ADR Beleidsplan 2011-2015

Page 1

A C T IE DO RPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-VLAANDEREN Actie Dorpen Roemenië Koepel van de Vlaamse Roemeniëwerkingen

BELEIDSPLAN 2011 - 2015 ADR-Vlaanderen vzw Korte Begijnenstraat 18 B-2300 Turnhout 014 40 31 53 Info@adrvlaanderen.be


INHOUDSTAFEL

VERKLARENDE WOORDENLIJST EN AFKORTINGEN.................................................................................3 LEESWIJZER BEOORDELINGSELEMENTEN...............................................................................................4 VOORWOORD.........................................................................................................................................6 1.PROCESBESCHRIJVING.........................................................................................................................7 2. MISSIE EN VISIE ADR-VLAANDEREN..................................................................................................12 2.1 MISSIE.........................................................................................................................................12 2.2 VISIE BELEIDSPLAN 2011-2015....................................................................................................13 3. GEGEVENSVERZAMELING.................................................................................................................14 3.1 HET PROCES VAN GEGEVENSVERZAMELING...............................................................................14 3.2 LEREN UIT HET VERLEDEN: DE GESCHIEDENIS VAN ADR-VLAANDEREN.....................................15 3.3 PROGRAMMAPORTFOLIO VAN ADR-VLAANDEREN....................................................................19 3.4 ZELFEVALUATIE...........................................................................................................................21 3.5 BEVRAGING VAN DE ADR-GROEPEN VIA REGIOVERGADERINGEN .............................................26 3.6 BEVRAGING VAN BETROKKENEN BIJ ADR-VLAANDEREN............................................................29 3.7 ANALYSE VAN DE EXTERNE OMGEVING.....................................................................................33 3.8 DE JURIDISCHE CONTEXT VAN ADR-VLAANDEREN.....................................................................40 4. SWOT-ANALYSE EN BELEIDSUITDAGINGEN......................................................................................43 4.1 SWOT..........................................................................................................................................43 4.2 BELEIDSUITDAGINGEN................................................................................................................54 6.STRATEGISCHE EN OPERATIONELE DOELSTELLINGEN VAN ADR-VLAANDEREN.................................62 7.MENSEN EN MIDDELEN.....................................................................................................................72 8.DE HOUDING VAN ADR-VLAANDEREN T.A.V. DE 12 BEOORDELINGSELEMENTEN..........................109

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

2


VERKLARENDE WOORDENLIJST EN AFKORTINGEN

ADR: Actie Dorpen Roemenië

ADR-groep: een duurzame Roemeniëwerking die effectief of toegetreden lid is van ADRVlaanderen

ADR-regio: de ADR-groepen zijn in Vlaanderen gegroepeerd in 7 regio’s. De ADR-groepen uit eenzelfde regio komen regelmatig samen in een regiovergadering. Bepaalde ADR-regio’s zetten ook samen gemeenschappelijke projecten op.

AV: Algemene Vergadering

CC: culturele centra

COE: Centraal- en Oost-Europa

GC: gemeenschapscentra

IKZ: Interne Kwaliteitszorg

OD: Operationele doelstelling

OVR: Opération Villages Roumains: Koepel van Roemeniëwerkingen in Wallonië en in andere Europese landen. ADR-Vlaanderen heeft onder andere goede contacten met OVR-Nederland, OVR-Wallonië, OVR-Zwitserland.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

3


PDCA-cirkel: Plan – Do – Check – Act (werkmethodiek i.f.v. IKZ)

PVR: Paternariat Villages Roumains: een tweede koepel van Roemeniëwerkingen in Wallonië.

Roemeniëwerking: een organisatie of groep waarin vrijwilligers betrokken zijn, die een werking hebben rond Roemenië, maar niet noodzakelijk duurzaam is of lid is van ADRVlaanderen

RvB: Raad van Bestuur

SD: Strategische doelstelling

SOMEPRO: Steunpunt Oost- en Midden-Europaprojecten

VVSG: Vlaamse Vereniging van Steden en Gemeenten

LEESWIJZER BEOORDELINGSELEMENTEN In het decreet betreffende het sociaal-cultureel volwassenenwerk zijn 12 beoordelingselementen ogenomen die door de administratie worden gehanteerd bij de evaluatie van de werking van verenigingen. ADR-Vlaanderen beschrijft in haar beleidsplan hoe zij in de komende beleidsperiode tegemoetkomt aan elk van deze criteria. Als laatste onderdeel van het beleidsplan (punt 8) bespreken we per beoordelingselement op welke wijze hiervan werk wordt gemaakt in de komende beleidsperiode, met opsomming van de strategische en operationele doelstellingen die specifiek tegemoetkomen aan een welbepaald beoordelingselement. Daarnaast nemen we de beoordelingselementen ook mee doorheen het hele beleidsplan. Ieder van de 12 beoordelingselementen kreeg hiervoor een eigen symbool. In de kantlijn van de tekst verwijzen we, waar dit relevant is, door middel van deze symbooltjes naar het desbetreffende beoordelingselement. Op die manier komt de lezer de 12 beoordelingselementen, die verweven zitten doorheen het hele plan, tegen doorheen het hele beleidsplan. 11

1. De wijze waarop de vier functies van het sociaal-cultureel werk worden gerealiseerd

22

2. De wijze van begeleiding van de afdelingen of groepen

33 A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

4


3. Het beleid ten aanzien van de vrijwilliger 44

4. De acties met het oog op de verdieping en verbreding van de participatie

55

5. De communicatie met de leden

66

6. Het ontwikkelen van acties en activiteiten met een landelijk karakter

77

7. Het ontwikkelen van vernieuwende en bijzondere activiteiten

88

8. De aanpak van de diversiteit met specifieke aandacht voor interculturaliteit

99

9. De samenwerking en netwerkvorming met andere organisaties

11 00 11 11

10. De manier waarop in de werking rekening gehouden wordt met principes van IKZ

11 22

12. Het engagement ten aanzien van de door de Vlaamse Regering geformuleerde beleidsprioriteiten

11. De zorg voor professionalisering en professionaliteit

66

77

88

99

11 00 11 11 A C T IE DORPEN

11 22

R O E M E N IĂ‹

A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

5


VOORWOORD ADR-Vlaanderen bestaat 20 jaar. De organisatie, die 1987 de naam ‘Adoptie Dorpen Roemenië’ droeg, is gestart als een koepel van organisaties die een ander volk en land (met name Roemenië toen) wilden helpen in crisissituatie. In 2004 maakte ADR-Vlaanderen een doorstart en kreeg ze de naam Actie Dorpen Roemenië. Sindsdien is ze uitgegroeid tot een unieke vereniging met een specifieke structuur en een sterke dynamiek om vanuit de eigen rijke ervaring in Vlaanderen mensen in nieuwe EU-lidstaten of EUkandidaat-lidstaten een toekomst te geven in eigen land. Het was duidelijk dat er in Vlaanderen nood was aan coördinatie, projectwerking, versteviging van lokale werking, deskundigheid, begeleiding en bekendmaking. Gegroeid als een koepel van heel diverse en zelfstandige lokale werkingen, was het nodig gemeenschappelijke raakvlakken te vinden en een stroomlijning door te voeren. Naast de aanwezige goede wil en de hooggespannen verwachtingen, zijn hiervoor ook financiële middelen nodig. Professionele ondersteuning, zowel vanuit beroepskrachten als deskundige vrijwilligers, is onontbeerlijk. ADR-Vlaanderen ging daarom op zoek naar structurele financiering. We hebben deze gevonden in de erkenning als sociaal-culturele vereniging vanaf 2011. Om zowel voor de Raad van Bestuur als voor alle leden een duidelijk beeld te kunnen schetsen van wat de taak en waarde van ADR-Vlaanderen als sociaal-culturele vereniging is en kan zijn, is het nodig een beleidsplan op te maken voor de toekomst. Om tot een sterk beleidsplan voor de periode 2011 2015 te komen, hebben we ons professioneel laten begeleiden. En het resultaat mag er zijn. Een goede missie en dynamische visie zijn het uitgangspunt van ons toekomstig beleid. Deze vermijden dat we doelloos zouden rondhollen en op alles en nog wat zouden inzetten zonder klare doelen voor ogen te hebben en te evalueren. Er werd ook realistisch nagedacht over wat we wel en niet aankunnen. Niet alles wat we willen zal mogelijk zijn of op de manier dat we het zouden wensen. Deze eerste beleidsperiode zal een periode zijn om een aantal bestaande elementen te consolideren en daarnaast een aantal vernieuwende elementen in de werking te brengen. Het beleidsplan is dus een instrument om zinvol tewerk te gaan en met duidelijke omschrijvingen en doelstellingen voor iedereen. Het is een uitgebreid document geworden dat als werkinstrument voor de volgende 5 jaar zal gebruikt worden. Dit kan onze mensen, zowel aan de basis, binnen de regio’s als binnen de Raad van Bestuur motiveren en een nieuw elan geven. Iedereen, zowel binnen als buiten de vereniging, zal dan ook duidelijk weten waar ADR-Vlaanderen voor staat. Het geeft ons een legitimiteit in Vlaanderen, België en Europa. We hopen dan ook van ganser harte dat dit gedragen beleidsplan de leefcode zal zijn voor alle leden van ADR-Vlaanderen in de toekomst en het werkinstrument bij uitstek. Namens ADR-Vlaanderen.

Jozef Goebels Voorzitter

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

6


1.PROCESBESCHRIJVING Sinds de doorstart van ADR-Vlaanderen in 2004 is de organisatie op zoek gegaan naar een structurele vorm van ondersteuning om de werking sterker te kunnen uitbouwen. In de zomer van 2008 maakten onze bestuursleden kennis met het decreet op sociaal-cultureel volwassenenwerk. Na een eerste contact met FOV werd duidelijk dat ADR-Vlaanderen voldeed aan de erkenningsvoorwaarden als sociaal-culturele vereniging. De waarde van dit decreet voor ADR-Vlaanderen was overduidelijk: een erkenning als vereniging zou de mogelijkheid bieden om de lokale groepen sterker te begeleiden en een vernieuwd, uitgebreid aanbod te doen naar bestaande en nieuwe Roemeniëwerkingen. Na een diepgaandere bespreking van de 4 functies van het sociaal-cultureel werk was duidelijk dat ieder van deze functies aan bod komt in de huidige werking van onze organisatie, maar dat een bewustwording daarvan bij de lokale groepen nodig zou zijn. Op de raad van bestuur van 3 november 2008 werd beslist om een erkenningsdossier op te maken, met ondersteuning van de beroepskrachten van Somepro. Vanaf dat moment werd de vooruitgang van de erkenningsaanvraag een vast agendapunt tijdens de vergaderingen van de RvB. Tijdens de viering van 20 jaar ADR-Vlaanderen op 16 mei 2009 te Kuurne werden de aanwezige ADRgroepen voor het eerst geïnformeerd over de toekomstplannen van de koepel. Vanaf dat moment verschenen in de ADR-Nieuwsbrief regelmatig artikels om de ADR-groepen te informeren over het sociaal-cultureel werk en de betekenis van een aanvraag als sociaal-culturele vereniging voor de lokale werkingen. Tegelijk werd van de kant van lokale werkingen informatie opgevraagd om het erkenningsdossier te stofferen en het registratiesysteem van het afdelingswerk op punt te zetten. De aanvraag tot erkenning vormde een goede aanleiding om de ledenlijsten van ADR-Vlaanderen onder de loep te nemen en de actieve van non-actieve ADR-groepen te onderscheiden. Intussen werd geschreven aan het erkenningsdossier, in samenwerking met Somepro en in overleg met FOV. Daarnaast werd op de bestuursvergaderingen reeds nagedacht over de mogelijke inhoud van een beleidsplan voor de komende 5 jaar. In februari 2010 diende ADR-Vlaanderen haar erkenningsdossier in, en in april 2010 ontvingen we een controlebezoek vanuit het agentschap sociaal-cultureel volwassenenwerk. Dit bracht ons bij de volgende stap: de opmaak van een degelijk beleidsplan voor een periode van 5 jaar. Aangezien het voor ADR-Vlaanderen de eerste keer was dat we een dergelijk plan zouden opstellen en we het cruciaal vonden om voor deze eerste beleidsperiode een sterk beleidsplan uit te werken, gingen we op zoek naar professionele begeleiding voor het beleidsplanningsproces. Op aanraden van Socius legden we contact met Dr. Amand Dewaele. Tijdens de RvB van 26 mei 2010 werd een planningsteam aangesteld, dat verantwoordelijk zou zijn voor het uitschrijven van het beleidsplan. Een uittreksel uit de notulen van deze vergadering is terug te vinden als bijlage. Op 1 juni 2010 ontving ADR-Vlaanderen van het agentschap een positieve reactie op de erkenningsaanvraag: vanaf 2011 zal ADR-Vlaanderen erkend worden als sociaal-culturele vereniging. Dit was voor het planningsteam hét startschot om vol energie aan de slag te gaan, met de deadline van 1 oktober 2010 in gedachten. De hele zomer lang werd er druk vergaderd, overlegd met externen, gediscussieerd, geschreven, nagelezen en herschreven.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

7


We laten hier graag Dr. Amand Dewaele aan het woord over het planningsproces dat ADRVlaanderen doorliep: “Mei 2010 kreeg ik van de vereniging ADR-Vlaanderen een duidelijke vraag:” Wij zijn erkend en willen nu een goed en bruikbaar beleidsplan afleveren.” Na het intakegesprek kwamen we samen tot volgende conclusie: “Alhoewel het reeds redelijk laat was, wou ADR-Vlaanderen toch een uitgebreid proces volgen en een technisch goed onderbouwd, realistisch en bruikbaar beleidsplan afleveren”. In mei zijn we gestart met het beleidsplanningsproces, waarbij de ‘zeven omslagen 1’ gebruikt werden. De 7 omslagen begeleiden een gemandateerde planningsgroep door het beleidsplanningsproces en houden rekening met zowel het goed beleidsaspect als verplichtingen opgelegd door de wetgeving, de decretale verplichtingen en eisen van de bevoegde administraties. 11 00

Het resultaat is een coherent beleidsplan, steunend op feiten en met realistische en pertinente doelstellingen. Het geheel wordt uitgevoerd via een doordachte en berekende strategie die hier kort beschreven wordt.

Fase 1: samenstelling, opdracht en mandatering van de stuurgroep. De planningsgroep werd samengesteld uit 6 leden van de Raad van Bestuur en/of vrijwilligers. De planningsgroep kreeg een mandaat om het beleidsplan uit te schrijven door de Raad van Bestuur. Meteen werd ook de beslissing genomen om de medewerkers, vrijwilligers van de regionale en lokale afdelingen en de Raad van Bestuur, continu te informeren over de stand van zaken van het beleidsproces.

Fase 2: Missie De planningsgroep stelde de missie op. Uit de missie moest duidelijk blijken wie de organisatie is, wat ze doen, hoe, voor wie en wat de belangrijkste waarden van de vereniging zijn. Het geheel moet aantonen hoe belangrijk en uniek ADR is voor de maatschappij in Vlaanderen. Er werd geopteerd om een visie te schrijven om de prioriteiten en de beleidsopties duidelijk te stellen.

Fase 3: Gegevensverzameling De moeder van alle fasen. Bijna letterlijk op te vatten, alle verdere opties, doelstellingen en beslissingen worden gegenereerd uit deze gegevens. ADR-Vlaanderen heeft dan ook beslist om niettegenstaande de beperkte tijd, veel aandacht en energie te geven aan deze fase. Er werd beslist om tijdens de vakantiemaanden hard door te werken. Dit genereerde uiteraard een massa gegevens. In fase 3 werden verschillende wegen bewandeld: 1. De eerste weg geeft een beschrijving van de organisatie zoals ze in het verleden was en nu geworden is. Deze weg wordt ‘het profiel van de organisatie’ genoemd. Hier werd zeker ook aandacht gegeven aan de lopende werking, want de meeste organisaties hebben al een lange werking achter de rug. Het is ook belangrijk dat in deze fase rekening wordt gehouden 1

A. Dewaele, ‘de 7 omslagen’, Kwasimodo, Brussel, 2005. A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

8


met de geschiedenis van de organisatie en de huidige situatie. Daarom werden in deze eerste stap geschiedenis van de organisatie en het portfolio van de huidige werking onder de loep genomen. 2. Een tweede weg leidt naar een bevraging van de zgn. belanghebbenden. Het is niet de bedoeling om ‘Jan en alleman’ te bevragen, maar wel diegenen die de organisatie belangrijk acht of die een grote invloed op de organisatie uitoefenen. 3. Een derde weg is de weg van de interne gegevensverzameling. De organisatie gaat kritisch in eigen boezem kijken om te zien waar zij goed en minder goed scoort, waar zij goed en minder goed werkt, waar zij sterke punten of zwakke punten scoort. Op vraag van het planningsteam werd hierop ingegaan met de methodiek van de zelfevaluatie. Dit betekende voor ADRVlaanderen opnieuw veel werk, maar blijkbaar was dit zeer belangrijk. Naast deze zelfevaluatie werden ook de ADR-groepen bevraagd via een brainstormmoment tijdens de regiovergaderingen. 4. Na de interne evaluatie volgt een evaluatie van de omgevingsfactoren. Dat is de vierde weg: de organisatie gaat op zoek naar kansen of bedreigingen vanuit de ruimere samenleving. Welke ontwikkelingen, evoluties beïnvloeden de organisatie? Maken zij het de organisatie gemakkelijker of moeilijker? Enz. 5. Tenslotte werd de juridische context van ADR-Vlaanderen geanalyseerd en nagegaan of de organisatie aan alle wettelijke bepalingen voldoet om vanaf 2011 als erkende sociaalculturele vereniging te functioneren.

Fase 4: Gegevensanalyse Dit is de laatste stap in de gegevensverzameling. Het planningsteam beschikte nu over een massa aan gegevens: elementen uit de geschiedenis van de organisatie, gegevens uit de huidige feitelijke werking, de opmerkingen en suggesties uit de bevraging van de belanghebbenden, de resultaten van de interne zelfevaluatie, de gegevens uit de analyse van de bredere omgeving. Het gevaar bestaat dat het planningsteam verdrinkt in deze veelheid van informatie, niet meer weet waaraan te beginnen of wat ermee aan te vangen. Analyseren is goed, maar uiteindelijk moet het planningsteam ook tot syntheses komen. Om enige ordening in deze veelheid van gegevens te krijgen stelt Dewaele Consultancy voor om te werken volgens onderstaand principe. Het principe werkt op basis van de sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen van de organisaties. Deze vier woorden vormen telkens één luik van de analyse. (SWOT)

Fase 5: Doelstellingen In de eerste omslagen over beleidsplanning werden de eerste 4 fases behandeld: de start, de missie, de gegevensverzameling en de gegevensanalyse. Het zijn in feite allemaal voorbereidende werkzaamheden voor het ‘grote’ werk kan aangepakt worden. Het ‘grote’ werk is de formulering van de strategische en operationele doelstellingen en de ontwikkeling van een strategie om de doelstellingen te realiseren. Deze fase vormt het kloppend hart van het beleidsplan. Waar de missie de rode draad van het beleidsplan vormt, waar de gegevensverzameling het uitgangspunt vormt en waar de

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

9


gegevensanalyse de keuzes zal bepalen, daar zijn de doelstellingen de eerste link met het concrete werk. Laat dit geen vrijbrief zijn om de doelstellingen te zien als een beschrijving van ‘hoe’ de organisatie gaat werken in de beleidsperiode, dus niet in termen van acties en/of middelen. De doelstellingen zijn eerder een beschrijving van “wat de organisatie wil/kan/gaat bereiken in de komende beleidsperiode”. Dus niet het ‘hoe’ staat centraal, maar eerder het resultaatsgerichte ‘wat’! Hieruit blijkt al dat er twee elementen heel belangrijk zijn: het ‘resultaatsgerichte’ en het ‘wat’. Deze twee elementen vormen de basis van een goede doelstelling. Na het formuleren van de strategische en operationele doelstellingen werden al deze doelstellingen op een tijdslijn geplaatst van 2011 tot 2015, om de haalbaarheid en de logische opbouw van de doelstellingen te verzekeren. Deze tijdslijn wordt in bijlage opgenomen.

Fase 6: Strategie In fase 5 heeft de organisatie de doelstellingen geformuleerd. Zowel de algemene strategische doelstellingen als de specifieke operationele doelstellingen werden neergeschreven, samen met de wijze waarop de organisatie zal meten in hoeverre de doelstellingen zijn gehaald. Bij het formuleren van de doelstellingen moeten ook de middelen worden bepaald die zullen worden ingezet om de doelstellingen te realiseren. Nu moet worden nagegaan of het plan haalbaar is. Heeft de organisatie voldoende en de juiste medewerkers? Heeft de organisatie voldoende middelen? Voldoet het plan aan de decretale vereisten? Is juridisch alles in orde? Hoe kan men het plan in de komende jaren ook effectief realiseren? In fase 6 wordt het strategisch gedeelte van het beleidsplan uitgewerkt. In fase 6 komen vooral de middelen aan bod.

Fase 7: Redactie - Evalueren en bijsturen Al het voorbereidend werk moet er voor zorgen dat: Het plan overeenstemt met de decretale verplichtingen. Het plan als geheel logisch en consistent is opgebouwd en dat de verschillende onderdelen op elkaar zijn afgestemd. Het plan in het verlengde ligt van de missie. Er voldoende aandacht is gegeven aan de gegevensverzameling. De ontleding van de interne en externe omgevingsfactoren aanleiding gegeven heeft tot de formulering van duidelijke beleidsuitdagingen. De grote beleidsuitdagingen en beleidsopties geleid hebben tot algemene strategische doelstellingen. De operationele of concrete doelstellingen een wezenlijk onderdeel zijn van de algemene doelstellingen. De algemene doelstellingen voldoende geoperationaliseerd zijn. De vooropgestelde doelstellingen haalbaar en realistisch (meetbaar) zijn. De organisatie alle noodzakelijke activiteiten, mensen en middelen inzet om de doelstellingen te kunnen realiseren. Duidelijk kan gemotiveerd en geargumenteerd worden dat bepaalde functies of actieplannen ontbreken. De organisatie duidelijk zicht heeft op de beschikbare mensen en middelen en weet onder welke voorwaarden de doelstellingen kunnen gehaald worden. Reeds heel wat elementen van kwaliteitszorg in het plan opgenomen zitten, zoals de planning van verbeteracties om aan de gesignaleerde problemen een oplossing te geven.

            

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

10


De timing realistisch is. Weet in welke mate de organisatie invloed kan uitoefenen op de (rand)voorwaarden om de doelstellingen te realiseren? De opgegeven beleidsindicatoren en resultaatsindicatoren in staat zijn om te meten in welke mate de doelstellingen zijn gerealiseerd. Enz.

   

Een beleidsplan dat voorzien is van goede indicatoren biedt extra mogelijkheden voor het sturen en beheersen van de organisatie. Dit voordeel realiseert zich natuurlijk maar wanneer het wordt opgevolgd en wanneer tijdig gecheckt wordt of de processen zich zo (voldoende snel en in de juiste richting) ontwikkelen dat men op het einde van de beleidsperiode de gestelde normen zal halen. Hiertoe zal men 'tussenmetingen' en tussentijdse evaluaties moeten plannen. Na de goedkeuring van het beleidsplan zal de Raad van Bestuur afspraken maken over hoe, wanneer en door wie de verschillende delen van het beleidsplan opgevolgd en geëvalueerd zullen worden. Het beleidsplan werd ook gecontroleerd op de 12 beoordelingscriteria en bevat genoeg resultaats- en beleidsindicatoren om als basis te dienen voor de voortgangsrapporten. De lay-out werd verzorgd en besproken. Het geheel werd goedgekeurd op een Algemene Vergadering en voorgesteld aan alle leden op 22 september 2010 in Bertem. Ik wil hier echt benadrukken dat ik vol bewondering ben voor de inzet van de vrijwilligers van ADRVlaanderen. Normaal moet voor het gekozen traject tot 9 maanden voorzien worden. ADRVlaanderen heeft dit werk in 4 maanden geklaard. Dit getuigt van een enorme inzet voor de doelen van ADR-Vlaanderen. Ik kan niet anders dan ADR-Vlaanderen hiervoor bedanken. De samenwerking was prima. Dit wordt een uitstekende beleidsperiode.” Borth, Wales, augustus, 2010. Dr. Amand Dewaele.

Het uitstippelen van het beleid voor de komende 5 jaren was een intensief en boeiend proces voor ADR-Vlaanderen. We zijn ervan overtuigd dat het resultaat, het beleidsplan dat er nu ligt een goede leidraad zal bieden voor onze werking.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

11


2. MISSIE EN VISIE ADR-VLAANDEREN 2.1 MISSIE ADR-Vlaanderen is een autonome en Vlaamse organisatie. Zij overkoepelt lokale vrijwilligersorganisaties die zich engageren voor de uitbouw van een duurzame en solidaire samenleving in Centraal- en Oost-Europa. 77 33 22 66

ADR-Vlaanderen werkt in Vlaanderen aanbod- en vraaggestuurd op 3 niveaus: rechtstreeks naar lokale ADR-groepen, in de ADR-regio’s en op het Vlaamse niveau.

88

ADR-Vlaanderen is in het begin gestart vanuit een gemeenschappelijke verontwaardiging over de wantoestanden in Centraal & Oost-Europa , die werd omgezet in een internationale solidariteit.

44 11 11

ADR-Vlaanderen wil sterke groepen van vrijwilligers uitbouwen die een Europees engagement aangaan. ADR-Vlaanderen wil deze groepen begeleiden en ondersteunen door mensen samen te brengen, informatie en vorming te bieden, samenwerking te stimuleren en gemeenschappelijke projecten op te zetten.

ADR-Vlaanderen streeft naar een menswaardig bestaan en een gezonde samenleving in heel Europa. ADR-Vlaanderen wil mensen vormen en empoweren om zich in de Centraal- en Oost-Europese landen te engageren.

A C T IE DORPEN R O E M E N IĂ‹ A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

12


2.2 VISIE BELEIDSPLAN 2011-2015 22

ADR-Vlaanderen zal vanuit zijn belangrijke taak als koepelorganisatie, in het eerste deel van deze beleidsperiode de nadruk leggen op de coördinatie en het correct informeren van de lokale ADRgroepen over de inhoud van dit beleidsplan. ADR-Vlaanderen zal de lokale ADR-groepen begeleiden om dit beleidsplan ook te realiseren in hun eigen lokale werking. De dynamiek van de eigen werking wordt hierdoor verhoogd en er wordt meer duidelijkheid geschapen in hun eigen werking en in beeldvorming intern en extern. We willen komen tot een gemeenschappelijke manier van werken, zij het dat iedere ADR-groep dit op haar eigen manier concreet maakt. Dit beleidsplan moet dus ook voor de lokale ADRgroepen op zich een meerwaarde zijn. ADR-Vlaanderen zal binnen deze beleidsperiode blijven focussen op het informeren, ondersteunen en begeleiden van de lokale ADR-groepen in Vlaanderen wiens activiteiten op Roemenië gericht zijn. Tevens zal de ervaring die hieruit voortvloeit de basis vormen voor het betrekken van groepen in Vlaanderen die gelijkaardige initiatieven ontplooien in andere nieuwe EU-lidstaten of EU-kandidaatlidstaten en in ADR-Vlaanderen een meerwaarde zien. Met het oog op een zo goed mogelijke uitvoering van het beleidsplan ten dienste van de vrijwilligers in de RvB van ADR-Vlaanderen en de lokale ADR-groepen, zal ADR-Vlaanderen in deze eerste beleidsperiode werken aan een professionele uitbouw van haar werking. De raad van bestuur van ADR-Vlaanderen zal zich voorbereiden op het aanwerven van en samenwerken met beroepskrachten en op het zorgvuldig en doelgericht besteden van de beschikbare financiële middelen. ADR-Vlaanderen zal in de beginfase van deze beleidsperiode een duidelijk plan en afsprakenkader opmaken voor een afgelijnde verhouding en samenwerking met haar voornaamste partners en belanghebbenden. ADR-Vlaanderen zet vooral in op de uitbouw, versterking en samenwerking van het middenveld als kracht om veranderingen binnen een maatschappij teweeg te brengen. Om hun doelstellingen in de landen van Centraal- en Oost-Europa te realiseren willen ADR-Vlaanderen en zijn lokale ADR-groepen microprojecten voorbereiden en ontwikkelen, aan de hand van in Vlaanderen uitgewerkte en gewaardeerde modellen. Op deze manier tracht ADR-Vlaanderen te wegen op beleidsstructuren en beleidsmakers, zowel hier als in de doellanden, om een sociale en duurzame samenleving uit te bouwen met oog voor alle burgers en met speciale aandacht voor de zwakkeren in de samenleving. ADR-Vlaanderen zal werk maken van voldoende en kwaliteitsvolle interne en externe communicatie over zijn bestaan, doelstelling en werking. Dit moet tevens toelaten dat alle burgers in Vlaanderen kansen krijgen om toe te treden tot de lokale ADR-groepen. Zodoende kan een goede mix van kennis en kunde verzameld worden om de werking uit te bouwen en de persoonlijke kennis te verrijken (levenslang leren). Daardoor zal tevens aan de Vlaamse bevolking en media een juister beeld over het doelland (de doellanden) en de werking van ADR-Vlaanderen gegeven worden. ADR-Vlaanderen wil haar troeven uitspelen om de ADR-groepen te laten kennismaken met de 4 kernfuncties van het sociaal-cultureel werk en ze te koppelen aan de eigen werking.

• 22

44

99

• 11 11

99

• 77 11

• 44 55

11

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

13


3. GEGEVENSVERZAMELING 3.1 HET PROCES VAN GEGEVENSVERZAMELING Om tot goed gefundeerde doelstellingen voor de toekomst te komen, is het noodzakelijk om zeer goed naar het heden te kijken: hoe ziet ADR-Vlaanderen er op dit moment uit? Waar zijn we goed in? Waar zijn we minder goed in? Hoe ziet de omgeving waarin we werken eruit? Wat verwachten de leden van ADR-Vlaanderen van hun organisatie? 11 00

Om vanuit een realistische visie op het heden te kunnen vertrekken, heeft het planningsteam een uitgebreide gegevensverzameling op poten gezet. Er werd in de breedte en in de diepte gewerkt. ADR-Vlaanderen werd ondersteboven gekeerd door het planningsteam zelf (diep), en tegelijkertijd werd de visie van zoveel mogelijk betrokkenen bij ADR-Vlaanderen gevraagd (breed). We verzamelden informatie over verschillende aspecten van de organisatie, langs verschillende wegen. Iedere stap wordt hieronder toegelicht, met de belangrijkste conclusies uit elk van de stappen. 1. Leren uit het verleden: de geschiedenis van ADR-Vlaanderen

2. Programmaportfolio van ADR-Vlaanderen

3. Bevraging van betrokkenen bij ADR-Vlaanderen

4. Brainstormoefening op regiovergaderingen

5. Analyse van de externe omgeving: STEP - methode

6. Zelfevaluatie ADR-Vlaanderen

A C T IE DORPEN R O E M E N IĂ‹ A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

14


3.2 LEREN UIT HET VERLEDEN: DE GESCHIEDENIS VAN ADR-VLAANDEREN ADR-Vlaanderen is nieuw als sociaal-culturele vereniging, maar is als organisatie geen onbeschreven blad. Als we naar de toekomst willen kijken, moeten we ook weten waar we vandaan komen. Eén van onze vrijwilligers die van bij het begin betrokken was bij de werking van ADR-Vlaanderen, schreef de geschiedenis van de organisatie uit. We nemen deze geschiedenis hier volledig op, en geven vervolgens weer welke lessen we hieruit meenemen bij het opmaken van de beleidsuitdagingen.

Een verdrukt volk Roemenië lag sinds het einde van WO II in het Oost-Europese en het communistische gebied. Het werd op een dictatoriale manier bestuurd. Roemenië maakte als vazalstaat van de Sovjet-Unie deel uit van het Oostblok, maar verzette zich onder leiding van Ceauşescu tegen de USSR. In het Westen werd dit nogal gunstig beoordeeld wegens zijn ‘onafhankelijkheidsdrang’ tegenover de URSS. Toen de binnenlandse politiek van de dictator op groeiende weerstand stuitte, verloor hij het opgebouwde krediet. Het decennium van de jaren ’80 werd door de bevolking geassocieerd met honger, koude en angst. In 1988 lanceerde Ceauşescu het ‘Systematiseringsplan’, waarbij een 8.000 dorpen zouden vernietigd worden. De bedoeling was om het platteland te ontwikkelen door kleine dorpen te vervangen door agrarische steden. De bevolking hiervan, ongeveer 10 miljoen mensen, zou verplaatst en gehuisvest worden in de ‘huurkazernes’ van 545 agro-industriële complexen, waar de politiecontrole door de ‘Securitate’ vergemakkelijkt zou worden. Deze beslissing veroorzaakte heel wat verontwaardiging in West-Europa. Bovendien kwamen er ook meer berichten over de catastrofale toestand van de Roemeense bevolking. Een reportage met de titel ‘Le Désastre Rouge’, in 1986 en 1987 clandestien gedraaid door toenmalig Waalse journalist Josy Dubié, was mede een scharniermoment. De reportage werd in 1988 in heel wat West Europese landen vertoond en zorgde voor de ontluistering van het regime in deze landen. Het was de katalysator van wat ADR-Vlaanderen zou worden. Het volgende scharniermoment kwam net voor de kerstperiode van december 1989. De bevolking kwam in opstand. Een bloedige revolutie maakte een eind aan de dictatuur.

Internationale solidariteit In december 1988 (nog voor de revolutie) werd in Frankrijk een ‘Coördinatie’ opgericht ter verdediging van de bedreigde Roemeense dorpen, die later OVRI (Opérations Villages Roumaines Internationale) werd gedoopt. Dit voorbeeld werd al snel in verschillende landen opgevolgd. In meer dan 15 landen werd initiatief genomen: België, Nederland, Duitsland, Zwitserland, UK … . Eind 1989 waren meer dan 3.000 Roemeense dorpen gelinkt (geadopteerd) aan een West-Europese gemeente. Op 27 januari 1989 werd ook in Vlaanderen een ADR (Adoptie Dorpen Roemenië)-comité gesticht aan de universiteit van Gent met o.a de steun van de Liga van de Rechten van de Mens, Pax Christi, personen en verenigingen uit journalistieke, sociale, culturele, landelijke, landbouw- en andere middens. Enkele vrijwilligers uit de streek van Asse waren de initiatiefnemers.

Solidariteit en Actie Het meer symbolische protest tegen Ceausescu’s ‘Systematiseringsplan’, bestond vooral in het adopteren van een bedreigd dorp door een Europese gemeente, voor ADR een Vlaamse gemeente. In Vlaanderen waren het er reeds 102. In 1990 waren het er ongeveer 180. Dit aantal bleef vele jaren

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

15


behouden. Een ander protestmiddel tegen het ‘Systematiseringsplan’ waren de protestbriefkaarten, die verzonden werden naar president Ceausescu, Ambassades, enz.. Na de Roemeense revolutie kwamen de beelden van de rampzalige toestand waarin de mensen en weeskinderen leefden op de televisie. Gelijktijdig bezochten verschillende ADR-groepen met eerste noodhulp hun adoptiedorp en voelden ‘aan den lijve’ de leefomstandigheden. Deze vrijwilligers begonnen met het opzetten van meerdere acties voor hun ‘adoptiedorp’ d.m.v. het inzamelen van klederen, voedingswaren, enz. Ook het organiseren van het transport namen ze voor eigen rekening. Vele vrijwilligers werden aangesproken om mee de handen uit de mouwen te steken. Rond de Kerstdagen van 1989 werd door ADR-Vlaanderen in Asse de eerste en grootste inzameling van hulpgoederen voor Roemenië georganiseerd. Ook het Rode Kruis was tijdens deze kerstperiode actief. Belgische konvooien kwamen als eerste toe in Roemenië, wat sterk gewaardeerd werd door de Roemeense bevolking. Het secretariaat in Asse, uitsluitend bemand door vrijwilligers, bood nadien ook de nodige administratieve hulp. Visums waren toen nog verplicht zowel voor Roemenië als voor Hongarije, maar met de hulp van de Roemeense Ambassade kon het secretariaat in Asse gratis visums bezorgen aan de Vlaamse vrijwilligers. Ook de talrijke documenten voor het probleemloos transport van hulpgoederen over de grenzen van Duitsland, Oostenrijk, Hongarije, Roemenië, werden in Asse afgeleverd. Er werden daarvoor contacten gelegd met Roemeense en Belgische ambassades. In de stad Brasov, in het centrum van Roemenië, ontstond met de hulp van universitair personeel een ADR-bureau dat onschatbare diensten verleende aan de Vlaamse hulpverleners. In Vlaanderen kwamen de ADR-groepen de straat op. Ze gingen allerlei activiteiten organiseren om mensen bewust te maken van de situatie in Roemenië en hun doel. Dat creëerde tevens naambekendheid en een draagvlak in de eigen gemeente en bij de eigen achterban. Nieuwe vrijwilligers werden geëngageerd om taken op te nemen binnen de werking van de ADR-groep. In 2004 hebben de toenmalige bestuurders van ADR-Vlaanderen hun opdracht ter beschikking gesteld van de ADR-groepen. Vanuit de ADR-groepen en de ADR-regio’s klonk de vraag om een nationale koepel en coördinatie te behouden. Vanuit alle regio’s werden vrijwilligers gezocht om mee rond tafel te gaan zitten om de ‘doorstart’ van ADR-Vlaanderen te realiseren. Om de richting van deze ‘doorstart’ te kunnen baseren op feiten, werd op basis van een bevraging van alle ADR-groepen en de ADR-regio’s een onderzoek gedaan naar de noden, behoeften en kijk op de toekomst. ADRVlaanderen vroeg voor de uitvoering van dit onderzoek Somepro omwille van hun expertise van lokaal verenigingswerk, bovenlokale structuren en de goede kennis van de COE-landen en de situatie in deze landen. ADR-Vlaanderen kreeg een nieuw elan en koos voor een andere werkwijze t.a.v. de ADR-groepen. Er werd o.a. afgestapt van het idee van ‘adoptie’ omdat dit niet meer strookte met de realiteit, maar er werd gekozen voor ‘actie’. Adoptie Dorpen Roemenië werd Actie Dorpen Roemenië. Na intens overleg op verschillende niveaus werden nieuwe statuten geschreven en een nieuwe bestuursploeg werd samengesteld uit vrijwilligers die uit alle regio’s kwamen. Het secretariaat in Asse verdween en er werd gezocht naar een nieuwe locatie en een organisatie die het dagelijks secretariaat wilde organiseren. Somepro stelde zich hiervoor kandidaat en werd aanvaard door de Raad van Bestuur.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

16


Ondersteuning en vorming ADR-Vlaanderen bood niet enkel hulp bij het organiseren van humanitaire transporten en projecten. Vanaf 1990 wordt een 2-maandelijks tijdschrift, ADR-Nieuwsbrief, uitgegeven. Jaarlijks wordt een ADR-contactdag georganiseerd, waarop alle ADR-groepen werden uitgenodigd. Deze ADRcontactdagen werden druk bijgewoond door Vlaamse ADR-groepen. Ook werden Vlaamse en Roemeense sprekers uitgenodigd die kennis of ervaring hadden, maar ook beleidsmakers werden uitgenodigd om hen mee bewust te maken. Ook Belgische en Roemeense ambassadeurs passeerden het spreekgestoelte. Belangrijk waren uiteraard ook de bijdragen van ‘comités’ die hun acties en projecten kwamen toelichten en ervaringen uitwisselden. De contacten tussen de Vlaamse gemeenten en hun ‘adoptiedorpen’ werden intenser en er kwam een bewonderenswaardige vloed van hulp op gang. In het begin hoofdzakelijk noodhulp, maar stilaan ook verschillende acties en duurzame projecten.

Acties Het is onmogelijk alle projecten en acties te vermelden. Een korte opsomming kan slechts een onvolledig idee geven: scholen en weeshuizen werden hernieuwd, dispensaria en tandartsenkabinetten uitgerust, waterleidingen aangelegd, jeugdbewegingen gelanceerd, medische verzorging aangeboden, opvang straat- en rioolkinderen, kinder- en jeugdvakanties, ambulance- en brandweerwagens, jaarmarkten georganiseerd, vrouwenbewegingen en mannenbewegingen opgericht, jumelages, kennisoverdracht gemeentebesturen, opzetten middenveld , enz. Dit alles gebeurde met de inzet van de vrijwilligers uit Vlaanderen en Roemenië, met financiële middelen, verkregen door allerlei activiteiten, met de hulp van firma’s, gemeentebesturen, provincies, gewesten… Ook op cultureel gebied waren er projecten: tentoonstelling Vlaamse schilderkunst, muziekevenementen, traditionele culturele uitwisselingen, optreden Roemeense koren en dansgroepen van zowel kinderen als volwassenen, Roemeense eetdagen, voorstelling reisverslagen, nationale en lokale nieuwsbrieven met informatie over land en cultuur, filmvoorstellingen, …. ADR-Vlaanderen was vertegenwoordigd tijdens de officiële bezoeken aan Roemenië van Premier Jean-Luc De Haene (1997) en Minister-President Luc Van den Brande (1997), Premier Guy Verhofstadt (2004), federaal minister van Buitenlandse Zaken Karel de Gucht (2005), Vlaams Minister van Buitenlandse Betrekkingen Geert Bourgeois (2007), het Koninklijk Staatsbezoek (2009).

Evolutie: Van adoptie naar partnerschap Twintig jaar later zijn de Vlaams-Roemeense banden verder geëvolueerd tot een partnerschap. ADRVlaanderen is de koepel van de Roemeniëwerkingen in Vlaanderen . De wijze van samenwerken met de Roemeense partners is met de jaren veranderd. Net na de revolutie was het enkel noodhulp. Dit was ook noodzakelijk voor de nijpende situatie waarin de bevolking zich bevond. Snelle actie was toen het goede antwoord. Het was toen de tijd van de goederentransporten. Na enkele jaren zijn de Vlaamse Roemeniëwerkingen zich stilaan meer gaan richten op structurele acties. Noden die men constateerde en waar men als Roemeniëwerking iets aan kon doen, werden aangepakt. Vlaamse vrijwilligers renoveerden toen bijvoorbeeld scholen of medische dispensaria.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

17


Naargelang er tussen de Vlaamse partners en Roemeense partners vertrouwen groeide werd er meer overleg gepleegd waardoor acties langs beide kanten werden gerealiseerd met respect voor ieders eigenheid en inbreng. Momenteel wordt er bij de Roemeense partnergemeente ook appel gedaan op de eigen draagkracht, de eigen organisatie en de cofinanciering (of co-inbreng). Daarenboven wordt er ook rekening gehouden met de Roemeense en Europese wetgeving. Ondersteuning van het lokale beleid en uitbouw van sociale organisaties die van onderuit groeien, zijn de nieuwe codewoorden. Burgers Deze partnerschappen brachten verandering voor de COE-burgers op lokaal niveau. Nu de Roemeense gemeenten steeds meer verantwoordelijkheden krijgen toegeschoven, wordt deze samenwerking (tussen burgers en tussen gemeenten) belangrijker dan voorheen. De Roemeense beleidsmensen moeten betrokken worden in de Vlaams-Roemeense samenwerking samen met de burgers. Het zijn immers deze beleidsmensen die hun gemeente en land besturen en richting geven in relatie met burgers en sociale structuren.

REFLECTIE OVER DE GESCHIEDENIS IN FUNCTIE VAN HET BELEIDSPLAN 88

Vlaamse expertise: Europa is voor onze Vlaamse beleidsmakers een gemakkelijk excuus om niets meer te doen voor de nieuwe EU-landen. Men verschuilt zich achter de toetreding tot de EU. Voor vele Roemeense gemeenten en regio’s blijven EU-fondsen niet toegankelijk. Gemeenten hebben te weinig ervaring met het aanvragen en uitvoeren van deze EUfondsen. Bovendien moeten veranderingen aangestuurd worden door expertise. Het is net deze expertise die de Vlaamse Roemeniëwerkingen kunnen doorgeven in hun partnerschap (of stedenband). En wie dacht dat expertise enkel te vinden is bij de oudere generatie vergist zich. Heel wat jongeren trekken naar Roemenië om hun jeugdbewegingservaring of hun kennis in de sociale sector of onderwijs door te geven.

Samenwerking in beide landen: ADR-Vlaanderen wil de ADR-groepen in Vlaanderen meer ondersteunen en hen laten samenwerken. Gezamenlijke keuzes (projecten) kunnen hierbij een goede structuur geven. Ook de Roemeense partners kunnen elkaar dan in Roemenië vinden rond dezelfde thema’s waardoor er onderlinge uitwisseling komt van ervaring en kennis. We hebben hier goede voorbeelden waarbij Roemeense gemeenten samenkomen en onderling hun prille ervaring aan elkaar doorgeven.

Nieuwe noden: Samenwerken met de Vlaamse Roemeniëwerkingen en de Roemeense partners kan rond thema’s waarmee de Roemeense bevolking dagelijks geconfronteerd wordt. Roemeense beleidsmensen zijn vragende partij om verder te werken rond gezondheidszorg, ouderenbeleid, jongerenbeleid, sociaal-cultureel werk, onderwijs, afvalbeleid, lokaal (ruraal) toerisme, …..

Beeldvorming : De perceptie t.a.v. de eigen werking en de nieuwe EU-lidstaten van de Vlaamse bevolking is belangrijk. ADR-Vlaanderen wil op alle niveaus hieraan werken voor de toekomst.

22 77

77

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

18


3.3 PROGRAMMAPORTFOLIO VAN ADR-VLAANDEREN Een tweede stap in het proces van gegevensverzameling over de interne werking van ADRVlaanderen bestond uit het samenstellen van een ‘programmaportfolio’. Eerst werd een lijst opgesteld van alle activiteiten die door ADR-Vlaanderen ter harte worden genomen en de medewerkers die daarvoor instaan. We beperkten ons daarbij tot de activiteiten van de koepel. Vervolgens werd iedere activiteit door elk lid van het planningsteam afzonderlijk gescoord op twee waarden: 1. Belang van de activiteit in de gehele werking van ADR-Vlaanderen 2. Het effect van de activiteit De toegekende scores gingen van - - (zeer laag) tot ++ (zeer hoog). De bestaansreden van ADRVlaanderen – onze missie – was daarbij het belangrijkste beoordelingscriterium. Tenslotte werd iedere activiteit in het planningsteam besproken. Op basis van de verschillende argumenten voor de scores werd gezocht naar een gemeenschappelijke score voor het ‘belang’ en het ‘effect’ van iedere activiteit. De tabel met de activiteiten en de scores is terug te vinden in bijlage. Hier beperken we ons tot de meest opvallende vaststellingen uit deze denkoefening. REFLECTIES 1. De activiteiten waaraan het meeste belang wordt gehecht zijn: a. Bestuurlijke werking: - Raad van Bestuur b. Vorming: - ADR-contactdag - regiovergaderingen - werkgroepen - ‘denktank’ c. Communicatie en informatie: - ADR-Nieuwsbrief - contacten met externen - netwerken d. Ondersteuning van de ADR-groepen: - gemeenschappelijke projecten - beantwoorden van individuele vragen - gezamenlijke subsidieaanvragen - verspreiden van vormingspakketten 2. De activiteiten die het grootste belang hebben, komen niet allemaal overeen met de activiteiten die het grootste effect bereiken. De activiteiten met het grootste effect zijn: a. Vorming : - ADR-contactdag - regiovergaderingen b. Communicatie en informatie: - ADR-Nieuwsbrief

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

19


- ADR-Flash - informatiestand ADR-Vlaanderen - informatiestanden ADR-groepen - netwerken c. Ondersteuning van de ADR-groepen: - gemeenschappelijke projecten - beantwoorden individuele vragen - verzekeringsaanbod - vormingspakketten verspreiden - gezamenlijke subsidieaanvragen - praktische en logistieke ondersteuning 3. De activiteiten die zowel belangrijk zijn als een goed effect hebben (minstens 3 plusjes in totaal) zijn: a. Vorming: - ADR-contactdag - regiovergaderingen b. Communicatie en informatie: - ADR-Nieuwsbrief - ADR-flash - netwerken c. Ondersteuning ADR-groepen: - gemeenschappelijke projecten - beantwoorden van individuele vragen - vormingspakketten verspreiden - gezamenlijke subsidieaanvragen

22

55

22

4. We stellen vast dat onder de cluster ‘bestuurlijke werking’ geen van de activiteiten hoog scoort op ‘effect’. Op belang echter scoren ze wel hoog. Dit betekent dat we in de komende beleidsperiode voldoende aandacht zullen moeten besteden aan de verdere uitbouw van de bestuurlijke werking van ADR-Vlaanderen. 5. De 9 activiteiten die zowel op belang als op effect hoog scoren, zullen voldoende aandacht moeten krijgen bij het opstellen van beleidsuitdagingen en doelstellingen voor de komende beleidsperiode.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

20


3.4 ZELFEVALUATIE Dankzij de energie die we met vele vrijwilligers van ADR-Vlaanderen in de opmaak van het beleidsplan gestoken hebben, hebben we heel wat inzichten in ons eigen functioneren als organisatie gekregen. Op zijn minst zijn vele inzichten meer verfijnd. In de verschillende beleidsdomeinen van onze organisatie hebben we een aantal besluiten getrokken in functie van het verbeteren van onze werking in de toekomst.

OMSCHRIJVING VAN ONZE ORGANISATIE Van bij het begin is ADR-Vlaanderen een vrijwilligersorganisatie. 20 jaar geleden is ADR-Vlaanderen ontstaan vanuit een oproep door Europa om dorpen in Roemenië te ‘adopteren’ en hiermee te verhinderen dat ze zouden verdwijnen tijdens het bewind van Ceauşescu . Enkele honderden lokale besturen gingen in op deze oproep. Met de revolutie van 1989 en de daarop volgende golf van solidariteit en actie, werden de “gemeentelijk” adopties door vrijwilligers omgezet in een ‘relatie’ met een Roemeens dorp of gemeente. Deze vrijwilligers verenigden zich lokaal, regionaal en nationaal. Vrij snel ontstond de behoefte om binnen Vlaanderen ervaringen uit te wisselen, samen te werken op vlak van humanitaire hulp aan de lokale bevolking, … . De koepel ‘ADR-Vlaanderen’ begon zodoende meer inhoud en structuur te krijgen. Gedurende de voorbije 20 jaar is de werking van ADR-Vlaanderen en de ADR-groepen sterk geëvolueerd. Van noodhulp en humanitaire hulp werd door vele lokale groepen overgeschakeld naar het verlenen van structurele hulp in een formule van partnerschap. 20 jaar na de revolutie en ondanks de toetreding van Roemenië tot de Europese Unie, blijft de Roemeense samenleving kampen met noden waaraan ADR-groepen een bijdrage kunnen leveren via hun werk.

HUIDIGE STAND VAN ZAKEN PER AANDACHTSGEBIED 1. Beleid en strategie: ADR-Vlaanderen als organisatie heeft altijd een missie gehad, al was deze niet altijd met zoveel woorden omschreven en is deze geëvolueerd in de tijd, naargelang de evolutie in de werking en omgevingsfactoren. Naar aanleiding van de beslissing om een erkenning als sociaal-culturele vereniging aan te vragen, is hierover meer en meer intern van gedachten gewisseld. Op de Algemene Vergadering van 2 juni 2010 in Dilbeek is er een duidelijke omschrijving van de missie gegeven welke, mits enkele aanvullingen, ook is goedgekeurd door deze Algemene Vergadering. 55

Het algemene beleid van de organisatie gebeurt op dit moment eerder op korte termijn: op voorstel van de Raad van Bestuur wordt aan de Algemene Vergadering gevraagd om bepaalde doelstellingen voor de toekomst vast te leggen. Regelmatig worden tijdens de ADR-regiovergaderingen nota’s ter bespreking voorgelegd om op die manier de lokale groepen zoveel als mogelijk direct te betrekken bij het algemene beleid van de organisatie. Heel wat aandachtspunten en activiteiten van ADRVlaanderen in het verleden groeiden vanuit opmerkingen die vanuit het lokale niveau kwamen en werden dan veralgemeend naar de globale werking van ADR-Vlaanderen (bottom-up).

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

21


We moeten hierbij vermelden dat heel wat lokale mensen druk bezig zijn op lokaal niveau en het aantal vrijwilligers die het globale beleid van de koepelorganisatie mee vorm willen geven beperkt is. Door de samenwerking met Somepro heeft ADR-Vlaanderen een aantal zaken mee in de werking opgenomen. Somepro beschikt over professionele medewerkers en expertise op het vlak van samenwerking met Oost-Europese partners. Somepro bracht eigen ervaring en kennis op het terrein in bij ADR-Vlaanderen en bij ADR-groepen. Voor een aantal mensen die de werking van ADR-Vlaanderen niet van nabij volgen bracht dit enige verwarring. Wat gebeurt door ADR-Vlaanderen en wat door Somepro? Het onderscheid is niet altijd even duidelijk. 2. Bestuur en beheer 22 33

11 11

Bij het samenstellen van de Raad van Bestuur is er rekening gehouden met een vertegenwoordiging van vrijwilligers uit alle regio’s (7) in Vlaanderen. Regio Mechelen-Lier is nog niet vertegenwoordigd in de Raad van Bestuur. Regio Waasland is onlangs zonder vertegenwoordiger gevallen. De regio West-Vlaanderen is de voorbije jaren minder actief geweest waardoor er minder voeling is tussen de ADR-groepen en de Raad van Bestuur. De professionele medewerkers van Somepro werken samen met de leden van de RvB aan een aantal beleidsvoorbereidende documenten of zaken i.f.v. de Raad van Bestuur, de Algemene Vergadering en de regiovergaderingen. Niet alle vrijwilligers kunnen voldoende tijd vrij maken om de werking op de voet te volgen. 3. Directie en staf

55

Aangezien ADR-Vlaanderen tot op vandaag niet over professionele medewerkers beschikt is er op dit moment vooral een intensief overleg tussen de voorzitter en de medewerkers van Somepro voor het dagdagelijks beleid. Gezien het e-mailverkeer ook bij ADR-Vlaanderen sterk is toegenomen, is tussentijdse consultatie van meerdere vrijwilligers wel gemakkelijker geworden. 4. Klantgericht aanbod

22 66

55

Het begeleiden van de lokale groepen gebeurt op twee manieren: collectief en individueel. Collectieve begeleiding wordt vooral georganiseerd via de regiovergaderingen in Vlaanderen, alsook via de ADR-contactdag. Via deze bijeenkomsten kan men: -

ervaringen uitwisselen tussen lokale groepen;

-

activiteiten, gemeenschappelijke projecten, …, voorstellen;

-

noden en wensen kunnen aan de beleidsverantwoordelijken gesignaleerd worden.

Uiteraard zijn er ook de moderne communicatiemiddelen die worden ingeschakeld om kennis en informatie door te geven: ADR Nieuwsbrief, ADR Flash-berichten, ADR Website, … . ADR-groepen die het jaarlijks ADR-lidmaatschap betalen (€ 75) krijgen 1 gratis abonnement op de ADR-Nieuwsbrief wat een garantie is dat ze via dit kanaal alle nodige informatie krijgen. ADR-groepen die geen lidmaatschap betalen kunnen uiteraard een abonnement nemen (€ 13).

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

22


Een ADR Flash (kort bericht via e-mail) wordt aan alle ADR-groepen en alle mogelijke e-adressen gestuurd (bestuursleden ADR-groepen, belanghebbenden, geïnteresseerden, …). Uiteraard kunnen alle ADR-groepen (zowel leden als niet-leden) met al hun vragen direct contact opnemen met ADR-Vlaanderen. Alle vragen worden zo goed als mogelijk behandeld door de medewerkers van Somepro of doorverwezen naar iemand van de vrijwilligers. Omwille van de ligging van het secretariaat van Somepro in de Kempen (Turnhout) is het persoonlijke contact met het secretariaat voor de ADR-groepen uit de verste regio’s niet altijd even gemakkelijk. In het secretariaat van ADR-Vlaanderen wordt niet systematisch bijgehouden met welke ADR-groepen er contacten zijn en i.f.v. welk thema. Een aantal gegevens zijn terug te vinden (bv. via lidmaatschap ADR-Vlaanderen of abonnement op de ADR Nieuwsbrief), andere gegevens zijn moeilijker terug te vinden (bv. telefonische contacten, e-mailverkeer, …) . 5. Professionele en vrijwillige medewerkers 33

Aangezien ADR-Vlaanderen zelf niet over professionele medewerkers beschikt, spreken we hier enkel over de vrijwillige medewerkers. Deze vrijwillige medewerkers hebben veelal een aantal kwaliteiten gemeen: -

voorliefde voor Roemenië en zijn bevolking;

-

langdurige inzet (een aantal reeds 20 jaar);

-

ervaringsdeskundig geworden met de jaren;

-

Zoals bij vele vrijwilligersorganisaties hebben we bij ADR-Vlaanderen ook verschillende soorten vrijwilligers: de denkers en de doeners, de positivo’s en mensen die het meer somber inzien, … . Door de manier waarop ADR-Vlaanderen gegroeid is en door het concrete engagement dat de ADRgroepen bieden aan vrijwilligers, zijn de vele lagen en groepen uit de bevolking vertegenwoordigd in de organisatie. Bij ADR-Vlaanderen hebben we op dit moment geen gestructureerd plan om de begeleiding van de vrijwilligers georganiseerd aan te pakken. Op momenten dat een behoefte aan begeleiding of vorming wordt vastgesteld, wordt er nochtans aandacht aan gegeven. 6. Financieel beheer 55

ADR-Vlaanderen heeft steeds een krap budget gehad en heeft bijgevolg steeds een goed beheer moeten voeren. ADR-Vlaanderen heeft steeds een open beleid gevoerd rond de financiën. Elk jaar is een volledig financieel verslag en begroting op de Algemene Vergadering gepresenteerd en voorgelegd ter goedkeuring. Wanneer ADR-Vlaanderen in de toekomst subsidies krijgt, zal er aan de ADR-groepen zeer duidelijk moeten gecommuniceerd worden dat deze middelen enkel kunnen gebruikt worden om de werking in Vlaanderen uit te bouwen. Bij sommigen leeft de verwachting dat een deel ook zal kunnen geïnvesteerd worden in de projecten in hun Roemeens partnerdorp.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

23


Een andere vraag stelt zich i.v.m. de huisvesting. Omwille van praktische redenen is de zetel van ADRVlaanderen op hetzelfde adres als de zetel van Somepro. Ook dit leidt voor een aantal mensen tot onduidelijkheid in de verhouding tussen ADR-Vlaanderen en Somepro. De vraag is hoe ADRVlaanderen hier in de toekomst mee omgaat. Een voordeel bij de huidige situatie is dat ADRVlaanderen van de infrastructuur van Somepro mede gebruik kan maken: kopieerdienst, ondersteuning op vlak van informatica, secretariaat, … . Ook dit zijn belangrijke elementen om in overweging te nemen bij het nemen van een beslissing hieromtrent. 7. Organisatie van het werk In de Raad van Bestuur en de Algemene Vergadering worden de beleidslijnen van onze organisatie in overleg vastgelegd. De concrete uitwerking gebeurt op dit moment meestal door één of meerdere medewerkers van Somepro. In een aantal dossiers zijn er ook beleidsvrijwilligers die betrokken zijn bij de verdere uitwerking. Ook in werkgroepen (bv. de samenstelling van de ADR Nieuwsbrief) worden vrijwilligers betrokken. Wanneer professionele medewerker(s) in dienst komen van ADR-Vlaanderen zal dit geheel opnieuw bekeken worden.

11 11

8. Eindresultaten Dankzij de sterke ondersteuning in de voorbije periode van Somepro is ADR-Vlaanderen verder kunnen blijven werken tot ieders tevredenheid. De grote opdrachten van de koepel zijn verzekerd en uitgevoerd geweest. Belangrijk element is steeds geweest dat er maar beperkte middelen waren zodat de tering altijd naar de nering moest gezet worden en ADR-Vlaanderen in zijn werking sterk beperkt werd. Met de erkenning en subsidiëring van ADR-Vlaanderen als sociaal-culturele vereniging zal hierin verandering komen.

REFLECTIE IN FUNCTIE VAN HET BELEIDSPLAN: VERBETERPUNTEN PER AANDACHTSGEBIED 1. Beleid en strategie: 99

44

Hierbij is een belangrijk aandachtspunt dat er een duidelijke taakverdeling en financiële afspraken worden gemaakt tussen ADR-Vlaanderen en Somepro in de toekomst. Een samenwerkingsovereenkomst die deze taakverdeling vastlegt is nodig voor de toekomst. ADR-Vlaanderen zal ook aandacht moeten hebben voor een beleid op langere termijn: op vlak van missie en het betrekken van vrijwilligers in de verdere uitbouw van de organisatie. 2. Bestuur en beheer

33

Belangrijk aandachtspunt wordt dat de regiowerking de nodige aandacht krijgt en dat alle regio’s van Vlaanderen even sterk worden betrokken bij het bestuur en het beheer van de organisatie. De positie van de beleidsvrijwilligers moet duidelijk uitgeklaard worden in overleg met het personeel dat ADR-Vlaanderen in dienst zal nemen.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

24


3. Directie en staf Aangezien ADR-Vlaanderen over eigen professionele medewerkers zal kunnen beschikken in de toekomst zal er een goede overdracht moeten gebeuren vanuit Somepro om dit vlot te laten verlopen. Een eigen personeelsbeleid moet uitgetekend worden en het overleg tussen beleidsvrijwilligers en professionele medewerker(s) moet eveneens geregeld worden.

11 11

4. Klantgericht aanbod 22

Dit zal voor ADR-Vlaanderen een sterk aandachtspunt blijven. We houden er rekening mee dat dit erg tijdrovend is. Een belangrijke bedenking is daarom: hoeveel zal er kunnen gedaan worden met het aantal personeelsleden dat ADR-Vlaanderen ter beschikking zal hebben? De inbreng van vrijwilligers zal dus zeer belangrijk blijven. ADR-Vlaanderen zal dus ook moeten investeren om vrijwilligers te vormen die hieraan kunnen meewerken. 5. Professionele en vrijwillige medewerkers

11 11

Door de aanwerving van eigen personeel zal binnen de organisatie moeten nagedacht worden over een duidelijke taakafbakening tussen de betaalde en de vrijwillige medewerkers. Ook zal moeten gewerkt worden aan een duidelijk plan voor vorming en begeleiding van beide soorten medewerkers. 6. Financieel beheer ADR-Vlaanderen heeft in het verleden bewezen om met weinig middelen in verhouding veel te kunnen realiseren. Wanneer ADR-Vlaanderen kan rekenen op jaarlijkse subsidies zal er in 2011 goed moeten nagedacht worden over de vaste engagementen die men zal nemen op vlak van personeel en huisvesting enerzijds en werkingsmiddelen die direct ten goede komen aan de uitbouw van de lokale werking anderzijds. 7. Organisatie van het werk Tijdens de vergaderingen van de Algemene Vergadering en de Raad van Bestuur zullen de beleidslijnen in overleg verder worden vastgelegd. Voor de concrete uitwerking van de verschillende taken zal er een goede taakverdeling moeten gebeuren tussen de betaalde en de vrijwillige medewerkers.

A C T IE DORPEN R O E M E N IĂ‹ A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

25


3.5 BEVRAGING VAN DE ADR-GROEPEN VIA REGIOVERGADERINGEN Het beleid van een organisatie heeft slechts kans op slagen als het gedragen wordt door de gehele organisatie. Daarom is het van belang dat een beleidsplan ook van onderuit groeit en dat de ideeën van de leden worden meegenomen van bij het begin van het planningsproces. Daarom werkte de koepel een methodiek uit om de ADR-groepen te bevragen over hun visie op de toekomst van ADR-Vlaanderen. Dit gebeurde op twee manieren: -

In de diepte: via interviews met een selectie van vrijwilligers uit lokale groepen. Deze zijn terug te vinden onder het gedeelte ‘gegevensverzameling: bevraging van betrokkenen bij ADR’. In de breedte: via bevraging tijdens de regiovergaderingen.

In 4 van de 6 actieve ADR-regio’s werd eenzelfde gestructureerde brainstormmethodiek gebruikt, begeleid door iemand vanuit de koepel van ADR-Vlaanderen.

DATUM

REGIO

AANWEZIGE ADR-GROEPEN

28/04/2010

Kempen

7

17/05/2010

Mechelen-Lier

6

25/05/2010

Oost-Vlaanderen

7

27/05/2010

Limburg

4

21/06/2010

West-Vlaanderen

6

5

30

Totaal

Na een algemene inleiding over het beleidsplanningsproces, kregen de aanwezigen 5 vragen voorgeschoteld. Ze krijgen 15 minuten de tijd om per 2 of 3 een antwoord te geven op ieder van de vragen. Vervolgens werd vraag per vraag overlopen in de grote groep, waarbij antwoorden van een duo vaak bijkomende reacties uitlokte bij de andere duo’s. Deze vragen werden voorgelegd aan de aanwezigen: 1. Op welke manier moet ADR-Vlaanderen in de komende 5 jaar werken rond elk van de volgende pijlers? Lokaal, regionaal, nationaal? a. b. c. d. e. f.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

begeleiding lokale Roemeniëwerkingen werken met vrijwilligers woordvoerder zijn / bekendmaking van Roemeniëwerkingen cultureel aanbod educatief aanbod / vorming gezamenlijke activiteiten

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

26


2. Wat zijn sterke punten van jullie Roemeniëwerking / van ADR-Vlaanderen? 3. Wat zijn de zwakke punten van jullie Roemeniëwerking (of Roemeniëwerkingen) / van ADRVlaanderen? 4. Waaraan moet ADR-Vlaanderen in de toekomst meer tijd besteden? 5. Evoluties die een meevaller / kans zijn voor de werking van ADR-Vlaanderen of die we als een tegenvaller / bedreiging kunnen zien voor de werking van ADR-Vlaanderen? REFLECTIES IN FUNCTIE VAN HET BELEIDSPLAN Resultaten uit deze bevraging van de regio’s die we meegenomen hebben in het verder verloop van het beleidsplanningsproces, zijn de volgende: 1. In iedere regio komt samenwerking naar voor als een sterkte van ADR-Vlaanderen, zowel van de koepel als van de lokale ADR-groepen en zowel intern als extern. Voorbeelden van samenwerking die werden genoemd zijn onder andere: met gemeentebesturen, met scholen, met solidariteitsraden, met de lokale gemeenschap, enz.

99

2. Het feit dat het werk in ADR-groepen een zeer concreet sociaal engagement biedt aan haar leden komt verscheidene keren naar voor als een enthousiasmerend aspect van ADR-Vlaanderen.

11

3. Als belangrijkste zwakte van ADR-Vlaanderen komen bekendheid, imago en beeldvorming naar voor. Zowel over ADR-Vlaanderen als over Centraal- en Oost-Eruopa bestaat een stereotiep beeld. Externe communicatie hierrond is een werkpunt voor ADR-Vlaanderen. 4. Een ander zwak punt is het bereiken van mensen, zowel als vrijwilliger / medewerker als het bereiken van een ruimer publiek met de acties die worden gedaan. Vaak wordt eenzelfde groep mensen bereikt.

44

5. De toetreding van Roemenië en andere Centraal- en Oost-Europese landen tot de EU wordt als een kans gezien (omwille van vrij verkeer van mensen en goederen) maar ook als een bedreiging (omwille van de perceptie in Vlaanderen dat deze toetreding de zinvolheid van Vlaams-Roemeense uitwisseling opheft). 6. ADR-groepen vragen ondersteuning van de koepel inzake PR en communicatie over hun werking en over Centraal- en Oost-Europa naar een bredere groep in Vlaanderen. 7. ADR-Vlaanderen wordt gewaardeerd voor haar ideeën- en informatieuitwisselingsfunctie: ADR-groepen doen er nieuwe inspiratie op voor hun eigen werking.

77 22

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

27


A C T IE DORPEN R O E M E N IĂ‹ A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

28


3.6 BEVRAGING VAN BETROKKENEN BIJ ADR-VLAANDEREN Als ADR-Vlaanderen vinden we het belangrijk om ons netwerk te betrekken bij heel het proces van het opmaken van het beleidsplan dat volgt op de erkenning en subsidiëring als sociaal-culturele vereniging. Daarom hebben we bij de bevraging van de stakeholders een aantal duidelijke doelgroepen afgebakend om te bevragen: •

Intern: hierbij hebben we vrijwilligers bevraagd die op verschillende niveaus actief zijn: zowel leden van de Raad van Bestuur van ADR-Vlaanderen (3) als leden van lokale ADR-groepen (12). Voor beide groepen hebben we gelet op een goede regionale spreiding van de bevraagden. De leden van de Raad van Bestuur komen elk uit een andere provincie, de leden van de lokale groepen zijn verspreid over de regio’s in Vlaanderen.

Extern: ook bij deze groep hebben we uit binnen- en buitenland een zeer gevarieerd gezelschap bevraagd. Er kwam van deze groep een vrij hoge respons. De volgende doelgroepen hebben we bij de externen bevraagd: o Personen actief in Somepro die de laatste jaren de werking van ADR-Vlaanderen sterk ondersteund hebben (1); o Ambassadeurs in België en Roemenië (2); o Voorzitters van zusterorganisaties OVR/PVR in Wallonië, Zwitserland en Roemenië (5); o Vlaamse politici op gemeentelijk, provinciaal, Vlaams en Europees niveau (7); o Mensen uit de media (2); o Verantwoordelijken van Belgisch-Roemeense culturele organisaties actief in Vlaanderen (2). o Specialisten met een visie of werkterrein op/in Centraal- en Oost Europa (2).

In totaal werden intern 15 mensen bevraagd met een respons van 13 personen of 87%. Extern werden 22 personen bevraagd met een respons van 13, of 60%. Dit maakt dat we in totaal een respons kregen van 70,27% van de bevraagden. Een uitstekend resultaat om op verder te werken. Hieronder geven we de lijst weer van alle betrokkenen die gecontacteerd werden, met aanduiding van diegenen die het interview beantwoordden.

INTERNE BETROKKENEN

RESPONS

Leden van de RvB ADR-Vlaanderen: 1

Medevoorzitter: Jef van Meerbergen

X

2

Bestuurslid: Johan Degrieck

X

3

Bestuurslid: Hilde Maes

X

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

29


Mensen uit lokale ADR-groepen : 4

Regio Kust-Ieper: Chiuza-comité Kuurne: Marc Benoit

X

5

Regio Kust-Ieper: Humanitair organisatie Ieper: Rik Morisse

X

7

Regio Waasland: Nona vzw : Marc Claeys

X

8

Regio Dender: VSOR Opwijk: Vincent De Pauw

X

9

Regio Oost-Brabant: Diest – Apold: Jos Uyttebroek

X

10

Regio Oost-Brabant: ADR Bertem: Rob Parisis

X

11

Provincie Limburg: Roemeniëcomité Tessenderlo: Willy Cools

X

13

Regio Kempen: HUT Herselt: Mieke Daems

X

15

Regio Mechelen-Lier : Werkgroep Iernut Sint-Katelijne-Waver: Jan De Vries

X

16

ADR-groep Miorita (Florinela Petcu)

X

ADR-Vlaanderen ontving uit deze categorie van 3 mensen geen interview . EXTERNE BETROKKENEN 16

Somepro: Mon Verrydt

X

17

Roemeense ambassade in België: Ovidiu Dranga / Teodora Simeon

X

18

Belgische ambassade in Roemenië: Leo D’haes

X

19

OVR: Michel De Backer

X

20

PVR: Daniel Coulon

X

21

OVR – Zwitserland

X

22

VVSG: Betty De Wachter

X

25

Provinciebestuur Vlaams-Brabant: Monique Swinnen

X

26

Provinciebestuur Vlaams-Brabant: Katleen Moereels

X

28

Culturele organisatie Arthis

X

30

Journaliste VRT – Radio 1: Kristien Bonneure

X

32

Raadgever minister, professor College of Europe: Lieven Tack

X

34

Burgemeester Kasterlee en Vlaams Volksvertegenwoordiger: Ward Kennes

X

35

Vlaams volksvertegenwoordiger: Kathleen Helsen

X

ADR-Vlaanderen ontving uit deze categorie van 7 mensen/organisaties geen interview . De bevraagden kregen een vragenlijst met de volgende 15 interviewvragen voorgelegd:

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

30


1.

Op welke manier kent u ADR-Vlaanderen?

2.

Kent u de structuur van ADR-Vlaanderen?

3.

Hebt u een zicht op de activiteiten van ADR-Vlaanderen?

4.

Biedt ADR-Vlaanderen volgens u een toegevoegde waarde? Welke?

5.

Hoe dikwijls hebt u contact met iemand van ADR-Vlaanderen?

6.

Hebt u al gebruik gemaakt van de diensten van ADR-Vlaanderen? Welke?

7.

Wat verwacht u van ADR-Vlaanderen? Beantwoordt de organisatie aan deze verwachtingen?

8.

Wat moet ADR-Vlaanderen meer doen, indien de middelen beschikbaar zijn, en waarom?

9.

Wat moet ADR-Vlaanderen minder doen (afbouwen) en waarom?

10.

Waarom bent u wel/niet tevreden over ADR-Vlaanderen?

11.

Welke goede raad en goede suggesties voor de toekomst kan u meegeven en waarom?

12.

Wat zijn de sterke punten van ADR-Vlaanderen en waarom?

13.

Wat zijn de zwakke punten van ADR-Vlaanderen en waarom?

14.

Zijn er ontwikkelingen die we kunnen zien als kans of meevaller voor ADR-Vlaanderen en waarom?

15.

Zijn er ontwikkelingen die we kunnen zien als een bedreiging of als een tegenvaller en waarom?

REFLECTIES IN FUNCTIE VAN HET BELEIDSPLAN Uit de bevraging van de betrokkenen kwamen een groot aantal gemeenschappelijke elementen naar voor. Hier lijsten we 8 belangrijke punten die bij verscheidene stakeholders naar voor komen. De volledige interviews nemen we op in de bijlagen. 1. ADR-Vlaanderen heeft een ‘unique selling proposition’: niemand anders is met dezelfde thematiek actief bezig in Vlaanderen.

77

2. ADR-Vlaanderen zorgt dat alle lokale groepen in Vlaanderen de kans hebben om elkaar te ontmoeten, ervaringen uit te wisselen, meer kansen krijgen tot samenwerking, vorming aangeboden krijgen, deel kunnen nemen aan gemeenschappelijke projecten rond jeugd, gezondheidszorg, mannen- en vrouwenorganisaties, … .

11 22

3. Positieve reacties op het feit dat, o.a. door stimulans van ADR-Vlaanderen er van humanitaire hulp in het verleden wordt overgeschakeld naar structurele hulp in het heden en in de toekomst. Dit maakt dat ADR-Vlaanderen de vrijwilligers in Vlaanderen anders moeten benaderen om hen te versterken in het werken aan capaciteitsopbouw en meer democratie.

11

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

31


88

4. Aandacht geven aan het betrekken van Roemenen die in België leven en wonen in de lokale en bestuurlijke werking van ADR-Vlaanderen.

44

5. De hoge gemiddelde leeftijd van de vrijwilligers in de organisatie is een aandachtspunt voor de toekomst. 6. Bij de eigen lokale groepen is ADR-Vlaanderen goed gekend, maar aan de beeldvorming en bekendheid bij het ruime publiek moet zeker gewerkt worden. Moderne middelen moeten ingeschakeld worden zoals bv. een aantrekkelijke en dynamische website. Deze middelen moeten gebruikt worden om de negatieve beeldvorming van ‘Roemenië en de Roemenen’ in Vlaanderen bij te stellen. 7. Door de toetreding van Roemenië tot de EU beginnen vele mensen in Vlaanderen te twijfelen aan de noodzaak om in Vlaanderen nog actief bezig te zijn en vrijwilligers te mobiliseren om zich in te zetten voor een lokale Roemeniëwerking. 8. ADR-Vlaanderen blijkt volgens vele bevraagden een goede netwerkpartner te zijn in binnenen buitenland.

99

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

32


3.7 ANALYSE VAN DE EXTERNE OMGEVING Voor een analyse van de ruimere omgeving waarin ADR-Vlaanderen werkt, maakten we gebruik van de STEP-methode. We zochten naar trends die zich momenteel afspelen in de nabije en de ruime omgeving van onze organisatie en die relevant (kunnen) zijn voor de werking van ADR-Vlaanderen. We ordenden ze volgens 4 soorten trends: -

Sociologische trends Technologische trends Economische trends Politieke trends

We hielden telkens verschillende omgevingsniveaus onder de loep: lokaal (de omgeving van de ADRgroepen), Vlaams en Federaal, en het Europese niveau. Om tot een waarheidsgetrouwe analyse van de omgeving te komen, baseerden we ons op de volgende bronnen: -

Voorzet omgevingsanalyse. Ter ondersteuning van de beleidsplanning en het sociaalcultureel volwassenenwerk voor de periode 2011 – 2015, (2008). Socius. Blomme, J.. De uitbreiding van de Europese unie: Twee Nieuwe Lidstaten – Bulgarije en Roemenië. (2008). Federale overheidsdienst Financiën. ADR-Nieuwsbrief: rubriek ‘actualiteit’ Kranten en tijdschriften De ervaring en expertise van de leden van het planningsteam Konings, H. Latte Macchiato.Trends voor het volgende decennium. Lannoo. Geldof, D. Niet meer maar beter. Over zelfbeperking in de risicomaatschappij. (1999)

Het resultaat van ons onderzoek geven we hieronder weer. Bij iedere trend stelden we ons de vraag in welke (al dan niet positieve of negatieve zin) deze een invloed heeft op onze werking. De analyse van de omgeving en onze reflecties in functie van het beleidsplan worden hier met andere woorden niet uit elkaar getrokken maar in één tekst weergegeven.

SOCIOLOGISCHE TRENDS

-

Mondialisering: de wereld is kleiner dan 50 jaar geleden, er is meer verkeer onderling en grotere onderlinge afhankelijkheid tussen landen. Binnen Europa voltrekt zich dit proces zeer snel. o Kansen:  Mobiliteit is groter: mensen uit de verschillende landen kunnen elkaar beter bereiken (e-verkeer, wegeninfrastructuur,…). Uitwisseling wordt gemakkelijker. Leren van elkaar wordt hierdoor vergemakkelijkt, in beide richtingen. (richting Roemenië/COE  Vlaanderen wordt nog beperkt benut).  Er zijn steeds meer Roemenen aanwezig in Vlaanderen. Er liggen kansen om deze mensen te betrekken bij de ADR-groepen en in de koepelwerking. Er wordt slechts beperkt gebruik gemaakt van de expertise die hier aanwezig is.

88

88

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

33


o

Bedreiging:  Het feit dat Roemenië bij de EU is, voedt de perceptie dat ‘hulp’ niet meer nuttig is en ook ADR-Vlaanderen en de ADR-groepen geen bestaansreden meer hebben.

-

Kloof: onder andere als gevolg van technologische en economische ontwikkelingen groeit de economische en sociale kloof tussen stad en platteland in veel Centraal- en Oost-Europese landen. o Kans:  Deze kloof benadrukt het belang van het werk van de ADR-groepen: de levensomstandigheden op het platteland in Roemenië zijn slecht, net als voor een groot deel van de stadsbevolking. Er is vraag naar (stevige) structuren om hier verandering in te brengen. o Bedreiging:  Mensen in Centraal- en Oost-Europa (trekkersfiguren) waarmee ADRgroepen zinvolle projecten kunnen opzetten, trekken weg. Hoger opgeleiden en jongeren trekken in grote getale weg van het Roemeense platteland. Ze vestigen zich in steden of in andere Europese landen. Anderzijds is er ook een (kleinere) omgekeerde beweging zichtbaar (kans). Bv. vrije beroepen zien nog mogelijkheden op platteland, waar er in steden soms overaanbod is.  Beeldvorming: hoewel de steden er rijk uitzien, is de rijkdom slechts weggelegd voor een klein percentage van de bevolking. De bedreiging is dat Vlamingen een onterecht rijk beeld krijgen van Roemenië en Centraal en Oost-Europa wanneer zij een stad bezoeken.

-

Perceptie & media: denkbeelden en opvattingen worden mee bepaald door de informatie die de burger en ADR-vrijwilliger krijgt via allerlei communicatiemiddelen. o Kans:  Doorheen de jaren is de perceptie in ADR-Vlaanderen t.a.v. Roemenië en Centraal en Oost-Europa geëvolueerd. Waar Roemenië vroeger werd gezien als een ‘achtergesteld land’ waar noodhulp nodig was, werkt men steeds meer met Roemenië als een gelijkwaardige partner: ‘partnerschap’. o Bedreiging:  Roemenië is niet meer ‘hip’ en de aandacht verslapt. Dit maakt het moeilijker om fondsen te verzamelen en de interesse te blijven houden.  De grote impact van media en BV’s in het mobiliseren van mensen rond een bepaald thema wordt een bedreiging als de aandacht voor andere organisaties hierdoor in de verdrukking komt. Het is moeilijk om zonder een bekende ‘peter of meter’ je verhaal in de media te brengen. Kans: als je wel iemand onder de arm kan nemen die Roemenië mee in de picture brengt, geraak je wel ergens.

88

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

34


-

Vergrijzing en ontgroening van de Vlaamse bevolking: deze trend is ook zichtbaar is binnen ADRVlaanderen. o Kans:  Er komen steeds meer mensen die meer vrije tijd hebben om zich mee in te zetten in ADR-groepen. o Bedreiging:  Het werk van de vrijwilligers wordt niet automatisch overgenomen. Er moet actief worden gezocht naar vernieuwing.

-

Vrijwilligerswerk: een vijfde van de Vlamingen verricht onbetaald vrijwilligerswerk. Dit is vrij stabiel. Deze groep bestaat meer uit mannen, 45- tot 65-jarigen en hoger geschoolden. Er is wel een verschuiving in het ‘soort vrijwilliger’: van een ‘vaste vrijwilliger’ die zich jarenlang bindt aan en inzet voor eenzelfde organisatie naar de ‘nieuwe vrijwilliger’ die eerder korte, diverse engagementen aangaat binnen verschillende organisatie. Of: vrijwilligers blijven zolang het ruilmotief wordt voldaan (dit is niet automatisch korter; wel korter als organisaties zich niet bewust zijn van dit ruilmotief en wat ze in ruil moeten aanbieden). Vrijwilligers komen voor verschillende motieven: stimulatoren  vanuit ruilmotief. Omwille van het feit dat ze in Roemenië iets willen veranderen (maatschappelijke motivatie) of omwille van zaken die ze persoonlijk uit vrijwilligerswerk halen. o Kans:  Als je een goede analyse maakt van het soort vrijwilligers dat je nodig hebt, kan je gericht werven. ADR-groepen hebben een diverse ploeg van vrijwilligers nodig: mensen die projectmatig werken, die praktisch werk doen, fysiek werk, talenkennis, cultuurinteresse, …  Ook ‘eendagsvrijwilligers’ bieden een pool van mensen die je kan aanspreken.  Door diverse activiteiten aan te bieden kan je voor diverse vrijwilligers ook passende ruilmotieven aanbieden.  Er is een redelijk grote pool van potentiële vrijwilligers waaruit kan worden geput.

44

44

33 44

-

Sociaal model: het Belgische sociale zekerheidsmodel geraakt geërodeerd. Dit model is niet erg wijd verspreid, en er wordt in Centraal en Oost-Europese landen vaak meer gekeken naar het Amerikaanse model als voorbeeld. o Kans:  Het belang om een goede sociale zekerheid uit te dragen in Europa wordt extra groot. o Bedreiging:  Het is moeilijk om een model dat hier ter discussie staat, uit te dragen naar andere landen.

-

Burgerschap, burgerparticipatie & lokale autoriteiten: er is een verschuiving van de ‘klassieke’ participatiekanalen (adviesraden e.d.) naar meer autonoom participatiegedrag volgens eigen regels en eerder aansluitend bij de dynamiek van civiele participatie. D.w.z.: burgers die zelf activiteiten organiseren in de maatschappijvormende sfeer, zonder bemiddeling van de politieke sfeer. Zelfsturing en zelfredzaamheid zijn hier kernwoorden. Politici sluiten hierbij aan door deze initiatieven te ondersteunen en te stimuleren. Met ook een keerzijde: burgerinitiatieven worden

11

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

35


regelmatig doodgeknepen maar ook doodgeknuffeld doordat originele initiatieven worden omarmd, omkaderd en uitvergroot door het groeiend geprofessionaliseerde beleid waardoor het vaak aan de oorspronkelijke initiatiefnemers ontsnapt of ontgroeit. (Opmerking: deze trend is volgens ons in ADR-Vlaanderen nog niet echt zichtbaar.) o Kans:  Lokale autoriteiten waarderen het feit dat vrijwilligers ‘het initiatief dragen’ 44 en een werking uitbouwt rond de Roemeense partnergemeente. 33  Ontstaan van zelfstandige initiatieven, burgerparticipatie los van het beleid en adviesraden, zijn een kans voor ADR-Vlaanderen. o Bedreiging:  Beleidsmakers pakken uit met het werk en de contacten van ADRVlaanderen, maar waarderen dit financieel niet erg.  Op lokaal vlak is hierin een grote diversiteit. Sommige gemeenten hebben geen goede samenwerking met de Roemeniëwerkingen, anderen dan weer wel (ook een kans).  Bij de start van ADR-Vlaanderen waren lokale autoriteiten vaak sterk betrokken d.m.v. de adoptiecampagne in Europa eind jaren ‘80. Twintig jaar later is er een nieuwe generatie van politici op lokaal vlak die deze geschiedenis niet heeft meegemaakt, en niet automatisch overtuigd is van het belang van een Roemeniëwerking.

-

Armoede: deze groeit niet alleen in Roemenië, ook in Vlaanderen. o Kans:  Dit geeft ook voor Vlaanderen kansen om te leren van Roemenië of gezamenlijke projecten op touw te zetten. Het biedt nieuwe kansen voor interculturalisering.  Mogelijkheden tot samenwerking met armenverenigingen.

-

De ‘ecologische’ trend: er is steeds meer gevoeligheid voor ecologie, duurzaamheid, authenticiteit, het lokale, cultuur, consuminderen, … o Kans:  Bepaalde groep van mensen kan je mobiliseren die gevoelig zijn voor dit 11 thema.  Dit is ook een trend in Roemenië die je kan aangrijpen voor projecten.  Dit geeft kansen voor activiteiten verwant met cultuur en toerisme.

-

Individualisering groeit: mensen willen hun keuzes steeds meer zelf bepalen en voelen dat ze uniek zijn. Ook binnen de vrije tijd en het vrijwilligersengagement speelt dit steeds meer een rol. o Kans:  Sommige mensen willen een vrijwilligersengagement met een uniek project 33 dat ze zelf (mee) kunnen sturen. Ze willen hun weg zelf uitstippelen om tot een resultaat te komen. De aard van de werking van de ADR-groepen biedt kansen op dit vlak.  Dit biedt mogelijkheden om mensen aan te spreken op hun individuele talenten. o Bedreiging:

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

36


Vrijwilligers wensen niet in te stappen in een reeds bestaande vereniging. Ze willen zich (en hun agenda) niet laten leiden door anderen of andere structuren.

TECHNOLOGISCHE TRENDS

-

ICT: het belang van internetcommunicatie en –informatie is snel gegroeid. Het is voornamelijk de jonge generatie die veel gebruik maakt van de verschillende toepassingsmogelijkheden en sociale netwerken. Ouderen gebruiken voornamelijk e-mail. o Kans:  Om jongere generatie te bereiken bestaat er een diversiteit aan kanalen. 55  Ook het feit dat ouderen internet en e-mail gebruiken, is een kans. (opletten: je kan je klassieke kanalen niet vervangen door internetcommunicatie alleen).

-

Infrastructuur: in de COE-landen maakt de infrastructuur sprongen voorwaarts. Wegeninfrastructuur verbetert, afstanden worden ‘kleiner’, gebouwinfrastructuur verbeterd, … o Kans:  Dankzij de aanleg van goede wegen en de toename van vluchtverkeer tussen België en Roemenië (en de dalende prijzen van vliegtickets) is transport tussen beide landen sterk vergemakkelijkt. Dit geeft meer mogelijkheden tot uitwisselings- en vormingskansen.  Evoluties in bouw: nu zie je ook in Roemeense dorpen zaken verschijnen die er 20 jaar geleden nog niet waren. Bovendien gaat dit sneller dan bij ons, en heeft men de mogelijkheid om stappen over te slaan en onmiddellijk aan te sluiten bij de huidige technologie.

ECONOMISCHE TRENDS

-

Economische crisis: deze heeft zware gevolgen op diverse vlakken in COE: onderwijs, gezondheidszorg, dalende tewerkstelling, ontslagen, werkloosheid, … . Ook in Vlaanderen is de crisis voelbaar. o Kans:  Door het feit dat de Roemeense overheid zelf minder mogelijkheden heeft, 11 groeit het besef dat men op zoek moet naar andere manieren om zaken te organiseren, bv. door samen te werken met ngo’s of zich te organiseren in een zelfverband. Dit heeft invloed op de organisatie van de samenleving. o Bedreiging in Vlaanderen:  Er zijn besparingen op til op diverse domeinen. Ook op subsidielijnen zal er bespaard worden.  Er zullen minder subsidies zijn voor de werking in Vlaanderen. ADRVlaanderen en ADR-groepen zullen enerzijds assertief moeten zijn om beschikbare middelen aan te grijpen, en anderzijds is het nodig om informatie te verspreiden over beschikbare subsidielijnen.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

37


Crisis heeft ook een ‘psychologisch’ effect op mensen. Mensen worden meer kritisch ten opzichte van wat je doet: ‘hier zijn ook grote problemen, zouden jullie je niet beter inzetten voor Vlaanderen in plaats van voor Roemenië!’ Bedreiging in Roemenië:  Levensomstandigheden verslechteren terug en de ruimte die mensen hebben om zich buiten hun eigen job(s) in te zetten voor de samenleving, wordt kleiner.  Besparingen: minder werkingsgelden voor goede initiatieven die aan het ontstaan zijn in Roemenië en COE (bv. gezondheidszorg). 

o

-

Kapitalisme: dit is het economische model in heel Europa, ook Centraal- en Oost-Europa. Ook deze samenlevingen zijn meer en meer ‘consumptiemaatschappijen’ en er komen steeds meer solidaire en collectieve voorzieningen onder druk te staan. Staatsbedrijven worden in deze landen steeds meer geprivatiseerd, met werkloosheid tot gevolg. Tegelijkertijd is er veel armoede in Roemenië en omliggende landen. o Kans:  COE kent ander soort kapitalisme; er is minder sociale correctie en herverdeling dan in Vlaanderen. Dit geeft kansen om vanuit Vlaanderen mee te werken aan sociale correctie. o Bedreiging:  In Roemenië catalogeren mensen ons als kapitalisten. Ze zien soms niet het werk dat achter de acties schuilt en vanuit welke overtuiging mensen dit doen.  Dit heeft ook invloed op vrijwilligers in Centraal en Oost-Europa: mensen hebben geen tijd voor collectieve systemen of vereniging omdat ze meerdere jobs tegelijk doen (of verkiezen een tweede job boven vrije tijd).

POLITIEKE TRENDS

-

Europa: als politiek en regelgevend niveau speelt Europa een steeds grotere rol. o Kans:  Een aantal beslissingen moeten geïmplementeerd worden op lokaal niveau. Hier liggen mogelijkheden in kennisoverdracht op gemeentelijk niveau.

-

Neoliberale economisch beleid: een snelle groei van het neoliberale economisch beleid in Europa, zowel in West als Oost. o Kans en bedreiging:  Zie 'economische trends: kapitalisme’: Dit heeft ook invloed op vrijwilligers in de doellanden: mensen hebben geen tijd voor collectieve systemen of vereniging omdat ze meerdere jobs tegelijk doen (of verkiezen een tweede job boven vrije tijd).

-

Crisis en besparingen: Europese landen besparen. België en Vlaanderen ook. o Bedreiging en kans:  Zie 'economische trends: economische crisis’

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

38


-

Jonge democratie: Roemenië en de landen van de doelregio zijn jonge democratieën, maar er is weinig of geen traditie om een democratisch beleid te voeren zowel vanuit het perspectief van de beleidsvoerders als vanuit de burger. o Kans:  Er zijn burgers en ngo’s die belangstelling hebben om werk te maken van democratische opbouw van onderuit. o Bedreiging:  Omdat er weinig continuïteit is in beleid(-voerders) en contactfiguren, geeft dit onzekerheid om projecten uit te werken.  Corruptie in Roemeense politiek maakt het zeer moeilijk om goede systemen op te zetten.

11

-

Politieke verantwoording: politici in Vlaanderen moeten steeds meer verantwoorden waarom ze een keuze maken. Voor initiatieven t.a.v. COE hebben ze onvoldoende argumenten om een beleid te voeren of initiatieven te ondersteunen. o Kans:  Een aantal politici vragen naar argumenten om hun beleid t.a.v. COE te verrechtvaardigen en uit te dragen.

-

Decentralisatie: in België en West-Europa is deze trend al decennia bezig. In COE is dit een recent proces dat zeer snel toeneemt, waarbij structuren (gemeenten, ngo’s, middenveldorganisaties, instellingen, …) niet de tijd krijgen om zich voor te bereiden, vorming te nemen en te herstructureren. Lokaal beleid blijft een zwakke schakel. In Roemenië gebeurt decentralisatie vooral als gevolg van een gebrek aan financiële middelen op nationaal niveau (waardoor het nationale probleem wordt verschoven naar een zwakker lokaal niveau). o Kans:  Kennis en expertise op lokaal niveau kan uitgewisseld worden tussen de verschillende structuren.

99

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

39


3.8 DE JURIDISCHE CONTEXT VAN ADR-VLAANDEREN Als erkende sociaal-culturele vereniging bevindt ADR-Vlaanderen zich ook in een welbepaalde juridische context, die de grenzen en de mogelijkheden van de organisatie mee bepaalt. We brengen de relevante aspecten van deze juridische context in beeld, zodat we doorheen de gehele beleidsperiode rekening kunnen houden met deze context. De belangrijkste wet en decreten die de juridische context van ADR-Vlaanderen vormen, zijn: 3.8.1

De vzw-wetgeving De vrijwilligerswetgeving Het decreet op sociaal-cultureel werk VZW-wetgeving

Op het secretariaat van ADR-Vlaanderen, gelegen te Korte Begijnenstraat 18 – 2300 Turnhout, is een verenigingsdossier aanwezig waarin volgende elementen terug te vinden zijn: 

Identiteit van de vereniging o Statuten van de vzw o Missie van de vereniging o Naam en adresgegevens van de bestuurders

Algemene vergadering ADR-Vlaanderen vzw o Een lijst van de AV met vermelding van datum en plaats o Uitnodiging o Getekende lijst van alle aanwezigen en volmachten o Verslag van de AV o Documenten die verbonden zijn met de AV

Raad van Bestuur o Uitnodiging o Verslagen van de RvB o Documenten die verbonden zijn met de RvB

Ledenlijst o Jaarlijkse ledenlijst o Jaarlijks ledenlijst neerleggen bij de griffie

Financies o Goedkeuring van de rekeningen en begrotingen door de AV o Verklaring voor een jaarlijkse financiële doorlichting van de boekhouding door een auditbureau vanaf 2011 o Jaarlijkse neerlegging van de rekeningen bij de griffie o ADR-Vlaanderen is niet BTW-plichtig

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

40


3.8.2

De vrijwilligerswetgeving

Vrijwilligers en wettelijke verplichtingen o Organisatienota: ADR-Vlaanderen beschikt over een organisatienota voor de vrijwilligers. Deze nota is terug te vinden in de bijlagen. o De verzekering die dekking biedt voor burgerlijke aansprakelijkheid. ADR-Vlaanderen voorziet bovendien ook een verzekering voor rechtsbijstand en lichamelijke ongevallen.

3.8.3

Decreet op sociaal-cultureel werk Erkenningvoorwaarden sociaal-culturele vereniging 

Om als sociaal-culturele vereniging erkend te worden moet ADR-Vlaanderen aan een aantal voorwaarden voldoen die in het decreet zijn opgenomen. Deze voorwaarden zijn: 

een vereniging zonder winstoogmerk zijn

minstens vijftig werkende afdelingen of groepen hebben, gespreid over minstens drie Vlaamse provincies, waarbij in elke provincie minstens tien aangesloten afdelingen of groepen actief zijn; het tweetalige gebied Brussel-hoofdstad wordt hierbij beschouwd als Vlaamse provincie

beschikken over een registratiesysteem met betrekking tot de werking van de aangesloten afdelingen of groepen, dat voldoet aan de vereisten die de Vlaamse regering heeft vastgesteld

doelstellingen hebben waaruit de werking t.a.v. de maatschappelijke activerings-, de culturele, de educatieve en de gemeenschapsvormende functie blijkt

het onderschrijven van de principes en de regels van de democratie en van het Europees Verdrag inzake de Rechten van de Mens en ze toepassen in hun werking

in het beheer en het beleid van de vereniging hebben de vrijwilligers een bepalende inbreng

een democratische en zelfstandige werking hebben

gebruik van de Nederlandse taal als voertaal in de hele werking

ADR-Vlaanderen voldoet aan deze voorwaarden en werd daarop ook gecontroleerd. In juni 2010 is ADR-Vlaanderen officieel erkend als sociaal-culturele vereniging. Voorwaarden tot subsidiering als sociaal-culturele vereniging 

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

Om als erkende sociaal-culturele vereniging subsidies te kunnen ontvangen vanuit het departement “Sociaal-Cultureel Werk voor jeugd en Volwassenen” dient ADR-Vlaanderen ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

41


aan een aantal voorwaarden te voldoen die in het decreet zijn opgenomen. Deze voorwaarden zijn: 

een beleidsplan indienen voor de volgende beleidsperiode

in de werking rekening houden met principes van integrale kwaliteitszorg

binnen drie maanden na het begin van de beleidsperiode beschikken over een voltijds equivalent personeelslid en minstens twee derden van de gekregen subsidie besteden aan de vergoeding van medewerkers, al dan niet in vast dienstverband

akkoord gaan om op verzoek van de administratie alle nuttige en noodzakelijke gegevens met betrekking tot de werking te verstrekken, in de gevraagde vorm

ervoor zorgen dat in alle aspecten van de werking het Nederlands als voertaal gebruikt wordt

Deze voorwaarden zijn gevat in het beleidsplan dat heden voorligt. Verder is er een beslissing van de Raad van Bestuur waarin ze zich engageren om aan de 5 vermelde zaken te voldoen tegen de vooropgestelde data. 3.8.4

Elementen die ADR-Vlaanderen zal opnemen in de verdere uitvoering van haar beleidsplan:

o o o o o o

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

huurcontract secretariaat vrijwilligersbeleidsplan met o.a. kostenvergoeding aan vrijwilligers communicatieplan personeelsbeleidsplan, arbeidsreglement en arbeidsovereenkomsten uitbreiding van de verzekering i.f.v. eigen personeel samenwerkingsovereenkomsten met externe organisaties

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

42


4. SWOT-ANALYSE EN BELEIDSUITDAGINGEN 4.1 SWOT Het resultaat van de gegevensverzameling was een enorme hoeveelheid informatie. Om van deze informatie tot doelstellingen te komen, was het noodzakelijk om systematiek te brengen in de gegevens. Alle gegevens werden eerst ondergebracht in een lange lijst van sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen van de organisatie. Uit een verdere verwerking van deze lijsten kwamen uiteindelijk een aantal thema’s naar voor, waaronder alle gegevens werden geclusterd: 1. Begeleiden van lokale ADR-groepen a. Algemeen b. Bieden van vorming & informatie c. Organiseren van samenwerking, uitwisseling & overleg d. Praktische ondersteuning 2. ADR als kennis- en expertisecentrum 3. Aanpak van het werk / manier van werken 4. Betaalde & vrijwillige medewerkers 5. FinanciÍn 6. Bestuur & beheer 7. Communicatie intern & extern Omwille van de werkbaarheid selecteerden we hieruit een beperkt aantal sterktes en zwaktes (vaak als clustering van een aantal sterktes / zwaktes) waarmee we verder werkten in functie van de beleidsuitdagingen. In de kansen en bedreigingen werden geen prioriteiten geselecteerd. Daarom nemen we de volledige lijst met sterktes en zwaktes hieronder op. Uit de combinatie van sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen distilleerde het planningsteam beleidsuitdagingen. Deze werden opgesteld aan de hand van 4 mogelijke combinaties, die in de matrix op volgende pagina worden voorgesteld.

A C T IE DORPEN R O E M E N IĂ‹ A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

43


KANSEN (zie lager) 1.

Sterke ondersteuning van lokale groepen

2.

Goede vormingsactiviteiten

66

3.

Goede informatie naar lokale werkingen, infocentrum is goed, infoverstrekking

55

4.

Gemeenschappelijke projecten zijn goed

66

99

55

22 22

5.

Regiovergaderingen (als wijze van begeleiding van de groepen)

6.

ADR-Nieuwsbrief is goed

7.

ADR-Vlaanderen is goed in netwerking & samenwerking en heeft een goed werkend, uitgebreid netwerk op verschillende niveaus

8.

Samenwerking met gemeentebesturen

VERDEDIGEN

11 11

44

2. Vormingspakketten moeten uitgebouwd worden

66

4. ADR-Vlaanderen kan nog meer informatie (bv. ivm subsidies) doorspelen naar lokale groepen 5. De aanwezige deskundigheid moet meer gecoรถrdineerd worden

99

INVESTEREN

99

3. ADR-Vlaanderen moet meer gegevens bijhouden

33

STERKTES

99

11 11

55

33

55

22

1. De aanwezigheid van ADR-groepen op nationale activiteiten moet beter 66

BEDREIGINGEN (zie lager)

KIEZEN EN BESLISSEN 33

ZWAKTES

6. Werking van de werkgroepen moet verbeteren 7. ADR-Vlaanderen heeft geen vrijwilligersbeleid waardoor er te weinig verjonging & vernieuwing is en geen vorming van de bestuursvrijwilligers 8. Omschrijving van bestuurstaken & functies ontbreken, zowel op lokaal als landelijk vlak

44

9. Bestuurders hebben vorming nodig

ADR-Vlaanderen vzw A C T IE DORPEN R O E M E N Iร A D R

- V L A A N D E R E N

44 Beleidsplan 2011 - 2015

SCHADE BEPERKEN


KANSEN Begeleiden van lokale ADR-groepen - Burgerschap, burgerparticipatie en lokale autoriteiten: verschuiving van de ‘klassieke’ participatiekanalen (adviesraden e.d.) naar meer autonoom participatiegedrag volgens eigen regels en eerder aansluitend bij de dynamiek van civiele participatie. Kans: lokale autoriteiten waarderen het feit dat vrijwilligers ‘zorgen voor haar kinderen’ en een werking uitbouwt rond de Roemeense partnergemeente. o Kans: ontstaan van zelfstandige initiatieven, burgerparticipatie los van het beleid & adviesraden, zijn een kans voor ADR-Vlaanderen. De ‘ecologische’ trend: er is steeds meer gevoeligheid voor ecologie, duurzaamheid, authenticiteit, het lokale, cultuur, consuminderen, … o Kans: bepaalde groep van mensen kan je mobiliseren die gevoelig zijn voor dit thema. o Kans: dit is ook trend in Roemenië die je kan aangrijpen voor projecten. o Kans: dit geeft kansen voor activiteiten verwant met cultuur en toerisme. Europa: de brugfunctie tussen 2 culturen heeft in de Europese context aan belang en relevantie gewonnen. Een aantal ADR-groepen zitten op een kruispunt in de samenwerking met hun Roemeense partner en weten niet goed waarrond ze in de toekomst moeten werken  ADR-Vlaanderen kan lokale groepen ondersteunen bij de ontwikkeling van ideeën hoe ze best verder samenwerken met hun Roemeense partner. Dit geeft ook kansen voor samenwerkingsprojecten. ADR-Vlaanderen wordt ervaren als nuttige ondersteuning voor jonge Roemeniëwerkingen. ADR-Vlaanderen heeft een rol te spelen in het zoeken en afsluiten van interessante deals, informatie, … ten behoeve van Roemeniëwerkingen. ADR-Vlaanderen biedt leerkansen voor lokale groepen: ADR-groepen hoeven niet allemaal ’t warm water terug uit te vinden. Ze werkt coördinerend, informerend en educatief. Er liggen nog kansen voor een verdere uitwerking van regionale werkingen en gezamenlijke projecten per regio. Er leeft bij ADR-groepen en daarbuiten interesse voor taallessen en het opzetten van culturele activiteiten i.s.m. ADR-groepen en andere organisaties. Met relatief weinig inspanningen kan uit een aantal gegevens die ADR-Vlaanderen verzamelt, relevante info worden gehaald over tevredenheid en gebruik van de diensten. Er zijn waarschijnlijk nog een aantal diensten die momenteel nog niet worden aangeboden die ADRVlaanderen zou kunnen aanbieden aan de lokale groepen. De erkenning als sociaal-culturele vereniging biedt een meerwaarde voor de toekomst. Twee belangrijke troeven zijn de personeelsomkadering die vanaf 2011 mogelijk wordt en zichtbaarheid van de organisatie. o

-

-

-

-

ADR als kennis- en expertisecentrum - Er bestaan tal van wederzijdse leerkansen tussen Vlaanderen en Roemenië. - Er zijn meer en meer Roemenen aanwezig in Vlaanderen. Er kan meer gebruik worden gemaakt van deze expertise die hier aanwezig is. - Een aantal ontwikkelingen in Europa & Roemenië in het bijzonder scheppen kansen voor ADRVlaanderen om rond specifieke thema’s te werken:

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

45


o Sociaal model: het Belgische sociale zekerheidsmodel geraakt geërodeerd. Dit model is niet erg wijd verspreid, en er wordt in Oost-Europese landen vaak meer gekeken naar het Amerikaanse model als voorbeeld. Het belang om een goede sociale zekerheid uit te dragen in Europa wordt hierdoor extra groot. o Armoede groeit niet alleen in Roemenië, ook in Vlaanderen. Dit geeft ook voor Vlaanderen kansen om te leren van Roemenië of gezamenlijke projecten op touw te zetten. Het biedt mogelijkheden tot samenwerking met armenverenigingen. o Economische crisis heeft zware gevolgen op diverse vlakken in Roemenië: onderwijs, gezondheidszorg, tewerkstelling, …. Ook in Vlaanderen is de crisis voelbaar. Kans: door het feit dat de Roemeense overheid zelf minder mogelijkheden heeft, groeit het besef dat men op zoek moet naar andere manieren om zaken te organiseren, bv. door samen te werken met ngo’s of zich te organiseren in een zelfverband. Dit heeft invloed op de organisatie van de samenleving o Decentralisatie: in België en West-Europa is deze trend al decennia bezig. In COE is dit een recent proces dat zeer snel toeneemt, waarbij structuren (gemeenten, ngo’s, middenveldorganisaties, instellingen, …) niet de tijd krijgen om zich voor te bereiden, vorming te nemen en te herstructureren. Lokaal beleid blijft een zwakke schakel. Decentralisatie gebeurt vooral als gevolg van gebrek aan financiële middelen op nationaal niveau. Het lokale beleidsniveau krijgt hierdoor met een aantal grote uitdagingen te maken waarbij ondersteuning en uitwisseling vaak zeer welkom is. o Kloof: onder andere als gevolg van technologische en economische ontwikkelingen groeit de economische en sociale kloof tussen stad en platteland in veel Centraal en OostEuropese landen. Kans: deze kloof benadrukt het belang van ADR-Vlaanderen: de levensomstandigheden op het platteland in Roemenië zijn slecht, net als voor een groot deel van de stadsbevolking. Er zijn vraag naar (stevige) structuren om hier verandering in te brengen o Jonge democratie: Roemenië en een aantal andere Centraal en Oost-Europese landen zijn jonge democratieën, maar er is weinig of geen traditie om een democratisch beleid voeren zowel vanuit het perspectief van de beleidsvoerders als vanuit de burger. Kans:er zijn burgers en ngo’s die belangstelling hebben om werk te maken van democratische opbouw van onderuit. - Politieke verantwoording: politici in Vlaanderen moeten steeds meer verantwoorden waarom ze een keuze maken. Voor initiatieven t.a.v. COE hebben ze onvoldoende argumenten om een beleid te voeren of initiatieven te ondersteunen. Kans: een aantal politici vragen naar argumenten om hun beleid t.a.v. COE te verrechtvaardigen en uit te dragen.

Organisatie van het werk - Mondialisering: de wereld is kleiner dan 50 jaar geleden, er is meer onderling verkeer en grotere onderlinge afhankelijkheid tussen landen. Binnen Europa voltrekt zich dit proces zeer snel. Mede door de EU-toetreding van de nieuwe lidstaten en Roemenië, is de mobiliteit groter en kunnen mensen elkaar beter bereiken in deze landen. Leren van elkaar wordt hierdoor vergemakkelijkt. - Infrastructuur: in de COE-landen maakt de infrastructuur sprongen voorwaarts. Wegeninfrastructuur verbetert, afstanden worden ‘kleiner’, gebouwinfrastructuur verbeterd, … . Dankzij de aanleg van goede wegen en de toename van vluchtverkeer tussen België en Roemenië (en de dalende prijzen van vliegtickets) is transport tussen beide landen sterk vergemakkelijkt. Dit biedt meer mogelijkheden tot uitwisselings- en vormingskansen. Evoluties in bouw: nu zie je ook in Roemeense dorpen zaken verschijnen die er 20 jaar geleden nog niet waren. Bovendien gaat dit sneller dan bij ons, en heeft men de mogelijkheid om stappen over te slaan en onmiddellijk aan te sluiten bij de huidige technologie.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

46


- Vrij vervoer van personen en goederen in de EU: voordeel voor vervoer van hulpgoederen. - EU-lidmaatschap & Europese context: hier is nog meer mee te doen qua subsidies, opstart van projecten. - Er bestaan nog mogelijkheden om nog sterker lokale middelen te benutten en projecten uit te bouwen. - Toenadering tussen Vlaanderen en Roemenië d.m.v. uitwisselingen: cultureel, vorming, enz. - Er bestaan pilootprojecten van ADR-groepen die duidelijk aantonen dat er een verschil is met het bestaande in Roemenië. Deze modellen hebben veel potentieel om verder uitgebouwd te worden. - Roemeense jongeren in dorpen kunnen ontwikkeling activeren. - Er zijn heel wat sociaal-culturele organisaties die we bij de werking van ADR-Vlaanderen kunnen betrekken. - Projecten omvormen naar: capaciteitsopbouw en democratie, ook vanuit tweerichtingsverkeer. Niet afbouwen, maar actie verdiepen, los van parochiale en paternalistische benadering in de relatie met Roemeense partners. - Vanaf 2011 zal ADR-Vlaanderen werken met een beleidsplan voor 5 jaar. Dit brengt een aantal kansen met zich mee voor de dagelijkse werking: o Concrete acties en doelstellingen zullen voortvloeien uit strategische beleidsopties, die een samenhangend geheel vormen met de missie van ADR-Vlaanderen. o Er zullen realistische, meetbare doelstellingen komen die achteraf eenvoudiger te evalueren zijn. Het beleidsplan biedt aangrijpingspunten voor evaluatie. o ADR-Vlaanderen zal een eigen betaalde kracht kunnen aanwerven. Dit is onontbeerlijk om de doelstellingen in deze beleidsperiode te kunnen realiseren. o Er zal een medewerkersbeleid worden uitgeschreven, met een duidelijk VTO-plan voor de professionele kracht. o De relatie met Somepro zal duidelijker worden uitgeklaard. o Meer financiële middelen zullen meer mogelijkheden bieden om de werking in Vlaanderen uit te bouwen. o Er zullen jaarplannen en een financieel plan worden uitgeschreven.

Betaalde & vrijwillige medewerkers - Vrijwilligerswerk: een vijfde van de Vlamingen verricht onbetaald vrijwilligerswerk. Dit is vrij stabiel. Deze groep bestaat meer uit mannen, 45- tot 65-jarigen en hoger geschoolden. Er is wel een verschuiving in het ‘soort vrijwilliger’: van een ‘vaste vrijwilliger’ die zich jarenlang bindt aan en inzet voor eenzelfde organisatie naar de ‘nieuwe vrijwilliger’ die eerder korte, diverse engagementen aangaat binnen verschillende organisatie. Of: vrijwilligers blijven zolang het ruilmotief wordt voldaan (dit is niet automatisch korter. Wel korter als organisaties zich niet bewust zijn van dit ruilmotief en wat ze in ruil moeten aanbieden). Vrijwilligers komen voor verschillende motieven. Omwille van het feit dat ze in Roemenië iets willen veranderen (maatschappelijke motivatie) of omwille van zaken die je persoonlijk uit vrijwilligerswerk haalt. Dit biedt kansen voor ADR-Vlaanderen: o Als je een goede analyse maakt van het soort vrijwilligers dat je nodig hebt, kan je gericht werven. ADR-groepen hebben een tamelijk diverse ploeg van vrijwilligers nodig: mensen die projectmatig werken, die praktisch werk doen, fysiek werk, talenkennis, cultuurinteresse, … o Ook ‘eendagsvrijwilligers’ bieden een pool van mensen die je kan aanspreken. o Er is een redelijk grote pool van potentiële vrijwilligers waaruit kan worden geput.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

47


o

Door diverse activiteiten aan te bieden kan je voor diverse vrijwilligers ook passende ruilmotieven aanbieden.

- Vergrijzing en ontgroening van de Vlaamse bevolking. Deze trend is ook zichtbaar is binnen ADRVlaanderen. Kans: er komen steeds meer mensen die meer vrije tijd hebben om zich mee in te zetten in ADR-groepen. - ADR-Vlaanderen heeft een grote diversiteit aan vrijwilligers. Uit deze beschikbare vrijwilligers kunnen we een ‘maximaal rendement’ halen met een goed vrijwilligersbeleid. Via opleiding en ervaring kunnen vrijwilligers bovendien groeien in hun kennis en kunde. - Miorita geeft aan dat ze graag verder en meer samenwerkt met ADR-Vlaanderen. - Er zijn steeds meer Roemenen en gemengde relaties in Vlaanderen die misschien meer in de plaatselijke groepen kunnen meewerken. Miorita bereikt ook Roemenen in Vlaanderen. Misschien kan op dat punt worden samengewerkt? - Door de subsidiëring onder sociaal-cultureel volwassenenwerk zal ADR-Vlaanderen in de toekomst een professionele kracht kunnen aannemen. Dit kan helpen om begeleiding van groepen nog beter te doen. - Jeugd betrekken: deze hebben een andere kijk, andere ideeën en eigen talenten.

Financiën -

‘Europa’: als politiek en regelgevend niveau speelt Europa een steeds grotere rol. Kans: een aantal beslissingen moeten geïmplementeerd worden op lokaal niveau. Hier liggen mogelijkheden voor kennisoverdracht op gemeentelijk niveau. Roemenië als lid van de EU: Roemenië en andere landen in Centraal en Oost-Europa kunnen middelen en fondsen toegewezen krijgen. Uitbreiding van de landen waarmee ADR-Vlaanderen werkt (buiten Roemenië) kan nieuwe middelen met zich meebrengen, bv. via Europese projecten. Subsidiëring van de koepel als sociaal-culturele vereniging zal financieel en organisatorisch meer mogelijkheden geven.

-

Communicatie intern & extern - ICT: het belang van internetcommunicatie en –informatie is snel gegroeid. Het is voornamelijk de jonge generatie die veel gebruik maakt van de verschillende toepassingsmogelijkheden en sociale netwerken. Ouderen gebruiken voornamelijk e-mail. Kansen: om de jongere generatie te bereiken bestaat er een diversiteit aan kanalen. Ook het feit dat ouderen internet en e-mail gebruiken, is een kans. (opletten: je kan je klassieke kanalen niet vervangen door internetcommunicatie alleen). - Perceptie: denkbeelden en opvattingen worden mee bepaald door de informatie die de burger en ADR-vrijwilliger krijgt via allerlei communicatiemiddelen. Kans: doorheen de jaren is de perceptie in ADR-Vlaanderen t.a.v. haar doelland(en) geëvolueerd. Waar Roemenië vroeger werd gezien als een ‘achtergesteld land’ waar noodhulp nodig was, werkt men steeds meer met Roemenië als een gelijkwaardige partner: ‘partnerschap’. - Men begint Roemenië zeer langzaam te zien als een toeristisch land. Het is van de EU landen het land dat de meeste nieuwsgierigheid opwekt. - Band met de Belgisch-Roemeense gemeenschap. - ADR-Vlaanderen heeft een unieke positie als enige overkoepelende organisatie die steun biedt aan Vlaamse gemeenten/verenigingen die een band hebben met Roemenië. - Er zijn heel wat scholen met interesse voor Roemenië. Hierin ligt samenwerkingspotentieel voor lokale groepen. Bv. contacten leggen met scholen die naar Roemenië trekken. - ADR-Vlaanderen is voortdurend bezig met nieuwe contacten te leggen. ADR-Vlaanderen moet op zoek gaan naar andere instellingen, bedrijven en organisaties. A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

48


- Samenwerking met anderen op lokaal vlak is positief voor beiden. We leren hieruit ook dat je naar buiten moet komen met nieuws (positief nieuws). Mogelijkheden: Solidariteitsraad en cultuurraad in de gemeente, jaarlijks forum voor schooldirecties en leerkrachten.

A C T IE DORPEN R O E M E N IĂ‹ A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

49


BEDREIGINGEN Begeleiden van lokale ADR-groepen - Burgerschap, burgerparticipatie en lokale autoriteiten: verschuiving van de ‘klassieke’ participatiekanalen (adviesraden e.d.) naar meer autonoom participatiegedrag volgens eigen regels en eerder aansluitend bij de dynamiek van civiele participatie. Dwz: burgers die zelf activiteiten organiseren in de maatschappijvormende sfeer, zonder bemiddeling van de politieke sfeer. Zelfsturing en zelfredzaamheid zijn hier kernwoorden. Politici sluiten hierbij aan door deze initiatieven te ondersteunen en te stimuleren. Met ook een keerzijde: burgerinitiatieven worden regelmatig doodgeknepen maar ook doodgeknuffeld doordat originele initiatieven worden omarmd, omkaderd en uitvergroot door het groeiend geprofessionaliseerde beleid waardoor het vaak aan de oorspronkelijke initiatiefnemers ontsnapt of ontgroeit. Dit geeft een aantal bedreigingen voor een organisatie als ADR-Vlaanderen: o lokale en bovenlokale beleidsmakers pakken uit met het werk en de contacten van ADRVlaanderen, bv tijdens vieringen naar aanleiding van 20 jaar samenwerking. Maar de financiële waardering vanuit de overheid is zeer beperkt. Op lokaal vlak is hierin een grote diversiteit. o bij de start van ADR-Vlaanderen waren lokale autoriteiten vaak sterk betrokken d.m.v. de adoptiecampagne in Europa eind jaren ‘80. Twintig jaar later is er een nieuwe generatie van politici op lokaal vlak die deze geschiedenis niet heeft meegemaakt, en niet automatisch overtuigd is van het belang van een Roemeniëwerking. - Een aantal lokale ADR-groepen hebben de voorbije 20 jaar weinig aan vernieuwing gewerkt. Dit is nu in een aantal gevallen een bedreiging voor de eigen werking. Bv. In de meeste ADR – groepen is men overtuigd dat het organiseren van een vrouwenbeweging in hun partnerdorp/partnergemeente een positieve invloed heeft op de plaatselijke leefgemeenschap. In een van de lokale ADR-groepen wil men geen steun verlenen aan dergelijke vrouwenwerking met als argument dat dit geen tastbaar / zichtbaar resultaat geeft voor de eigen achterban. ADRVlaanderen heeft hierin een opdracht om lokale vrijwilligers te overtuigen van het belang en het waardevolle van het ondersteunen van dergelijke initiatieven. - Lokale groepen overleven moeilijk zonder koepel. - Verschillende Roemeniëwerkingen dreigen er de volgende jaren mee op te houden. Hiervoor worden diverse redenen aangehaald: de leden van de eigen groep zijn te oud, er is geen behoefte meer aan noodhulp, Roemenië is nu lid van de EU en zal veel Europese fondsen krijgen om zijn problemen aan te pakken, … . - Er bestaan bij lokale groepen nog vragen bij het ‘nut’ van de koepel en wat de koepel voor lokale groepen kan betekenen. Vooral dan bij het meer inhoudelijke deel, en de mogelijkheden van samenwerking die de koepel biedt.

ADR-Vlaanderen als kennis- en expertisecentrum - Sociaal model: het Belgische sociale zekerheidsmodel geraakt geërodeerd. Dit model is niet erg wijd verspreid, en er wordt in Centraal- en Oost-Europese landen vaak meer gekeken naar het liberale Amerikaanse model als voorbeeld. Bedreiging: het is moeilijk om een model dat hier ter discussie staat, uit te dragen naar andere landen. - Kapitalisme: dit is het economische model in heel Europa, ook Centraal- en Oost-Europa. Ook deze samenlevingen zijn meer en meer ‘consumptiemaatschappijen’ en ook in deze nieuwe lidstaten komen steeds meer solidaire en collectieve voorzieningen onder druk te staan. Staatsbedrijven worden in deze landen steeds meer geprivatiseerd, met werkloosheid tot gevolg.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

50


Er is nog veel armoede in Roemenië en omliggende landen en de ongelijkheid tussen verschillende bevolkingsgroepen wordt groter en groter. Bedreiging: In Roemenië catalogeren vele mensen ons als kapitalisten. Ze zien soms niet het werk dat achter de vele acties schuilt en vanuit welke overtuiging mensen dit allemaal vrijwillig doen. Vrijwilligers vinden voor allerlei projecten in de doellanden is dan ook niet altijd makkelijk: mensen hebben geen tijd voor collectieve systemen of het uitbouwen van een vereniging omdat ze meerdere jobs tegelijk doen om te overleven of ze verkiezen een tweede job (en dus een extra inkomen) boven meer vrije tijd.

Organisatie van het werk - Economische crisis: deze heeft zware gevolgen op diverse vlakken in COE: onderwijs, gezondheidszorg, dalende tewerkstelling, ontslagen … . Ook in Vlaanderen is de crisis voelbaar. Bedreiging in Vlaanderen: Besparingen op til op diverse domeinen. Ook op subsidielijnen zal er bespaard worden. Crisis heeft ook een ‘psychologisch’ effect op mensen. Mensen worden meer kritisch ten opzichte van wat je doet: ‘hier zijn ook grote problemen, en daar zijn jullie mee bezig!’ Bedreiging in Roemenië: Levensomstandigheden verslechteren terug en de ruimte die mensen hebben om zich buiten hun eigen job(s) in te zetten voor de samenleving, wordt kleiner. Besparingen: er is de laatste jaren minder werkingsgelden voor goede initiatieven die aan het ontstaan zijn in Roemenië en COE. Zo heeft de Roemeense regering beslist om te besparen in bv de gezondheidszorg (besparing van 15% op het budget voor prestaties van geneesheren) en het loon van ambtenaren (vanaf 1 januari een loonsvermindering voor iedereen van 25%). - De werkloosheid is groot en er zijn weinig tewerkstellingskansen (zeker op het platteland: weinig diensten, weinig infrastructuur, …). Dit zijn bedreigingen! Dit hangt ook samen met sluiting en privatisering van de economie. Dit heeft veel werkloosheid ineens veroorzaakt. - Zeer beperkte dienstensector in Roemenië. - Jonge democratie: Roemenië en de landen van de doelregio zijn jonge democratieën, maar er is weinig of geen traditie in het voeren van een democratisch beleid: zowel vanuit het perspectief van de beleidsvoerders als vanuit de burger. Bedreiging: Omdat er weinig continuïteit is in beleid(-voerders) en contactfiguren, geeft dit onzekerheid om projecten uit te werken. De bestaande corruptie in de Roemeense politiek maakt het zeer moeilijk om goede systemen op te zetten in samenwerking met de overheid. - Nadeel toetreding tot EU: hogere wegentaksen - Toetreding tot EU is positief voor de samenwerking, maar uitwisselingsprojecten beperken zich grotendeels tot steden. - Er wordt te weinig gefocust op structurele oplossingen. - ADR-groepen hebben te weinig aandacht voor duurzame ontwikkeling.

Betaalde en vrijwillige medewerkers - Vergrijzing en ontgroening van de Vlaamse bevolking: deze trend is ook zichtbaar is binnen ADRVlaanderen. Bedreiging: het werk van de vrijwilligers wordt niet automatisch overgenomen door jongere of nieuwe vrijwilligers. Er moet actief worden gezocht naar vernieuwing en verjonging. (beleidsuitdaging) - Vergrijzing van de ADR-groepen. Verjonging zowel in Vlaanderen als Roemenië moet bekeken worden. - Moeilijkheid om goede Roemeense medewerkers (partners) te vinden om projecten te uit te bouwen.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

51


Financiën - Perceptie en media: fondsenverzameling door ADR-groepen wordt moeilijker. Denkbeelden en opvattingen worden mee bepaald door de informatie die de burger en de ADR-vrijwilliger krijgt via allerlei communicatiemiddelen. Bedreiging: Roemenië is niet meer ‘hip’ en de aandacht verslapt. Dit maakt het moeilijker om fondsen te verzamelen en de interesse voor de problemen in Roemenië te blijven houden. - Economische crisis: deze heeft niet alleen zware gevolgen in Centraal- en Oost-Europa. Ook in Vlaanderen is de crisis voelbaar. Bedreigingen in Vlaanderen: er zijn besparingen op til op diverse domeinen. Ook op subsidielijnen zal er bespaard worden. Er zullen minder subsidies zijn voor de werking in Vlaanderen. ADR-Vlaanderen en ADR-groepen zullen enerzijds assertief moeten zijn om beschikbare middelen aan te grijpen, en anderzijds is het nodig om informatie te verspreiden over beschikbare subsidielijnen. Crisis heeft ook een ‘psychologisch’ effect op mensen. Mensen worden meer kritisch ten opzichte van wat je doet: ‘Hier zijn ook grote problemen, en jullie zijn in Roemenië bezig!’. - Wat als de financiële bron komt droog te staan? - Gebrek aan officiële ondersteuning. Zou moeten gebeuren voor een langere termijn op principiële/morele basis. - Dikwijls geëxploiteerd door autoriteiten zonder ondersteuning (ook financieel) vanuit hun kant. - Kleinere ADR-groepen vinden niet meer voldoende sponsoring om ondersteuning van hun partnerdorp verder uit te voeren: deze hebben steun nodig. - Wat bij de invoering van de euro? - De financiële middelen die ADR-Vlaanderen vanaf 2011 verwerft, kunnen niet worden aangewend voor activiteiten in Roemenië. Dit moet aan de lokale groepen goed duidelijk worden gemaakt.

Communicatie intern & extern - Perceptie en media: impact van BV’s. Denkbeelden en opvattingen worden mee bepaald door de informatie die de burger en ADR-vrijwilliger krijgt via allerlei communicatiemiddelen. Bedreiging: Roemenië is niet meer ‘hip’ en de aandacht verslapt. Dit maakt het moeilijker om fondsen te verzamelen en de interesse te blijven houden. De grote impact van media en BV’s in het mobiliseren van mensen rond een bepaald thema wordt een bedreiging als je er niet in lukt om je verhaal in de media te brengen. Omgekeerd: als je wel iemand onder de arm kan nemen die Roemenië mee in de picture brengt, geraak je wel ergens. En dan wordt dit een kans. Beleidsuitdaging: hierin volhouden om de (lokale) reporters te contacteren. - Neoliberale economisch beleid: een snelle groei van het neoliberale economisch beleid in Europa, zowel in West als Oost. Bedreiging: dit heeft ook invloed op vrijwilligers in de doellanden: mensen hebben geen tijd voor collectieve systemen of voor inzet in een vereniging omdat ze meerdere jobs tegelijk doen (of verkiezen een tweede job boven vrije tijd). - Beeldvorming in Vlaanderen: o Negatief imago van Roemenië in Vlaanderen. o Wijdverspreide opinie: ‘sinds de toetreding van Roemenië tot de EU is er toch geen probleem meer?’ Men denkt dat alle problemen en noden zijn opgelost en mensen vragen zich af of hulp / samenwerking nog nodig is. Dit idee moet ontkracht worden in Vlaanderen. o Roemenen worden tegenwoordig geassocieerd met inbraken, corruptie en internationaal banditisme.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

52


- Europese uitbreidingsmoeheid bij publieke opinie. - Structurele hulp is niet zichtbaar.

A C T IE DORPEN R O E M E N IĂ‹ A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

53


4.2 BELEIDSUITDAGINGEN 1

Zwakte + kans:

Rekening houdend met het feit dat een aantal werkgroepen niet functioneren en rekening houdend met het feit dat er kansen liggen in het feit dat ecologie en alternatief reizen in de lift zitten wil ADRVlaanderen investeren in de werkgroep toerisme om … 2

Sterkte + kans + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat vormingspakketten en gemeenschappelijke projecten een sterkte zijn van ADR-Vlaanderen. En rekening houdend met het feit dat een aantal lokale ADR-groepen vragende partij zijn voor nieuwe ideeën om hun werking een nieuwe dynamiek te geven en rekening houdend met het feit dat een aantal lokale ADR-groepen dreigen te stoppen omwille van gebrek aan ideeën en projectdoelen wil ADR-Vlaanderen investeren in het vinden van nieuwe uitdagingen voor lokale ADR-groepen. 3

Sterkte + kans:

Rekening houdend met feit dat ADR-Vlaanderen sterk is in ondersteuning van lokale groepen en rekening houdend met het feit dat er maatschappelijk erkenning en waardering komt voor burgerinitiatief en zelforganisaties (cfr. vierde pijler) zoals ADR-groepen wil ADR-Vlaanderen investeren in de uitbouw van de lokale groepen. 4

Sterkte + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen sterk is in begeleiding van lokale ADR-groepen en rekening houdend met het feit dat sommige ADR-groepen stilvallen als er geen koepel is wil ADRVlaanderen meer ADR-groepen betrekken bij de koepel. 5

Sterkte + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat gemeenschappelijke projecten een sterkte zijn en rekening houdend met het feit dat we zien dat ons sociaal zekerheidsmodel in Europa steeds meer in de verdrukking komt wil ADR-Vlaanderen investeren in het rekruteren van vrijwilligers die gevoelig zijn voor dit item i.f.v. een gemeenschappelijk project. 6

Sterkte + kans + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen goed is met het betrekken van vrijwilligers en rekening houdend met het feit dat nieuwe vrijwilligers nieuwe ideeën binnenbrengen en rekening houdend met het feit dat het huidige vrijwilligersbestand vergrijst wil ADR-Vlaanderen investeren in het rekruteren van nieuwe vrijwilligers. 7

Zwakte + kans:

Rekening houdend met het feit dat er vormingspakketten moeten uitgewerkt worden en rekening houdend met het feit dat er binnen ADR-Vlaanderen heel wat gemotiveerde en geëngageerde vrijwilligers zijn die een specifieke ervaring en expertise hebben wil ADR-Vlaanderen investeren om

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

54


deze vrijwilligers aan te spreken en een nieuw engagement te geven en wil ADR-Vlaanderen investeren in het opstarten van nieuwe werkgroepen. 8

Sterkte + kans:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen een sterk netwerk heeft en rekening houdend met het feit dat de partners van dit netwerk heel wat deskundigheid in huis hebben wil ADRVlaanderen deze deskundigheid gebruiken voor nieuwe vrijwilligers (in Vlaanderen en Roemenië). 9

Sterkte + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen een goed netwerk heeft met beleidsmakers en rekening houdend met het feit dat deze beleidsmakers vragen naar een argumentarium van de ADRwerking t.a.v. Centraal en Oost-Europa wil ADR-Vlaanderen communiceren over het belang van Europese samenwerking. 10

Sterkte + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat de ADR-Nieuwsbrief goed gekend en gelezen wordt en rekening houdend met het feit dat er met een aantal lokale ADR-groepen minder goed contact is wil ADRVlaanderen deze ADR-groepen uitnodigen om zelf artikels aan te leveren. 11

Sterkte + kans + bedreiging:

De toetreding van Roemenië tot de EU heeft een aantal dingen gemakkelijker gemaakt, maar ook complexer. Zo heeft de brugfunctie, Vlaanderen-Roemenië, tussen 2 culturen in de Europese context aan belang en relevantie gewonnen. Rekening houdend met de decentralisatiegedachte die zich overal doorzet en dat Roemenië een jonge democratie is waar weinig of geen traditie bestaat op het vlak van beleid voeren, is hier een taak weggelegd voor ADR-Vlaanderen i.f.v. kennisoverdracht maar ook wederzijdse leerkansen tussen Vlaanderen en Roemenië. Rekening houdend met kansen tot projectfinancieringen via Europa en de werking rond buitengrenslanden in Oost-Europa. Rekening houdend met de nadelen van de toetreding zoals verarming van de bevolking in een eerste fase, hoop op een nieuwe regelgeving, het verschuilen van politici achter Europa om niets zelf te moeten doen, en projecten die gericht zijn op steden en grootschaligheid en prestige, wil ADRVlaanderen samenwerken met EU parlementariërs en instellingen om meer duidelijkheid te scheppen en meer aangepaste projectsubsidie te bepleiten. Daarom wil ADR-Vlaanderen ook investeren in het bewustmaken in Vlaanderen over de nood tot samenwerking tussen de oude en nieuwe lidstaten als een typevoorbeeld van het Europa der burgers. 12

Zwakte + kans:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen meer gegevens moet verzamelen en analyseren en rekening houdend met het feit dat er met weinig inspanning uit een aantal gegevens die ADR verzamelt relevante informatie worden gehaald over tevredenheid en gebruik van diensten. 13

Sterkte + zwakte + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen een “unique selling proposition” heeft in Vlaanderen, zal ADR-Vlaanderen dit gebruiken om de lokale ADR-groepen te ondersteunen, aan A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

55


netwerking te doen en goede communicatie te onderhouden. Dit is iets wat beleidsstructuren op alle niveaus zouden moeten ondersteunen. 14

Zwakte + kans:

Rekening houdend met het feit dat de werking van de RvB nog verbeterd kan worden en dat de leden van de RvB nog vorming nodig hebben en rekening houdend met het feit dat er na de erkenning een financiering mogelijk is wil ADR-Vlaanderen zijn bestuurlijke werking sterker structureren en organiseren op de verschillende niveaus. 15

Zwakte + kans:

Rekening houdend met het feit dat de relatie tussen ADR-Vlaanderen en Somepro voor buitenstaanders onduidelijk is. Rekening houdend met het feit dat de professionele ondersteuning van Somepro sinds de doorstart in 2005 van ADR-Vlaanderen een rijke ervaring is geweest en een gans leerproces voor beide wil ADR-Vlaanderen zich duidelijk profileren in dit samenwerkingsverband met Somepro. 16

Zwakte + kans:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen werk moet maken van het ontwikkelen van vormingspakketten en rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen de lokale ADR-groepen moet ondersteunen in hun verdere werkwijze wil ADR-Vlaanderen investeren in het maken van pakketten die ondersteunend zijn in hun samenwerking met hun partner. 17

Zwakte + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat het imago van ADR-Vlaanderen niet actueel is en rekening houdend met het feit dat het imago van Roemenië en de Roemeen niet versterkt wordt wil ADRVlaanderen meer werk maken van een actueel en meer genuanceerd beeld. 18

Zwakte + kans + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen te weinig in Vlaanderen wonende burgers uit de nieuwe EU-lidstaten betrekt en rekening houdend met het feit dat er meer Oost-Europeanen komen. En rekening houdend met het feit dat de vele Vlamingen een negatief en stereotype beeld hebben over de Oost-Europeanen wil ADR-Vlaanderen deze mensen betrekken als (ervarings-)deskundigen. 19

Zwakte + kans:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen de aanwezige deskundigheid meer moet coördineren en dat ze te weinig COE-anen betrekt en rekening houdend met het feit dat ADRVlaanderen met specifieke thema’s wil/moet werken wil ADR-Vlaanderen de keuze maken om het vormingsaanbod te vernieuwen en uit te breiden (jonge democratieën, decentralisatie, werkloosheid, armoede, leefomstandigheden, ...) 20

Zwakte + kans:

Rekening houdend met het feit dat structurele projecten moeilijk voor te stellen zijn en tevens de externe communicatie van ADR-Vlaanderen moet verbeterd worden en rekening houdend met het

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

56


feit dat de burger en media/burger steeds kritischer is en meer naar structurele projecten vraagt wil ADR-Vlaanderen hiervan werk maken om dit op een degelijk wijze te communiceren die ook bruikbaar is voor ADR-groepen. 21

Zwakte + kans:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen werk moet maken van zijn externe communicatie en tevens met een verouderd imago kampt en rekening houdend met het feit dat sociaal-culturele verenigingen en scholen vragende partij zijn om meer kennis te krijgen van de ADRgroepen wil ADR-Vlaanderen inspelen op deze behoefte en sociaal-culturele verenigingen, leerlingen, ouders, leerkrachten, jeugdbewegingen … informeren. 22

Zwakte + kans:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen geen degelijk vrijwilligersbeleid heeft en rekening houdend met het feit dat een goed vrijwilligersbeleid meer kansen geeft (punten 1 – 5), dat het aantal vrijwilligers stabiel blijft en vrijwilligers voor verschillende motieven participeren bij ADR – Vlaanderen en de lokale ADR-groepen wil ADR-Vlaanderen investeren in een kwalitatief uitgebouwd vrijwilligersbeleid. 23

Zwakte + kans:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen een aanbod wil presenteren aan de ADRgroepen (vorming, cultuur, educatie, gemeenschapsvorming) en rekening houdend met het feit dat er andere organisaties zijn in het netwerk (bv. Miorita)wil ADR-Vlaanderen deze betrekken: eigen ADR-groepen, organisaties buiten ADR-Vlaanderen … i.f.v. supra lokale activiteiten. 24

Sterkte + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen sterk is in het ondersteunen van lokale ADRgroepen en rekening houdend met het feit dat kleinere ADR-groepen minder financiële inkomsten genereren wil ADR-Vlaanderen inspelen op deze nood via pakketten, lokale begeleiding, regionale werking … 25

Sterkte + zwakte + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen een goede RvB heeft en dat ADR-groepen minder financiële inkomsten hebben en rekening houdend met het feit dat de ADR-groepen denken dat ADR de toekomstige subsidies kan uitdelen wil ADR-Vlaanderen de bestuurders opleiden in nieuwe financiële bronnen. 26

Zwakte + kans:

Rekening houdend met het feit dat binnen ADR-Vlaanderen de aanwezige deskundigheid meer moet gecoördineerd worden en rekening houdend met het feit dat er heel wat kennis is bij vrijwilligers wil ADR-Vlaanderen investeren in een vorm van kennismanagement, investeren in aantrekken van vrijwilligers, investeren in operationele actie: hoe aanspreken, inventariseren, in werkgroepen laten actief zijn.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

57


27

Sterkte + kans + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat de regiovergaderingen, als wijze van begeleiding van de lokale afdeling als sterkte wordt beschouwd, en er anderzijds kansen liggen voor een verdere uitwerking van regionale werkingen en gezamenlijke projecten per regio moet men ook incalculeren dat lokale groepen moeilijk overleven zonder koepel en vragen hebben over wat ADR-Vlaanderen voor hun kan betekenen. ADR-Vlaanderen wil hierdoor investeren in het versterken van de regiowerking door vooral meer inhoudelijk te werken en zo mogelijkheden creëren tot samenwerking. 28

Sterkte + kans:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen een goede en positieve samenwerking heeft met Somepro en goed is in netwerking en samenwerking. Doordat er heel wat sociaal-culturele en andere organisaties in Vlaanderen zijn die bij de werking van ADR-Vlaanderen kunnen betrokken worden, wil ADR de samenwerking met Somepro actualiseren en verder zoeken naar samenwerking met andere organisaties en diensten. 29

Sterkte + kans + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat vanuit het verleden samenwerking met Vlaamse gemeentebesturen sterk benadrukt werd en lokale autoriteiten sterk betrokken waren via de adoptie campagne zijn politici in Vlaanderen op zoek naar argumenten om hun inzet en aandacht voor de Roemeniëwerkingen te rechtvaardigen. Rekening houdend met het feit dat 20 jaar later een nieuwe generatie lokale politici, die deze voorgeschiedenis niet heeft meegemaakt, is aangetreden en niet automatisch overtuigd is van het nut van deze werking wil ADR-Vlaanderen een programma uitwerken om het belang en nut van zoveel lokale vrijwilligersinzet binnen de Roemeniëcomité’s duidelijk maken aan lokale besturen en de samenwerking tussen gemeentebesturen en ADR-comité’s bevorderen. 30

Zwaktes + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat het imago van COE negatief is . En onze samenwerking met gemeentebesturen zwak. Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen een stereotype imago heeft dat in het nadeel van ADR-Vlaanderen speelt wil ADR-Vlaanderen investeren in het stimuleren van culturele initiatieven in culturele centra. 31

Zwakte + kans + bedreiging:

De aanwezigheden van de lokale groepen op ADR-Vlaanderen activiteiten moet beter, gezien de lokale groepen ADR-Vlaanderen ook als nuttig zien, leerkansen biedt voor lokale groepen en door hen erkend wordt als kenniscentrum. Rekening houdend met het feit dat de niet-vernieuwing binnen lokale werkingen bij momenten een bedreiging is voor de werking zelf en lokale groepen moeilijk kunnen overleven zonder ADR-koepel wil ADR-Vlaanderen werk maken van een grotere betrokkenheid en participatie van lokale groepen op de ADR-Vlaanderen initiatieven. 32

Zwakte + kans + bedreiging:

Rekening houdend met het feit dat de omschrijving van bestuurstaken en functies ontbreken zowel op lokaal als landelijk vlak en zijn er vragen om nieuwe vrijwilligers te laten meewerken en zich A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

58


binnen ADR-Vlaanderen te engageren. ADR-Vlaanderen heeft een grote diversiteit aan vrijwilligers waaruit een maximaal rendement kan gehaald worden mits een goed vrijwilligersbeleid en door vrijwilligers via opleiding en ervaring te kunnen laten groeien in hun kennis en kunde. Rekening houdend met de vergrijzing van de ADR groepen, moeten verjonging en vernieuwing bekeken worden wil ADR-Vlaanderen werk maken van een omschrijving van bestuurstaken en functies en hoe nieuwe vrijwilligers kunnen betrokken worden. 33

Sterkte + kans:

Rekening houdend met de sterke cultuur van participatie aan het beleid door de burger en lokale vrijwilligersgroepen in Vlaanderen en rekening houdend met het feit dat Roemenië een jonge democratie is met weinig ervaring in participatieve democratie, wil ADR-Vlaanderen investeren in vorming van onze lokale vrijwilligers om hun ervaring in participatieve democratie door te geven. 34

Sterke + bedreiging + kans:

Rekening houdend met het feit dat het gezondheidsproject in Roemenië een van onze sterke gemeenschappelijke projecten is waarbij verscheidene lokale ADR-groepen betrokken zijn, bovendien rekening houdend met het feit dat vele lokale groepen het moeilijk hebben om nieuwe vrijwilligers aan te trekken, wil ADR-Vlaanderen het aangaan van partnerschappen met lokale ziekenhuizen of andere medische instellingen aanmoedigen in functie van het ontwikkelen van het gezondheidsproject in Roemenië. 35

Zwakte + kans:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen beschikt over een beperkt budget om professionele medewerkers aan te trekken en rekening houdend met het feit dat de deskundigheid onder de lokale vrijwilligers vrij groot is en bovendien heel wat vrijwilligers beschikken over vrije tijd die ze nuttig willen invullen, wil ADR-Vlaanderen investeren in het aantrekken van vrijwilligers die één of meerdere dagen per maand willen meewerken aan concreet afgelijnde administratieve taken. 36

Sterkte +zwakte + kans:

Omdat ADR-Vlaanderen sterk is in netwerking en onze lokale groepen nood hebben aan nieuwe ideeën willen we investeren in het engageren van onze netwerkorganisaties in een samenwerking met de ADR-groepen. 37

Bedreiging + zwakte:

Omdat het beeld van de publieke opinie over Roemenië en zijn inwoners vrij stereotype is en omdat de inhoud van onze werking vrij onbekend is bij het grote publiek wil ADR-Vlaanderen investeren in de uitbouw van goeie contacten in de media: zowel bij lokale televisie, geschreven pers als radio, … . 38

Bedreiging +zwakte:

Rekening houdend met het feit dat ADR-Vlaanderen ervaring heeft met de professionele samenwerking met Somepro. Rekening houdend met het feit dat de professionele samenwerking met Somepro moet worden uitgeklaard en de kans dat er dankzij de subsidies zelfs een kracht kan worden aangenomen wil ADR-Vlaanderen investeren aan een eigen personeelsbeleid.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

59


5. BELEIDSOPTIES De uitgebreide lijst met beleidsuitdagingen werd in zes clusters ondergebracht. Per clusters werden de beleidsuitdagingen samengebracht tot 4 of 5 beleidsopties. Deze opties lijsten we hieronder op. Om deze beleidsopties te kunnen realiseren, is er één voorwaardenscheppende beleidsoptie die we vooropstellen: de aanwerving van een eigen beroepskracht voor ADR-Vlaanderen. De beleidsopties en doelstellingen die we in dit deel van het beleidsplan uitwerken, zijn slechts realiseerbaar op voorwaarde dat ADR-Vlaanderen de stap van een volledige vrijwilligersorganisatie naar een professionele organisatie zet, met de aanwerving van minimum één beroepskracht. Daarom plaatsen we deze aanwerving niet op dezelfde lijn als de andere beleidsopties, maar ervoor, als voorwaardenscheppende doelstelling. 22

Begeleiden van ADR-groepen 1. 2. 3. 4.

66

Activiteiten 1. Maatschappelijke activering berust op de noodzaak tussen de samenwerking tussen oude en nieuwe EU-lidstaten. 2. Inventarisatie van de mogelijkheden om de culturele en gemeenschapsfunctie op te bouwen. 3. Samenwerking opbouwen op basis van de inventarisatie. 4. Formuleren van een eigen aanbod voor culturele en gemeenschapsvormende activiteiten.

11

99

Inventarisatie van de werking & noden bepalen. Formuleren van een vernieuwd aanbod steunen op de voorgaande optie. Via de regiowerking kunnen we de ADR-groepen ondersteunen. Via het herwerken en vernieuwen en uitbreiden van vormingspakketten en gemeenschappelijke projecten.

Communicatie en netwerking

55

1. Intern: a. registratiesysteem van lokale activiteiten en bestuurlijke werking. b. ADR-groepen betrekken bij de opmaak van de NB en ADR-Flash. 2. Extern: a. de NB ruimer te verspreiden. 3. Profiel a. ADR gebruikt de unique selling proposition als profilering van de organisatie. b. een communicatieplan wordt opgemaakt. 4. Netwerking a. vorming van ADR-groepen i.f.v. de samenwerking met lokale besturen. b. jumelages promoten. c. culturele centra worden prioritaire partners voor culturele activiteiten. d. prioritaire partners betrekken bij de gemeenschappelijke projecten.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

60


33

Kennis & expertisecentrum

22

44

1. Inventaris maken kennis en expertise bij bereidwillige vrijwilligers. 2. Opstarten van werkgroepen die deze kennis en expertise omzetten in bruikbare informatie voor ADR-Vlaanderen, ADR-groepen en geĂŻnteresseerden. 3. Voor Europese samenwerking te bewerkstelligen wordt er een argumentarium en beleidsvoorbereidend materiaal verzameld. 4. Uitschrijven van de unique selling proposition/position. 5. ADR-Vlaanderen verzamelt informatie en expertise over financiering en subsidiekanalen.

Vrijwillige en professionele medewerkers

33

1. ADR-Vlaanderen bouwt een kwalitatief vrijwilligersbeleid uit voor planning, taakontwerp, werving, begeleiding, opleiding van vrijwilligers met aandacht voor diversiteit. 2. ADR-Vlaanderen bouwt een personeelsbeleid uit voor de tewerkstelling van haar personeel(sleden). 3. I.f.v. diversiteit en expertise zal ADR-Vlaanderen COE-anen, die in Vlaanderen verblijven, betrekken bij de werking als ervaringsdeskundige. 4. ADR-Vlaanderen betrekt vrijwilligers als ondersteuning van het landelijk secretariaat en kenniscentrum.

11 11

99

Bestuur, beheer en structuur

22

1. 2. 3. 4.

ADR-Vlaanderen wil zijn regionale structuur versterken. ADR-Vlaanderen start themagerichte werkgroepen op. ADR-Vlaanderen beschikt over een registratiesysteem voor klachten en suggesties. ADR-Vlaanderen stelt een samenwerkingsovereenkomst op om de samenwerking met Somepro duidelijk uit te klaren. 5. ADR-Vlaanderen zal een plan opmaken om de samenwerking met sociaal-culturele verenigingen en andere organisaties/instellingen te organiseren.

A C T IE DORPEN R O E M E N IĂ‹ A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

61


6.STRATEGISCHE EN OPERATIONELE DOELSTELLINGEN VAN ADRVLAANDEREN Wenk voor de lezer: waar ieder van de operationele doelstellingen onder een strategische doelstelling tegemoetkomt aan een bepaald beoordelingselement, is het symbool van dit beoordelingselement terug te vinden naast de strategische doelstelling. Waar slechts één of enkele operationele doelstellingen relevant zijn voor het beoordelingselement, wordt de verwijzing naast de operationele doelstelling(en) geplaatst. 11

STRATEGISCHE DOELSTELLING 1: BEGELEIDING VAN LOKALE GROEPEN

22

Tegen 2015 worden alle ADR-groepen georganiseerd en gestructureerd begeleid.

44 11 00 33

Uit de gegevensanalyse blijkt duidelijk dat de ADR-groepen ondersteuning nodig hebben. ADRVlaanderen wil dit op een gestructureerde en georganiseerde wijze doen. Deze werkwijze ziet ADRVlaanderen voornamelijk als: een vernieuwd activiteitenaanbod, ondersteuning van de regio, nieuwe vormingspakketten en gemeenschappelijke projecten, dit allemaal steunend op de inventarisatie van de noden en behoeften van lokale ADR-groepen.

77

66

OD 1.1: Tegen eind 2011 beschikt ADR-Vlaanderen over een rapport met een inventarisatie van de noden van de volledige werking van de ADR-groepen.

55

   

Indicator: het rapport Meetnorm: het rapport met alle ADR-groepen Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

OD 1.2: Tegen midden 2012 beschikt ADR-Vlaanderen over een activiteitenaanbod steunend op het rapport.    

Indicator: activiteitenaanbod Meetnorm: het moet aanwezig zijn Meeteigenaar: RvB Meetcontroleur: RvB

OD 1.3: Tegen eind 2015 volgen alle regiovergaderingen een door ADR-Vlaanderen uitgestippelde procedure.     A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

Indicator: alle regiovergaderingen volgen de procedure Meetnorm: in alle regio’s Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

62


99

OD 1.4: Tegen eind 2015 heeft ADR-Vlaanderen minimaal 3 gemeenschappelijke projecten lopen.    

66

Indicator: gemeenschappelijke projecten Meetnorm: minimaal 3 Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

OD 1.5: Vanaf 2011 wordt er jaarlijks een nieuw vormingspakket afgewerkt en aangeboden.    

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

Indicator: nieuwe vormingspakketten Meetnorm: 1 per jaar Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

63


STRATEGISCHE DOELSTELLING 2: ACTIVITEITEN 55 11 00 11 77

88

Tegen 2015 heeft ADR-Vlaanderen een aanbod van maatschappelijke activering, cultuur en gemeenschapsvorming ontwikkeld en gerealiseerd. ADR-Vlaanderen vindt het prioritair om de 4 basisfuncties van het sociaal-cultureel werk te realiseren gedurende de beleidsperiode. Daarom worden 3 van de functies, met name de maatschappelijke activeringsfunctie, de gemeenschapsvormende functie en de culturele functie in deze strategisch doelstelling gerealiseerd. De educatieve functie wordt gerealiseerd in het kader van strategische doelstelling 1.

OD 2.1: Vanaf 2012 gebruiken jaarlijks minimaal 10 ADR-groepen de basistekst rond ‘het belang van samenwerking tussen oude EU-lidstaten en nieuwe Centraal en Oost-Europese lidstaten als maatschappelijke activering’ in hun werking.    

Indicator: aantal ADR-groepen Meetnorm: 10 aantal Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

OD 2.2: Vanaf januari 2012 biedt ADR-Vlaanderen actieve informatie aan over culturele en gemeenschapsvormende activiteiten die ADR-groepen kunnen organiseren of waaraan ze kunnen deelnemen.    

99

OD 2.3: Tegen juni 2015 zijn er minimaal 8 culturele en gemeenschapsvormende activiteiten georganiseerd in een samenwerkingsverband tussen minimaal 2 ADR-groepen.    

88

Indicator: aantal ADR-Flash-berichten met actieve informatie Meetnorm: minimaal 12 per jaar Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

Indicator: aantal samenwerkingsactiviteiten op cultureel of gemeenschapsvormend vlak en het aantal ADR-groepen die samenwerken Meetnorm: minimaal 8 activiteiten met minimaal 2 ADR-groepen gedurende de beleidsperiode Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

OD 2.4: Vanaf begin 2012 organiseert ADR-Vlaanderen als koepel minimaal jaarlijks 1 culturele en 1 gemeenschapsvormende activiteit.

66

   

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

Indicator: aantal culturele en gemeenschapsvormende activiteiten Meetnorm: jaarlijks 1 culturele en 1 gemeenschapsvormende activiteit Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

64


STRATEGISCHE DOELSTELLING 3: COMMUNICATIE 11 00

Tegen eind 2015 is zowel de interne als externe communicatie van ADRVlaanderen uitgebouwd.

55

ADR-Vlaanderen is redelijk tevreden over haar communicatie met de lokale groepen. Daarom wil ze zich in deze beleidsperiode toespitsen op het verder uitwerken van 2 aspecten: ADRVlaanderen zal enerzijds een registratiesysteem van activiteiten opzetten en anderzijds de lokale groepen sterker betrekken bij de opmaak van de ADR-Nieuwsbrief. ADR-Vlaanderen moet zich profileren als nieuwe sociaal-culturele organisatie en haar externe communicatie daarop baseren. Daarom wordt de communicatie in zijn geheel aangepakt via een professioneel opgesteld communicatieplan voor zowel de externe als de interne communicatie van de organisatie. Een bijzonder aandachtspunt in dit communicatieplan zal de website van ADRVlaanderen zijn. Op dit moment wordt er aan de webstek te weinig aandacht besteed. Dit willen we in de toekomst veranderen.

11

OD 3.1: Tegen eind maart 2011 beschikt ADR-Vlaanderen over een registratiesysteem om de lokale activiteiten en de bestuurlijke werking te inventariseren.    

33 22

OD 3.2: Vanaf de eerste ADR-Nieuwsbrief van de beleidsperiode bevat elke ADR-Nieuwsbrief artikelen van minimaal 2 ADR-groepen die de laatste 3 jaar niet aan bod kwamen in de ADRNieuwsbrief.

44

   

22

Indicator: het registratiesysteem Meetnorm: bruikbaarheid van het systeem tegen eind maart Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

Indicator: het aantal artikels van groepen die in de ADR-Nieuwsbrief verschijnen Meetnorm: in iedere NB minstens 2 groepen die de voorbije 3 jaren niet aan bod kwamen. Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

OD 3.3: Tegen juni 2011 ontvangen alle gemeentebesturen waar leden van ADR-Vlaanderen actief zijn en alle provinciebesturen de ADR-Nieuwsbrief.    

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

Indicator: het aantal gemeenten die een NB krijgen Meetnorm: alle gemeenten waar een lid van ADR-Vlaanderen actief is Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

65


OD 3.4: Tegen eind 2012 beschikt ADR-Vlaanderen over een extern en intern communicatieplan.    

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

Indicator: aanwezigheid van een communicatieplan Meetnorm: het plan is klaar eind 2012 Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

66


11 44 99 11 00 77

STRATEGISCHE DOELSTELLING 4: NETWERKING Tegen eind 2015 heeft ADR-Vlaanderen een ruim samenwerkingsnetwerk. ADR-Vlaanderen werkt goed samen met een aantal partners, maar deze samenwerking is tot nu toe nog niet geformaliseerd. ADR-Vlaanderen streeft er in deze doelstelling naar om de netwerking te concretiseren en uit te breiden. OD 4.1: Tegen juli 2012 beschikt ADR-Vlaanderen over een actieplan om lokale ADR-groepen te stimuleren tot samenwerking met lokale gemeentebesturen.

22

   

Indicator: aanwezigheid van het plan Meetnorm: actiegericht plan klaar tegen juli 2012 Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

OD 4.2: ADR-Vlaanderen heeft tegen eind 2015, in samenwerking met VVSG, per regio gemiddeld 1 activiteit rond jumelages gerealiseerd.    

77

OD 4.3: Vanaf 2011 wil ADR-Vlaanderen minimaal 2 gemeenschaps- of cultuurcentra per jaar betrekken bij activiteiten van de koepel of van ADR-groepen.    

77

Indicator: aantal activiteiten rond jumelages i.s.m. VVSG Meetnorm: gemiddeld 1 per regio Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

Indicator: het aantal activiteiten in gemeenschaps- of culturele centra Meetnorm: 1. twee activiteiten per jaar. 2. De activiteit is gepubliceerd in de eigen communicatie van het gemeenschaps- of cultureel centrum Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

0D 4.4: Tegen het einde van de beleidsperiode zijn er minimaal 5 prioritaire partners betrokken bij de werking van ADR-Vlaanderen.    

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

Indicator: aantal betrokken partners Meetnorm: minimaal 5 bewezen samenwerkingen Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

67


55 11 00 11 11

44 33

STRATEGISCHE DOELSTELLING 5: KENNIS- & EXPERTISECENTRUM Tegen einde 2015 is het kennis- en expertisecentrum van ADR-Vlaanderen operationeel. ADR-Vlaanderen beschikt over een enorme kennis en expertise over samenwerking tussen de oude en nieuwe EU-landen. Deze kennis wordt niet geordend en dus niet optimaal gebruikt. Daarom ligt het voor de hand dat ADR-Vlaanderen een kennis- en expertisecentrum opstart. In deze beleidsperiode leggen we de nadruk op inventarisatie en de uitbouw van een basis van het expertisecentrum. OD 5.1: Vanaf eind 2012 beschikt ADR-Vlaanderen over een groeiend gegevensbestand waarin minimaal 20 vrijwilligers gekoppeld worden aan hun kennis en deskundigheid.  

77

 

22

OD 5.2: Tegen eind 2015 heeft ADR-Vlaanderen 5 werkgroepen die informatie gebruiksklaar maken voor de vermelde doelgroepen.

44

11

77

33

66

99

   

Indicator: werkgroepen Meetnorm: 5 werkgroepen Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

OD 5.3: Tegen eind 2011 bezit ADR-Vlaanderen een nota die het unieke en de meerwaarde van ADR –Vlaanderen in Vlaanderen weergeeft.    

66

Indicator: gegevensbestand Meetnorm: 1. het bestand moet aanwezig zijn 2. minimaal 20 vrijwilligers tegen eind 2012. Meeteigenaar: beroepskracht Meetcontroleur: RvB

Indicator: de nota Meetnorm: de nota die de doelstelling realiseert Meeteigenaar: RvB Meetcontroleur: RvB

OD 5.4: Tegen eind 2012 biedt ADR-Vlaanderen een dossier aan in verband met het aanboren van financierings- en subsidiekanalen.

99

   

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

Indicator: het dossier Meetnorm: het dossier dat de doelstelling realiseert Meeteigenaar: de beroepskracht Meetcontroleur: RvB

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

68


STRATEGISCHE DOELSTELLING 6: VRIJWILLIGE EN PROFESSIONELE MEDEWERKERS

33

Tegen 2015 heeft ADR-Vlaanderen een uitgewerkt en toegepast kwalitatief medewerkerbeleid.

44 11 11

ADR-Vlaanderen is en blijft een vrijwilligersorganisatie, vanaf 2011 ondersteund door minstens één beroepskracht. Om de inzet van vrijwillige en betaalde medewerkers te optimaliseren opteren we voor het uitschrijven van kwalitatieve medewerkerplannen voor zowel vrijwillige als betaalde medewerkers. Vermits diversiteit voor ADR-Vlaanderen zeer belangrijk is moeten beide plannen dit aspect ook weergeven. ADR-Vlaanderen wil blijven inzetten op het maximaal betrekken van vrijwilligers bij zijn werking.

11 00

88

OD 6.1 Tegen eind 2011 beschikt ADR-Vlaanderen over een volledig vrijwilligersbeleidsplan met aandacht voor diversiteit.

22

   

88

OD 6.2 Tegen begin 2011 beschikt ADR-Vlaanderen over een personeelsbeleidsplan.

22

88 44

Indicator: het vrijwilligersbeleidsplan Meetnorm: het plan moet aanwezig zijn, voor planning, taakontwerp, werving, begeleiding en opleiding van vrijwilligers. Meeteigenaar: RvB Meetcontroleur: RvB

   

Indicator: het plan Meetnorm: het plan moet er zijn Meeteigenaar: RvB Meetcontroleur: RvB

OD 6.3: Vanaf half 2012 vertoont het aantal Centraal- en Oost - Europeanen die in Vlaanderen verblijven en die betrokken zijn bij ADR-Vlaanderen een stijgende trend.    

Indicator: het aantal ervaringsdeskundigen uit COE Meetnorm: stijgende trend Meeteigenaar: de beroepskracht Meetcontroleur: RvB

OD 6.4: ADR-Vlaanderen betrekt vanaf 2011 minimaal twee vrijwilligers ter ondersteuning van het landelijk secretariaat en kenniscentrum.    

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

Indicator: het aantal betrokken vrijwilligers bij het secretariaat Meetnorm: minimaal 2 Meeteigenaar: de beroepskracht Meetcontroleur: RvB

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

69


STRATEGISCHE DOELSTELLING 7: BESTUUR, BEHEER EN STRUCTUUR 11 00

Tegen eind 2015 is de organisatiestructuur van ADR-Vlaanderen doelmatig uitgewerkt. Gezien de erkenning en subsidiering als sociaal-culturele vereniging heeft ADR-Vlaanderen meer behoefte aan een doeltreffende organisatiestructuur. Prioriteiten voor deze beleidsperiode zijn: de uitbouw van de regio’s, de netwerking met andere sociaal-culturele organisaties en duidelijkheid in de relatie met Somepro . Gezien de professionalisering van de structuur kunnen we nu ook meer systematisch aandacht geven aan feedback.

33

OD 7.1 Tegen eind 2012 gaan er in iedere ADR-regio minimum 3 samenkomsten per jaar door.    

22 44

44

OD 7.2: In de beleidsperiode 2011 – 2015 vertoont de aanwezigheid van de lokale ADR-groepen op regiovergaderingen een stijgende tendens.

33

44 33

Indicator: aantal samenkomsten per jaar Meetnorm: minimum 3 Meeteigenaar: de beroepskracht Meetcontroleur: RvB

   

Indicator: aanwezigheid op de regiosamenkomsten Meetnorm: stijging voor alle regio’s samen Meeteigenaar: de beroepskracht Meetcontroleur: RvB

OD 7.3: Tegen eind 2011 beschikt ADR-Vlaanderen over een registratiesysteem voor de klachten en suggesties.    

55

Indicator: het registratiesysteem Meetnorm: werkbaar vanaf eind 2011 Meeteigenaar: de beroepskracht Meetcontroleur: RvB

OD 7.4: Tegen juni 2011 beschikken ADR-Vlaanderen en Somepro over een samenwerkingsovereenkomst die de samenwerking tussen beide organisaties omschrijft.    

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

Indicator: samenwerkingsovereenkomst Meetnorm: klaar tegen juni 2011. Duidelijke omschrijving van taken. Meeteigenaar: de beroepskracht Meetcontroleur: RvB

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

70


44

OD 7.5: Tegen eind 2011 beschikt ADR-Vlaanderen over een plan om de samenwerking met andere sociaal-culturele organisaties te organiseren.

99

   

77 11

Indicator: het plan Meetnorm: aanwezig tegen eind 2011 Meeteigenaar: de beroepskracht Meetcontroleur: RvB

OD 7.6: Midden 2013 organiseert de RvB van ADR-Vlaanderen een mid-evaluatie van het lopende beleidsplan.    

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

Indicator: het evaluatiemoment Meetnorm: de RvB komt in de tweede helft van 2013 samen Meeteigenaar: de beroepskracht Meetcontroleur: RvB

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

71


7.MENSEN EN MIDDELEN De doelstellingen moeten in praktijk gebracht worden en leiden tot een resultaat. Daarom moet in dit beleidsplan aandacht gegeven worden aan de wijze waarop deze doelstellingen worden gerealiseerd. ADR-Vlaanderen dient hiervoor haar mensen en middelen in te zetten. In dit hoofdstuk wordt de inzet van mensen en middelen beschreven hoe ADR-Vlaanderen zijn doelstellingen wil realiseren over een periode van 5 jaar. Buiten dit beleidsplan 2011 – 2015 is ADR-Vlaanderen bij decreet verplicht om jaarlijks een jaarplan te maken dat preciezer deze inzet van middelen beschrijft en dat nauwkeuriger kan inspelen op de actuele situatie van ADR-Vlaanderen, de ADR-groepen en de omgevingsfactoren.

7.1 MENSEN We onderscheiden hierin de inzet van: 1. Vrijwilligers: uit ADR-groepen, ADR-werkgroepen, bestuur. 2. Beroepskrachten: eigen beroepskrachten vanaf 2011. 3. Externe experten of organisaties: andere mensen of organisaties buiten ADR-Vlaanderen. Vrijwilligers:  ADR-Vlaanderen wil zijn missie realiseren door inzet van mensen die zich vrijwillig inzetten.  Ook al zal ADR-Vlaanderen beroepskrachten aanwerven, ze wenst te benadrukken dat vrijwilligers blijvend zullen ingeschakeld worden op de verschillende niveaus en gewaardeerd worden om de doelstellingen te realiseren. Er dient te worden voorkomen dat de beroepskrachten alle taken krijgen toegeschoven of dat de beroepskrachten zelf alle initiatief en inzet van vrijwilligers wegzuigen. Beroepskrachten:  Om de doestellingen te realiseren en vrijwilligers hierin te ondersteunen werft ADR-Vlaanderen beroepskrachten aan.  Meer informatie over ‘beroepskracht’ vind u als lezer bij de rubriek ‘7.2 Middelen’. Externe experten of organisaties:  ADR-Vlaanderen gaat op zoek bij anderen om expertise te vinden voor het realiseren van bepaalde doelstellingen. Kwalitatieve uitbouw van de vereniging vraagt een degelijke kennis.  ADR-Vlaanderen zal waar nodig en binnen de perken van de financiële mogelijkheden dit buiten de organisatie zoeken. Dit kan zowel voor allerlei doelen zijn: bestuurlijke, werking, praktische ondersteuning … .  Uiteraard kan externe expertise zowel op vrijwillige basis als tegen vergoeding aangetrokken worden. Leeswijzer:  In de volgende bladzijden vindt u per strategische en operationele doelstelling een beschrijving hoe deze gerealiseerd wordt in de komende vijf jaar. In een tabel zijn de verschillende fasen vermeld plus wie er betrokken partij is en de betreffende data. Onder

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

72


elke tabel is meer toelichting gegeven. Per jaar wordt in een apart jaarplan nog meer toelichting gegeven wat er dat jaar gebeuren moet. Toelichting tabellen:  Actie: dit verwijst naar ‘wat’ er moet gebeuren. Het is een fase die in principe een start en een eindmoment heeft. Soms overlappen deze fasen elkaar.  Wie neemt initiatief: dit verwijst naar de mensen die de stap nemen of de keuze maken om de actie van start te laten gaan.  Wie voert uit: dit verwijst naar de mensen die de actie ter hand nemen en er verder hun tijd en energie in steken i.f.v. de realisatie.  Start actie: dit verwijst naar de maand waarin de actie wordt uitgevoerd.  Einde actie: dit verwijst naar de maand waarin de actie moet gerealiseerd zijn.  Extra noot 1: De RvB draagt steeds de eindverantwoordelijkheid binnen de vereniging. Dit is niet expliciet opgenomen binnen dit hoofdstuk.  Extra noot 2: Als er 2 partijen zijn die initiatief nemen of die zorgen voor de uitvoering, dienen er onderling klare afspraken gemaakt te worden.

Noot: 

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

1

1 Bij het uitschrijven van de acties (volgende bladzijden werden er geen symbolen van de beoordelingselementen voor de tekst gezet. bij het jaarplan is dit wel gedaan. daaruit blijkt dat bij het verfijnen van de acties in het jaarplan, meerdere (nieuwe) beoordelingselementen naar voor komen. We verwijzen hiervoor graag door naar het Jaarplan 2011.

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

73


STRATEGISCHE DOELSTELLING 1:BEGELEIDING VAN LOKALE GROEPEN Tegen 2015 worden alle ADR-groepen georganiseerd en gestructureerd begeleid. OD 1.1: Tegen eind 2011 beschikt ADR-Vlaanderen over een rapport met een inventarisatie van de noden van de volledige werking van de ADR-groepen. Actie Bevragingsplan opmaken

Wie neemt initiatief RvB

Bevraging bezorgen en opvragen aan de ADR-groepen Verwerking gegevens

Beroepskracht

Uitschrijven rapport

Beroepskracht

Beroepskracht

Wie voert uit Beroepskracht Externen Beroepskracht Beroepskracht Vrijwilligers Externen Beroepskracht Externen

Start Actie

Einde actie

Februari 2011 Juni 2011 Septembe r 2011

Mei 2011 Oktober 2011 November 2001

December 2011

December 2011

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Beoordeling rapport door de RvB.  Regiovergaderingen: terugkoppeling. Tijdens de opmaak van het beleidsplan werd een heleboel informatie verzameld vanuit de ADRgroepen, die het planningsteam heeft geholpen in het vastleggen van gedragen doelstellingen. Aan het begin van de beleidsperiode zullen we nog een stap verder zetten in deze informatieverzameling om zo gedurende de komende 5 jaar een aanbod te kunnen doen dat optimaal inspeelt op de interesses en de noden van de ADR-groepen. De RvB bepaalt het kader van de inventaris (bevraging) en gaat op zoek naar externe ondersteuning (kennis en ervaring) om deze inventaris (bevraging) kwalitatief uit te voeren en te verwerken. De educatieve beroepskracht werkt deze bevraging verder uit in overleg met de externe ondersteuning en in terugkoppeling met de RvB. Tegen de AV van mei 2011 is de enquête klaar en wordt het toegezonden aan de ADR-groepen. Op de AV en op de regiovergaderingen wordt deze bevraging toegelicht en aangemoedigd. Gedurende de daaropvolgende maanden worden de antwoorden verwacht. Er wordt energie gestoken in het opvragen van antwoorden die niet spontaan terugkomen. De administratieve beroepskracht van het ADR-secretariaat start reeds met de gegevensverwerking van de spontaan toegekomen antwoorden. Wanneer een aanvaardbaar aantal antwoorden is toegekomen, wordt er verwerking afgerond en start de analyse van de gegevens en de daaruit volgende conclusies. Dit wordt in een rapport gegoten waarvan de educatieve beroepskracht de redactie voert. Deze rapportering worden aan de RvB bezorgd die het rapport interpreteert en daaruit de nodige besluiten trekt. Het rapport en de besluiten worden teruggekoppeld naar de regiovergaderingen. De resultaten van deze bevraging zullen een basis vormen voor de realisatie van meerdere doelstellingen die hierna worden besproken.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

74


OD 1.2: Tegen midden 2012 beschikt ADR-Vlaanderen over een activiteitenaanbod steunend op het rapport Actie Beoordeling rapport OD 1.1

Wie neemt initiatief RvB

Start werkgroep ‘Activiteiten’

RvB

Keuzes maken

RvB Werkgroep Werkgroep

Creëren activiteitenaanbod Uitschrijven rapport

Werkgroep Beroepskracht

Wie voert uit Beroepskracht Werkgroep RvB Beroepskracht RvB Werkgroep Beroepskracht Werkgroep Beroepskracht

Start Actie

Einde actie

Januari 2012 Februari 2012 Februari 2012 April 2012 November 2012

februari 2012 April 2012 April 2012 Oktober 2012 December 2012

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Voor de volgende 3 jaren van de beleidsperiode jaarlijks een activiteitenaanbod voorzien.  De werkgroep Activiteiten.  Regiovergaderingen: terugkoppeling. De RvB bespreekt het rapport van OD 1.1. Op basis daarvan zal een richting gegeven worden aan de wijze waarop verder gewerkt wordt aan het ontwikkelen van een activiteitenaanbod dat ondersteunend is voor de ADR-groepen. Een groep vrijwilligers en de educatieve beroepskracht (hier voorlopig ‘werkgroep Activiteiten’ genoemd) draagt deze opdracht verder. Het is de RvB die beslist of dit een permanente werkgroep wordt dan wel een occasionele werkgroep. Voor de ADR-groepen gaat deze werkgroep op zoek naar een geschikt activiteitenaanbod dat aansluit bij de 4 kernfuncties van het sociaal-culturele verenigingwerk. De activiteiten kunnen op lokaal vlak door een ADRgroepen gerealiseerd worden, maar er wordt ook werk gemaakt van activiteiten met een landelijk karakter. De educatieve beroepskracht ondersteunt deze werkgroep en is tevens redacteur van het rapport waarin een activiteitenaanbod wordt voorgesteld. Deze rapportering wordt aan de RvB bezorgd die het rapport interpreteert en daaruit de nodige besluiten trekt. Het rapport en de besluiten worden teruggekoppeld naar de regiovergaderingen; tussentijdse rapportering kan reeds gebeuren in de loop van het werkjaar 2012.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

75


OD 1.3: Tegen eind 2015 volgen alle regiovergaderingen een door ADR uitgestippelde procedure. Actie Analyse van de huidige regiovergaderingen Actieplan opstellen & uitvoeren Begeleiding van de regiovergaderingen

Wie neemt initiatief RvB RvB Beroepskracht

Wie voert uit RvB Beroepskracht Beroepskracht RvB Beroepskracht

Start Actie

Einde actie

Februari 2011 Januari 2012 Januari 2012

December 2011 December 2015 December 2015

Blijvende acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Opvolging: beleidsplan 2016 – 2020 De regiovergaderingen zijn voor ADR-Vlaanderen een belangrijk niveau waar vorming en uitwisseling tussen ADR-groepen plaatsvinden. De RvB laat in het bevragingsplan van OD 1.1 een luik opnemen dat peilt naar de noden en behoeften van de regiovergaderingen. Ook uit de bevraging die gebeurd is n.a.v. de gegevensverzameling i.f.v. het beleidsplan zijn elementen te halen. Op basis van deze 2 gegevensverzamelingen wordt er verder gewerkt aan een uitgestippelde procedure (actieplan) voor de regiovergaderingen, met het oog op zinvolle en inhoudelijk sterke regiovergaderingen. Gedurende de beleidsperiode zal er binnen de ADR-structuren (ook de regiovergaderingen) de nodige dialoog zijn om deze doelstelling te realiseren tegen december 2015.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

76


OD 1.4: Tegen eind 2015 heeft ADR-Vlaanderen minimaal 3 gemeenschappelijke projecten lopen. Actie Onderzoeken van de mogelijkheden Keuze van de gemeenschappelijke projecten Opzetten van gemeenschappelijke projecten Promotie gemeenschappelijke projecten

Wie neemt initiatief RvB RvB Werkgroep Werkgroep

Begeleiding betrokken ADR-groepen

Beroepskracht

Evaluatie gemeenschappelijke projecten

Werkgroep

Wie voert uit RvB Werkgroep RvB Werkgroep Werkgroep Beroepskracht RvB Werkgroep Beroepskracht Beroepskracht RvB Werkgroep Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Februari 2011 Januari 2012 Januari 2012 Januari 2012

December 2011 Februari 2012 December 2015 December 2015

Januari 2012 Januari 2015

December 2015 April 2015

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Opvolging: beleidsplan 2016 – 2020 Gemeenschappelijke projecten van meerdere ADR-groepen samen zijn een formule waarvan de laatste jaren meer en meer gebruik wordt gemaakt binnen ADR-Vlaanderen. In de komende beleidsperiode werken we verder op dit spoor. We onderzoeken de mogelijkheden voor gemeenschappelijke projecten via 3 wegen. De RvB laat ten eerste in het bevragingsplan van OD 1.1 een luik opnemen dat peilt naar de interesse en de noden en behoeften t.a.v. van de gemeenschappelijke projecten. Daarnaast wordt dit op de regiovergaderingen een belangrijk item waarover gesprek noodzakelijk is. Ten derde wordt er rekening gehouden met de bestaande mogelijkheden die zich op het huidige werkveld aanbieden. Uit deze 3 wegen van gegevensverzameling wordt er een keuze gemaakt en vervolgens verder gewerkt aan aanbod dat aansluit bij de ADR-groepen. Bij het opzetten van de gemeenschappelijke projecten dient er ook overleg te zijn met externe organisaties/verenigingen die vanuit hun kennis en expertise deze gemeenschappelijke projecten mee kunnen uitbouwen en versterken. De gemeenschappelijke projecten dienen de nodige promotie te krijgen naar enerzijds de ADR-groepen en de lokale bestuursleden/vrijwilligers en anderzijds naar de buitenwereld (achterban lokale ADR-groepen, ruimere gemeenschap …). De educatieve beroepskracht begeleidt de ADR-groepen in hun deelname in de gemeenschappelijke projecten. Er wordt daarbij aandacht gegeven aan de betrokkenheid van vrijwilligers en de mogelijkheden die er zijn in samenwerking met andere (sociaal-culturele) verenigingen en betrokkenheid van nieuwe burgers uit COE. In de eerste maanden van 2015 dient er een evaluatie te gebeuren van de gemeenschappelijke projecten i.f.v. het verder verloop.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

77


OD 1.5: Vanaf 2011 wordt er jaarlijks een nieuw vormingspakket afgewerkt en aangeboden Actie Ideeën verzamelen

Wie neemt initiatief RvB

Keuze maken

RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht RvB

Uitwerken vormingspakket

Beroepskracht

Beroepskracht

Start actie

Eind actie

Maart 2011 Septembe r 2011 Oktober 2011

Juni 2011 Oktober 2011 December 2015

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Opvolging: beleidsplan 2016 – 2020 Vormingspakketten bieden aan ADR-groepen een informatief pakket rond een welbepaald thema, waar zij als individuele werking of samen met andere ADR-groepen mee aan de slag kunnen. Vormingspakketten kunnen zowel gericht zijn op inhoudelijke thema’s en samenwerking met de Roemeense partner als op thema’s rond bestuurlijke werking, werken met vrijwilligers, e.d.. De educatieve beroepskracht en de leden van de RvB verzamelen ideeën via allerlei kanalen. Er zijn alvast ideeën te halen uit de bevraging die gebeurd is n.a.v. de gegevensverzameling i.f.v. het beleidsplan en uit de bevraging (inventaris OD 1.1) zullen ook aangrijpingspunten zitten. De educatieve beroepskracht maakt een voorstel klaar voor de RvB. Deze zal per jaar beslissen welk vormingspakket zal aangemaakt worden. Het uitwerken van de vormingspakketten is een taak van de beroepskrachten. Andere verenigingen, organisaties en instellingen zullen betrokken worden in het inhoudelijk stofferen van deze vormingspakketten alsook wordt gezocht naar samenwerking i.f.v. het realiseren van deze vormingspakketten.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

78


STRATEGISCHE DOELSTELLING 2: ACTIVITEITEN Tegen 2015 heeft ADR-Vlaanderen een aanbod van maatschappelijke activering, cultuur en gemeenschapsvorming ontwikkeld en gerealiseerd. OD 2.1: Vanaf 2012 gebruiken jaarlijks minimaal 10 ADR-groepen de basistekst rond ‘het belang van samenwerking tussen oude EU-lidstaten en nieuwe Centraal en Oost-Europese lidstaten als maatschappelijke activering’ in hun werking. Actie Gegevens verzamelen Basistekst schrijven

Wie neemt initiatief RvB

Methodiek ontwikkelen

RvB Beroepskracht Beroepskracht

Promotie aan ADR-groepen

RvB

Begeleiding ADR-groepen

Beroepskracht

Terugkoppeling

Beroepskracht

Wie voert uit RvB Beroepskracht Beroepskracht Beroepskracht RvB Beroepskracht Beroepskracht RvB Beroepskracht

Start actie

Eind actie

Maart 2011 Oktober 2011 Januari 2012 April 2012 April 2012 Januari 2013

September 2011 Januari 2012 Maart 2012 December 2015 December 2015 December 2015

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Opvolging: beleidsplan 2016 – 2020 Wie het belang kent van de samenwerking tussen oude en nieuwe EU-lidstaten, kent het belang van een organisatie als ADR-Vlaanderen. De leden van ADR-Vlaanderen zijn zich sterk bewust van dit belang, zij het dat het vaak niet evident is om dit ook over te brengen naar externen. Daarom wil ADR-Vlaanderen een heldere basistekst uitschrijven rond dit thema, die ADR-groepen kunnen gebruiken in hun werking en in contacten met gemeentebesturen, potentiële vrijwilligers of partners en andere geïnteresseerden. Ook de koepel kan deze tekst gebruiken in haar contacten met externen. De RvB gaat van start met het verzamelen van gegevens die zinvol zijn om een basistekst te kunnen opmaken die bruikbaar is voor ADR-groepen. Dit gebeurt zowel binnen ADR-Vlaanderen (zie o.a. voorbereiding ADR-beleidsplan alsook ‘inventaris’ OD 1.1) als buiten de vereniging. Samen met de RvB gaat de beroepskracht met dit werk verder aan de slag om hiervoor een bruikbaar kader te maken, gevolgd door het uitschrijven van de basistekst. Ondertussen wordt er al gestart met het zoeken naar een goede werkwijze om deze bespreekbaar te maken binnen de ADR-groepen of uit te dragen buiten i.f.v. de maatschappelijke activering. Vanaf 2012 wordt tijd en energie gestoken in het toelichten en promoten van deze basistekst (en de mogelijkheden) aan de vrijwilligers. Het is nodig om een begeleiding te geven. De regiovergaderingen zijn hiervoor een geschikte plaats, maar in de eerste fase is het zinvol om op enkele plaatsen op lokaal niveau aanwezig te zijn i.f.v. terugkoppeling en bijsturing. Terugkoppeling i.f.v. bijsturing is een opdracht die de beroepskracht ter harte neemt en rapporteert aan de RvB.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

79


OD 2.2: Vanaf januari 2012 biedt ADR-Vlaanderen actieve informatie aan over culturele en gemeenschapsvormende activiteiten die ADR-groepen kunnen organiseren of waaraan ze kunnen deelnemen. Actie Gegevens verzamelen

Wie neemt initiatief RvB

Bepalen en ontwikkelen van wijze van aanbieden / verspreiden Promotie

RvB Beroepskracht RvB

Evaluatie

RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht Beroepskracht RvB Beroepskracht Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Maart 2011 Oktober 2011 Januari 2012 Septembe r 2013

September 2011 December 2011 December 2013 December 2013

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  De uitvoering van deze OD dient geëvalueerd te worden halfweg de eerste beleidsperiode. ADR-Vlaanderen wil aan de ADR-groepen zoveel mogelijk informatie bieden over mogelijke culturele en gemeenschapsvormende activiteiten. We doelen zowel op een aanbod van activiteiten die ze kunnen aangrijpen om ze zelf te organiseren als op activiteiten die worden georganiseerd en waaraan ze kunnen deelnemen. Drie elementen zijn bij de startfase van deze acties van tel. Vooreerst zijn een aantal zaken duidelijk geworden tijdens het beleidsplanningsproces. De wijze waarop dit momenteel gebeurt moet geëvalueerd worden. Vervolgens wordt bekeken wat de verschillende wijzen zijn waarop dit momenteel gebeurt (ADR-Flash, website, Nieuwsbrief, media buiten ADR-Vlaanderen…) en geëvalueerd. Tenslotte wordt hierbij ook gebruik gemaakt van de inventaris (bevraging OD 1.1) voor zover dit afgerond is. Van daaruit wordt verder gewerkt naar een goede werkwijze om deze activiteiten te verspreiden (ADR-Flash, website, Nieuwsbrief, media buiten ADR-Vlaanderen…). Het effectief kenbaar maken aan de ADR-groepen is een volgende stap, waarbij het regionale niveau een sleutelfunctie bekleedt. Er wordt hier eveneens gezocht naar een informatiekanaal dat rechtstreeks tot bij de ADR-vrijwilliger gaat. We dienen dit tussentijds te evalueren. Daarvoor is het noodzakelijk om meetbare criteria in te bouwen.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

80


OD 2.3: Tegen juni 2015 zijn er minimaal 8 culturele en gemeenschapsvormende activiteiten georganiseerd in een samenwerkingsverband tussen minimaal 2 ADR-groepen Actie Nagaan mogelijkheden

Wie neemt initiatief RvB

Activiteitenaanbod uitwerken

Beroepskracht

Promotie

RvB

Tussentijdse evaluatie inbouwen

RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht Beroepskracht werkgroep RvB Beroepskracht Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Maart 2011 Januari 2012 Mei 2012 Januari 2013

December 2011 Mei 2012 December 2015 December 2013

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Opvolging: beleidsplan 2016 – 2020 Deze OD zal mogelijk sterk samenhangen met OD 2.2. ADR-Vlaanderen wil ADR-groepen stimuleren om samen activiteiten te organiseren met twee of meerdere groepen samen. Ideeën voor activiteiten kunnen vanuit ADR-groepen zelf komen, maar de koepel zal ook inspanningen leveren om ideeën aan te reiken. De RvB bekijkt de kansen die er zijn, alsook de mogelijkheden die zelf kunnen gecreëerd worden. Verenigingen, organisaties en instellingen worden aangesproken. Mogelijkheden van activiteiten worden gebundeld in een praktische formule. De werkgroep Activiteiten (zie OD 1.2) wordt hierbij geraadpleegd en ingeschakeld voor het uitwerken van activiteiten van het moment dat deze actief is (2012). In de bekendmaking binnen ADR-Vlaanderen heeft de regio een belangrijk niveau. Waar het nodig is om deze activiteiten bekend te maken naar de buitenwereld, wordt in overleg gezocht naar mogelijkheden om actief promotie te voeren. We dienen dit tussentijds te evalueren. Daarvoor is het noodzakelijk om meetmogelijkheden in te bouwen.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

81


OD 2.4: Vanaf begin 2012 organiseert ADR-Vlaanderen als koepel minimaal jaarlijks 1 culturele en 1 gemeenschapsvormende activiteit. Actie Nagaan mogelijkheden

Wie neemt initiatief RvB

Activiteitenaanbod uitwerken

Beroepskracht

Promotie

RvB

Tussentijdse evaluatie inbouwen

RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht Beroepskracht RvB Beroepskracht Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Maart 2011 Januari 2012 Mei 2012 Januari 2013

December 2011 Mei 2012 December 2015 December 2015

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Opvolging: beleidsplan 2016 – 2020 De 4 functies van het sociaal-cultureel werk worden in ADR-Vlaanderen opgenomen op de verschillende niveaus (lokaal, regionaal, landelijk). De educatieve en maatschappelijke activeringsfunctie zitten in de meeste activiteiten van het landelijk niveau sowieso vervat. Aan de culturele en gemeenschapsvormende functie willen we daarom expliciet aandacht besteden met een aparte OD. De realisatie van OD 2.3 zal kansen bieden voor deze OD. De RvB bekijkt de kansen die er zijn, alsook de mogelijkheden die zelf kunnen gecreëerd worden. Verenigingen, organisaties en instellingen worden aangesproken naar interesse tot samenwerking. Voor bekendmaking heeft de regio ook hier een belangrijk niveau. Daar waar er samenwerkingspartners zijn, worden deze mee geresponsabiliseerd i.f.v. de bekendmaking. We dienen dit tussentijds te evalueren. Daarvoor is het noodzakelijk om meetmogelijkheden in te bouwen.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

82


STRATEGISCHE DOELSTELLING 3: COMMUNICATIE Tegen eind 2015 is zowel de interne als externe communicatie van ADRVlaanderen uitgebouwd. OD 3.1: Tegen eind maart 2011 beschikt ADR-Vlaanderen over een registratiesysteem om de lokale activiteiten en de bestuurlijke werking te inventariseren. Actie Evaluatie huidige registratiesysteem

Wie neemt initiatief RvB

Wie voert uit RvB

Bepaling nieuw registratiesysteem

Beroepskracht

Beroepskracht

Communicatie ADR-groepen

RvB

RvB Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Oktober 2010 Januari 2011 Mei 2011

November 2010 Mei 2011 December 2011

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Regelmatige herhaling t.a.v. ADR-groepen.  Evaluatie halfweg de beleidsperiode.  ADR-secretariaat is attent voor toepassing. ADR-Vlaanderen beschikt reeds over een registratiesysteem van de bestuurlijke werking en activiteiten van de ADR-groepen. In functie van deze eerste beleidsperiode willen we het bestaande systeem herbekijken en verbeteren waar mogelijk. Om deze doelstelling operationeel te hebben, dient de RvB onmiddellijk na het indienen van het beleidsplan werk te maken van een degelijk registratiesysteem. Dit is enerzijds van levensbelang om te kunnen voldoen aan de bewijslast van ADR-Vlaanderen t.a.v. het agentschap sociaal-cultureel werk. Anderzijds is het een permanent meetinstrument dat de actuele activiteitsgraad weergeeft van de werking van ADR-groepen (activiteiten en bestuurlijke werking). Een belangrijk aandachtspunt is het motiveren van ADR-groepen tot het indienen van het nodige bewijsmateriaal. De beroepskrachten, vooral de administratieve, zullen hierin een belangrijke rol spelen. Tijdens de regiovergaderingen wordt hierop extra nadruk gelegd in de periode vanaf oktober 2010 (reeds voor de start van de beleidsperiode, zodat gegevens kunnen verzameld worden) en wordt het definitieve registratiesysteem vanaf april 2011 sterk toegelicht. Dit wordt terug geagendeerd op regiovergaderingen wanneer het ADR-secretariaat signalen geeft dat de aandacht van de ADR-groepen aan het teruglopen is.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

83


OD 3.2: Vanaf de eerste ADR-Nieuwsbrief van de beleidsperiode bevat elke ADR-Nieuwsbrief artikelen van minimaal 2 ADR-groepen die de laatste 3 jaar niet aan bod kwamen in de ADRNieuwsbrief. Actie Registratie artikelen 2008 – 2010 Werkplan opmaken en uitvoeren

Wie neemt initiatief RvB Beroepskracht

Wie voert uit Werkgroep Nieuwsbrief Werkgroep Nieuwsbrief

Start actie

Einde actie

November 2010 Januari 2011

November 2010 Mei 2015

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Evaluatie halfweg de beleidsperiode. Om meer verschillende ADR-groepen aan bod te laten komen in de ADR-Nieuwsbrief vraagt de RvB de werkgroep Nieuwsbrief om een inventaris te maken van de ADR-groepen die de laatste drie jaar een artikel over hun werking in het tijdschrift hebben gehad. Deze inventaris dient reeds gemaakt te worden voor de start van de beleidsperiode. Aan de hand daarvan wordt een werkplan opgemaakt dat voorbereid wordt door de werkgroep en dat verder afgewerkt wordt door de beroepskracht. In dit werkplan is beschreven op welke wijze ADR-groepen aangespoord worden om meer artikelen toe te zenden of informatie voor artikels ter beschikking te stellen, en welke ADR-groepen worden aangeschreven. De regiovergaderingen worden aangegrepen om deze vraag mee te ondersteunen. De realisatie van deze doestelling zal door de RvB bij het verschijnen van elke ADR-Nieuwsbrief kunnen geëvalueerd worden, maar halfweg zal een grondige evaluatie gemaakt worden.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

84


OD 3.3: Tegen juni 2011 ontvangen alle gemeentebesturen waar leden van ADR-Vlaanderen actief zijn en alle provinciebesturen de ADR-Nieuwsbrief. Actie Registratie van gemeentebesturen

Wie neemt initiatief RvB

Communicatieplan

Werkgroep

Uitvoering plan en verzending

Beroepskracht

Wie voert uit Werkgroep Nieuwsbrief & Beroepskracht Werkgroep Nieuwsbrief & Beroepskracht Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Februari 2011

Maart 2011

Maart 2011

Mei 2011

Juni 2011

December 2015

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Evaluatie halfweg de beleidsperiode.  ADR-secretariaat is attent voor toepassing en feedback. Deze doelstelling is verbonden met OD 4.1, waar ADR-Vlaanderen de ADR-groepen wil stimuleren tot samenwerking met de gemeentebesturen. De lokale besturen van alle gemeentes waar een ADRgroepen actief is, worden opgelijst en vergeleken met het huidige abonnementsbestand van de ADRNieuwsbrief. Een eenvoudig communicatieplan wordt uitgewerkt om gemeentebesturen te informeren en de ADR-groepen te betrekken. Verder moet zulk plan zorgen voor efficiëntie en een duurzaam resultaat t.a.v. de drie betrokken partijen: gemeentebesturen, ADR-groepen en ADRVlaanderen. Het ADR-secretariaat zorgt voor de praktische uitvoering en houdt informatie bij die van belang is voor de bijsturing (en evaluatie) van deze doelstelling.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

85


OD 3.4: Tegen eind 2012 beschikt ADR-Vlaanderen over een extern en intern communicatieplan. Actie Zoeken van externe kennis

Wie neemt initiatief RvB

Inventariseren huidige communicatie Opstellen communicatieplan

RvB

Uitschrijven communicatieplan

RvB

RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Mei 2011 Oktober 2011 Maart 2012 Oktober 2012

September 2011 Maart 2012 Oktober 2012 December 2012

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Toepassen van dit communicatieplan. Momenteel voert ADR-Vlaanderen reeds heel wat communicatie intern (t.a.v. ADR-groepen, ADRvrijwilligers, RvB-leden) en extern (samenwerkingspartners, media, individuele burgers, …). Er is echter geen omschreven plan of nota dat de doelen, de doelgroep en de prioriteiten van elk van de huidige communicatiemiddelen beschrijft. De RvB en de beroepskracht gaan op zoek naar externe kennis voor het opstellen van een integraal communicatieplan. Dit kan zowel door het volgen van vorming als door het aanspreken van professionelen (indien mogelijk binnen de groep van ADR-vrijwilligers). Deze OD biedt ook een kans om burgers uit COE te betrekken omwille van hun kijk op de communicatie die in Vlaanderen gevoerd wordt over de regio van COE. Met begeleiding van een expert worden verdere stappen gezet. De huidige middelen (ADR-Flash, ADR-Nieuwsbrief, e-mailverkeer, standen, folders, …) moeten geïnventariseerd en geëvalueerd worden en waar nodig bijgestuurd of grondig aangepast worden. Mogelijk moeten er nieuwe media gezocht worden. Het materiaal dat voorradig is uit de inventarisatie van de OD 1.1 wordt mee in rekening gebracht. Ook het niveau van de regiovergaderingen wordt hierbij betrokken. De werkgroep Nieuwsbrief wordt eveneens geappelleerd om mee deze OD te beoordelen vanuit hun perspectief. Een volgende stap is het verwerken van alle materiaal d.m.v. een geschikte werkmethode om tot een communicatieplan te komen dat de interne en externe communicatie regelt.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

86


STRATEGISCHE DOELSTELLING 4: NETWERKING Tegen eind 2015 heeft ADR-Vlaanderen een ruim samenwerkingsnetwerk. OD 4.1: Tegen juli 2012 beschikt ADR-Vlaanderen over een actieplan om lokale ADR-groepen te stimuleren tot samenwerking met lokale gemeentebesturen. Actie Onderzoek naar goede praktijken

Wie neemt initiatief RvB

Onderzoek knelpunten

RvB

Opstellen actieplan

RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Februari 2011 Februari 2011 Januari 2012

December 2011 December 2011 Juli 2012

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Bespreken van het actieplan op de regiovergaderingen.  Uitvoeren van het actieplan. De koepel van ADR-Vlaanderen is niet de enige plaats waar ADR-groepen ondersteuning kunnen vinden. Ook de samenwerking met andere organisaties en instanties kan zeer verrijkend zijn voor hun werking. Samenwerking met lokale besturen neemt daarin een bijzondere plaats in. Verschillende ADR-groepen kennen nu reeds een positieve samenwerking met hun lokale bestuur en we stellen vast dat deze samenwerking voor deze ADR-groepen vaak goede resultaten oplevert, onder andere naar bekendheid en inbedding bij de inwoners van de gemeente. Daarom wil ADRVlaanderen ook andere groepen stimuleren tot samenwerking met hun gemeentebestuur. Hiervoor zal ADR-Vlaanderen een actieplan opstellen om het aantal samenwerkingsverbanden op lokaal niveau omhoog te brengen. In een eerste stap zal de RvB een bevraging doen naar een aantal ADRgroepen die een goede samenwerking hebben. Vragen naar het waarom, het wat en het hoe van hun samenwerking kunnen een goede basis bieden om een andere groepen te stimuleren tot het zoeken van toenadering met de gemeente. Daarnaast zal ook moeten onderzocht worden waarom samenwerking soms net niet lukt bij ADR-groepen en hoe aan sommige knelpunten het hoofd kan worden geboden. Op basis daarvan zal een actieplan worden opgesteld. Voor deze doelstelling zal er contact zijn met VVSG (zie ook OD 4.2). Het plan krijgt verdere opvolging binnen de regiovergaderingen.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

87


OD 4.2: ADR-Vlaanderen heeft tegen eind 2015, in samenwerking met VVSG, per regio gemiddeld 1 activiteit rond jumelages gerealiseerd. Actie

Wie neemt initiatief RvB

Wie voert uit RvB

RvB

RvB

Opstellen van een planning

RvB

Organiseren van een activiteit per regio

RvB

RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht

Polsen naar noden en interesses in de regio Overleg met VVSG

Start actie

Einde actie

Januari 2011 September 2011 December 2011 Januari 2012

Juni 2011 December 2011 December 2011 December 2015

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Opvolgen welke resultaten deze jumelageactiviteiten teweeg brengt. Het thema van jumelages komt regelmatig aan bod tijdens regiovergaderingen en landelijke activiteiten. ADR-groepen inspireren elkaar in de zoektocht naar een zinvolle invulling van het partnerschap met hun Roemeense partnergemeente. Sommige gemeenten met een ADR-groep hebben dit partnerschap geöfficialiseerd in een jumelage, andere niet. Deze doelstelling hangt dan ook samen met OD 4.1, de samenwerking met het gemeentebestuur. We willen de uitwisseling en inspiratie rond jumelages versterken door per regio een activiteit te organiseren rond jumelages. De concrete invulling van deze activiteit kan verschillen per regio, afhankelijk van de interesses die tijdens de regiovergaderingen naar boven komen. De regiovertegenwoordigers polsen hiernaar bij het begin van de beleidsperiode en brengen het resultaat hiervan mee naar de RvB, waar besproken wordt hoe de activiteit in de regio’s zal worden ingevuld. Vervolgens wordt er overleg gepleegd met VVSG, die heel wat kennis en expertise in huis heeft rond jumelages en de concrete invulling van de activiteiten. Op basis van dit alles stelt de RvB een planning op voor de activiteiten rond jumelages, die worden uitgevoerd door de RvB en de beroepskracht, in samenwerking met VVSG.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

88


OD 4.3: Vanaf 2011 wil ADR-Vlaanderen minimaal 2 gemeenschaps- of cultuurcentra per jaar betrekken bij activiteiten van de koepel of van ADR-groepen. Actie Verzamelen van informatie Contacten leggen met GC en CC i.f.v. landelijke activiteiten Brochure/ tekstmateriaal voor ondersteuning van ADR-groepen

Wie neemt initiatief RvB RvB RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht

Start Actie

Einde actie

Januari 2011 Januari 2011 September 2011

December 2011 December 2015 December 2011

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Opvolging: beleidsplan 2016 – 2020 Gemeenschaps- en cultuurcentra zijn vaak interessante partners voor (lokale) organisaties die een gemeenschapsvormende, educatieve of culturele activiteit willen organiseren. Deze centra hebben steeds een sterke inbedding in de lokale gemeenschap, wat ook kan afstralen op de activiteiten die er doorgaan. ADR-Vlaanderen wil dan ook vaker activiteiten organiseren in samenwerking met de cultuur- en gemeenschapscentra in Vlaanderen, zowel op lokaal niveau als voor landelijke activiteiten. Dit zal ons ook helpen om ADR-Vlaanderen als sociaal-culturele vereniging op de kaart te zetten. De RvB zal informatie verzamelen over de mogelijkheden die er zijn binnen gemeenschaps- en cultuurcentra in Vlaanderen. Aangezien ADR-Vlaanderen op twee niveaus wil werken (lokaal en landelijk), zullen twee wegen bewandeld worden om deze doelstelling waar te maken. Enerzijds zal de koepel contacten leggen met cultuur- en gemeenschapscentra in functie van activiteiten op landelijk niveau. Anderzijds zullen de ADR-groepen ondersteund en gestimuleerd worden om samenwerkingsverbanden aan te gaan met het gemeenschaps- of cultuurcentrum in hun buurt.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

89


OD 4.4: Tegen het einde van de beleidsperiode zijn er minimaal 5 prioritaire partners betrokken bij de werking van ADR-Vlaanderen. Actie Sociale kaart maken

Wie neemt initiatief RvB

Wie voert uit RvB

Argumentarium maken

RvB

Contacten leggen prioritaire partners Samenwerking realiseren

RvB

RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht

RvB

Start Actie

Einde actie

April 2011 April 2011 Januari 2012 Januari 2012

December 2011 December 2011 December 2014 December 2015

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Opvolging: beleidsplan 2016 – 2020 ADR-Vlaanderen wil op zoek gaan naar externe partners die een meerwaarde kunnen bieden om zich als sociaal-culturele vereniging te versterker. Er is daarbij zowel aandacht voor het lokale niveau van de ADR-groepen als voor de structuur op zich. De meerwaarde kan zich op allerlei vlakken situeren: cultuur, projectwerking, kennis op COE, lokaal beleid … . Tijdens het eerste jaar van de beleidsperiode maakt de RvB een sociale kaart van de huidige partners en de graad van betrokkenheid met ADR-Vlaanderen. Er wordt ook gekeken welke nieuwe partners interessant zijn. Deze sociale kaart moet ook argumenteren welke meerwaarde beide partijen uit de samenwerking kunnen halen en welke elementen tot samenwerking zijn. In een volgende fase wordt er contact gelegd i.f.v. een dialoog om samenwerking op touw te zetten. Deze samenwerking hoeft niet onmiddellijk te resulteren in een mateloze activiteit tussen beide; een rustige kennismaking en groei lijkt een gezondere werkwijze om een duurzame werking uit te bouwen.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

90


STRATEGISCHE DOELSTELLING 5: KENNIS- & EXPERTISECENTRUM Tegen einde 2015 is het kennis- en expertisecentrum van ADR-Vlaanderen operationeel. OD 5.1: Vanaf eind 2012 beschikt ADR-Vlaanderen over een groeiend gegevensbestand waarin minimaal 20 vrijwilligers gekoppeld worden aan hun kennis en deskundigheid. Actie Uitwerken van een registratiesysteem

Wie neemt initiatief RvB

Uitbouwen en testen van het systeem

RvB

Promotie

RvB

Bredere oproep naar vrijwilligers binnen ADR-Vlaanderen Tussentijdse evaluatie

RvB RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Februari 2011 Septembe r 2011 Septembe r 2012 Septembe r 2012 Januari 2013

Juni 2011 September 2012 December 2015 December 2015 December 2013

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Verdere uitbreiding van het systeem  Actief benutten van het systeem voor lokale ADR-groepen en koepelactiviteiten Er is binnen ADR-Vlaanderen een schat aan ervaring en expertise aanwezig bij de vrijwilligers. Deze is echter op dit moment niet gecoördineerd, waardoor kansen om deze expertise te benutten en te verspreiden naar andere ADR-groepen of in functie van gemeenschappelijke projecten, onbenut blijven. Daarom wil ADR-Vlaanderen werk maken van een sterker kennismanagement om dit aanwezige kapitaal ten volle te benutten. Eerst zal er worden nagedacht over een goed systeem om de aanwezige kennis en ervaring te detecteren en ‘op te slaan’ in functie van de werking. Vervolgens zal het systeem worden uitgetest met een beperkt aantal vrijwilligers. Na deze testfase zullen enerzijds de regiovergaderingen een geschikte plaats zijn om dit gegevensbestand toe te lichten en anderzijds wordt er gestart met een bredere oproep naar vrijwilligers die hun expertise ter beschikking willen stellen van de organisatie. Eind 2013 wordt dit reeds mee geëvalueerd a.d.h.v. de beperkte werkingsgegevens tijdens de algemene tussentijdse evaluatie die ADR-Vlaanderen houdt.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

91


OD 5.2: Tegen eind 2015 heeft ADR-Vlaanderen 5 werkgroepen die informatie gebruiksklaar maken voor de vermelde doelgroepen. Actie Heractiveren van bestaande werkgroep(en) Bepalen van thema’s voor nieuwe werkgroepen Taakomschrijving maken voor de werkgroepen Oproep (periodiek) lanceren naar vrijwilligers Opstarten van nieuwe werkgroepen

Wie neemt initiatief RvB RvB RvB RvB RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht RvB RvB Beroepskracht RvB beroepskracht RvB Beroepskracht

Start Actie

Einde actie

Januari 2011 Maart 2011 Juni 2011 Septembe r 2011 Januari 2012

December 2011 Mei 2011 Juli 2011 December 2015 December 2015

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Opvolging: beleidsplan 2016 – 2020 ADR-Vlaanderen opteert voor het actief betrekken van vrijwilligers. De formule van werkgroepen is een aantrekkelijke formule. ADR-Vlaanderen werkt momenteel reeds met werkgroepen op landelijk niveau. Sommige daarvan werken zeer goed, andere zijn minder actief. In eerste instantie zal worden bekeken hoe de minder actieve werkgroepen kunnen worden geheractiveerd, eventueel door een herbestemming van de werkgroep. Daarnaast zal de RvB onderzoeken, mede op basis van het inventaris van de noden van de ADRgroepen (OD 1.1), rond welke bijkomende thema’s een werkgroep zinvol zou zijn. Voor deze werkgroepen zal een ruwe taakomschrijving worden uitgewerkt, op basis waarvan de leden van de werkgroep zelf hun activiteiten verder kunnen bepalen (zodat ze mede-eigenaar worden). Vervolgens zal een oproep worden gelanceerd naar geïnteresseerde vrijwilligers die deel willen uitmaken van de werkgroep. Gedurende de beleidsperiode zal zulke oproep periodiek herhaald worden, maar het aanspreken van vrijwilligers zal een permanente opdracht worden. Niet alle werkgroepen zullen op hetzelfde moment worden opgestart. Dit kan op basis van noden en thema’s die doorheen de beleidsperiode zinvol blijken.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

92


OD 5.3: Tegen eind 2011 bezit ADR-Vlaanderen een nota die het unieke en de meerwaarde van ADR in Vlaanderen weergeeft. Actie Zelfonderzoek naar de meerwaarde van ADR-Vlaanderen Uitschrijven van een nota

Wie neemt initiatief RvB

Wie voert uit RvB

RvB

beroepskracht

Start actie

Einde actie

Maart 2011 Maart 2011

Maart 2011 Juni 2011

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Verspreiden van de nota naar ADR-groepen en via de website van ADR-Vlaanderen. In een eerste stap zal de ‘unique selling proposition’ of het unieke en de meerwaarde van ADRVlaanderen worden onderzocht. De RvB neemt hierin het voortouw. Vervolgens zal op basis van dit zelfonderzoek een beknopte en bruikbare nota worden opgesteld, die verspreid wordt in de organisatie en via de website van ADR-Vlaanderen. Deze nota kan worden gebruikt door ADRgroepen en door de koepel om naar externen en geïnteresseerde vrijwilligers toe de meerwaarde van de organisatie te verduidelijken. Tevens creëert het mee het zelfbeeld van de sociaal-culturele vereniging.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

93


OD 5.4: Tegen eind 2012 biedt ADR-Vlaanderen een dossier aan in verband met het aanboren van financierings- en subsidiekanalen. Actie Inventariseren van relevante informatie en informatieverstrekkers Opstellen van een bruikbaar dossier Uitwerken vormingspakket ‘subsidies aanvragen’

Wie neemt initiatief RvB RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht Beroepskracht

RvB

Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Septembe r 2011 Septembe r 2012 Septembe r 2012

September 2012 December 2012 December 2012

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Verspreiden van het dossier naar ADR-groepen De wereld van de subsidies is een complexe wereld: er bestaan tal van mogelijke subsidielijnen waarop organisaties kunnen intekenen, met vaak tamelijk zware administratieve vereisten. Voor vrijwilligers is het geen eenvoudige taak om zelf wegwijs te geraken in dit kluwen, laat staan de juiste subsidielijn te vinden voor hun acties. ADR-Vlaanderen wil daaraan tegemoet komen door een betere informatieverstrekking rond subsidies. Deze informatie zal tweeledig zijn: enerzijds zal informatie worden aangeboden over de mogelijkheden die er bestaan op diverse niveaus (lokaal, provinciaal, Vlaams, Belgisch en Europees). Anderzijds zal ook aandacht worden gegeven aan de vorming van vrijwilligers in het invullen van projectaanvragen. ADR-Vlaanderen is er zich van bewust dat op dit vlak reeds een aantal organisaties zeer actief en gespecialiseerd bezig zijn, zoals VVSG, Jint, Epos, Kleis, enz. ADR-Vlaanderen tracht daarom niet om hetzelfde werk te doen als deze organisaties, maar onderzoekt op welke manier wordt samengewerkt met deze organisaties om de bestaande informatie zo efficiënt mogelijk tot bij de ADR-groepen te verspreiden. Het is voornamelijk de taak van ADR-Vlaanderen om de relevante informatie uit te filteren en gestructureerd door te geven aan de ADR-groepen, en waar mogelijk door te verwijzen naar de juiste agentschappen. Rond het schrijven van subsidieaanvragen wordt een vormingspakket worden uitgewerkt.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

94


STRATEGISCHE DOELSTELLING 6: VRIJWILLIGE EN PROFESSIONELE MEDEWERKERS Tegen 2015 heeft ADR-Vlaanderen een uitgewerkt en toegepast kwalitatief medewerkerbeleid. OD 6.1 Tegen eind 2011 beschikt ADR-Vlaanderen over een volledig vrijwilligersbeleidsplan met aandacht voor diversiteit. Actie Analyse van de huidige situatie

Wie neemt initiatief RvB

Prioriteiten bepalen

RvB

Uitschrijven van een vrijwilligersbeleidsplan

RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht RvB RvB Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Februari 2011 Septembe r 2011 Oktober 2011

Juni 2011 Oktober 2011 December 2011

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Vrijwilligers informeren over het vrijwilligersbeleid  Gebruiken van het plan gedurende de beleidsperiode Tot nu toe beschikt ADR-Vlaanderen niet over een uitgewerkt vrijwilligersbeleid. Met het oog op diverse doelstellingen die ADR-Vlaanderen voor deze beleidsperiode opstelde, zal zo’n beleid echter cruciaal zijn. Samen met de inventarisatie van de noden en de huidige werking van de ADR-groepen (OD 1.1) zal ook de huidige situatie op het vlak van vrijwilligers worden geanalyseerd. Vragen die ADR-Vlaanderen zich moet stellen, zijn: hoe is het met het vrijwilligerswerk binnen ADR-Vlaanderen gesteld? Welke taken worden uitgevoerd? Welke taken kunnen worden uitgevoerd en worden nu niet uitgevoerd? Tegen welke problemen lopen vrijwilligers aan? Welke veranderingen hebben zich de afgelopen jaren voorgedaan m.b.t. vrijwilligerswerk binnen ADR-Vlaanderen? Waarop heeft ADRVlaanderen een invloed, en waarop niet? Wat zijn de belangrijkste verbeterpunten? Op basis van deze analyse zal de RvB prioriteiten moeten opstellen waarop er (prioritair) geïnvesteerd wordt? Op basis van deze prioriteitenlijst kan een degelijk vrijwilligersbeleidsplan worden opgesteld. Eens dit plan er ligt, moet erop worden toegezien dat het een actief werkinstrument wordt in de komende jaren.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

95


OD 6.2 Tegen begin 2011 beschikt ADR-Vlaanderen over een personeelsbeleidsplan. Actie Samenstelling en opstart werkgroep

Wie neemt initiatief RvB

Wie voert uit RvB

Verzamelen van kennis en ervaring

Werkgroep

Werkgroep

Uitschrijven van een personeelsbeleidsplan Voorleggen en goedkeuring beleidsplan

Werkgroep

Werkgroep

RvB Werkgroep

RvB Werkgroep

Start actie

Einde actie

Oktober 2010 Oktober 2010 November 2010 December 2010

Oktober 2010 Oktober 2010 December 2010 December 2010

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Evaluatie in 2013. ADR-Vlaanderen zal tegen de start van de beleidsperiode over een personeelsbeleidsplan beschikken. Voor ADR-Vlaanderen is het werken met personeel een nieuwe uitdaging/opdracht. Omdat het van belang is om een stabiel personeelsbestand te hebben, is een goed personeelsbeleid essentieel. Om een soepele en snelle werking te garanderen zal een werkgroep ‘Personeelsbeleidplan’ opgestart worden. Dit zal een occasionele werkgroep zijn die na het voorleggen van het plan aan de RvB, terug opgaat in de RvB. ADR-Vlaanderen maakt gebruik van de kennis en ervaring die aanwezig is binnen de RvB i.f.v. personeelsbeleid. Voor bepaald items zal beroep gedaan worden op externen (bv: Sociare, Procura). Ook wordt er gekeken naar organisaties die bij de vorige beleidsperiode in een gelijkaardige situatie zijn gestart om van hun ervaring te kunnen leren. Dit beleidsplan wordt uiteraard getoetst aan de wettelijke bepalingen, maar ook aan het betrokken decreet van de sector. Eveneens zal de bril van ‘vrijwilligers’ opgezet worden. Dit personeelsbeleidsplan dient halfweg de beleidsperiode terug een evaluatie te ondergaan om snel en accuraat in te spelen op de personeelssituatie.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

96


OD 6.3: Vanaf half 2012 vertoont het aantal Centraal- en Oost-Europeanen die in Vlaanderen verblijven en die betrokken zijn bij ADR-Vlaanderen een stijgende trend. Actie

Wie neemt initiatief RvB

Inventariseren van contacten / contactmogelijkheden Vorming van ADR-groepen

RvB

Contacteren en betrekken van Centraal en Oost-Europeanen i.f.v. betrokkenheid

RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht

Start actie

Einde actie

maart 2011 Januari 2012 Januari 2012

December 2011 December 2012 December 2015

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Dialoog open houden met deze doelgroep.  Tussentijdse evaluatie beleidsperiode. Er is veel kennis en expertise aanwezig bij een bepaalde doelgroep in Vlaanderen die door ADRVlaanderen slechts beperkt wordt aangesproken, namelijk de personen uit Centraal en Oost-Europa die zich hier gevestigd hebben. ADR-Vlaanderen wil deze mensen meer betrekken in haar werking, zowel op lokaal niveau in de ADR-groepen als op niveau van de koepel (in werkgroepen, tijdens vormingsactiviteiten, enz.). Een eerste stap in dit proces zal erin bestaan om een inventaris te maken van contacten die ADRVlaanderen reeds heeft en van plaatsen of organisaties waar we met deze doelgroep in contact kunnen komen. We denken hierbij aan Arthis, Miorita, zelforganisaties van allochtonen, enz. Vervolgens zal er op twee sporen gewerkt worden. Enerzijds zal de koepel aan de ADR-groepen vorming bieden die hen kan helpen om deze doelgroep in hun werking te betrekken. Anderzijds zal ADR-Vlaanderen zelf ook het gesprek aangaan met mensen uit deze doelgroep om samen te zoeken naar hun interesses en mogelijke taken die ze kunnen opnemen binnen ADR-Vlaanderen. Op die manier hopen we tegen het einde van de beleidsperiode meer Centraal en Oost-Europeanen in onze werking te hebben.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

97


OD 6.4: ADR-Vlaanderen betrekt vanaf 2011 minimaal twee vrijwilligers ter ondersteuning van het landelijk secretariaat en kenniscentrum. Actie Opstellen van een functieomschrijving en profiel Verspreiden van de vacature en profiel

Wie neemt initiatief RvB RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Januari 2011 Maart 2011

Februari 2011 December 2011

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Voorzien van werkaccommodatie voor de vrijwilliger(s) Om te beginnen bekijkt de RvB en de beroepskracht(en) van ADR-Vlaanderen welke taken op het secretariaat door een vrijwilliger kunnen worden vervuld. Vervolgens wordt een profiel opgesteld voor deze vrijwilligers, dat verspreid wordt naar alle ADR-groepen en partners van ADR-Vlaanderen. Deze vacatures worden ook verspreid via andere kanalen zoals de website www.vrijwilligerswerk.be. Vanzelfsprekend worden ook mensen gericht worden aangesproken. Van bij het begin wordt er nagedacht over de accommodatie en werkmaterialen dat voor deze vrijwilligers ter beschikking moet worden gesteld op het ADR-secretariaat of eventueel vanuit hun eigen woonst.

A C T IE DORPEN R O E M E N IĂ‹ A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

98


STRATEGISCHE DOELSTELLING 7: BESTUUR, BEHEER EN STRUCTUUR Tegen eind 2015 is de organisatiestructuur van ADR doelmatig uitgewerkt. OD 7.1 Tegen eind 2012 gaan er in iedere ADR-regio minimum 3 samenkomsten per jaar door. Actie

Wie neemt initiatief RvB

Wie voert uit RvB

Vorming en begeleiding regiovertegenwoordigers Opstellen planning per regio

RvB

Organiseren regiovergaderingen

RvB

RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht

Inventarisatie van de huidige situatie

RvB

Start actie

Einde actie

Januari 2011 Septembe r 2011 Januari 2012 April 2012

Mei 2011 December 2011 Maart 2012 December 2012

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Aantrekkelijk houden van de regiovergaderingen.  3 regiovergaderingen per regio blijven organiseren. De regiovergaderingen zijn een belangrijk instrument in de begeleiding en ondersteuning van ADRgroepen. In het ganse hoofdstuk ‘Mensen en Middelen’ wordt dit bestuursniveau dikwijls vermeld om doelstellingen (mee) te realiseren. In een aantal regio’s is momenteel het aantal regiobijeenkomsten per jaar gezakt naar een aantal dat te laag is om effectief te zijn. Om dit aantal op te krikken, zullen de regiovertegenwoordigers in de RvB worden begeleid en gevormd in hun taak. Deze vorming dient ook O.D 1.3 en O.D. 7.2. Per regio wordt een planning opgesteld met jaarlijks minimum 3 samenkomsten. In de regio’s waar er geen of onregelmatige regiovergaderingen zijn, wordt met extra inzet gewerkt om deze OD te realiseren. De RvB met daarin de regiovertegenwoordigers is verantwoordelijk voor deze planning en voor het samenroepen van de regiovergaderingen. De beroepskracht heeft een sterk ondersteunende taak (t.t.z.: de beroepskracht neemt geen voorzittersrol op tijdens deze regiovergaderingen). Zijn aanwezigheid op deze regiovergaderingen is van belang om voeling te krijgen met de vrijwilligers en de ADR-groepen.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

99


OD 7.2: In de beleidsperiode 2011 – 2015 vertoont de aanwezigheid van de lokale ADR-groepen op regiovergaderingen een stijgende tendens. Actie Vastleggen van een nulpunt voor meting Vorming regioverantwoordelijken Nieuwe regiovertegenwoordiging Oost-Vlaanderen en Mechelen-Lier Inventarisatie noden en interesses ADR-groepen Actieve motivatie & werving ADR-groepen

Wie neemt initiatief RvB RvB RvB

RvB Beroepskracht RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht RvB

Beroepskracht

Jaarlijkse meting

RvB

Regioverantwoordelijke n Beroepskracht Beroepskracht

Eindmeting

RvB

Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Januari 2011 Februar i 2011 Januari 2011

Februari 2011 Juni 2011 Juni 2011

Februar i 2011 Februar i 2011

December 2011 December 2015

oktober 2013 Oktober 2015

oktober 2014 Oktober 2015

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Opvolging: beleidsplan 2016 – 2020 We streven tegen het einde van de beleidsperiode naar een verhoogde deelname van ADR-groepen aan de regiovergaderingen. We zien deze stijging als een totale stijging, over de regio’s heen. Sommige regio’s halen momenteel reeds een hoge participatiegraad, terwijl andere regio’s nog heel wat groeipotentieel hebben. Om te weten in welke regio’s vooral moet worden geïnvesteerd, wordt aan het begin van de beleidsperiode voor iedere regio een nulpunt bepaald op basis van de verslagen van de voorbije jaren. Aan de hand daarvan wordt per regio een streefdoel vastgelegd. Hiervoor is de RvB met daarin de regiovertegenwoordigers verantwoordelijk. Om alle regio’s te bereiken, zal het belangrijk zijn om voor de regio’s Oost-Vlaanderen en Mechelen-Lier een nieuwe vertegenwoordiging in de RvB te rekruteren. De regiovertegenwoordigers zullen de nodige vorming krijgen om aan de participatiegraad van regiovergaderingen te kunnen werken. In de inventarisatie van de werking en van de noden van de ADR-groepen (zie OD 1.1) zal ook een bevraging over de regiovergaderingen worden opgenomen. Op die manier kan de inhoud van deze samenkomsten nog verder worden afgestemd op de noden van de ADR-groepen (zie OD 1.3). Een actieve werving (motivatie) van de ADR-groepen via post maar ook via telefoonrondes is nodig. Jaarlijks wordt een meting van de stijging gepland. Indien nodig kan de strategie na de tussentijdse meting in 2013 worden bijgesteld.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

100


OD 7.3: Tegen eind 2011 beschikt ADR over een registratiesysteem voor de klachten en suggesties. Actie Uitwerken van een procedure voor behandeling klachten Procedure omzetten in een registratiesysteem Voorstellen van het systeem aan ADR-groepen

Wie neemt initiatief RvB RvB RvB

Wie voert uit RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Januari 2011 April 2011 Mei 2011

April 2011 Mei 2011 December 2011

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Klachten en suggesties systematisch registreren.  Evalueren met de beroepskrachten. Klachten en suggesties worden bij ADR-Vlaanderen steeds beantwoord, maar niet systematisch geregistreerd. We willen hier meer systematiek in brengen door een registratiesysteem op zetten dat de administratieve kracht van ADR-Vlaanderen kan beheren. Het registratiesysteem zal ook aan de ADR-groepen worden voorgesteld met als doel hen extra te stimuleren om klachten en suggesties naar ADR-Vlaanderen te richten.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

101


OD 7.4: Tegen juni 2011 beschikken ADR-Vlaanderen en Somepro vzw over een samenwerkingsovereenkomst die de samenwerking tussen beide organisaties omschrijft. Actie Overleg tussen beide organisaties organiseren Uitschrijven van samenwerkingsovereenkomst

Wie neemt initiatief RvB

Wie voert uit RvB

RvB

RvB

Start actie

Einde actie

Januari 2011 Maart 2011

Maart 2011 April 2011

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Halfweg de beleidsperiode de overeenkomst expliciet toetsen op de uitvoering. Uit de interne analyse van ADR-Vlaanderen is gebleken dat de samenwerking tussen ADR-Vlaanderen en Somepro vandaag niet altijd duidelijk is afgelijnd. Hierin zullen we verandering brengen door in overleg tussen de Raden van Bestuur van beide organisaties een samenwerkingsovereenkomst op te stellen die alle aspecten van de samenwerking beschrijft. Er werden reeds stappen gezet in deze richting door het opstellen van een contract tussen ADR-Vlaanderen en Somepro. Dit contract zal inhoudelijk verder uitgewerkt worden.

A C T IE DORPEN R O E M E N IĂ‹ A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

102


OD 7.5: Tegen eind 2011 beschikt ADR-Vlaanderen over een plan om de samenwerking met andere sociaal-culturele organisaties te organiseren. Actie Inventarisatie van mogelijke partners en activiteiten Contacten leggen met organisaties Uitschrijven van een plan

Wie neemt initiatief RvB RvB Beroepskracht

Wie voert uit RvB Beroepskracht RvB Beroepskracht Beroepskracht

Start actie

Einde actie

Januari 2011 Maart 2011 Septembe r 2011

Maart 2011 Juli 2011 December 2011

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Opstarten van samenwerkingsverbanden met andere sociaal-culturele organisaties In het uitgebreide netwerk van ADR-Vlaanderen zitten reeds een aantal (al dan niet erkende) sociaalculturele organisaties. Er lopen reeds samenwerkingsprojecten op de verschillende niveaus (ADRgroepen, regio’s en koepelniveau). Met het oog op de uitbouw van ADR-Vlaanderen als volwaardige sociaal-culturele vereniging legt ADR-Vlaanderen een extra focus op de sociaal-culturele organisaties met het eigen netwerk. Er wordt op zoek gegaan naar nieuwe samenwerkingsverbanden die hun realisatie vinden op één of meerdere niveaus. Om te beginnen wordt een inventarisatie opgemaakt van mogelijke samenwerkingspartners en thema’. Op basis van deze inventaris zullen bestaande samenwerkingsverbanden eventueel worden uitgebreid en zullen ook nieuwe organisaties worden gecontacteerd met het oog op een verkenning van de samenwerkingsmogelijkheden. Na verkennende gesprekken zal de beroepskracht van ADR-Vlaanderen overgaan tot het opstellen van een concreet plan om de samenwerking in de volgende jaren van de beleidsperiode te organiseren.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

103


OD 7.6: Midden 2013 organiseert de RvB van ADR-Vlaanderen een mid-evaluatie van het lopende beleidsplan. Actie Opstellen tussentijds voortgangsrapport Uitvoeren mid-evaluatieve Opstellen evaluatierapport

Wie neemt initiatief RvB

Wie voert uit Beroepskracht

RvB

RvB Beroepskracht Beroepskracht

Beroepskracht

Start actie

Einde actie

April 2013

Juni 2013

September 2013 Oktober 2013

Oktober 2013 November 2013

Acties na de realisatie van deze Operationele Doelstelling:  Verspreiding van het evaluatierapport naar ADR-groepen en het Vlaams agentschap.  Besluiten trekken en waar nodig bijsturen. 2011 – 2015 is de eerste beleidsperiode van ADR-Vlaanderen als sociaal-culturele vereniging, en de eerste periode dat de organisatie met een beleidsplan voor 5 jaar werkt. Een extra opvolging is daarom niet overbodig. Halfweg de beleidsperiode plannen we een tussentijdse evaluatie om te bekijken of de doelstellingen die we onszelf hebben gesteld haalbaar zijn, en waar eventueel herziening nodig is. In functie van deze mid-evaluatie zal de beroepskracht een tussentijds voortgangsrapport opstellen, op basis van de jaarlijkse voortgangsrapporten. Dit rapport zal worden voorgesteld aan de RvB en de leden van ADR-Vlaanderen. De inhoud van het voortgangsrapport en de feedback van de ADR-leden worden diepgaand besproken met de RvB en extra betrokkenen. Het rapport van de evaluatie, dat wordt opgesteld door de beroepskracht, zal daarna worden verspreid naar alle belanghebbenden. Het beleid van ADR-Vlaanderen dient uiteraard besluiten te trekken uit deze mid-evaluatie i.f.v. het verder verloop van de beleidsperiode, met als doel het realiseren van de vooropgestelde strategisch en operationele doelstellingen.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

104


7.2 Middelen In de voorbije 20 jaar heeft ADR-Vlaanderen financieel haar inkomsten gevonden uit 2 bronnen. Tot de afschaffing van de visumplicht haalde ADR-Vlaanderen het grootste deel van de inkomsten uit het faciliteren van deze visa voor de ADR-vrijwilligers. Vanaf 2005 waren de lidgelden de belangrijkste bron van inkomsten. Vanaf 2011 zal de Vlaamse Overheidssubsidie een extra bron van inkomsten zijn. Deze dient met zorg en overleg besteed te worden in overeenstemming met de regels en de geest van het decreet. Hierbij volgt de begroting waarbij de inkomsten en uitgaven worden weergegeven aan de hand van een jaarlijkse modelbegroting. Deze modelbegroting geeft de verhoudingen weer waaraan middelen in de volgende 5 jaar worden gespendeerd. ADR-Vlaanderen zal van de Vlaamse Overheid starten met een jaarlijkse subsidie van ongeveer 123.500 euro. Dit is het minimum dat de Vlaamse Overheid beschikbaar stelt aan erkende sociaalculturele verenigingen. Jaarlijks zal deze subsidie geĂŻndexeerd worden. Jaarlijks legt ADR-Vlaanderen een aangepaste begroting voor aan de ADR-leden tijdens AV in de eerste helft van het kalenderjaar. Deze jaarlijkse begroting gaat hand in hand met een jaarlijks werkingsplan dat een beschrijving geeft van de strategische en operationele doelstellingen.

A C T IE DORPEN R O E M E N IĂ‹ A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

105


7.2.1 Inkomsten ADR-Vlaanderen zal financiële middelen verwerven uit eigen inkomsten. De inkomstenposten zijn in onderstaande tabel weergegeven. Het lidmaatschap is hierbij een belangrijke bron van eigen inkomsten. ADR-Vlaanderen hoopt dat deze bron nog zal stijgen omdat de ondersteuning voor de ADR-groepen wordt verstevigd. Het is tevens ook een teken naar de subsidiërende overheid dat de ADR-groepen mee wensen te investeren in de gehele structuur om een kwalitatieve en professionele vereniging uit te bouwen. Andere inkomsten komen uit de abonnementen van e ADR-Nieuwsbrief, allerlei deelnamegelden (bv. ADR-Contactdag), activiteitenaanbod, aanbod van vormingspakketten, verkoop van producten en informatie, diensten (bv. verzekering). De gemeenschappelijke projecten genereren ook een groot bedrag voor wat betreft de eigen inkomsten. Dit zijn investeringsgelden van ADR-groepen die mee de gemeenschappelijke projecten willen financieren i.f.v. de eigen Roemeense partner. De grootste financiële bron van inkomsten is uiteraard de subsidie van de Vlaamse Overheid. Om deze subsidie recht te hebben, moet ADR-Vlaanderen voldoen aan voorwaarden die per decreet zijn vastgelegd (zie 3.8). ADR-Vlaanderen verwacht een subsidiering van € 123.500 voor het eerste jaar. De volgende jaren verwacht ADR-Vlaanderen dat deze subsidie zal geïndexeerd worden. Er is geen rekening gehouden met eventuele projectsubsidie. De huidige crisis laat hiervoor weinig kans. Deze kunnen in de jaarplannen vermeld worden.

INKOMSTEN Wat Lidgelden

4.500

Nieuwsbrief

2.000

Deelnamegelden

200

Activiteiten

1.000

Vormingspakketten

500

Informatie en verkoop

100

Diensten

700

Gemeenschappelijke projecten

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

Euro

10.000

Subsidie Vlaamse Overheid

123.500

Totaal

142.500

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

106


7.2.2 Uitgaven Aan de besteding van deze Vlaamse Overheidssubsidies zijn voorwaarden verbonden. Er kan niet geïnvesteerd worden in de ‘oost-werking’, m.a.w. activiteiten die in COE doorgaan mogen niet gefinancierd worden door subsidiegelden. Er kunnen eveneens geen gelden zomaar verdeeld worden onder de aangesloten ADR-leden. Verder moet er een aanzienlijk deel van de subsidiegelden voorzien worden voor het tewerkstellen van personeel i.f.v. de uitbouw van een kwalitatieve en professionele vereniging in overeenstemming met de sociaal-culturele verenigingssector. De uitgaven van ADR-Vlaanderen zijn weergegeven in onderstaande tabel. Het is een modelbegroting die een basis voor de volgende vijf jaren. Na 2011 zal er een reëler beeld mogelijk zijn voor de begroting van 2012. Personeelskosten  De grootste uitgavenpost zijn de personeelskosten. Ze bedragen 72,8 % van de Vlaamse subsidie. 73% ligt wat betreft de verhouding tegenover werkingskosten en afschrijvingskosten binnen het percentage dat aanvaard wordt binnen de sector van het sociaal-culturele verenigingswerk.  ADR-Vlaanderen wenst te starten met een ploeg van: o Educatieve beroepskracht: 1 voltijdse equivalent o Administratieve beroepskracht: 4/5de equivalent  Als startende sociaal-culturele vereniging dient ADR-Vlaanderen nog personeel aan te werven. Het is nu onmogelijk in te schatten welke kandidaten zich aandienen als sollicitant en welk geselecteerd worden. Het is voor beide functies belangrijk om stevige mensen te hebben die voldoende competenties hebben om de taken die dienen uitgevoerd te worden, degelijk te realiseren.  Daarom dat ADR-Vlaanderen ervoor opteert om als educatieve beroepskracht iemand te selecteren op het niveau ‘B1a verantwoordelijke’ met ervaring de aansluit en voldoende zelfstandigheid bezit om de dagelijkse invulling en sturing van de eigen opdrachten te kunnen inschatten.  Voor de administratieve beroepskracht wordt gekozen voor iemand voor de categorie ‘A1 Administratie’ met een degelijk opleidingsniveau die in staat is een degelijke ondersteuning te bieden aan de educatieve beroepskracht zodat de educatieve een minimum aan administratieve taken heeft en zich ten volle kan inzetten voor de uitbouw van de organisatie, de ondersteuning van vrijwilligers en de gekozen doelstellingen.  In de begroting vindt u het bedrag dat begroot is. Indien dit bedrag niet ten volle benut wordt n.a.v. de aanwerving van de twee hoger vermeldde beroepskrachten, wordt het resterende bedrag geïnvesteerd in personeelskosten voor een tweede educatieve beroepskracht, wellicht een beperkt aantal uren (naargelang het resterende budget). Werkingskosten  De werkingskosten bedraagt 26,3 % van de Vlaamse subsidie.  Deze worden geïnvesteerd in het aanbod voor de lokale ADR-groepen, vorming, communicatie, structuur en bestuur, kennis en informatie, en voorwaarde scheppende kosten. In elk jaarplan worden deze meer gedetailleerd weergegeven.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

107


Er dient vermeld te worden dat de kosten van infrastructuur/accommodatie beperkt kunnen worden, omdat er in de huidige gebouwen waar de zetel gevestigd is kan gehuurd worden (€ 3.300 per jaar). Moderne en ingerichte bureelruimtes zijn beschikbaar. Bovendien zijn in de huurprijs allerlei voorzieningen inbegrepen waarvan dagelijks gebruik wordt gemaakt: onderhoud, ondersteuning ICT netwerkmaster, (telefonisch) onthaal, ingerichte overleg- en vergaderruimtes,fax, archiefruimte, documentatieruimte, refter, keuken, parking fiets en auto, modern sanitair, douches. Daarnaast zijn er in het gebouw enkele diensten aanwezig waarvan gebruik kan gemaakt worden tegen kostprijs of verlaagd tarief: drukkerij, kopieservice op de eigen werkvloer, postservice, boekhouding en beperkte personeelsadministratie. Dit maakt dat er enerzijds bespaart kan worden ten voordele van andere posten en anderzijds dat de beroepskracht geen tijd moeten investeren in al deze voorwaarde scheppende zaken.

Afschrijvingen / investeringen  De afschrijvingskosten bedragen 0,8% van de Vlaamse subsidie.  Het percentage ligt laag omdat er op een goede basis kan gehuurd worden binnen het huidige kader (zie hoger).  ADR-Vlaanderen zal voornamelijk moeten investeren in computers voor het personeel. Naargelang de grootte van het team ook in meubilair. Begrotingstabel  Bij de kolom van de bedragen is de besteding van de subsidies van de Vlaamse Overheid apart vermeld. De laatste kolom vermeldt de uitgaven met toevoeging van de eigen ADR-bijdragen (inkomsten). In elk jaarplan wordt deze begroting meer gespecificeerd.

Uitgaven Algemeen

Specifiek

subsidie VL

Personeelskost

subsidie VL + ADR

90.000

90.000

7.300

21.500

Werkingskosten Aanbod groepen Vorming

5.800

8.300

Structuur en bestuur

4.700

5.000

Kennis en informatie

4.000

4.500

Voorwaarde scheppende kosten

6.200

6.700

1.000

1.000

123.500

142.500

Totaal

A C T IE R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

3.300

Communicatie

Afschrijvingen

DORPEN

2.600

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

108


8.DE HOUDING VAN ADR-VLAANDEREN T.A.V. DE 12 BEOORDELINGSELEMENTEN 1. De wijze waarop de vier functies van het sociaal-cultureel werk worden gerealiseerd De beleidsperiode 2011 - 2015 is de eerste beleidsperiode van ADR-Vlaanderen als sociaal-culturele vereniging. Het is belangrijk voor onze organisatie dat in deze periode de 4 functies van het sociaalcultureel werk worden uitgebouwd en gerealiseerd. Voor ADR-Vlaanderen is dit dan ook een van de belangrijkste beoordelingscriteria. Enerzijds is het expliciet werken rond deze 4 functies nieuw voor ons als vereniging. Anderzijds zijn we doorheen het proces van gegevensverzameling en interne analyse tot de vaststelling gekomen dat in de dagelijkse manier van werken deze functies al aan bod komen doorheen activiteiten en dat er heel wat aanknopingspunten te vinden zijn voor de verdere uitbouw van deze functies in de activiteiten op lokaal en bovenlokaal vlak. De maatschappelijke activerings- en gemeenschapsvormende functies krijgen het duidelijkst vorm in de manier van werken van de lokale groepen. De educatieve functie wordt voornamelijk ingevuld op het bovenlokale niveau, doorheen vormingsactiviteiten op regionaal en nationaal niveau. Een belangrijke opdracht waar we in deze beleidsperiode voor staan, is om onze lokale groepen bewust te laten worden van de eigenheid van het sociaal-cultureel werk.

ADR-Vlaanderen wil in de komende beleidsperiode de 4 functies van het sociaal-cultureel werk realiseren via het stimuleren van de ADR-groepen, het aanleveren van gebruiksklare activiteiten die vallen onder de 4 functies, opleiding te geven en informatie te verstrekken over de betekenis van de 4 functies.

ďƒ° Dit verwezenlijken we via SD 1, (OD 1.2, 1.3 en 1.4 en 1.5) SD 2 (OD 2.1 tem 2.4), SD 3 (OD 3.1), SD 4 (OD 4.1, 4.2, 4.3, 4.4), SD 5 (OD 5.2, 5.5), SD 7 (OD7.5)

2. De wijze van begeleiding van de afdelingen of groepen : de ontwikkeling van het afdelingswerk en groepswerk, het aantal afdelingen of groepen ADR-Vlaanderen bestaat doorheen de lokale groepen. Het begeleiden van deze groepen is de eerste kerntaak van onze organisatie. Het is dan ook vanzelfsprekend dat ADR-Vlaanderen opteert voor de uitbouw van ADR-groepen.

Wij kiezen om dit te doen via een goed uitgebouwde ondersteuning van de regiowerking en via het aanbieden van diverse modellen voor het regionale en lokale niveau, steunend op een inventarisatie van de noden van de groepen. Op die wijze hopen we dat de aangeboden modellen ook effectief A C T IE DORPEN R O E M E N IĂ‹ A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

109


gebruikt worden door de ADR-groepen. De eigenheid van de ADR-groepen maakt dat de begeleiding van de groepen zich afspeelt in het spanningsveld tussen enerzijds het respecteren van de unieke werking van iedere ADR-groep en anderzijds het zoeken van raakpunten, gemeenschappelijke noden en mogelijkheden om samen gemeenschappelijke projecten uit te werken. Uitwisseling van ervaringen en kennis tijdens regiovergaderingen vormt daarom het centrum van de afdelingsbegeleiding, naast de rechtstreekse, individuele begeleiding.

ADR-Vlaanderen wil ook via een goed vrijwilligersbeleid meer ADR-groepen betrekken bij de werking van de koepel.

 Dit verwezenlijken we via SD1 (OD 1.1 – 1.5), SD3 (OD 3.2, 3.3), SD 4 (OD 4.1), SD 5 (OD 5.2, 5.5), SD6 (OD 6.1, 6.2), SD7 (OD 7.1)

3. Het beleid ten aanzien van de vrijwilliger ADR-Vlaanderen was tot nu toe een organisatie met uitsluitend vrijwillige medewerkers, maar blijft ook in de toekomst in essentie een vrijwilligersvereniging. De aanwerving van een beroepskracht zal ons wel de mogelijkheid geven om een sterker, meer doordacht beleid uit te werken naar vrijwilligers toe, op het niveau van planning, werving, taakomschrijving, opleiden en begeleiden van vrijwilligers. De beroepskracht zal met andere woorden in dienst staan van een nog grotere gedragenheid van de organisatie door vrijwilligers. In deze beleidsperiode zal ADR-Vlaanderen veel aandacht hechten aan de regiowerking. De regio’s zijn een belangrijk communicatiekanaal tussen de lokale groepen en het landelijk niveau en omgekeerd, met rechtstreekse vertegenwoordiging binnen de Raad van Bestuur. Verder levert ADRVlaanderen in deze periode inspanningen om vrijwilligers te betrekken bij de ADR-Nieuwsbrief. Ten derde zullen we energie stoppen in het oprichten van werkgroepen en de inzet van vrijwilligers op het landelijk secretariaat. ADR-Vlaanderen investeert ook in de inventarisatie van de kennis en expertise van de vrijwilligers om ze maximaal te kunnen betrekken bij de werking van ADRVlaanderen.  Dit verwezenlijken we via SD 1 (OD 1.1 – 1.5), SD 3 (OD 3.2), SD 5 (OD 5.1, 5.2), SD 6 (6.1 – 6.4), SD 7 (7.1, 7.2, 7.3)

4. De acties met het oog op de verdieping en verbreding van de participatie Beoordelingscriteria 3 en 4 gaan voor ADR-Vlaanderen grotendeels samen. Aan de ene kant willen we de vrijwilligers meer doen participeren, dus alle doelstellingen onder criterium 3 zijn ook hier relevant. Daarnaast willen ook nieuwe vrijwilligers betrekken bij de werking, waaronder de piste van de ervaringsdeskundigen vanuit Centraal- en Oost-Europa die zich in Vlaanderen hebben gevestigd.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

110


De nauwe samenwerking met andere sociaal-culturele organisaties moet onze basis ook verbreden en verdiepen.

 Dit verwezenlijken we via dezelfde doelstellingen onder criterium 3, aangevuld met SD6 (OD 6.3), SD 7 (OD 7.5)

5. De communicatie met de leden Communicatie met onze leden ervaren we als belangrijk. Een goede communicatie is een eerste voorwaarde om een goede begeleiding van de groepen mogelijk te maken. Uit de analyse van onze organisatie is ook gebleken dat de communicatie via vele wegen verloopt en ook vlot verloopt. Er wordt langs diverse kanalen gecommuniceerd vanuit het landelijke niveau naar de lokale groepen, en de lokale groepen weten de koepel ook goed te vinden via verschillende wegen. Daarom willen we in deze beleidsperiode verschillende kanalen verder uitwerken om op een effectieve en efficiënte wijze te communiceren.

We willen bovendien communicatie met onze leden niet loskoppelen van externe communicatie. Daarom kiest ADR-Vlaanderen voor een geheel communicatieplan, om van daaruit te kunnen kiezen welke kanalen effectief moeten worden benut, op welke wijze en op welk moment. Enkele prioriteiten voor de komende periode hebben we al vastgelegd, namelijk de ADR-Nieuwsbrief zowel intern verdiepen als extern verruimen, en het benutten van het kennis- en expertisecentrum als communicatie met de buitenwereld. Ook de uitwerking en het up-to-date houden van de website zal een aandachtspunt zijn.

 Dit verwezenlijken we via SD 1 (1.1), de communicatie rond SD2, SD 3 (OD 3.1 – 3.4), SD5 (5.1 – 5.4), SD7 (7.3)

6. Het ontwikkelen van acties en activiteiten met een landelijk karakter Traditioneel werkt ADR-Vlaanderen met vormingspakketten, gemeenschappelijke projecten en werkgroepen, en landelijke vormingsinitiatieven. Dit wordt in deze beleidsperiode nog versterkt. We zijn ervan overtuigd dat de contactmomenten tussen de afzonderlijke ADR-groepen een zeer belangrijke motiverende en inspirerende werking hebben. We werken daarom verder op hetzelfde elan als in het verleden, en zetten vooral in op een hogere participatie van de lokale groepen aan de landelijke acties en activiteiten.

 Dit verwezenlijken we via SD1 (1.2, 1.4, 1.5), SD2 (2.4), SD4 (4.1, 4.2, 4.3, 4.4), SD5 (5.2, 5.4)

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

111


7. Het ontwikkelen van vernieuwende en bijzondere activiteiten Uiteraard vervult ADR-Vlaanderen dit beoordelingscriterium, maar het is in deze eerste beleidsperiode geen prioriteit. ADR-Vlaanderen zet vooral in op het stabiliseren, versterken en verder uitbouwen van de bestaande werking. ADR-Vlaanderen investeert wel in de uitbouw van vernieuwende / bijzondere activiteiten in die zin dat we nieuwe thema’s aanreiken, nieuwe culturele activiteiten aanbieden, nieuwe samenwerkingsverbanden opzetten en een nieuwe input zoeken via het aantrekken van ervaringsdeskundigen uit COE. Het stimuleren van de bovenlokale activiteiten is, zoals hoger beschreven, bijzonder voor ADR-Vlaanderen. Algemeen zijn de gemeenschappelijke projecten altijd vernieuwend, want zij moeten zich voortdurend aanpassen aan de actuele situatie, zowel in Vlaanderen als in de nieuwe lidstaten in Europa.

 Dit verwezenlijken we via SD 1 (OD 1.1, 1.2, 1.4, 1.5), SD2 (2.1 – 2.4), SD4 (4.1, 4.3, 4.4), SD5 (OD 5.1, 5.2), SD7 (OD7.5)

8. De aanpak van de diversiteit met specifieke aandacht voor interculturaliteit ADR-Vlaanderen is per definitie een ‘diverse organisatie’ in die zin dat de lokale groepen vele lagen en verschillende groepen van de bevolking vertegenwoordigen. Dit is een gevolg van de manier waarop de organisatie historisch is gegroeid en van het zeer concrete engagement dat de werking van de ADR-groepen biedt aan vrijwilligers. ADR-Vlaanderen zal deze diversiteit in de toekomst blijven waarderen en stimuleren. ADR-Vlaanderen wil deze diversiteit bovendien versterken en uitbreiden door aandacht te geven aan diversiteit in het vrijwilligersbeleid en door het betrekken van vrijwilligers uit COE die in Vlaanderen verblijven.

Naast deze diversiteit in het vrijwilligersbestand is interculturaliteit en intercultureel leren een essentieel onderdeel van de werking van de ADR-groepen door de aard van de samenwerking met COE. Wederzijds leren tussen burgers aan de beide kanten van Europa vindt plaats in de contacten tussen gasten en gastgezinnen, tussen mensen die samen werken aan projecten, die samen feest vieren, enz…  Dit verwezenlijken we via SD2 (OD 2.1, 2.4) SD6 (OD 6.1, 6.3, 6.4)

9. De samenwerking en netwerkvorming met andere organisaties ADR-Vlaanderen is al altijd een netwerkorganisatie geweest. De organisatie is historisch zo ontstaan, en gezien de aard van de werking was dit een logische weg. Met de erkenning hebben we besloten

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

112


om ons netwerk meer te verfijnen, uit te bouwen en te verduidelijken. Voornamelijk de relatie met onze prioritaire partners zoals Somepro wordt verduidelijkt en zo nodig geherdefinieerd. Zoals in het beleidsplan te lezen is, heeft ADR-Vlaanderen in de voorbije jaren steeds een zeer nauwe en verrijkende samenwerking gekend met Somepro, met deze keerzijde dat voor ADR-groepen en buitenstaanders de grens tussen beide organisaties niet altijd even helder zichtbaar is. De erkenning en subsidiëring van ADR-Vlaanderen biedt ons de gelegenheid om deze relatie uit te klaren.

Door onze beleidsmatige aanpak worden er ook nieuwe partners in het netwerk betrokken. Gezien de erkenning als sociaal-culturele vereniging breidt ADR-Vlaanderen in deze beleidsperiode haar netwerking uit naar een breder spectrum van sociaal-culturele partners. Dit krijgt bijzondere aandacht tijdens deze beleidsperiode.  Dit verwezenlijken we via SD1 (OD 1.4, 1.5) SD2 (OD 2.3), SD4 (OD 4.1, 4.2, 4.3, 4.4), SD 5 (OD 5.3, 5.4), SD7 (7.5)

10. De manier waarop in de werking rekening gehouden wordt met principes van integrale kwaliteitszorg IKZ kan niet weggedacht worden uit de dagelijkse werking van een erkende sociaal-culturele organisatie. Om dit effectief toe te passen heeft ADR-Vlaanderen al van bij de start van het beleidsplanningsproces de principes van IKZ toegepast en zal ze de PDCA-cirkel (systematische aanpak volgens het stramien plan – do – check – act) verder toepassen in de algehele werking. Dit wil zeggen: de activiteiten worden gepland en volgen uit doelstellingen, er zijn tussentijdse evaluaties, metingen en bevragingen, uit de eindevaluaties volgt steeds feedback die wordt meegenomen voor de organisatie van de volgende activiteit. Op deze manier worden minder goede acties niet herhaald en goede initiatieven bestendigd.

 Alle doelstellingen voldoen aan IKZ.

11. De zorg voor professionalisering en professionaliteit Zoals gesteld in de beleidsopties, is de stap van een volledige vrijwilligersorganisatie naar een professionele organisatie essentieel voor ADR-Vlaanderen tijdens deze eerste beleidsperiode. Dit is een voorwaarde om ons beleidsplan in de komende 5 jaren te kunnen uitvoeren. Zonder de aanwerving van een eigen beroepskracht is dit onmogelijk. Professionalisering staat met andere woorden zeer hoog op de agenda tijdens deze beleidsperiode.

Het is een nieuwe ervaring voor ADR-Vlaanderen om met eigen beroepskrachten te werken, hoewel ADR-Vlaanderen heel veel expertise heeft kunnen halen uit de samenwerking met Somepro. ADRVlaanderen heeft daarom beslist om, vooraleer de eigen beroepskracht aan te werven, een

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

113


personeelsbeleid uit te werken. Deze acties starten al in 2010, zodat ADR-Vlaanderen klaar is voor de aanwerving in 2011. Daarenboven wordt er hoog ingezet op de professionaliteit van het vrijwilligerskorps.

 Dit verwezenlijken we via SD5 (OD 5.1 -5.4), SD6 (OD 6.1 – 6.4) 12. Het engagement ten aanzien van de door de Vlaamse Regering geformuleerde

beleidsprioriteiten Uiteraard engageert ADR-Vlaanderen zich ertoe om eventuele door de Vlaamse regering geformuleerde beleidsprioriteiten uit te voeren, wanneer wij daarvan in kennis worden gesteld.

A C T IE DORPEN R O E M E N IË A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

114


Dank Aan iedereen die geholpen heeft aan het realiseren van dit beleidsplan

Maar vooral

Aan de vele mensen die elke dag zich belangeloos inzetten als ADR-vrijwilliger in hun lokale ADR-groep voor hun Roemeense partner

A C T IE DORPEN R O E M E N IĂ‹ A D R

- V L A A N D E R E N

ADR-Vlaanderen vzw Beleidsplan 2011 - 2015

115


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.