, daarin zijn we wel heel consequent. Over welke capaciteit beschikt het centrum? Hoeveel slaapplaatsen zijn er? We hebben een overnachtingscapaciteit van 96 bedden. Dat zijn grotendeels kamers van 4, acht kamers van 2 en één slaapzaaltje van 12 bedden. Op jaarbasis spreken we toch over een kleine 15.000 overnachtingen. Wat de ruitersport betreft, hoeveel paarden kunnen hier gestald worden? Een 50-tal, allemaal eigen paarden, ‘ambtenaren’.

32


Kun je ook je eigen paard hier stallen? Nee, maar wat we wel doen, is in rustiger periodes iemand tijdelijk depanneren die een stal aan het verbouwen is of zo, maar wel met de strikte voorwaarde dat er een einddatum afgesproken wordt. Want tijdens de sportkampen bv. zijn er ook lesgevers die hun paard meebrengen. Soms komen er ook huurpaarden op proef. Dit is de ideale methode om te kunnen beslissen welk paard we wel of niet gaan kopen, welk paard kindvriendelijk, betrouwbaar en gezond is.

Hoeveel mensen zijn hier tewerkgesteld? 19 vaste mensen. Eén iemand is tijdelijk, die in het seizoen bijspringt in de keuken en schoonmaak. Merendeel zijn keukenhulpen en schoonmaak, een aantal dierenverzorgers, waaronder enkele die dit combineren met lesgeven, ook een paar administratieve krachten. Woont hier dan ook iemand op het landhuis? Eén van de medewerkers woont hier als conciërge. Graag horen wij ook wat meer over de uitbreiding. Wat komt er in deze gebouwen? In de nieuwe gebouwen komt eigenlijk niks wat we nu niet hebben, maar er komt een nieuwe keuken en een nieuwe eetzaal. Er is ook een sanitair blok voorzien dat volledig los van het gebouw staat. De overnachtingscapaciteit zal niet vergroten. De keuken nu is veel te klein. Het is echter wel kraaknet, want we scoren altijd heel goed op de hygiëneaudits van het voedselagentschap. Op dat vlak zijn we een modelkeuken, maar een grootkeuken moet tegenwoordig volledig gezoneerd zijn met een koude keuken, warme keuken, afwaskeuken, ... Ook ons eetzaaltje dat we nu gebruiken is te klein. We moeten bepaalde periodes van het jaar een tent bijplaatsen die voor een stuk ook als eetzaal gebruikt wordt. De uitbreiding zou moeten in gebruik zijn 33


tegen midden september. Tot nu toe zitten we mooi op schema. Het is een mooi project, ontstaan als Design- & Buildwedstrijd: een wedstrijd waarop kon ingeschreven worden door een associatie van een aannemer en een architect. Dus de aannemer en de architect moesten op voorhand met mekaar in zee gaan en konden een project indienen. Wat weerhouden werd, is een project van een Brussels architectenbureau Ura (Yves Malysse), een bureau dat al heel mooie realisaties gedaan heeft en is in zee gegaan met aannemer Verstraete uit Roeselare. Die samenwerking verloopt eigenlijk voorbeeldig. Het wordt een knap project. Het idee was traditionele vormen, zijnde laagbouw, zadeldak maar in hypermoderne materialen, beton, platen, veel glas. In de eetzaal wordt een heel minimalistische inrichting voorzien, maar met heel grote ramen, het uitzicht op de natuur als decoratie, een mooier schilderij kun je niet vinden.

Tot slot: het verrast me telkens weer hoeveel mensen in Diksmuide en omgeving het Bloso-centrum niet kennen. Ga naar Brussel of naar Antwerpen of ga naar Limburg en daar kent de eerste de beste het centrum, veelal door een sportkamp van de kinderen...

34


WOUMEN KERMIS - een warme oproep Met Woumen kermis in het vooruitzicht, doen de Blankaartvrienden een oproep om naar traditionele gewoonte opnieuw een stoet (intussen de 37ste Blankaartstoet) te kunnen realiseren. Maar zonder de inzet van de verenigingen, de school, wijken, families en andere sympathisanten kan dit niet waargemaakt worden. Het is de bedoeling om zoveel mogelijk praalwagens en groepen met figuranten in de stoet te krijgen. Zoals in de volksmond reeds meerdere malen gehoord, wil iedereen toch dat het kermisgebeuren blijft bestaan. Daarom staan wij volledig open voor allerhande ideeën en suggesties. We stellen daarom voor dat iedereen die geïnteresseerd is om mee te werken aan de stoet of met vragen zit hieromtrent, contact met één van ons opneemt: 0496 54 74 44 (Rudi Jacques) 0496 18 26 49 (José Louwaege) 0478 51 62 96 (Danny Rollé) We hopen op een talrijke opkomst! Namens de Blankaartvrienden alvast bedankt op voorhand. Tot dan!

35


DE SLIMSTEN VAN WOUMEN 2015 – final edition Op zaterdagavond 28 maart 2015 trok het Woumense quizpubliek voor de tiende maal naar het ontmoetingscentrum ’t Woumenhof om er naar jaarlijkse gewoonte deel te nemen aan de quiz ‘De Slimsten van Woumen’. Zevenentwintig ploegen schaarden zich rond de tafels om er een gezellig avondje te breinworstelen. Het aanwezige publiek overbrugde qua leeftijd diverse generaties. Het jeugdige enthousiasme nam het op tegen de gesettelde wijsheid van hun ouders en grootouders. Het aangename van deze quiz was dat de gestelde vragen niet aartsmoeilijk waren en ze zeker binnen ieders algemene interesseveld vielen. Op het einde van de avond, na het tellen van de behaalde punten, viel het verdict: het winnende team van vorig jaar, zijnde het oudercomité, kon hun titel met een jaar verlengen. Proficiat aan (alfabetisch): Frank Desmet, Veerle Dumont, Manu Mackelberg en Pol Vanalderweireld.

Groepsfoto van links naar rechts: 4FUN (3de) - Kzoent10kirszeggn (2de) – Oudercomité (1ste)

36


Als we vaste waarden hebben in Woumen, dan was de jaarlijkse quiz ‘De Slimsten van Woumen’ er zeker één van. Met de organisatie van dit fantastische evenement zorgde de WKG er ieder jaar voor om mensen samen te brengen, een avondje weg van hun 3D-televisie, en met succes. Menig aantal Woumenaars keken er ieder jaar naar uit. De beslissing om er na dit jubileumjaar een punt achter te zetten viel zwaar, zowel voor de organisatie als voor de deelnemers. Vandaar dat op het einde van de quizavond de WKG, voor de zovele jaren noeste inzet, bedankt werd met een spontane en welgemeende staande ovatie. Stiekem hopen we natuurlijk nog dat er ergens een potje Tipp-Ex staat om dat uitgetypte eindpunt te wissen. Wie weet is er ooit nog een comeback van de quiz in een al of niet vernieuwde vorm... eindstand 10de Slimsten van Woumen:

37


POP-UP ART summer

38


NUTTIGE TELEFOONNUMMERS dokter van wacht

051 50 54 00

wachtdienst apothekers info

0900 10 500

ziekenvervoer dringende gevallen

100

antigifcentrum

070 24 52 45

politie dringende gevallen

101

politie Zone Polder afd. Diksmuide

051 51 00 00

brandweer

100

brandweerkazerne Diksmuide

051 50 19 32

pastorie Woumen

051 50 05 95

Tele-Onthaal

106

Child Focus

110

Card-stop

070 344 344

BEWONERSPLATFORM Medewerkers in alfabetische volgorde: Geert Averbeke Filip Boen Wim Coussement Karel Famaey Manu Mackelberg Danny Van Acker Bertrand Vande Ginste Sigrid Vandepoele

Dank aan iedereen die meewerkte, hielp nalezen of steunde om dit dorpskrantje te realiseren!

39


40


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.