T i l b u r g s H o g e s c h o o l b l a d - 26 o k t o b e r 1984 - j a a r g a n g 22 - n u m m e r 9
"Begrijpelijke insctiattingsfout" in 1981
Herbenoeming College-voorzitter Van Straaten is onwaarschijnlijk De herbenoeming van de KHT-voorzitter van het College van Bestuur, mr. R.J.S.M, van Straaten, is de afgelopen weken op de helling komen te staan als gevolg van adviezen van de Hogeschoolraad en diverse diensthoofden aan het Stichtingsbestuur. Naar verluidt zouden die adviezen het optimaal functioneren van Van Straaten als voorzitter van het CvB aanvechten. Het Stichtingsbestuur zal zich vrijdag 26 oktober beraden over mogelijke oplossingen voor de ontstane situatie. Het is zo goed als zeker dat deze inrichtende macht voorzitter Van Straaten niet zal herbenoemen, maar het Stichtingsbestuur verwacht van de voorzitter een antwoord op voorstellen die het bestuur heeft gedaan om een zo gunstig mogelijke regeling te treffen. Van Straaten kan tegen zijn eventuele niet-herbenoeming ook nog in beroep gaan. Het Stichtingsbestuur had Van Straaten nochtans wel willen herbenoemen voor een tweede ambtstermijn van nog eens vier jaar met ingang van 1 april 1985. In een brief van 25 mei 1984 vroeg het Stichtingsbestuur - zoals gebruikelijk het advies van het College van Bestuur, de Hogeschoolraad, het College van DeMr. Van Straaten
canen en van de diensthoofden via KHTsecretaris Hopman. Ten minste twee van deze gremia, met name de Hogeschool-
1*
raad en de diensthoofden zouden hebben geadviseerd de voorzitter niet te herbenoemen. Als persoon zou de voorzitter hoog scoren bij de KHT-gemeenschap, maar als voorzitter zou hij aan een aantal criteria, die destijds voor zijn benoeming als zeer wenselijk werden geacht, in de praktijk niet hebben beantwoord. Dit werd ons uit diverse geledingen van de hogeschool bevestigd. In een besloten vergadering van de raad werd eind juni een concept-advies van die strekking met 24 stemmen voor en een onthouding aangenomen. Dit advies van de raad werd achteraf ook door de diensthoofden onderschreven. Tijdens de zomermaanden was er over het al of niet herbenoemen druk overleg tussen de bestuurlijke kanalen binnen de KHT. Er zouden ook contacten zijn geweest met Den Haag om de spelregels te kennen die men bij het niet herbenoemen moet of kan volgen. Bij deze benoeming door het Stichtingsbestuur spelen gelijkaardige rechtspositiionele aspecten als bij een benoeming door de Kroon bij rijksinstellingen. In Haagse kringen was de reactie dat er zwaarwegende argumenten moeten zijn om niet tot herbenoeming over te gaan.
Academica moet verder kijken dan haar vriendje lang is. Meer studenten ingeschreven dan vorig jaar. Zie Kort Nieuws. Stad Een macaber filmportret van karakterloosheid
8/9
Benelux
middengebied als onderwerp van een hogeschoolcongres. ir;terviews met organisator Vladér en inleider Van der Straaten.
vervolg op pag. 10
Positief advies over Vrijetijdswetenschappen Afgelopen vrijdag heeft de Academische Raad (AR) een positief advies uitgebracht over de instelling van een experimentele bovenbouwstudierichting Vrijetijdswetenschappen aan de Tilburgse hogeschool. Het advies is doorgestuurd naar minister Deetman, die nu nog 3 maanden bedenktijd heeft. "Het is weer een stap dichter naar het doel", zegt projectleider Joseph van Doorn, die toch nog niet helemaal gerust is op de goede afloop. Aanvankelijk zag het er naar uit dat het voorstel voor de nieuwe studierichting niet bepaald onder een gelukkig gesternte geboren was. Minister Deetman en directeur-generaal In 't Veld lieten al verschillende keren blijken weinig heil te zien in een studierichting Vrijetijdswetenschappen. Nog aan de vooravond van de behandeling van de adviesaanvraag in de Academische Raad betwijfelde In 't Veld of het bij vrijetijdswetenschappen gaat om een zelfstandige tak van wetenschapsbeoefening. Zo niet, dan hoeft er ook geen speciale studierichting voor in het leven geroepen te worden, viel uit de brief van de directeur-generaal op te maken. De Academische Raad, waarin de 13 instellingen van wetenschappelijk onderwijs vertegenwoordigd zijn, oordeelde evenwel anders. Met 9 instellingen vóór, 3 tegen en één onthouding stemde de Joseph van Doorn
Raad in ruime meerderheid in met het voorstel van de KHT. Wél vond de Raad een eigen propedeuse voor de studierichting te hoog gegrepen. Het werd dus een positief advies voor een bovenbouwstudie vrijetijdswetenscha ppen. " W e kunnen er in de eerste plaats voor de KHT tevreden over zijn", vindt projectleider Van Doorn. " I k ben dat nog niet natuurlijk, omdat ik er voor moet vechten ook de propedeuse nog binnen te halen". Een eigen propedeuse is van groot belang voor het slagen van de samenwerking met het NWIT, het Bredase instituut voor Toerisme en Recreatie, meent Van Doorn. " H e t studieprogramma in het propedeusejaar zou naar ons idee voor 50% gezamenlijk ontwikkeld kunnen w o r d e n " . De Verkenningscommissie voor de nieuwe studierichting, waarin ook mensen van het NWIT zitten, kan eventueel nog stappen via de HBO-raad ondernemen en op die manier proberen de minister alsnog van het belang van een eigen propedeuse te overtuigen, denkt Van Doorn. "Een andere mogelijkheid is om kamerleden ervoor te interesseren. De laatste 10 jaar hecht de kamer nogal zwaar aan de samenwerking van HBO en W O . Mijn rapport is ook vanuit die samenwerkingsidee geschreven. Ik moet nu wel op die lijn doorgaan, ook al hoor je in de wandelgangen dat men op het ministerie niet langer gecharmeerd is van samenwerking. Dat is dus een meer politieke w e g , die nog voor ons open staat en die ik ook liever niet zou gebruiken. Maar als het niet anders kan... vervolg op pag. 7
Bezoek aan Centrumpartij afgezegd Het voornemen van het mentoraat van de juridische faculteit om in november naast andere politieke partijen ook de Centrumpartij te bezoeken, is voor de hogeschoolraadfractle PSF aanleiding geweest om vragen te stellen aan het College van Bestuur van de Tilburgse Hogeschool. Uit de briefwisseling tussen PSF en College blijkt dat volgens het College 'het karakter van de KHT zich niet verdraagt met de uitgangspunten v'an organisaties als de Centrumpartij'. De fractie vroeg of het CvB wist dat het bestuur van de faculteit toestemminghad verleend voor de trip naar Den Haag. Het College wist nergens van maar kon toch melden dat het juridisch mentoraat slechts de opinie van de decaan heeft gepeild. Het CvB is verder van mening dat het voor een universitaire instelling mogelijk moet zijn om in kritische zin in het onderwijs en onderzoek aandacht te besteden aan organisaties als de Centrumpartij. Het CvB voegt er in de antwoorden nog aan toe: " H e t is aan de verantwoordelijkheid van docenten en studenten in het licht van de academische vrijheid om in deze prudent te zijn en duidelijk over de uitgangspunten van onderzoeken of het onderwijs". Toestemming vragen in dit soort kwesties vindt zij "overbodig bureaucratisch". Overigens heeft het mentoraat inmiddels afgezien van het bezoek aan de Centrumpartij.