Kijk eens hoe stoer ik ben
De Congolese Chanel is sinds 2010 in België. Ze werkte als huishoudhulp, maar is moeten stoppen omdat haar arbeidsvergunning niet langer in orde was. Ze wil maar al te graag terug aan de slag. “Het is alsof ze me verplichten in een rolstoel te zitten, terwijl ik geen handicap heb.” Haar foto en verhaal maken deel uit van de expo ‘Un pass politique’ van de Syrische fotograaf Abdulazez Dukhan.
> Lees blz. 4-5
We hadden het kunnen weten, dat het een paar dagen na een nieuwe peiling politiek weer zou gaan stormen. Het politieke landschap is zo versplinterd dat de kleinste potentiële stemmenverschuiving – die heel vaak binnen de foutenmarge blijft, wat betekent dat niemand er iets zinnig kan over zeggen – zorgt voor paniek in partijhoofdkwartieren. Naar aanleiding van een vorige slechte peiling nam toenmalig cd&vvoorzitter Coens ontslag. Het belang van peilingen is niet langer dat ze kiesintenties proberen weer te geven, hoe vaak ook al gebleken is dat zelfs dat niet lukt. Het belang van peilingen is ondertussen dat ze politiek sturen en zorgen voor dagenlang mediaplezier. Dat is niet de schuld van de peilingen, wel van het feit dat partijpolitiek paniekvoetbal is geworden. Onder druk van de voetbalverslaggeving die de wetstraatmedia zijn geworden. Messi – Mahdi, gaan ze door of niet?
In de kijker
Huishoudhulp Aurora: “Ik zou willen dat ik de kracht had van de vrouw op het schilderij”
VAKBEWEGING
Postbus 10 1031 Brussel
Tel. 02 244 34 81
vakbeweging@acv-csc.be www.hetacv.be
Eindredactie: Patrick Van Looveren en Bram Van Vaerenbergh
Foto cover: Abdulazez Dukhan
Vormgeving: Gevaert Graphics
Druk: Drukkerij ‘t Hooft Verantw. uitgever: Dominique Leyon
We hadden het ook kunnen weten dat partijvoorzitters die het even niet meer weten naar beneden zouden schoppen. Dat paniek de overhand haalt. Om zo de aandacht af te leiden van de slechte cijfers én om zo tegelijk te tonen hoe stoer ze wel zijn. Om zo beter te scoren in een volgende peiling. “Kijk eens wat ik durf”. Naar mensen schoppen die het moeilijk hebben, die op de laagste sporten van de ladder van maatschappelijk aanzien staan, dat is politiek heel interessant omdat het quasi risicoloos is. Die mensen hebben geen machtige stem in de media. Die mensen hebben geen rechtstreekse lijn met twitter en televisie-economen. Die mensen hebben geen vrienden in het parlement waar ze druk kunnen op uitoefenen. De enigen waar ze kunnen op rekenen zijn de vakbonden en armoedeorganisaties. Maar die liggen politiek niet in de goede schuif, want ze stellen lastige vragen, doorkruisen politieke spelletjes, komen op straat.
Maar toch kwam het nog als een verrassing, de aankondiging van cd&v-voorzitter Sammy Mahdi in De zevende dag. Plots wil hij werkloosheidsuitkeringen in de tijd beperken.
Terwijl hij in zijn vorig jaar verschenen boek nog schreef “Ik geloof niet in een beperking in de tijd van de werkloosheidsuitkering”.
Terwijl uit wereldwijd wetenschappelijk onderzoek blijkt dat uitkeringssancties niet werken om zieken of werkzoekenden aan het werk te dwingen, ze drijven mensen gewoon richting de armoede. Terwijl in een ernstige analyse van cijfers de sleutels voor echte oplossingen liggen. Uit die cijfers blijkt dat langdurig werkzoekenden voornamelijk mensen zijn die kampen met een medisch probleem of op oudere leeftijd werkloos zijn geworden. Die problemen los je niet op met ze op droog zaad te zetten. Dat doe je door die problemen op te lossen en als dat niet lukt door te zorgen voor aangepast werk voor deze mensen.
Maar dat is natuurlijk niet zo stoer, niet zo makkelijk samen te vatten in een straffe uitspraak in een televisiestudio. Dat vraagt natuurlijk inspanningen van de politiek zelf. Dat betekent dat de politiek de goede vrienden van het bedrijfsleven onder druk moet zetten om praktijken op de werkvloer aan te passen. Nee, dan is naar beneden schoppen interessanter en makkelijker.
Of het Sammy Mahdi iets zal opleveren, dat zal duidelijk worden in de beste peiling die we hebben: het resultaat van verkiezingen. De analisten in de studio stellen in de voorbeschouwing wel al vast dat het politiek heel druk wordt in het stoere kamp, dat het daar schaarse plaatsjes worden. En wat dan? Nieuwe zondebokken zoeken? Zijn dan zieken aan de beurt? Na migranten, na de SWT-ers, na syndicalisten, na de Walen, na de armen?
/ Marc Leemans, voorzitter ACV /
FEEDBACK
Alle bemerkingen over en suggesties voor Vakbeweging en de militantencommunicatie zijn meer dan welkom. Stuur een mailtje naar vakbeweging@acv-csc.be
IN DE KIJKER
“Ik zou willen dat ik de kracht had van de vrouw op het schilderij”
U VRAAGT, WIJ DRAAIEN
Hoe zit het met mijn loon als ik in een assisenjury zetel en krijg ik een extra vergoeding?
ACTUEEL
• Omzetting begrotingsakkoord, loonnorm die zero wordt en sluimerende plannen
• Welvaartsvastheid 2023-2024: het hele plaatje
ZWART OP WET
• Naar 5 dagen recht op opleiding per individuele werknemers: kogel door de kerk
• Ziek of ongeval? Toch recht op jaarlijkse vakantie
• Arbeidsdeal hapert in uitvoering
OVERLEG ONDERNEMING
Wat bespreken in OR en Comité PB januari?
WELZIJN OP HET WERK Jaarverslagen interne en externe dienst PB
DE STELLING
Flexi-jobs ondermijnen vaste tewerkstelling
INTERVIEW
Karim Dibas over gemeenschapsdienst voor werkzoekenden
Rose Monata Ndundu
vrouw op het schilderij.”
Met een plumeau stoft Aurora, een Filipijnse huishoudhulp, meticuleus een kunstwerk af. Een kunstwerk dat een veelvoud waard is van wat zij op een maand verdient. “De vrouw op het schilderij lijkt me een sterke vrouw”, zegt ze. “Ik zou willen dat ik haar kracht had.”
Aurora is sinds 2016 in België aan de slag als huishoudhulp. De foto waarop ze te zien is maakt deel uit van de fototentoonstelling ‘Un pass politique’, die mensen in beeld brengt die zonder wettelijke verblijfsvergunning aan de slag zijn en vaak slachtoffer zijn van uitbuiting. Het ACV-verbond Brussel vroeg Abdulazez Dukhan, een 24-jarige Syrische fotograaf die in Brussel woont om de fotoreeks te maken. Abdulazez begon met fotograferen in een vluchtelingenkamp in Griekenland in 2016. Vrijwilligers gaven hem een fototoestel en sindsdien maakt hij er een missie van om met zijn foto’s het verhaal te brengen van mensen die niet gehoord worden. Christian Meulders, de directeur van Sürya, een vzw die zich bekommert om mensen die slachtoffer zijn van internationale mensenhandel: “Economische exploitatie van migranten zonder papieren doet zich voor in alle sectoren: nachtwinkels, restaurants, de transportsector, afvalsortering, de bouw, de petrochemie (cf. Borealis-case), schoonmaak bij particulieren en industriële reiniging, fruitpluk, … Hoe dieper we in een economische crisis geraken, hoe meer uitbuiting we vaststellen van precaire werknemers en dat zet ons hele sociaaleconomische systeem onder druk.” De Verenigde Naties riepen 18 december uit tot Internationale Dag van de Migrant, een dag waarop extra aandacht wordt gevraagd voor de fundamentele rechten van migranten. Laat het de aanzet zijn voor een betere bescherming van arbeidsmigranten.
“Ik zou willen dat ik de kracht had van deTEKST Donatienne Coppieters & Patrick Van Looveren FOTO Abdulazez Dukhan
Indexering ledenbijdrage
Omwille van de hoge inflatie de laatste maanden, zag het ACV zijn kosten sterk toenemen. Om onze dienstverlening te kunnen blijven garanderen, is het daarom nodig om de ledenbijdrage voor de meeste leden vanaf 1 januari aan te passen. Zo’n indexering van de ACV-bijdrage zal vanaf 2023 trouwens nog maar één keer per jaar worden toegepast.
Deze aanpassing is geen aangenaam nieuws, maar we verzekeren je: elke euro die we ontvangen, wordt geïnvesteerd in een versterking van onze dienstverlening en jouw belangenbehartiging. Dankzij jouw bijdrage kunnen we blijven opkomen voor jouw rechten. En dat is vandaag meer dan ooit nodig. Denk maar aan het behoud van de automatische index, een goed loon, veilige werkomstandigheden, een leefbare combinatie tussen werk en vrije tijd én betere pensioenen en uitkeringen.
In heel wat sectoren krijg je een groot deel van je lidgeld overigens terug in de vorm van een vakbonds- of syndicale premie.
Een overzicht van alle bijdragen vind je op https://www.hetacv.be/lidmaatschap/bijdragen-en-premies Al je voordelen vind je op www.acvvoordelen.be
Zonder aanpassingen aan het werk ziet amper negen procent van de werknemers zich de pensioenleeftijd van 67 jaar halen. Een bevraging van bijna 10.000 werknemers door het ACV in de provincie Antwerpen leidt tot die ontnuchterende conclusie. “Overal waar ik kom hoor ik hetzelfde verhaal: op deze manier blijven werken tot de verhoogde pensioenleeftijd is gewoon niet haalbaar”, zegt Els Cools, bewegingswerker ACV Provincie Antwerpen. “Op de vraag wat moet gebeuren om het te kunnen volhouden tot de pensioenleeftijd geeft twee derde aan dat het aantal werkuren moet verminderen. Daarop volgt het krijgen van een minder zware taak. Alleen zijn die mogelijkheden er in de praktijk nauwelijks, antwoorden vier op de vijf bevraagde werknemers. Als we niets doen, zal het aantal langdurig zieken alleen maar toenemen. Je verplaatst de kosten dan louter van de pensioenen naar de ziekte- en invaliditeitsuitkeringen. Werkbaar werk moet op de politieke agenda.”
Op visie.net lees je een uitgebreid artikel van Nils De Neubourg over de ACV-bevraging.
Nationaal en internationaal, dezelfde strijd!
1000 syndicalisten van meer dan 200 vakbonden uit 120 landen kwamen van 17 tot 22 november samen in het Australische Melbourne voor het vijfde congres van het Internationaal Vakverbond en namen een verklaring aan voor ‘A new social contract’. Dat is nodig, want het huidige sociaaleconomische systeem botst op zijn limieten in een wereld die geconfronteerd wordt met grote uitdagingen zoals de klimaatverandering, de coronapandemie en de technologische ontwikkelingen. Het congres nam ook meerdere resoluties aan, één ter bevordering van vrede en democratie en één waarin het IVV zijn bezorgdheid uitte over de groei van extreemrechts, totalitarisme en autoritarisme, die het gemunt hebben op de universele mensenrechten en de vakbondsrechten in het bijzonder. De ‘ITUC Global Rights Index’ toont aan dat er nooit zoveel schendingen waren van werknemersrechten als nu.
Agathe Smyth van de internationale dienst van het ACV was erbij in Melbourne. Haar relaas kan je lezen op hetacv.be/vakbeweging. Meer op ituc.csi.org.
Salariswagen blijft te aantrekkelijk
Het mobiliteitsbudget dat in het leven werd geroepen om het aantal salariswagens te verminderen in het voordeel van duurzamere vervoersmiddelen, is vooralsnog geen onverdeeld succes. Integendeel, het aandeel werknemers met een bedrijfswagen blijft toenemen. “Het zou helpen als bedrijven verplicht werden om het mobiliteitsbudget aan te bieden aan werknemers met recht op een bedrijfswagen”, zegt Koen Repriels, mobiliteitsexpert van de ACV-studiedienst.
Lees het artikel van Wim Troch op visie.net
3.364
Een werknemer die een opleiding volgt kan op het werk afwezig blijven met behoud van zijn normale loon. De werkgever kan dit loon beperken tot een bij KB vastgesteld grensbedrag. Omdat de spilindex de voorbije maanden een aantal keren werd overschreden, werd de loongrens voor het betaald educatief verlof (Vlaams opleidingsverlof in Vlaanderen) voor het schooljaar 2022-2023 verhoogd van 3.170,00 naar 3.364,00 bruto per maand voor de periode 1.01.2023-31.08.2023.
Kilometervergoeding woon-werk- en beroepsverplaatsingen
Indien een werknemer zijn eigen wagen gebruikt voor het werk dient de werkgever in principe de kost hiervan te vergoeden. Door de energiecrisis voorzag de federale regering dat de maximale kilometervergoeding elk kwartaal kan aangepast worden, retroactief vanaf 1 maart 2022 (voorheen was dat één keer per jaar). Voor dit kwartaal bedraagt de maximale kilometervergoeding 0,4201 euro/km. Werkgevers zijn wel niet verplicht om het maximum toe te kennen, tenzij de verplichting werd vastgelegd, bijvoorbeeld in een sectorale cao.
Deel onze nieuwjaarsboodschap
‘Ondanks de energiecrisis houdt het ACV ook in 2023 het vuur brandend. We blijven ons verder inzetten voor eerlijke akkoorden, betere werkplekken, meer koopkracht en ‘iedereen mee’, is de boodschap op de kerst- en eindejaarsaffiche van het ACV. Je vindt de affiche in verschillende formaten op de ACV-website. Print ze af en hang ze op het syndicaal prikbord in je onderneming. Of gebruik de e-mailhandtekening in je digitale communicatie.
www.hetacv.be/actualiteit/campagnes/2023
Tools voor interimmers
In Vakbeweging nr. 974 vond je al de affiche die de campagne rond de eindejaars- en syndicale premie van Interim United ondersteunt. We wijzen nog even op het andere ondersteunende materiaal dat werd uitgewerkt:
• Brochure ‘SOS Interim, 20 vragen, 20 antwoorden’ (beschikbaar in Nederlands, Frans en Engels)
• Interimchecklist voor afgevaardigden (beschikbaar in Nederlands, Frans en Engels)
• Online tools ‘gewaarborgd loon’ en ‘betaalde feestdagen’ waarmee interimmers in een paar klikken te weten komen of ze daar recht op hebben
Alle materiaal en info vind je op www.hetacv.be/interimunited
Met al je vragen over interimwerk kan je terecht bij de helpdesk InterimUnited@acv-csc.be
Een 60-jarige verpleger of bouwvakker is vandaag even versleten als een halve eeuw geleden.Els Cools, bewegingswerker ACV Provincie Antwerpen
OMZETTING
BEGROTINGSAKKOORD
LOONNORM DIE ZERO BLIJFT
EN SLUIMERENDE PLANNEN
Het parlement en de regering zijn druk bezig hun begrotingsakkoord voor 2023-2024 te vertalen in wetten en besluiten. Het meeste zit in een ontwerp van programma, dat nu in zeven haasten door de Kamer wordt gejaagd. Daarnaast is het wachten op het plan voor een grote belastinghervorming dat minister van Financiën Van Peteghem nog in december op tafel zou moeten leggen.
TEKST Chris Serroyen | FOTO Jaromir ChalabalaAis dat niet het enige plan dat wordt gesmeed. Want de rechterzijde en de werkgeverszijde beginnen nu druk te zetten op twee andere structurele hervormingen: de pensioenhervorming en de hervorming van de arbeidsmarkt. Om meer te besparen op de pensioenen dan de verstrenging van het recht op een minimumpensioen en de herinvoering van een pensioenbonus vermogen. En om de sociale bescherming van de werknemers op actieve leeftijd nog meer te ontwrichten dan de afgesproken maatregelen in de begroting en de arbeidsdeal, waarbij de werkloosheidsverzekering intact werd gelaten.
Zoenoffers richting Europa Tegelijk zoekt de regering paniekerig naar een aantal zoenoffers richting Europa om geen Europees geld voor het Belgische plan voor herstel en veerkracht verloren te laten gaan. En om de groeiende Europese kritiek op ons overheidstekort en onze overheidsschuld te beantwoorden. Dat alles wordt nog versterkt door de vroeg ingezette verkiezingscampagne van een aantal
regeringspartijen, die menen dat je radicaalrechts kunt verslaan door hen na te praten. En door een premier die niet de verkiezingen wil ingaan met het imago dat hij er enkel nog is om op de winkel te letten.
(rechtse) zin te kunnen doen. Ofwel als een weloverwogen gok dat ze kiezers voor radicaalrechts kunnen terughalen naar een (door regeringsdeelname bezoedelde) fletse kopie ervan.
Loonnorm blijft zero
0De loonnorm voor 2023-2024. Die blijft nul, maar met ruimte voor een eenmalige netto energiepremie tot 500 of 750 euro.
Dat de werklozen begin december de roetpiet kregen toegeschoven van cd&v, met (onder meer) de roede van de beperking in duur van de uitkeringen is slechts een voorproefje van het opbod dat ons de komende maanden staat te wachten. Met nieuwe aanvallen op de rechten van de werknemers en de gerechtigden op sociale uitkeringen. Op de syndicale rechten ook, om nog meer dan ze al doen in te grijpen in cao’s en in de vrijheid van onderhandelen. Zeker ook omdat Europa rond Pasen een begin van antwoord verwacht om zijn hervormingshonger even te stillen. Niet dat die rechtse en verrechtsende politici zich enige begoocheling maken dat zware ingrepen echt kans maken in deze regering. Ze beschouwen het ofwel als een investering in een zevende staatshervorming – “zie je wel, in dit land lukt niks meer” - om nadien in Vlaanderen hun
In vorige Vakbeweging las je over het bemiddelingsvoorstel van de regering voor de loonnorm voor 2023-2024. Die blijft nul, maar met ruimte voor een eenmalige netto energiepremie tot 500 of 750 euro. Op sectoraal vlak enkel te onderhandelen voor bedrijven met hoge, respectievelijk uitzonderlijk hoge winst. En met een soepelere voorwaarde voor bedrijfsoverleg: daar mag het als “de resultaten goed zijn”. Maar die beperkte mogelijkheid om iets te voorzien bovenop de zero loonnorm was wel gekoppeld aan de voorwaarde dat er tegen 1 december in de Groep van 10 of de NAR een akkoord zou zijn over die zeronorm, met inbegrip van engagementen voor sociale vrede. Terwijl al in de sterren stond geschreven dat dit niet mogelijk zou zijn. Dat hebben de vakbonden inmiddels ook bevestigd aan de sterren van de Wetstraat. Het is nu wachten op de conclusies die de regering eruit trekt en de wetgeving die ze voorbereidt. Dan pas gaan we beter weten wat we in de sectoren en bedrijven al dan niet kunnen aanvangen met die energiepremie. Intussen voeren de werkgevers hun verzet op tegen de automatische indexering en pleiten wij voor het behoud ervan.
Een aantal regeringspartijen menen dat je radicaalrechts kunt verslaan door hen na te praten.
Welvaartsvastheid 2023-2024: het hele plaatje
Over de woordbreuk voor de welvaartsvastheid van de uitkeringen in 2023-2024 hadden we het al in vorige Vakbeweging. Eerst zegde de regering min of meer een herhaling toe van de verbeteringen voor 2021-2022. Maar uiteindelijk besloot ze 40,4 miljoen euro af te pitsen van het budget voor de volledig werklozen met de laagste werkloosheidsuitkeringen. Hun verbetering wordt herleid tot 1,3%, tegenover de 2 à 3,5% van vorige ronde. Wat is nu het nieuwe plaatje voor werknemers en gerechtigden op bijstand (tenzij de regering weer van gedacht verandert)?
TEKST Chris Serroyen | ILLUSTRATIE Viktoria KurpasPensioenen
Er wordt opnieuw een bijkomende stap gezet richting een minimumpensioen van netto 1.500 euro per maand. Op 1 juli 2023 komt er opnieuw 2% bij, waardoor we (zonder nieuwe indexering in 2023) bruto voor een alleenstaande dan al aan 1.626,60 euro per maand zitten. Voor het gezinspensioen wordt dat 2.033,25 euro per maand. Noteer dat er buiten de welvaartsvastheid op 1
januari 2023 opnieuw 2,65% bij komt. En nog eens zoveel op 1 januari 2024.
De verhoging met 2% wordt ook toegepast op het minimumrecht per loopbaanjaar, op het plafond van het minimumjaarrecht en op het berekeningsplafond voor de nieuwe gevallen, zij het pas vanaf 1 januari 2024. Ook daar bovenop verhogingen die al eerder waren beslist door de regering.
Het vakantiegeld dat in mei op de rekening komt, gaat opnieuw omhoog: met 3,8% in mei 2023 en bovenop nog eens met 2,55% vanaf mei 2024.
Er komt ook een herwaardering van de oudere pensioenen boven het minimum:
• pensioenen ingegaan in 2018 +2% op 1 juli 2023;
• pensioenen ingegaan in 2019 +2% op 1 januari 2024;
• pensioenen ingegaan vóór 2008 +1,2% op 1 juli 2023.
Tijdelijk werklozen
• Minimumuitkering +3,5% vanaf 1 juli 2023.
• Berekeningsplafond +1,1% vanaf 1 juli 2023 (ook voor wie al werkloos is).
Alleenstaande ouders met zorgverlof voor een kind
• Uitkering voor thematisch verlof +1,2% vanaf 1 juli 2023.
• Uitkering bij 1/5-tijdskrediet +1,2% vanaf 1 juli 2023.
Volledig werklozen
Op 1 juli 2023 worden bij de werkloosheidsuitkeringen de minima en forfaitaire uitkeringen verhoogd met 1,3%, ongeacht de gezinssituatie. Aanzienlijk minder dan in 2021 (zie hoger).
De inschakelings- en beschermingsuitkeringen voor schoolverlaters gaan wel omhoog zoals vorige keer, vanaf 1 juli 2023:
• gezinshoofden +3,5%;
• bevoorrechte samenwonenden +3,5%;
• alleenstaanden +2,4112%;
• gewone samenwonenden +2%.
Noteer dat dit komt bovenop de verdere verbetering van de minimumuitkeringen die de regering eerder besliste buiten de welvaartsvastheid: op 1 januari 2023 en 1 januari 2024 komt er telkens opnieuw 1,125% bij.
In één beweging gaan de RVA-forfaits voor de jeugdvakantie, de seniorvakantie, mantelzorgers en de onthaalouders ook opnieuw met 2,4112% omhoog op 1 juli 2023.
De berekeningsplafonds stijgen op 1 juli 2013 opnieuw met 1,1% voor de gewone werklozen en met 1% voor de SWT’ers. Ook voor wie al werkloos is. Op 1 januari 2023 zouden alle SWT’ers normaal ook een herwaardering moeten krijgen van de toeslag van de werkgever of het fonds. Voorlopig
blokkeren de werkgevers dat echter in de Nationale Arbeidsraad.
Zieken en invaliden
De minima verhogen opnieuw vanaf 1 juli 2023:
• regelmatige werknemers met gezinslast +2,5%;
• andere werknemers +2%.
Noteer: die minima gelden nu vanaf de 4 de maand ziekte. Vanaf 1 januari 2023 komt er ook een minimum vanaf de 3de maand, zij het – anders dan vanaf de 4 de – maand voor ieder op het niveau van een alleenstaande. Dat minimum zal vanaf 1 januari 2024 ook gelden vanaf de 1ste maand (na periode gewaarborgd loon bij ziekte).
Het vakantiegeld voor de invaliden, de zgn. inhaalpremie die telkens in mei wordt betaald, gaat opnieuw omhoog:
• voor personen met gezinslast +80 euro vanaf mei 2023;
• voor personen zonder gezinslast +40 euro in twee stappen: +35 euro in mei 2023 en bovenop +5 euro vanaf mei 2024.
Berekeningsplafonds voor nieuwe gevallen +1,1% vanaf 1 januari 2024.
Voorts worden ook de oudere invaliditeitsuitkeringen boven het minimum geherwaardeerd:
• uitkeringen die in 2018 zijn ingegaan +2% op 1 juli 2023;
• uitkeringen die in 2019 zijn ingegaan +2% op 1 januari 2024;
• uitkeringen die vóór 2008 zijn ingegaan (dus minstens 15 jaar oud) +0,95% op 1 juli 2023;
• invaliditeitspensioen voor mijnwerkers +2,5% op 1 juli 2023.
Arbeidsongevallen en beroepsziekten
Voor beide takken zijn gelijkaardige verbeteringen voorzien:
• minima en forfaits +2% vanaf 1 juli 2023;
• berekeningsplafonds voor nieuwe gevallen +1,1% vanaf 1 januari 2024;
• herwaardering oudere uitkeringen boven het minimum: zelfde scenario als voor invaliden (zie hoger);
• de sociale bijdrage voor wie een uitkering cumuleert met pensioen wordt vanaf 1 juli 2023 verder verlaagd van 4,45% tot 3,35%, als vijfde en laatste stap van het meerjarenplan om de bijdrage terug te brengen van 13,07% (vóór 1 oktober 2015) naar 3,35%.
Gerechtigden op sociale bijstand
• Leefloon +2% vanaf 1 juli 2023.
• Inkomenswaarborg bejaarden (IGO) +2% vanaf 1 juli 2023.
• Inkomensvervangende tegemoetkoming voor personen met handicap (IVT) +2,2% vanaf 1 juli 2023.
Noteer dat die drie verbeteringen komen bovenop de beslissingen van deze regering buiten welvaartsvastheid. De bijstandsuitkeringen voor mensen in armoede stijgen ook nog eens op 1 januari 2023 en 1 januari 2024, telkens met 2,6875%.
Kogel door de kerk
Al een tijd vraagt het ACV dat elke werknemer recht moet krijgen op minstens vijf dagen opleiding per jaar, als individueel recht. Dat komt er eindelijk aan.
Chris Serroyen | FOTO Rawpixel.comHet recht op vijf dagen opleiding werd al door de vorige federale regering, die van Michel, erkend. Maar slechts op papier. Sectoren mochten zelf een “groeipad” bepalen om die vijf dagen ooit te bereiken. En dan niet als indivueel, afdwingbaar recht. Maar als een doelstelling die als gemiddelde voor het gehele personeelsbestand moest worden bekeken. En dan nog met uitzonderingen voor de bedrijven met minder dan 20 werknemers. Waarbij de werkgever, bij aanspraken van een individuele werknemer, dan altijd kon zeggen dat het recht al was opgebruikt door de andere werknemers. De regering-De Croo beloofde het daadwerkelijk om te zetten in een individueel recht. Al liet de uitvoering twee jaar op zich wachten. Dit in het kader van de zogenaamde arbeidsdeal. Met de wet van 3 oktober houdende diverse arbeidsbepalingen is de kogel nu door de kerk: vier dagen al in 2023 (vanaf 1 januari) en de volle vijf dagen vanaf 2024. Zij het met behoud van de uitzonderingen voor de bedrijven met minder dan 20 werknemers.
Nieuwe generatie van sectorale cao’s
Het toepassingsgebied blijft hetzelfde: dat van de cao-wet, dus de volledige privésector, uitgebreid tot stads- en streekvervoer en enkele andere overheidsorganismen.
Ondernemingen met minder dan 10 werknemers blijven evenwel uitgesloten. En voor bedrijven van 10 tot 19 werknemers blijft er een bijzonder, versoepeld regime: slechts 1 dag opleiding per jaar als een sectorale cao niet hoger gaat. Ook de definitie van
opleiding blijft wat ze is. De wet beoogt zowel formele opleidingen als informele opleidingen die rechtstreeks verband houden met het werk. De opleiding kan door de werknemer ook buiten de gewone werktijden worden gevolgd, In dat geval geven die uren recht op het normale loon, evenwel zonder recht op toeslag voor overwerk.
de sectorale cao;
• ofwel krijgt elke individuele werknemer van de werkgever een individueel opleidingskrediet (op een rekening);
• ofwel doet de werkgever niks: dan blijft het opleidingsrecht sowieso toegekend, maar zonder verdere formaliteiten op bedrijfsvlak.
De nieuwe wetgeving blijft in elk geval de voorrang geven aan sectorale vormingsakkoorden. Die bieden het voordeel van sterkere afdwingbaarheid.
Minpunt: de sectoren wordt ook de mogelijkheid gelaten om het aantal dagen en het groeipad te verminderen. Zonder dat ze lager mogen gaan dan wat al in vroegere akkoorden werd overeengekomen. En met twee dagen per jaar als absoluut minimum.
Al blijft wel de verplichting een “groeipad” vast te leggen in de cao. Voor elke tweejaarlijkse periode moeten die sectorale opleidings-cao’s tegen uiterlijk 30 september van het eerste jaar worden neergelegd, dus voor de eerste keer tegen 30 september 2023.
Individuele opleidingsrekening en zo niet een simpel recht
De 1, 4 of 5 dagen zijn pro rata te verminderen voor de werknemers die niet voltijds tewerkgesteld zijn en/of geen gans jaar in dienst zijn. Noteer: schorsingen van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst (bv. door ziekte of tijdelijke werkloosheid) leiden niet tot een vermindering van het jaarlijks krediet.
De drie opties voor de werkgevers voor de verplichte toekenning van het recht in de vroegere regeling blijven gehandhaafd:
• ofwel een algemeen verbindend verklaar-
Zonder dergelijke sectorale cao kan elke werkgever ook een opleidingsrekening invoeren. Dat betekent dus wel dat er, in afwachting van de sector-cao’s, in 2023 nog 9 maanden onzekerheid gaat blijven: komt er nu zo’n sectorale cao of niet? Op die rekening moet de werkgever voor 2023 minstens vier dagen opleiding en vanaf 2024 vijf dagen dagen per jaar zetten (herleid tot één dag voor bedrijven met 10 à 19 werknemers, zie hoger). Op die rekening houdt de personeelsdienst bij hoeveel dagen de werknemer al heeft opgenomen. De werknemer mag die rekening altijd inzien. En één keer per jaar krijgt hij of zij te horen hoeveel er nog op de rekening staat.
Als het bedrijf niet onder toepassing valt van een sector-cao, en er ook geen individuele opleidingsrekening werd geopend, dan valt het bedrijf onder een aanvullende regeling, zonder enige formaliteit voor de werkgever:
• bedrijven van minstens 20 werknemers: een recht van vier dagen opleiding per jaar in 2023 en vijf dagen vanaf 2024 per (voltijdse) werknemer (i.p.v. de twee dagen in het vroegere regime);
• bedrijven met 10 à 19 werknemers: één dag.
VAN RECHT NAAR OPLEIDING
Het is niet omdat er een opleidingsrecht is dat dit recht ook daadwerkelijk wordt opgenomen. Werknemers moeten daartoe gemotiveerd worden. En werkgevers moeten de garanties bieden voor daadwerkelijke opname van het recht.
Met een toereikend opleidingsaanbod. Met een adequate opleidingsplanning. Met voldoende incentives voor werknemers om deel te nemen aan
De opleiding kan door de werknemer ook buiten de gewone werktijden worden gevolgd.”
Ziek of ongeval? Toch recht op je jaarlijkse vakantie
Als je de pech hebt ziek te worden of een ongeval te hebben tijdens je jaarlijkse vakantie, dan kan je vanaf volgend jaar je recht op jaarlijkse vakantie voor die dagen uitstellen.
TEKST Nathalie Diesbecq Illustratie EccoVanaf 1 januari 2023 hebben werknemers die ziek zijn of een ongeval hebben tijdens hun vakantie, het recht hebben om die dagen over te dragen naar een later tijdstip. Je moet dan wel onmiddellijk je werkgever verwittigen, ook als je in het buitenland verblijft. Je moet ook meedelen waar je verblijft en een medisch attest voorleggen (ook als je in het buitenland verblijft). Tegelijk moet je meedelen of je je recht op “behoud van de vakantiedagen” wil uitoefenen. Voor de ziektedagen en de dagen van arbeidsongeschiktheid door een ongeval heb je recht op het gewaarborgd loon.
Op te nemen in de 24 maanden na
vakantiejaar
Werknemers wier arbeidsovereenkomst langdurig geschorst is wegens volgende redenen: een arbeidsongeval, een beroepsziekte, een gewone ziekte, een gewoon ongeval, een moederschapsrust of een (vervangend) vaderschapsverlof, een geboorteverlof, een adoptieverlof, een profylactisch verlof, een verlof voor pleeg -
Wie zijn vakantiedagen wil uitstellen en overdragen, zet best het vakantiegeld dat ermee overeenstemt eventjes weg op de spaarrekening.
vakantiejaar. Dit is dus voor de eerste keer na het vakantiejaar 2023. Ze kunnen deze vakantiedagen dan opnemen in die periode van 24 maanden. Dit wil zeggen dat zij voor de daarop volgende vakantiejaren, bijv. vakantiejaar 2024, soms tot 8 weken vakantie zullen kunnen opnemen. Uiteraard wordt de vakantie altijd in overleg met de werkgever gepland en opgenomen.
Geen aanrekening op vakantiegeld in vakantiejaar
zorg of een pleegouderverlof en die er dus niet toekomen om hun recht op jaarlijkse vakantie van 4 weken, opgebouwd tijdens het vakantiedienstjaar van 2022, op te nemen in het vakantiejaar 2023, zullen deze vakantiedagen kunnen overdragen gedurende een periode van 24 maanden na het
MODEL VAN GENEESKUNDIG GETUIGSCHRIFT
Om alles vlotter te laten verlopen, is voorzien dat de sociale partners in de Nationale Arbeidsraad een model van geneeskundig getuigschrift zullen opstellen, zodat dit gemakkelijk kan worden ingevuld door een arts als de werknemer in het buitenland verblijft.
Tot nu toe was het zo dat er een aanrekening van het overeenstemmende vakantiegeld op de uitkeringen van de mutualiteit in december van het vakantiejaar gebeurde, indien men in de loop van december nog steeds “arbeidsongeschikt” is of de arbeidsovereenkomst nog geschorst was wegens een van de redenen vermeld in de opsomming hierboven. Deze regeling wordt afgeschaft. Wie zijn vakantie door ziekte of ongeval of een van hoger genoemde redenen niet kan opnemen tijdens het vakantiejaar zal voortaan in december (bedienden) toch zijn vakantiegeld krijgen. De arbeiders krijgen hun vakantiegeld van de vakantiekassen in de loop van de maanden mei-juni van het vakantiejaar. In december zal noch voor de bedienden, noch voor de arbeiders een inhouding gebeuren op hun uitkering. Dat laatste moet nog geregeld worden, maar dit maakt deel uit van de ganse regeling.
In die zin is het vakantiegeld (enkel vakantiegeld) voor de niet opgenomen dagen dan ook een voorschotbetaling en dit betekent dus dat als de werknemers in de loop van de overdrachtsperiode van 24 maanden hun uitgestelde vakantiedagen opnemen, zij hiervoor reeds hun vakantiegeld hebben gehad. Dus opgelet, wie zijn vakantiedagen wil uitstellen en overdragen, zet best ook
het vakantiegeld dat ermee overeenstemt eventjes weg op de spaarrekening.
Wat bij afwezigheid wegens zwangerschap?
Voor zwangere werkneemsters die langdurig geschorst zijn wegens werkverwijdering geldt deze regeling van uitstel en overdracht van vakantie niet. Tenzij dat de werkneemster, aan de hand van een medisch getuigschrift dat aan de werkgever wordt overgemaakt, bewijst dat zij haar vakantie omwille van gezondheidsredenen onmogelijk kan opnemen tijdens de periode van haar werkverwijdering. Dan komt ze ook in aanmerking voor een overdracht van 24 maanden.
Goede zaak
In elk geval is dit een goede zaak. Het heeft heel wat jaren geduurd voor dit probleem werd opgelost. Nochtans stond België al langer onder druk van de Europese Commissie omdat onze vakantieregeling in deze niet ‘arbeidstijdrichtlijn-proof’ was. Dit probleem is vanaf 1 januari 2023 dus van de baan.
Arbeidsdeal hapert in uitvoering
Doordat de wet houdende diverse arbeidsbepalingen zo laat werd gepubliceerd komen er meer en meer uitvoeringsproblemen.
TEKST Chris Serroyen
Recht op deconnectie
In vorige Vakbeweging meldden we al dat minister van Werk Dermagne zich verplicht zag de datum voor de concretisering van het recht op deconnectie (bij cao of arbeidsreglement) te verschuiven van 1 januari 2023 naar 1 april 2023. Dat geeft niet enkel op bedrijfsvlak, maar ook in de paritaire comités meer tijd om daar goeie afspraken over te maken. Bij de werkgevers leefde de idee om dat te vervangen door een afspraak in de Nationale Arbeidsraad. Maar dat zien we als vakbonden voorlopig niet zitten, omdat je voor zoiets best maatwerk hebt op bedrijfsvlak of in de sector. En dus moet zeker niet meer worden gewacht op een initiatief van de NAR.
Bevordering arbeidsinzetbaarheid bij ontslag
Ook voor de bevordering van de arbeidsinzetbaarheid bij ontslag, het grondig hervormde artikel 39ter van het eenheidsstatuut, dreigt uitstel. Voor de ontslagen vanaf 1 januari 2023 van werknemers met een opzeg (of navenante vergoeding) vanaf 30 weken zou er een budget komen voor deelname aan initiatieven die de arbeidsinzetbaarheid bevorderen: opleiding, coaching, outplacement, loopbaanbegeleiding, procedures voor erkenning van verworven competenties… Er is voorzien dat dit gefinancierd wordt vanuit de patronale bijdragen op een deel van het loon tijdens de opzegtermijn of de verbrekingsvergoeding. Dat zou dan door de RSZ ter beschikking worden gesteld van de RVA. Alleen staan RSZ en RVA totaal niet klaar, ook gehinderd door de besparingen die hen werden opgelegd. En dus sparen we meer informatie hierover op tot die duidelijkheid er is.
Individueel recht op opleiding
Op 1 januari treedt het vernieuwde individuele recht op opleiding ten aanzien van de werkgever in werking. Maar ook dat wordt een haperende start. Omdat dit bij voorrang in de sectoren vorm moet krijgen. En die krijgen in de arbeidsdeal tijd tot 30 september 2023. Dat belet niet om in detail het nieuwe wettelijke kader toe te lichten (zie artikel op blz. 12-13).
ENERGIECRISIS
Ga na wat impact is van stijgende energieprijzen
Besteed bijzondere aandacht aan de impact van de energiecrisis op de economische en financiële situatie van je onderneming. Hoe energie-intensiever je bedrijf hoe meer dit speelt. Ga na wat het aandeel is van de energiekosten in het luik ‘Diensten en diverse goederen’ (post 61 van de resultatenrekening) en beoordeel de gevolgen van een stijging van de energieprijzen voor de winst van de onderneming en voor de werkgelegenheid (tijdelijke werkloosheid,...). Je kan in de OR informatie vragen over de energiecontracten die je onderneming heeft. Ga ook na wat de inspanningen en investeringen zijn om het energieverbruik te verminderen.
JANUARI
Het jaarlijks actieplan rond welzijn op het werk voor 2023 op de sporen zetten en een grondige bespreking wijden aan de periodieke informatie. Dat zijn zaken die zeker aan bod moeten komen in de vergaderingen van de ondernemingsraad en het Comité PB van januari. Bereid de vergaderingen goed voor!
Comité PB
• Bespreking maandverslag interne dienst PB: de preventieadviseur die de interne dienst PB leidt, moet dit verslag (over het aantal arbeidsongevallen, de genomen preventiemaatregelen, de relatie met de externe dienst PB) mondeling toelichten en bijkomende vragen beantwoorden;
• Jaarlijks actieplan 2023: de uitvoering van dit actieplan gaat op 1 januari van start. Spreek af hoe je het jaarlijks actieplan zal opvolgen in het Comité PB
• Jaarverslagen interne en externe dienst PB: deze rapporten worden besproken in februari. Elk effectief lid moet ten minstens 15 dagen vóór de vergadering van de maand februari het jaarverslag van de interne dienst ontvangen. Verzeker je dat de informatie
tijdig beschikbaar is, zodat je de discussie over de jaarverslagen goed kan voorbereiden.
In ondernemingen met minder dan 100 werknemers die geen OR hebben, hebben de Comités PB toch bevoegdheden inzake economische, financiële en sociale materies. Deze comités moeten ook de periodieke (driemaandelijkse) informatie krijgen over de structuur van de tewerkstelling en de tewerkstellingsperspectieven.
OR
Bespreking periodieke (of driemaandelijkse) informatie, die omvat: • de economisch-financiële informatie: deze moet uiterlijk 15 dagen vóór de vergadering schriftelijk aan de leden van de ondernemingsraad worden bezorgd. Er wordt zowel informatie gegeven over de voorbije 3 maanden als vooruitzichten voor het komende trimester (verkoop, bestellingen, productie, kosten en kostprijs, stocks, productiviteit, effecten op de tewerkstelling); • informatie over het tewerkstellings- en personeelsbeleid. De werkgever dient gedetailleerde informatie over de tewerkstelling te verstrekken: evolutie over de voorbije maanden en de toekomstverwachtingen (geplande ontslagen en indienstnemingen, inschakelen van tijdelijke werkkrachten en interimmers,,…);
EFI
Betrek bedrijfsrevisor
Op vraag van de werknemers- of werkgeversafvaardiging zal de bedrijfsrevisor de ondernemingsraad waarop de periodieke informatie wordt behandeld bijwonen.
• informatie over de tewerkstellingsstimuli. Tegelijk met de periodieke informatie moet de werkgever de ‘statistische fiche’ meedelen aan de ondernemingsraad. Deze statistische fiche bevat informatie over het gebruik van een aantal tewerkstellingsstimuli en de financiële weerslag hiervan op de onderneming).
KOUDE EN COMFORT
Bevraag personeel
Om energie te besparen wordt in heel wat ondernemingen de thermostaat enkele graden lager gezet. De welzijnsreglementering legt minimumtemperaturen vast om de gezondheid van de werknemers te beschermen, maar stelt ook dat rekening moet gehouden worden met de gangbare normen inzake comfort. Werd dit besproken in het Comité PB en werd het personeel betrokken bij die beslissing? Bevraag het personeel over hoe ze deze temperatuurverlaging op de arbeidsplaats ervaren. Ga hierover de discussie terug aan in het Comité PB wanneer de collega’s klagen over een gebrek aan comfort.
vergoeding?
Nu het assisenproces over de aanslagen van 22 maart 2016 volop in de aandacht is, vraag je je misschien af hoe het zit met je loon en of je extra betaald krijgt om in een assisenjury te zetelen.
Er is één hof van assisen per provincie en één voor het administratieve arrondissement Brussel-Hoofdstad. Elk assisenhof bestaat uit 3 beroepsmagistraten, bijgestaan door een jury van 12 burgers (en één of meer plaatsvervangers) die door het lot worden aangewezen. Voor elk assisenproces wordt de jury opnieuw samengesteld.
De eerste 5 dagen dat iemand zetelt in de jury worden als klein verlet beschouwd. De werkgever betaalt het loon van zijn werknemer dan gewoon door. Als het proces langer duurt dan 5 dagen, is de werkgever niet langer verplicht om het loon door te betalen. Doet hij dit wel dan krijgt hij van de FOD Justitie een vergoeding die gelijk is aan het bruto dagloon verhoogd met de patronale bijdragen voor de sociale zekerheid, het vakantiegeld en de eindejaarspremie. Extralegale voordelen van de werkgever worden niet in rekening gebracht. Betaalt de werkgever het loon van zijn werknemer niet door, dan zal de staat het brutoloon van het jurylid uitbetalen.
Elke persoon die opgeroepen wordt om te zetelen in een assisenjury ontvangt bovenop zijn loon een vergoeding van 11,15 euro, ongeacht of die persoon ontheven of gewraakt wordt. Elk jurylid (effectief of vervanger) krijgt daarnaast een vergoeding van 45,21 euro voor elke dag hij of zij zetelt of op de debatten aanwezig is. Daarbij komt nog een kilometervergoeding van 0,5397 euro om naar het assisenhof te komen.
Hoe zit het met mijn loon als ik in een assisenjury zetel en krijg ik een extra
Jaarverslag van de interne dienst PB
(art. II.7-24, 2° en bijlage II.1-3 van de Codex Welzijn)
De interne dienst PB moet vijftien dagen vóór de vergadering van februari een jaarverslag bezorgen aan elk gewoon (=effectief) lid van het Comité PB.
De werkgever moet vóór 1 april dit jaarverslag ter beschikking houden van de inspectie welzijn op het werk. Vóór 1 mei moeten de gewone en plaatsvervangende leden van het Comité PB, de gewone en plaatsvervangende leden van de ondernemingsraad én de vakbondsafvaardiging een afschrift ontvangen.
Jaarverslagen interne en externe dienst PB
Van februari tot mei is het een bijzonder drukke periode in het Comité PB. De preventiediensten moeten dan hun jaarverslagen voorleggen. Het Comité PB onderzoekt deze verslagen in detail en geeft hierover een advies. De jaarverslagen bewijzen pas hun nut wanneer ze gebruikt worden om het welzijnsbeleid bij te sturen en te verbeteren.
TEKST Kris Van Eyck | FOTO ProStockStudioIn het kaderstuk bij dit artikel kan je zien welke jaarverslagen je moet ontvangen, wie deze verslagen opmaakt en wat de timing is. De verantwoordelijkheid voor het tijdig ontvangen van deze documenten ligt bij de voorzitter van het Comité PB, de werkgever. Over de wijze waarop deze documenten worden bezorgd aan de comitéleden maak je best afspraken in het huishoudelijk reglement. Kijk dus nog eens grondig na of het huishoudelijk reglement hierover regels bevat. Krijgt iedereen bijvoorbeeld een exemplaar of wordt voorzien in één exemplaar per delegatie? De verslagen zijn misschien ook digitaal ter beschikking. Voor bepaalde technische bijlagen van de verslagen kan het volstaan dat ze ter inzage
liggen. Een begrijpelijke samenvatting is soms veel interessanter. Let wel, alle effectieve comitéleden hebben wettelijk gezien het recht om al deze documenten vooraf te ontvangen. Je bepaalt zelf hoe je het wil.
Stel tijdschema op voor bespreking
Je maakt best op voorhand een tijdschema op voor de bespreking in het Comité PB. Het is onmogelijk om al deze informatie te bespreken op één vergadering. Bespreek bijvoorbeeld het verslag van de interne dienst PB in de vergadering van de maand februari en het verslag van de externe dienst PB in maart. Zorg ervoor dat het Comité PB zijn advies geeft vooraleer de
verslagen tegen einde maart ter beschikking moeten zijn van de inspectie welzijn op het werk. Bereid de bespreking in het Comité PB goed voor. Praat hierover in je kern, organiseer een speciale voorvergadering, win advies in bij de preventieadviseur, de arbeidsarts, enz. Vraag via je secretaris naar de ACV-welzijnsdeskundige die je zo nodig kan bijstaan.
De belangrijkste elementen in het jaarverslag zijn:
• inlichtingen betreffende de onderneming;
• de ongevallen op de arbeidsplaats;
• de ongevallen op de weg van en naar het werk;
• de gezondheid van de werknemers: als er een jaarverslag van de arbeidsgeneeskundige dienst bestaat, volstaat het om dit in bijlage toe te voegen;
• de veiligheid: voorstellen ter verbetering en het gevolg dat eraan werd gegeven, de controles door de technische controleorganismen,...;
• hygiëne en verfraaiing: vragen, adviezen, klachten, analyses en controles, bezoeken, suggesties,...;
• de preventie van de psychosociale belasting veroorzaakt door het werk;
• de aangewende vormings-, voorlichtings- en propagandamiddelen;
• informatie over documenten, inlichtingen, vorming en propaganda aan de werknemers, de voornaamste thema’s van het jaarlijks actieplan, enz.
Jaarverslag van de externe dienst PB
De externe dienst PB moet een jaarlijks activiteitenverslag opstellen voor elke onderneming die hij opvolgt die meer dan 50 werknemers telt (ARAB, art. 121 §3). Dit activiteitenverslag wordt ook voorgelegd op het Comité PB. Voor de bespreking hiervan wordt geen tijdschema weergegeven in de wetgeving. Dit gebeurt best zo vroeg mogelijk in het jaar, want het moet samen met het jaarverslag van de interne dienst PB ten laatste vanaf 1 april ter beschikking worden gehouden van de inspectie toezicht welzijn op het werk.
In tegenstelling tot het jaarverslag van de interne dienst PB, is er voor het verslag van de externe dienst PB geen model vastgelegd. Het bevat in ieder geval de informatie over het gezondheidstoezicht en over de preventie van de psychosociale risico’s wanneer de preventieadviseur psychosociale risico’s tot de externe dienst PB behoort. Dit laatste gaat over de risicoanalyses, de voorgestelde preventiemaatregelen, de incidenten en de psychosociale interventies. Al deze informatie wordt toegevoegd aan het jaarverslag van de interne dienst PB.
Ook moet de arbeidsarts jaarlijks een kwantitatief en kwalitatief verslag over de collectieve aspecten van re-integratie voorleggen. Het Comité PB is wettelijk verplicht om minstens éénmaal per jaar, in aanwezigheid van de arbeidsarts, te overleggen over de mogelijkheden voor aangepast of ander werk op collectief niveau. Dit om een doeltreffend re-integratiebeleid te ontwikkelen (art. I.4-79 van de Codex Welzijn).
De externe dienst PB is tot slot verplicht om een online inventaris bij te houden van alle uitgevoerde prestaties (art. II.3-37 van de Codex Welzijn). Het Comité PB kan deze inventaris steeds opvragen bij de werkgever (art. II.3-38 van de Codex Welzijn).
Stuur preventiebeleid bij
Het is de verantwoordelijkheid van de werkgever om de risico’s te evalueren. Op basis van de resultaten van deze evaluatie worden maatregelen genomen om deze risico’s weg te werken of te beperken. De resultaten van de risicoanalyse en de preventiemaatre -
gelen worden opgenomen in het globaal preventieplan waarover alle preventieadviseurs en het Comité PB hun advies geven. De wetgeving voorziet dat het globaal preventieplan aangepast moet worden op basis van het jaarverslag van de interne dienst PB art. I.2-9, 4° van de Codex Welzijn op het
werk). Maak dus van de bespreking van de jaarverslagen gebruik om het globaal preventieplan en dus het welzijnsbeleid van je onderneming te evalueren en waar nodig bij te sturen.
Maak van de bespreking van de jaarverslagen gebruik om het welzijnsbeleid van je onderneming te evalueren en zo nodig bij te sturen.
EN JIJ
Stel jij in je onderneming of sector vast dat flexi-jobs vaste tewerkstelling verdringen, laat het ons weten.
Reageer op vakbeweging@acv-csc.be
FLEXI-JOBS ONDERMIJNEN VASTE TEWERKSTELLING
Hoge energieprijzen, een torenhoge inflatie én de altijd dure eindejaarsperiode: heel wat mensen zoeken hun toevlucht in een flexi-job om hun inkomen aan te vullen. De regering breidt –normaliter – vanaf 1 januari 2023 het aantal sectoren uit waarin je aan de slag kan. Naast de horeca en detailhandel, komen er ook mogelijkheden in de sport, evenementen- en cultuursector, in de zorg en bij de chocolatiers en dit (momenteel) tot december 2024. Naast het feit dat die flexi-jobs niet bijdragen tot de sociale zekerheid, vormen ze ook een bedreiging voor vaste tewerkstelling.
In de cultuursector kan je vanaf januari 2023 aan de slag als flexi-jobber. “We zien bij kunstenaars en technici reeds veelvuldig gebruik van korte contracten”, aldus Tijs Hostyn, sectorverantwoordelijke cultuur en media voor ACV Puls. “In een sector die al kreunt onder de onzekere contracten, zal het systeem van flexi-jobs de instabiliteit van de tewerkstelling enkel doen toenemen.”
We zien drie grote problemen met de flexi-jobs. Ten eerste is een contract voor een flexi-job in essentie een oproepcontract, waarbij de werkgever je naar believen kan opbellen of afbellen. Er wordt geen minimumprestatie afgesproken, en in het slechtste geval stuurt je werkgever je terug naar huis zonder loon. Weigeren is een optie, maar hoe vaak kan je dat doen tot ze je niet meer bellen?
Daarnaast wordt het sectorale minimumloon – dat al laag ligt – niet eens gegarandeerd. Het gevolg is dat er twee werknemers gaan samenwerken met een enorm verschil in ver-
loning. Competentie, ervaring of inzet zijn niet meer van tel. En dat vinden we niet eerlijk. Tenslotte zien we ook wat er nu gebeurt in de horeca: sommige restaurants kiezen ervoor om een werknemer met een vast contract aan de deur te zetten om dan te kiezen uit een pool van vijf flexi-jobbers. Zo zijn er minder kosten en meer flexibiliteit voor de werkgever, maar kunnen we vaarwel zeggen aan stabiele jobs. De sociale partners zouden zelf moeten beslissen of zij de uitbreiding naar onze sector willen, en onder welke voorwaarden. Maar als je ’t aan ons vraagt: flexi-jobs in de cultuursector zijn een tang op een varken. Waar de sector vooral nood aan heeft, zijn langere contracten en meer stabiele tewerkstelling.”
35,5%
Olivier Remy, sectorverantwoordelijke zorg ACV Puls
Het Rekenhof becijferde in 2019 dat meer dan een derde van de flexi-jobs geen nieuwe jobs zijn, maar een verschuiving van bestaande tewerkstelling.
Ook in de zorgsector kunnen vanaf januari 2023 flexi-jobbers aan de slag. Zorgfuncties worden dan wel uitgesloten van het systeem, toch zullen onder meer logistiek medewerkers via een flexijob aan de slag kunnen in bijvoorbeeld ziekenhuizen of rusthuizen. “Studies wijzen uit dat oudere patiënten nood hebben aan continuïteit in de gezichten die ze zien, en dat ga je met flexi-jobbers niet kunnen oplossen”, zegt Olivier Remy, sectorverantwoordelijke voor de zorg bij ACV Puls.
Dit is een zuivere besparingsmaatregel. We vinden dat redelijk onbegrijpelijk. Twee jaar geleden kregen we nog applaus tijdens de coronacrisis, en nu krijgen we als bedanking flexi-jobs. De tekorten worden daarmee niet weggewerkt. De zorgfuncties worden dan wel uitgesloten – het zou er nog aan ontbreken – maar onder meer logistieke medewerkers die ook in contact komen met patiënten, mogen wel ingevuld worden door mensen met een flexi-job. Nochtans bewijzen studies dat oudere patiënten nood hebben aan continuïteit in de gezichten die ze zien, en dat kan je met flexi-jobbers niet oplossen.”
“Komt er nog eens bij dat de verloning voor de mensen met een flexi-job veel lager ligt dan medewerkers met een gewoon contract. Neem nu het voorbeeld van een logistiek medewerker in een ziekenhuis: met vijf jaar ervaring ligt het loon voor een flexi-job 32% lager. Ze krijgen ook
geen toeslagen betaald voor avond-, weekendof nachtwerk en voor overuren, waardoor het voor de werkgever wel véél goedkoper wordt om te kiezen voor iemand met een flexi-job.”
“Tenslotte zijn er ook nog veel deeltijdse mensen in de zorgsector die vragen om meer uren te kunnen presteren. Uit een enquête blijkt dat het om 23.800 tot 30.700 werknemers gaat die meer uren willen, maar ze niet krijgen. Door de invoering van flexi-jobs worden ze veroordeeld tot een lage arbeidsduur of het aanvaarden van een slecht statuut om meer te kunnen werken. Dit heeft een impact op de loon- en arbeidsvoorwaarden: het zal een achteruitgang in gang zetten. We vragen met aandrang dat het Parlement deze wetswijziging niet goedkeurt.
10,97
Vanaf 1 december 2022 bedraagt het minimumbedrag van het flexi-uurloon 10,97 euro (bruto is netto aangezien er geen inhoudingen zijn). Samen met het loon wordt een flexivakantiegeld uitbetaald van 0,84 euro per uur. Het totale bedrag komt zo op 11,81 euro per uur.
98.370
In het tweede kwartaal van 2022 waren er in België 98.370 mensen als flexi-jobber aan de slag. Ter vergelijking: in hetzelfde kwartaal van 2018 waren dat er nog maar 38.764.
“Twee jaar geleden nog applaus voor zorgsector, en als bedanking nu flexi-jobs”
“Flexi-jobs worden deel van het probleem, niet van oplossing”
Als je iemand verplicht om voor weinig geld te werken, spreek je over dwangarbeid
Vanaf 1 januari 2023 wordt de veelbesproken verplichte gemeenschapsdienst voor iedereen die langer dan twee jaar werkloos is ingevoerd. Bij gebrek aan aanpassing van het federale normatieve kader, gebeurt dat in Vlaanderen in de vorm van een specifieke werkervaringsstage. Hoewel de cijfers in het buitenland – denk maar aan het Verenigd Koninkrijk of Nederland – bewijzen dat het weinig resultaten oplevert, begint men er in Vlaanderen dus toch mee. “Pijnlijk dat ideologie de overhand krijgt op goed bestuur”, zegt Karim Dibas, coördinator van de werkzoekendenwerking van het ACV, die mee de standpunten van het ACV uit de doeken ging doen bij Vlaams minister van Werk en Economie Jo Brouns.
Waarom is de verplichte gemeenschapsdienst geen goed idee?
“We beginnen al met een foute perceptie. ‘Iedereen die werkloos is, doet niks’, dat is het uitgangspunt.
Maar die mensen kunnen aan het solliciteren zijn, of hebben sociale of medische problemen die eerst moeten opgelost worden vooraleer we opnieuw aan werk kunnen denken.
Voor Vlaanderen gaat dat om 63.000 langdurige werkzoekenden, die in theorie in aanmerking zouden komen voor gemeenschapsdienst. Door de bochten die Vlaanderen heeft moeten maken om het toch te kun -
nen invoeren, valt nog te bekijken hoeveel er daarvan effectief in aanmerking zullen komen. Maar zij zouden meer gebaat zijn met begeleiding op maat en/of een opleiding om hun competenties aan te scherpen.”
In Nederland stappen ze net af van het idee van gemeenschapsdienst. Waarom?
“Ze zijn tot de vaststelling gekomen dat het een aantal sectoren ondermijnt. Het gaat dan om mensen die in dezelfde sector aan de slag moeten, maar aan mindere loon- en arbeidsvoorwaarden. Biedt dat soe -
laas aan die sectoren? Neen, want aan lage lonen vind je nauwelijks werkkrachten. Elke sector heeft er baat bij om aantrekkelijke loon- en arbeidsvoorwaarden te hebben. Al is het moeilijk om onze situatie met Nederland te vergelijken, omdat zij andere systemen hebben rond werkloosheid.”
8,7% 31,8%
6 maanden tot 1 jaar 43,8% 6,6% 12,3% 34,7%
1 tot 2 jaar 41,7% 10,9% 14,3% 32,3%
2 tot 3 jaar 46,0% 14,5% 21,3% 34,5%
3 tot 4 jaar 50,2% 20,1% 28,4% 32,2%
4 tot 5 jaar 52,0% 24,2% 38,2% 29,2%
>= 5 jaar 53,2% 32,2% 48,9% 24,6%
Totaal 44,1% 13,3% 20,9% 31,4%
Klinkt de term ‘gemeenschapsdienst’ ook gewoon niet negatief? “Zeker, en dat is een van onze grote problemen die we hebben met heel het gegeven. Gemeenschapsdienst of gemeenschapswerk, dat is iets wat je krijgt als alternatieve straf in de rechtbank bij het plegen van een crimineel feit. Het is een zwaarbeladen term, en dus ga je eigenlijk mensen gaan straffen omdat ze geen werk vinden. Je geeft werkzoekenden daarmee een stigma waarmee hun kansen nog verder negatief worden beïnvloed, bewijst ook onderzoek. Ook het aspect ‘verplicht’ is moeilijk. Als je iemand gaat verplichten om voor weinig geld – en zonder volwaardig loon dus – te gaan werken, dan spreek je over dwangarbeid. Daar heeft de Internationale Arbeidsorganisatie zich ook al tegen uitgesproken. Ook in Groot-Brit-
Wat is dan wel de oplossing?
“Je moet mensen perspectief bieden, en daar ontbreekt het aan voor langdurig werkzoekenden. Voor het ene geval is bijscholing een must, voor iemand anders kan sociale tewerkstelling een oplossing bieden. Maar Vlaanderen heeft nu al heel wat troeven in handen, bijvoorbeeld de individuele beroepsopleiding (IBO): je verdient al wat centen en na een bepaalde opleidingsperiode word je ook effectief vast in dienst genomen. Dan heb je perspectief. Daarnaast moet je ook de werkzoekende én de arbeidsmarkt dichter bij elkaar brengen, en daarvoor moet je niet enkel kijken naar de werkzoekende. Want blijkbaar is er toch werk binnen de gemeenschapsdienst, dus waarom kan je die mensen daar geen volwaardig loon voor geven? Tegelijk geeft de arbeidskrapte aan dat er veel meer moet en kan gebeuren binnen reguliere bedrijven om aangepaste tewerkstelling te voorzien.”
En dreigen we ook niet uit te komen bij een volgende stap: werkloosheidsuitkeringen beperken in de tijd?
“Ook hier wordt er een verkeerd beeld geschetst. Alsof werkzoekenden geen enkele inspanning moeten doen om werk te zoeken en ze elke jobaanbieding zomaar kunnen weigeren. Dit klopt helemaal niet. Werkzoekenden worden op hun zoekgedrag gecontroleerd. Zoals in elk systeem zijn er mensen die er misbruik van maken, maar die worden nu al gesanctioneerd indien zij niet ingaan op een begeleiding- of jobaanbod. Er zijn ook werkgevers die frauderen, moeten we daarom veralgemenen en iedereen straffen? Trouwens heeft ook hier onderzoek van onder meer de RVA zelf uitgewezen dat dit geen effect heeft op de uitstroom van werklozen naar de arbeidsmarkt. Integendeel, je zorgt er voor dat mensen onder de radar verdwijnen, en dat er een verschuiving komt van werkloosheidsuitkeringen naar vooral leeflonen, ziekte-uitkeringen en zelfs het informele circuit.”
Bekijk zeker ook de reportage ‘Realiteit langdurig werkzoekenden is niet zwart-wit’ op visie.net naar aanleiding van het bezoek aan minister Jo Brouns, met getuigenissen van langdurig werkzoekenden.
visie.net
“JE MOET MENSEN PERSPECTIEF BIEDEN, EN DAAR ONTBREEKT HET AAN VOOR LANGDURIG WERKZOEKENDEN.”
Karim DibasTEKST Bram Van Vaerenbergh I Foto Kristof Vadino
ROSE
HUISHOUDHULP BIJ DIENSTENCHEQUEBEDRIJF EKOSERVICES IN UKKEL
Op de ACV-genderstudiedag sprak huishoudhulp Rose namens haar collega’s over de penibele arbeidsomstandigheden in de dienstenchequesector. “Sinds de crisis nemen mensen een huishoudhulp voor 3 in plaats van 6 uur, maar verwachten wel dat heel het huis proper is. Soms mag de verwarming niet op. ‘Als je beweegt krijg je het toch warm’, krijg je dan te horen. Poetsmateriaal is vaak slecht onderhouden, bijvoorbeeld een stofzuiger die het niet meer doet. Soms zijn er geen schoonmaakmiddelen en moeten we het enkel doen met azijn. Voor het beroep van huishoudhulp is er niet veel respect, terwijl je als huishoudhulp veel meer doet dan enkel schoonmaken. Je bent vaak aan de slag bij oudere, hulpbehoevende mensen. Je leeft met hen mee, deelt hun vreugdes en verdriet, geeft raad als ze daar om vragen. Poetsen is fysiek zwaar werk. Na
10 jaar werken hebben bijna alle huishoudhulpen last van rugpijn, peesontstekingen, gewrichtsproblemen. Het is niet makkelijk om een vakbondswerking uit te bouwen in de dienstenchequesector, omdat de werknemers verspreid werken. Als vakbondsafgevaardigde is het enige directe contact dat je hebt met het bedrijf de planningsmanager. Daar probeer je een goede relatie mee uit te bouwen. Met onze nieuwe secretaris Marina boeken we vooruitgang, maar het is elke dag vechten voor onze rechten. We willen een beter loon, een erkenning van de zwaarte van ons beroep en betere eindeloopbaanmaatregelen. Sommigen zijn slachtoffer van pesterijen en racisme. Daar moet paal en perk aan worden gesteld. Als het moet, schoppen we keet (figuurlijk dan) om onze rechten af te dwingen.”
“WE MOETEN ELKE DAG VECHTEN VOOR ONZE RECHTEN.”