
1 minute read
2.10 De eerste or-verkiezing
from OR en verkiezingen
by VMN Media
de hand van het gewicht van die kiesgroep (lees: het aantal medewerkers) (uitgangspunt: evenredige vertegenwoordiging). ● De kiesgroep kiest uit zijn midden een bepaald aantal or-leden. Zowel de kandidaatstelling als de stemming vindt plaats per kiesgroep. De verkiezingen vinden dus in feite niet ondernemingsbreed plaats, maar per kiesgroep. De or heeft hierin een grote vrijheid. Met andere woorden: je kan als or ervoor kiezen dat iedere stemgerechtigde één stem uitbrengt, maar dat kunnen ook bijvoorbeeld meerdere stemmen zijn. Er kan dus in principe worden geregeld dat op meerdere kiesgroepen wordt gestemd.
Een mix-variant is mogelijk. Er kan voor worden gekozen dat de or voor een deel door en uit de kiesgroep wordt gekozen en voor een deel door en uit het volledige personeel. Dit moet worden geregeld in het or-reglement. Daarbij moet vanzelfsprekend het eerlijke karakter van de verkiezingen leidend blijven. De verkiezingen moeten transparant zijn en open plaatsvinden.
De voorzieningenrechter overweegt dat de or beschikt over een grote vrijheid bij de inrichting van kiesgroepen, binnen de doelstellingen van de wet. Voorzieningenrechter rechtbank Haarlem 10 april 2012, JAR 2012/142
Zie hiervoor verder in hoofdstuk 3, paragraaf 3.5.2.
2.10 de eerste or-verkiezing
Het kan voorkomen dat een or nog niet bestaat. Bijvoorbeeld omdat het bedrijf de norm van 50 of meer medewerkers voor het eerst haalt of na een fusie, overname of afsplitsing. De or wordt dan opgericht en voor het eerst wordt een or-verkiezingen gehouden. Het is dan de ondernemer die de eerste or-verkiezing organiseert. De bestuurder maakt een voorlopig reglement en hoort de vakbonden daarover. Het voorlopig reglement regelt onder meer hoe de or-verkiezingen verlopen.
Artikel 48 WOR 1. De ondernemer op wie de verplichting tot het instellen van een or rust, treft bij voorlopig reglement, voor zover nodig, de voorzieningen die tot de bevoegdheid van de or behoren, totdat de or zelf die bevoegdheid uitoefent. De vereniging of verenigingen van werknemers, bedoeld in artikel 9, tweede lid, onder a, worden over het voorlopige reglement gehoord. 2. Ten aanzien van het voorlopige reglement is artikel 8, eerste lid, eerste en tweede volzin en tweede lid, van overeenkomstige toepassing. Het voorlopige reglement vervalt op het tijdstip waarop de or het in artikel 8 bedoelde reglement heeft vastgesteld. 3. De voorgaande leden zijn van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de ondernemer of de ondernemers die een centrale or of een groeps-or hebben ingesteld.

