7 minute read

Hoop voor de sneeuwluipaard

Next Article
Quote

Quote

Tekst: Paul Q de Vries

Succesverhalen over sneeuwluipaarden, berggorilla’s en Indusdolfijnen laten zien dat het beschermen van de natuur echt geen hopeloze missie is. Zolang mensen hoop hebben tenminste.

Soms lijkt het wel alsof er alleen maar slecht nieuws is over de natuur: diersoorten die verdwijnen, klimaatverandering, plastic soep in de oceanen, gif in de bodem en asfalt en kettingzagen in de laatste wildernissen op aarde. Ook het nieuwe WWF Living Planet Report (zie kader Cruciale jaren), laat zien dat de natuur sneller verdwijnt dan ooit. Hoe kun je met dit soort berichten optimistisch en hoopvol blijven? ‘Hoop is te vinden in de succesverhalen van specifieke soorten’, zegt Wendy Elliott, biodiversiteitsexpert bij WWF International. Zij wijst op het belang van positief nieuws over de status van sommige van de meest bedreigde diersoorten ter wereld. ‘Aan succesverhalen kunnen we ons optrekken en er inspiratie uit halen voor natuurbehoud op andere plekken.’

Mensen zijn de sleutel

Neem de sneeuwluipaard. Het dier wordt bejaagd door stropers, gedood door veehouders en door klimaatverandering verschuift de boomgrens naar het noorden en verliest hij leefgebied. Er zijn er misschien nog maar zo’n vierduizend in het wild. ‘Bescherming van de sneeuwluipaard is een pittige uitdaging’, zegt Elliott. ‘Het zijn schuwe, solitaire dieren die leven in uitgestrekte berggebieden in onder meer Nepal, Bhutan, Pakistan, Afghanistan, India en China. Het is alleen al een opgave om er eentje te zién te krijgen, laat staan een inschatting te kunnen maken van hun aantallen en verspreiding. Nieuwe technologie komt ontzettend goed van pas. Met bijvoorbeeld kunstmatige intelligentie kunnen we razendsnel data van infraroodcamera’s analyseren. In Pakistan werken we met early warning systems, die waarschuwen als sneeuwluipaarden in de buurt zijn. Zo kun je conflicten met lokale herders voorkomen.’

Elliott wijst erop dat technologie een succesfactor, maar geen oplossing voor alles is. ‘De sleutel is dat de lokale bevolking de frontlinie vormt in het behoud van sneeuwluipaarden. Community-based conservation noemen we dat. Mensen verzamelen data, nemen maatregelen om hun vee te beschermen en maken landbeheerplannen waar mensen én wilde dieren van profiteren. Die plannen zijn gebaseerd op lokale kennis, waarbij ook culturele of religieuze verbinding met de sneeuwluipaard cruciaal is.’

De resultaten? In sommige gebieden is de afname van het aantal sneeuwluipaarden tot stilstand gekomen en soms zelfs omgekeerd. Zo is de populatie in Bhutan met bijna 40 procent gegroeid. In de bergen van de Kanchenjunga in Nepal was de sneeuwluipaard helemaal verdwenen, maar daar is het dier inmiddels teruggekeerd.

Sneeuwluipaard

Dalende lijn gekeerd

De rol van betrokken gemeenschappen is ook doorslaggevend bij de borstelstaartkangoeroerat, een klein buideldier in Australië dat nog het meest lijkt op een miniatuurformaat kangoeroe. De soort stond lange tijd op het randje van uitsterven doordat de dieren gedood werden door geïntroduceerde exoten als vossen en katten en door verlies van habitat. Elliott: ‘WWF Australië heeft samen met de Noongar-gemeenschap dieren vanuit hun land overgebracht naar het Yorke-schiereiland. Dat is het land van de Narunggagemeenschap, waar de kangoeroerat was verdwenen. Dit kon alleen door een nauwe samenwerking tussen deze twee Aboriginal-gemeenschappen, natuurorganisaties en overheden.’ Uit monitoring bleek dat maar liefst 95 procent van de uitgezette vrouwtjesdieren na verloop van tijd jongen in hun buidels droeg.

Bij de berggorilla heeft samenwerking nog veel grotere proporties aangenomen. Het International Gorilla Conservation Programme is een coalitie van organisaties in de Democratische Republiek Congo, Rwanda en Oeganda die zich inzet voor de bescherming van berggorilla’s en de mistige bergwouden waar ze leven. ‘Een schoolvoorbeeld van organisaties die samenwerken in plaats van los opereren en elkaar daarbij in de weg zitten’, vertelt Elliot. ‘De samenwerking is nog steeds uniek. Een jaar of dertig geleden waren er nog maar zo’n zeshonderd berggorilla’s over, inmiddels zijn het er rond de duizend. Een neerwaartse trend – die in de hele twintigste eeuw aan de gang was – is gekeerd’.

Zo zijn er nog meer hoopvolle verhalen. Sinds 2001 is de populatie van de Indusdolfijn, een zoetwatersoort uit de Indus-rivier in Pakistan, met 150 procent toegenomen. Dankzij een breed pakket aan maatregelen, waaronder bijvoorbeeld het installeren van ‘pingers’ die de dolfijnen met geluid wegjagen van de kanalen waarin ze anders verdwalen. ‘Ook de aantallen zwarte en Indische neushoorns, Iberische lynxen en tijgers in India laten allemaal een stijgende lijn zien’, zegt Elliott. ‘Een tijger is voor mensen geen gemakkelijk dier om mee samen te leven, maar het kan dus wel.’

Nieuwe norm

Samenwerking, het optrekken met lokale en inheemse gemeenschappen, voldoende middelen en vastberadenheid –dat zijn de doorslaggevende succesfactoren die Elliott uit de verhalen van de sneeuwluipaard en andere dieren destilleert. ‘We weten wat werkt, nu moeten we gaan opschalen en deze lessen breder in praktijk brengen. Wat nu nog uitzonderlijke succesverhalen zijn, moeten we de norm maken.’

Dat soorten als tijgers en neushoorns weer een beetje opkrabbelen, wil niet zeggen dat ze uit de gevarenzone zijn. Elliott: ‘Populaties van veel van deze soorten zijn nog altijd veel te klein en dus kwetsbaar. Maar dat hun aantal stijgt is hoopgevend, terwijl alle bedreigingen -zoals het verlies van hun leefgebied- alleen maar toenemen. Hoewel WWF en andere natuurorganisaties zich vaak op de bescherming van een bepaalde soort richten, gaat het uiteindelijk om het behoud van hele ecosystemen. Je kunt wel het stropen van tijgers terugdringen, maar ze hebben ook voldoende prooidieren nodig. Je kunt mensen trainen om gestrande Indusdolfijnen terug de rivier in te brengen, maar als het water verontreinigd is, zijn hun problemen niet voorbij. ‘De genoemde soorten uit de succesverhalen zijn zogenaamde flagship species’, legt Elliott uit. ‘Iconische, spectaculaire of populaire soorten waarmee je aandacht en actie kunt mobiliseren. Door je in te spannen voor deze ambassadeursoorten, bescherm je hun hele leefgebied of ecosysteem.’

Daar profiteren ook mensen van – natuurlijk net zo goed onderdeel van het ecosysteem. ‘Als het goed gaat met de sneeuwluipaard, is dat een indicatie van de gezondheid van zijn leefomgeving. Belangrijk voor ons, want in de bergen waar ze voorkomen ontspringen ook de rivieren waar meer dan 300 miljoen mensen direct van afhankelijk zijn.’ De berggorilla vormt de basis van een lucratieve ecotoerismeindustrie. ‘Het kost 1.500 dollar per persoon om de berggorilla’s in Rwanda te gaan zien. Dat geld komt ten goede van de lokale gemeenschappen en financiert natuurbehoud.’

Berggorilla

Alle pixels

Onderzoekers brachten twee jaar geleden naar buiten dat ongeveer de helft van de wereldbevolking voor voedsel, medicijnen, brandhout en inkomen afhankelijk is van 50.000 verschillende dier- en plantensoorten. Een cynicus zou kunnen betogen dat we dan alleen die soorten moeten beschermen. ‘Er zijn bepaalde soortgroepen waar we extra de nadruk op kunnen leggen, zoals bestuivers, zadenverspreiders of bodemmakers’, zegt Elliott. ‘Maar we moeten niet vergeten dat elke soort een eigen rol speelt. Ecosystemen hangen aan elkaar van wederzijdse afhankelijkheden en dynamische relaties. Elke soort steunt altijd op andere soorten. Álle pixels zijn nodig om het totaalbeeld te creëren.’

Als dominante soort op aarde, is het volgens Elliott de verantwoordelijkheid van de mens om het overige leven te behouden. ‘En we kunnen dat ook. Dat laten de voorbeelden van de sneeuwluipaard en al die andere dieren zien. Als we maar willen. In de natuurbescherming zijn geen hopeloze gevallen, zolang mensen hoop hebben.’

Berggorilla

Cruciale jaren

Deze maand brengt WWF het tweejaarlijkse Living Planet Report uit. De boodschap is alarmerend: de natuur verdwijnt sneller dan ooit. We naderen tipping points: kantelpunten voor de natuur, waarbij de optelsom van alle bedreigingen een grens overschrijdt en veranderingen onomkeerbaar worden. Het is nu nog mogelijk hier iets aan te doen en de komende vijf jaar zijn cruciaal voor onze toekomst. Meer natuur kan ons helpen het tij te keren. Lees een samenvatting van het rapport.

This article is from: