1 minute read

Uitgelicht: Het Repaircafé

Een kapot apparaat hoef je niet meteen helemaal te vervangen. Sinds 10 jaar zijn er in Lingewaard Repaircafés in Bemmel, Huissen en Gendt. Eén keer per maand kunnen inwoners met hun huishoudelijke apparatuur terecht bij de vrijwillige reparateurs, die erg gedreven zijn en technisch onderlegd. Eef Janssen en Rob Uiterlinden zijn twee van de Bemmelse en Huissense reparateurs.

“We halen alles uit elkaar en maken ook ons eigen gereedschap”

Advertisement

Repareren kost tijd

“Het repareren is vaak tijdsintensief en de vraag is groot’’, vertelt Eef. Een apparaat als een stofzuiger of bijvoorbeeld een Senseo, daar heb je veel tijd voor nodig. Met een Senseo zijn we inclusief demonteren een klein uurtje zoet. Je moet zoeken naar de bouten en onderwieltjes, vervolgens onderzoek en het defecte onderdeel vervangen.” Rob: “Als we die al op voorraad hebben. Vaak is dat gelukkig wel het geval, we hebben veel liggen.” Eef: “Uit ervaring weten we bijvoorbeeld van Miele waar de onderdelen zitten. Maar dat is bij elk merk anders. Laatst kwam er een dame met een naaimachine uit 1958. “Die is van mijn moeder geweest, ik hoop dat je hem aan de praat krijgt,” vertelde ze. Ik ben er 3 uur mee bezig geweest. Als we bepaalde onderdelen niet hebben, moeten we die bestellen. En dat kan een tijdje duren. Ook hebben we niet al het specifieke gereedschap in huis, maar we zijn handige jongens. Rob kan thuis zelfs gereedschap maken dat niet in de handel is.”

This article is from: