i 1
ki Tilburgs Universiteitsblad - 1 december 1989 - jaargang 27 numnner 11
Nevenwerk wordt geïnventariseerd Per 1 januari 1990 worden alle nevenwerkzaamheden van de KUB-medewerkers -ook van hooglerarengeïnventariseerd. Dat staat in een ontwerptekst die op 16 november in de commissie voor Personeelsoverleg (CPO) werd besproken. Nieuw in het ontwerp is dat nu ool< hoogleraren worden onderworpen aan de regeling nevenwerkzaamheden. Die vielen vroeger onder een eigen regeling waarin werktijden niet meespeelden. Er is in de nieuwe regeling ook sprake van flexibele naast vaste werktijden. Dat maakt de regeling voor het personeel iets soepeler vooral omdat voor nevenwerk binnen de diensttijd kan worden geschoven met de werktijd. Hiervoor
moet toestemming worden gevraagd. Indien kan worden aangetoond dat de verzuimde tijd wordt ingehaald, behoeft tot maximaal 10% van de werktijd geen buitengewoon verlof zonder behoud van bezoldiging te worden gevraagd. Het CvB zal beoordelen in hoeverre de nevenwerkzaamheden tot de functie behoren. Daarvan hangt af of het CvB al dan niet toestemming verleent met verminderde of geen
compensatie in tijd of geld. Sommige vormen van maatschappelijke dienstverlening kunnen tot de universitaire taken worden gerekend en worden dan niet beschouwd als nevenwerkzaamheden. Voor betaalde nevenwerkzaamheden binnen de werktijd zal compensatie in tijd of geld worden gevraagd. Nevenwerkzaamheden buiten de werktijd moeten ook worden aangemeld en het betaalde nevenwerk mag hier niet meer dan tien uur per week in beslag nemen. Het CvB kan ontheffing verlenen als het werk ook in het belang van de universiteit is. In de oude regeling moest werk buiten de werktijd niet worden aangemeld als het incidenteel werk was en bovendien de baten op jaarbasis het
Studenten krijgen belastingaanslag De belastingherziening die op 1 januari 1990 in werking zal gaan heeft ook consequenties voor studenten met een bijbaan. Omdat het belastingvrije bedrag aanmerkelijk verlaagd zal worden kan een hele rits studenten in het voorjaar van 1991 een verplichte belastingaanslag verwachten. Dat betekent echter niet dat ze belasting moeten betalen. Om meer duidelijkheid te scheppen heeft de belastingdienst een brochure opgesteld. Voornaamste doel van de operatieOort is belastingvereenvoudiging. De loonbelasting en de premie volksverzekeringen worden vanaf 1 januari als één bedrag ingehouden en het aantal belastingschijven zal worden teruggebracht van negen naar drie. Verder zal het belastingvrije bedrag worden verlaagd naar 4568 gulden. Iemand die in 1990 naast basisbeurs en aanvullende financiering
gemiddeld tweehonderd gulden bijverdient en over dit geld premie volksverzekering heeft betaald zal in het voorjaar van '91 een belastingaanslag op de deurmat vinden. Het totale belastbare inkomen is namelijk hoger dan het vastgestelde belastingvrije bedrag. Het belastbare inkomen bestaat uit: 25 procent van de basisbeurs (1.816 gulden), honderd procent van de aanvullende fi-
nanciering en de netto inkomsten urt dienstbetrekking. Stel dat een student in 1990 voor 1.740 gulden aanvullende financiering in aanmerking komt. Bovendien heeft hij een bijbaantje waarmee hij niet de door het ministerie van Onderwijs gestelde limiet overschrijdt. Dan is het belastbare inkomen over dat jaar: 1816 plus 1.740, plus twaalf keer het toegestane bedrag van
bruto maandsalaris van de betrokkene niet overstegen. CPO-lid Jan Rietveld (ABVA/KABO) is tevreden met het ontwerp dat straks als nieuwe tekst in het zogenaamde blauwe boekje komt, omdat de nieuwe regeling nu eindelijk ook slaat op hoogleraren. Blijft uiteindelijk de vraag hoe het bestuur van de KUB dit beleid in de praktijk zal brengen want dan zal blijken of
de theorie ook kan werken, aldus Rietveld. CvB-voorzitter P. Verheyen weet dat het personeel in december naast de regeling een formulier krijgt waarop de toestand per 1 januari dient aangegeven. 'Dit is geen gedonderjaag', aldus Verheyen, 'maar we zetten formalistisch de puntjes op de i vóór faculteiten en diensten gedecentraliseerd worden. (EV)
tweehonderd gulden. Het bedrag dat hij uit dienstbetrekking heeft ontvangen mag vervolgens nog verminderd worden met tweehonderd gulden in verband met de zogenaamde 'vier-procentsregeling'. Dat maakt samen 5.756 gulden, 1.188 gulden boven het belastingvrije bedrag. De verschuldigde belasting over dit bedrag bedraagt ongeveer 35 procent van 1.188, zo'n 415 gulden. De te betalen inkomstenbelasting valt echter lager uit dan de al afgedragen premie volksverzekering, in dit geval een kleine 500 gulden. Het verschil wordt in het voordeel van de student verrekend. Dit is minder dan in de huidige situatie. Als bovenstaande situatie zich dit jaar zou hebben voorgedaan zou de student met een T-formulier het gehele bedrag dat is afgedragen aan loonbelasting en premies terugkrijgen.
Voor inkomen waarover geen premie volksverzekering is geheven, bijvoorbeeld loon uit free-lance werkzaamheden of rente-inkomsten, geldt de zogenaamde invorderingsvrijstelling. Als in 1990 het totale belastbare inkomen hieruit bestaat en niet hoger is dan 150 procent van het belastingvrije bedrag dan is er geen sprake van een verplichte aanslag. Zit iemand boven die 150 procent maar nog onder 250 procent van het belastingvrije bedrag dan moet hij of zij verplicht aangifte doen. In dit geval hanteert de belastingdienst de gedeeltelijke invorderingsvrijstelling. De belastingaanslag valt in dit geval lager uit dan de belastingschijf aangeeft. Via een bepaalde formule wordt de aanslag automatisch verlaagd. (GvW/HOP)
Visitatiecommissies voor economie, filosofie en rechten De Vereniging van Samenwerkende Universiteiten (VSNU) heeft onlangs visitatiecommissies ingesteld op het gebied van economie, filosofie en rechten. Het gaat om commissies van onafhankelijke deskundigen die in opdracht van de VSNU een oordeel moeten vellen over de kwaliteit van het onderwijs aan de verschillende faculteiten. Het werk van de commissies moet eind 1990 of begin '91 uitmonden in openbare rapporten.
In 1988 zijn de universiteiten in VSN U-verband begonnen met de ontwikkeling van een gezamenlijke externe kwaliteitsbeoordeling. De universiteiten kregen van minister Deetman meer autonomie en een grotere programmeervrijheid om beter in te kunnen spelen op de vraag van studenten en de arbeidsmarkt. Maar de overheid vroeg van de universiteiten wel een kwaliteitsgarantie. Een van de middelen die de VSNU hierbij hanteert is een regelmatige kwaliteitscontrole van alle ondenwijsinstellingen door visitatiecommissies: groepjes van externe deskundigen die onbevangen en onbevooroordeeld alle faculteiten van tijd tot tijd moeten doorlichten. Psychologie was naast geschiedenis, natuur- en sterrenkunde en werktuigbouwkunde een van de disciplines die in '88 fungeerden als proeftuin voor het visitatieproces. Dit jaar werden geografie, de nietwesterse, Slavische en finoegrische talen, wiskunde & informatica alsmede de studierichtingen industrieel ontwerpen en lucht- en ruimtevaarttechniek door een visitatiecommissie bezocht. Volgend jaar slaat het uur van de waarheid voor drie facul-
teiten van de KUB: economie, wijsbegeerte en rechten. Verder staan visitaties bij biologie en werktuigbouwkunde op het programma.
ZELFSTUDIE De eerste visitatiecommissie die de KUB aandoet is die voor rechten. Op 2,3 en 4 mei brengt een commissie onder voorzitterschap van emeritushoogleraar administratief recht prof.mr. P. de Haan een bezoek aan de juridische faculteit. Onder haar leden bevindt zich ook prof. mr. M. Rood-De Boer, de Tilburgse hoogleraar familie- en jeugdrecht die eerder dit jaar met pensioen ging. Voornaamste bron van informatie voor de visitatiecommissie is de onder auspiciën van de faculteit opgestelde 'Zelfstudie van het onderwijs' met cijfers en gegevens over studenteninstroom, studielast en studievoortgang, de inhoud en organisatie van het onderwijs en de afgestudeerden. Een eerste concept van deze 'Zelfstudie' is al besproken in de faculteitsraad. De definitieve tekst moet worden vastgesteld na afloop van een facultaire studieochtend, die op 7 december is voorzien. Op basis van de aangereikte infor-
matie voert de commissie vervolgens gesprekken met docenten en studenten. Aldus kan zij zich een indruk vormen over de kwaliteit van het onderwijs en het niveau van de afgestudeerden. De bevindingen van de commissie, waaronder eventuele suggesties om te komen tot kwaliteitsverbetering, moeten tenslotte uitmonden in een openbaar rapport. Na de juristen zijn de filosofen aan de beurt die op 3,4 en 5 september bezoek krijgen van een commissie onder leiding van prof.dr. H. de Dijn uit Leuven. Twee weken daarna, op 19, 20 en 21 september, krijgen de economen visite. Pikant detail is dat prof.dr. J.E.A.M. van Dijck, de Tilburgse emeritus-hoogleraar belastingrecht, de visitatiecommissie voor economie zal aanvoeren. Ook de economische faculteit legt dezer dagen de laatste hand aan een 'Zelfstudie'. Op 14 december is een bespreking van de concept-tekst in de faculteitsraad voorzien. Bedoeling is de definitieve tekst in de loop van januari aan de VSNU te kunnen voorleggen. (LK)