tifburgs hogeschoolblad 25 maart 1977 jaargang 14 - nummer 20
Geschiedenis voorlopig uitgesleid Het Kollege van Bestuur van de hogeschool heeft met verontwaardiging kennis genomen van de beslissing van staatssekretaris dr. G. Klein om de toewijzing van de studierichting Geschiedenis en/of één of meerdere studierichtingen behorende tot de letterenfakulteit voorlopig uit te stellen. Een onverwachte beslissing, omdat na het aanbieden van het rapport ,Een studierichting Geschiedenis aan de Katholieke Hogeschool Tilburg' vertegenwoordigers van PvdA en CDA de Tilburgse claim van harte steunden. Begin maart heeft het bestuurskollege nog een brief gestuurd a a n staatssekretaris Klein om haast te zetten achter een definitieve beslissing. Het kollege mikte erop per 1 september te kunnen starten. Deze verwachtingen zijn nu de bodem ingeslagen. Klein heeft laten weten het niet verantwoord te vinden beslissingen te nemen die vooruitlopen op het parlementaire overleg over de ontwikkeling van het hoger onderwijs. De staatssekretaris schrijft onder meer dat het Tilburgse geschiedenisrapport is getoetst aan de beleidsvoornemens neergeschreven in de nota ,Hoger Onderwijs in de Toekomst', waarvan ook de beleidsindikaties niet los mogen worden gezien. Om de toenemende stroom studenten, een stijgend aantal numeri fixi
en de groeiende behoefte a a n een grotere verscheidenheid a a n onderwijsprogramma's in het hoger onderwijs op te vangen kiest Klein voor het kreëren van Algemene Hogere Opleidingen in het kader van het hoger beroepsonderwijs: „ons is niet gebleken dat - voorzover althans de behoefte aan leraren eerste graad een rol zouden spelen - de bestaande opleidingskapiciteit bij de instellingen van wetenschappelijk onderwijs uitbreiding behoeven," zo schrijft de staatssekretaris In zijn brief. Het Kollege van Bestuur heeft een kopie van deze brief gestuurd aan de Vaste Kamerkommissies, de leden van de Tweede Kamer en de StatenGeneraal. In een begeleidend schrijven spreekt het zijn verbazing uit dat de staatssekretaris de numerus fixus in toch relatief goedkope stu-
dierichtingen voor lief schijnt te nemen. In een brief a a n de Tweede Kamerleden uit de provincie Brabant voegt het kollege eraan toe, dat Klein de numeri fixi voor lief neemt om het streven n a a r Algemene Hogere Opleidingen voorrang te geven. Staatssekretaris Klein wijst in zijn brief op de ondersteunende funktie die de hogeschool Tilburg k a n verlenen als in h a a r regio in het hoger beroepsonderwijs geëxperimenteerd gaat worden met nieuwe onderwijsprogramma's. Een zoethoudertje waar de hogeschool wel aan mee wil werken mits de uitbreiding van kleine instellingen van wetenschappelijk onderwijs in de regio niet worden opgeofferd. C. v. L.
Open Universiteit Cees-Jan Snijders geeft een uitgebreide uiteenzetting over het Open Hoger Onderwijs in het algemeen en de Open Universiteit in het bijzonder. Hij staat daarmee achter de keuze voor een zelfstandige instelling in plaats van decentralisatie naar de bestaande instellingen. Pagina 3.
Weri(en is niet zonder meer zaligmakend. Het is een vorm van sociaal genameerd handelen. De werksituatie kan verbeterd worden door mensen meer autonomie te geven in hun werk en betere participatiemogelijkheden in de onderneming. Een uitgebreid verhaal over dit IVA-rapport op pagina 7.
Loyaliteitseis bijna van de baan Nadat de bisschop van Breda drie weken geleden al de loyaliteitseis uit de bisschoppelijke brief over het katholieke onderwijs verregaand had afgezwakt, lieeft drs. J. van Laarhoven, vikaris-generaal van het bisdom Den Bosch en lid van het Stichtingsbestuur, nu hetzelfde gedaan. !n een brief aan de voorzitter van de Hogeschoolraad, dr. D. Backx, wijst Van Laarhoven erop dat de bisschoppen met hun brief geen eisen aan besturen hebben willen stellen en alleen mensen die met katholiek ondenvijs bezig zijn, meer op weg wilden helpen. Deze brief bespreekt twee vragen: Wat betekent in onze tijd de katholiciteit van het onderwijs? en Welke mogelijkheden hebben wij om aan deze gerichtheid van het onderwijs gestalte te geven? Sprekend over de mogelijkheden, komt n a a r voren dat de geloofsovertuiging van de onderwijsgevenden van beslissende betekenis is voor de levensbeschouwelijke kracht van de school. In die kontekst wordt gezegd.
r.
Drs.
J. van Laarhoven
aldus drs. Van Laarhoven, dat „het bestuur (dat het als zijn taak ziet een katholieke school te besturen) uitdrukkelijk van zijn docenten moet vragen als katholiek te leven. Datgene wat wij hierboven hebben beschreven als typerend voor katholiek onderwijs moeten zij in hun leven zichtbaar maken."
De doelstellingen van de school die dan zichtbaar gemaakt moeten worden zijn: bijdragen tot een grotere rechtvaardigheid; verhoudingen tussen de mensen zuiveren; helpen de zin van het leven te ontdekken. Volgens de vikaris beogen de bisschoppen met h u n brief in ieder geval niet zich te mengen in de diskussie rond de loyaliteitsverklaringen, „wel mag een bestuur van een instelling van haar werknemers verwachten dat zij de doelstellingen respekteren en naar vermogen daaraan bijdragen. Ook de diskussie en de herbezinning over een van de doelstellingen kan zo'n bijdrage zijn als zij geschiedt vanuit een honstruktieve mentaliteit". Zoals bekend heeft n a de Hogeschoolraad ook het Kollege van Bestuur zich op grond van de resultaten van de konfessionaliteitsenquête van de loyaliteitsverklaringen gedistantieerd. Het wachten is nu op een uitspraak van het Stichtingsbestuur, dat heeft laten weten daar geen aparte uitspraak over te willen doen, m a a r een beslissing te willen betrekken in zijn beslissing over de bijzondere status van de hogeschool. J. H.
Anti-i(apltalist maar ook anti-sydikalist, zo schetst prof. dr. Reynaerts zichzelf. In zijn inaugurale rede: ,Samen werken, samen delen, samen sturen' konkludeert hij dat het zogenaamde harmonie-model in Nederland gefaald heeft omdat de kondities waaronder samengewerkt moest worden verkeerd waren. Pagina 9.
Priesters Bisschop Ernst maakt zich bezorgd over het tekort aan priesters. Met name Tilburgs Theologische Fakulteit zou te weinig priesters leveren. Pagina 10.