
4 minute read
22. 1985-1990 | Nick en Carst en het Nederlands Tweelingen Register
Monique Eller en Bodine Koopmans, Nick en Carst, Kleurenfoto, 2016.
22
1985-1990 | Nick en Carst en het Nederlands Tweelingen Register
Te midden van de vele onderzoeksinstituten, -afdelingen en -groepen die de Vrije Universiteit telt, wordt een bijzondere plek ingenomen door het Nederlands Tweelingen Register. Deze onderzoeksgroep is ook op bijzondere wijze vertegenwoordigd in de collecties: met een kunstwerk. Kunstconservator Wende Wallert en oprichter van het NTR Dorret Boomsma vertellen.
DOUBLE DUTCH
Wende Wallert
De fotografen Monique Eller en Bodine Koopmans maakten in 2016 in samenwerking met het NTR en de VU de serie portretten DOUBLE DUTCH over het fenomeen tweelingen. Het resultaat van hun werk was te zien in een expositie in het hoofdgebouw. Juist vanwege de rustige achtergrond toont het portret van Nick en Carst heel mooi de gelijkenis en verschillen, maar ook de bijzondere onderlinge verbondenheid bij tweelingen. De VU stimuleert de interactie tussen kunst en wetenschap. Net als de wetenschap biedt kunst ons nieuwe inzichten, maar dan vanuit de verbeelding. In de eigen galerieruimte WONDER organiseert de VU exposities en events waarin actueel artistiek en wetenschappelijk onderzoek wordt gedeeld met het publiek.
Wende Wallert is conservator van de Kunstcollectie van de VU.
Het Nederlands Tweelingen Register
Dorret Boomsma
In 1983 begon ik mijn promotietraject aan de VU, na een doctoraalopleiding daar en een MA aan het Institute for Behavior Genetics in Boulder, Colorado. In Boulder was ik doordrongen geraakt van de waarde van tweelingonderzoek. Samen met mijn promotor, J.F. Orlebeke, nodigden we twee- en drielingen tussen de dertien en twintig jaar en hun ouders uit om mee te doen aan een onderzoek naar de genetica van cardiovasculaire risicofactoren. We kregen hun adressen met hulp van de burgerlijke stand van de gemeente Amsterdam, maar al snel werd duidelijk dat het heel duur zou worden om via die route echt grote groepen tweelingen te rekruteren voor erfelijkheidsonderzoek. Daarom besloten we zelf een tweelingregister op te zetten aan de VU. Dat werd het Nederlands Tweelingen Register (NTR). Op dit moment staan rond de zeventigduizend tweelingparen en ongeveer net zoveel gezinsleden ingeschreven. Het NTR is dus een tweelingfamilieregister.
We begonnen met twee groepen: jongvolwassenen (en hun ouders en broers en zussen) en pasgeboren twee- en drielingen. Orlebeke woonde naast de directeur van een babyfelicitatiedienst. Die organisatie ging op bezoek bij jonge ouders en het NTR mocht een folder meegeven om ouders van jonge tweelingen uit te nodigen zich in te schrijven.
Informatie over ontwikkeling, gezondheid, fertiliteit, lifestyle, cognitieve vaardigheden en persoonlijkheid komt vooral uit de vragenlijsten, die deelnemers om de paar jaar toegestuurd krijgen. Ook leerkrachten van jonge tweelingen doen mee en geven informatie over meerlingen en hun broertjes en zusjes in de schoolse situatie. Daarnaast zijn er projecten waarin gegevens worden verzameld over bijvoorbeeld IQ, bloeddruk of
hersenfunctie. Rond 2004 startte het Biobank-project, waarin bij tienduizend deelnemers biologisch materiaal werd verzameld, zoals bloed waaruit DNA en RNA zijn geïsoleerd en waarin biomarkers zijn gemeten, van cholesterol tot telomeer-lengte. Jarenlang zijn medewerkers van het NTR daarvoor ’s morgens vroeg bij deelnemers thuis langsgegaan.
Met al die metingen en bepalingen kan onderzoek worden gedaan naar de klassieke vraag waar het tweelingonderzoek om draait: wat verklaart verschillen tussen mensen? Ligt de verklaring in de omgeving of in het DNA? Meer dan dertig jaar NTRonderzoek laat zien dat het antwoord niet of-of, maar en-en is. Er zijn bijna geen menselijke eigenschappen waarbij ons genoom niet een rol speelt. De laatste jaren is er ook steeds meer interesse voor de afhankelijkheid van genen en omgeving. De omgeving waarin mensen zich bevinden of de omgeving die ze opzoeken is niet random, maar wordt beïnvloed door hun genoom.
De combinatie van tweeling-familie-onderzoek met DNAdata die zijn verzameld in meerdere generaties blijkt heel waardevol in vragen naar intergenerationele transmissie en naar voorspellingen gebaseerd op genetische informatie. Met name kunnen we hier nog steeds heel veel leren van eeneiige tweelingparen. Eeneiige, of monozygote, tweelingen ontstaan uit één bevruchte eicel die zich een aantal dagen na de bevruchting splitst. Dat leidt tot twee, of soms zelfs drie of vier, individuen met eenzelfde genoom. Voor eigenschappen die sterk samenhangen met DNA-informatie, zoals uiterlijke kenmerken – zie de foto van Nick en Carst – lijken eeneiige tweelingen dus veel op elkaar. Ze hebben (vrijwel) hetzelfde DNA en daarmee ook identieke risicoprofielen voor ziekten en aandoeningen. Juist het onderzoek bij eeneiige tweelingen maakt duidelijk dat genetisch determinisme niet bestaat: eenzelfde genotype hoeft niet te leiden tot eenzelfde uitkomst qua gezondheid of gedrag. De verschillen binnen paren eeneiige tweelingen is de beste schatting die we hebben voor de grens van voorspelbaarheid.
De participatie van een- en twee-eiige meerlingen, en hun gezinsleden die allemaal belangeloos meedoen aan NTRonderzoek, heeft in drie decennia een database met longitudinale gegevens opgeleverd die wereldwijd uniek is.
Dorret Boomsma is hoogleraar biologische psychologie en oprichter van het Nederlandse Tweelingen Register.

Pinar Yoldas, Cytopia, 2018. Na oplevering van het nieuwe O|2-gebouw vroeg de VU Yoldas een kunstwerk te creëren dat het onderzoek op het gebied van Human Health and Life Science verbeeldt. Zij kwam uit bij de essentie van het onderzoek: celdeling. Dit resulteerde in een aaibaar en luchtig kunstwerk dat de zintuigen prikkelt. Haar cel in ijsjeskleuren ‘zweeft’ over de achterwand van het auditorium vlakbij de ingang van het gebouw.