tilburgs hogeschoolblad
77)
5 uur: L v a n Adriaa dero Han ules Hamel
jaargang 11 - nr. 4 - 5 oktober 1973 in dit nummer:
>
Bannink stuit op verzet (p. 3) Gekwantificeerde selektie (p. 4) Klein stuit op grote weerstand (p. 5)
l. 20.00 uur W. Boerverdeling/
Studieloon met sociaal kontrakt (p. 7) Wetenschap als legitimering (p. 8)
filmliga met a n Giuhano - (alleen
Universitair personeel vormt front (p. 9) Reaktionair: Theologen links? (p. 12)
)BER Open themi omensverde5 uur: huis". Focquen i Rene Lobo ;liop IS (Heikantl olenmarkt 5 uur: ijn aller,Groeten uit >audouz
en CHOOL jsitie met lake. L oktober mdbouwier d e titel gie". an een groep l a r s over eei 'trekking n milieu e v a n Rob )r Pi s
) e Belastin; - Inkomsten Fiscaal Fun )or mr. J. J n a 19.00 uur 160 - 32164
Stalpers vult Posthumus aan 'Wanneer er bepaalde garanties worden gegeven voor een post-doktorale verlenging van de universitaire opleiding, dan Itan het plan-Posthumus doorgaan en wordt het zelfs aantrekkelijk. Dat is de konklusie van een voorstel van prof. dr. J. A. Stalpers, dekaan van de Subfakulteit der
Sociaal - Kulturele Wetenschappen, dat hij vorige week als diskussiestuk bij het Kollege van Dekanen heeft ingebracht. In dat voorstel konstateert Stalpers, dat Posthumus wél voor de afgestudeerden die de „onderzoekersopleiding" willen volgen een verdere verdieping van h u n kennis gegarandeerd heeft, m a a r dat hij daartegenover „onvoldoende rekening heeft gehouden met de beroepseisen van zeer veel praktijkmensen". Omdat zij vaak meteen n a h u n afstuderen een grote didaktische of agogische verantwoordelijkheid moeten dragen, pleit Stalpers ter ondersteuning van h u n studie voor een afzonderlijke post-doktorale „praktijkvoorbereiding" n a de inhoudelijke specialisatie in de vier jaren van Posthumus Stalpers komt tot dit voorstel enerzijds omdat hij vindt dat bij het huidige vijfjarige programma (van met name de pedagogische en andragogische studie) de kombinatie van studie en training onbevredigend funktioneert en anderzijds omdat hij aan wil sluiten bij de gunstige ervaringen die elders reeds bestaan met een gescheiden praktijkvoorbereiding na de studie. Als voorbeelden daarvan noemt hij de training van de junior-advokaat en de arts-assistenten. Stalpers acht het noodzakelijk deze gescheiden praktijkvoorbereiding als post-doktorale studieverlenging door te voeren voor alle „praktijkgerichte opleidingen die bijzondere agogischmethodische eisen stellen". Daartoe wil hij alle post-akademiale agogische opleidingen onderbrengen in één Centrum voor Agogische Studie en Traning (CAST). De studenten in dit centrum zullen de één- a twee-, jarige kursus moeten volgen vanuit een deeltijdse werkkring van agogische aard. Daardoor zou volgens Stalpers dat instituut een integratie tussen theorie, training en praktijk kunnen realiseren, terwijl bovendien in een soort leerlingen-stelsel de
. . . agogisch centrum .
(vervolg op pagina 2)
iiltt«w
Afschuw in HR over Chileense coup Opvang uitgeweken studenten bepleit Gezeten achter het parool „Ondersteun de gewapende opstand van het Chileense volk" hoorde het Kollege van Bestuur samen met een ruim tachtigkoppig publiek toe hoe de Hogeschoolraad op 27 september in de door de KSB „aangepaste" nieuwe raadszaal (B-602) een aantal moties naar aanleiding van de recente coup in Chili aannam. Daarbij werd onder andere het KvB opgedragen financiële middelen vrij te maken voor de opvang aan de KH van om politieke redenen uitgeweken Chileense studenten. „Geschokt door de gewelddadige dood van president Allende en van vele Chilenen; met afschuw vervuld van de rechtse machtsgreep in Chili; verontwaardigd over de steun, hieraan verleend door het Amerikaanse imperialisme en het begrip, getoond door de konfessionele partijtop" sprak de r a a d zich (met twintig stemmen vóór en één stem tegen) met een tweede motie uit „tegen erkenning van de Chileense junta en voor hulp aan de tegenstanders van de junta en aan politieke vluchtelingen" en deed de r a a d een beroep op de Chileense universiteiten
en studenten „te strijden voor erkenning en realisering van de demokratische rechten, de rechten van de mens en de bevrijding en verheffing van de onderdrukte meerderheid". In dezelfde motie (opgesteld door Cartigny, Derks en Thomassen) werd het KvB verzocht aan te dringen op een gemeenschappelijke verklaring van de Nederlandse universiteiten en bovendien het raadsstandpunt ter kennis te brengen van de Chileense universitaire instanties. Voordat deze en andere moties in stemming kwamen werd een groot deel van de vergadertijd besteed aan de vraag of de HR zich over de Chileense coup zou moeten uitspreken. De Kommunistiese Studenten Bond zag het als een internationale plicht van de HR een standpunt in te nemen en wilde het debat, tegen het voorstel van het presidium in, toch op de agenda plaatsen. Het presidium stelde de r a a d voor om eerst een kommissie een regeling van het spreekrecht (mede in verband met politieke kwesties) te laten voorbereiden. (vervolg op pagina 3) verschijnt tweewekelijks thb 4 - 5 oktober 1973