tilburgs hogeschoolblad - jaargang 8 - nr. 12 - 19 februari 1971
De nieuwe rechtspositieregeling door Mr. Jan Daniels We schrijven 1971, de koppen die de situaties rond de totstandlioming van een rechtspositieregeling voor het personeel aan de KHT zouden kunnen beschrijven wanen ons echter in de jaren twintig of daarvóór: Arbeiders
aan de KHT krijgen
Eerste gevolg:
langer
rechtspositieregeling!
werken!!!!
Gedeelte der arbeiders aan de KHT beraden zich nog over de hun rechtspositieregeling! Dit wekt de toorn des werkgevers op!
aangeboden
Edoch, koppen kunnen liegen door de waarheid weer te geven, leest daarom verder dit verhaal zonder eind. Hierna zal worden getracht weer te geven het hoe en het waarom van de ontstane situatie waarin een nieuwe rechtspositieregehng nog slechts voor een gedeelte van het personeel aan de KHT h a a r gelding heeft, terwijl het andere deel zich nog beraadt over de vraag of de regehng (voor hen?) wel goed (genoeg) is.
Tijdens zijn nieuwjaarsrede op 4 januari deelde de president-kurator prof. Bosman onder meer mee, dat nog net vóór liet einde van het oude jaar de nieuwe rechtspositieregeling tot stand was gekomen. Sinds die datum is op alle niveaus vreselijk veel over de regeling gediskussiëerd. Een veel daarbij voorkomende vraag was: Is die regeling nu eigenlijk wel of niet Ingevoerd en zo ja, voor wie geldt hij dan? Deze en zeer veel andere vragen komen in het nevenstaand artikel aan de orde, dat mr. J. Daniels, onder meer lid van het stafkonventsbestuur, samenstelde op verzoek van het THB. De hier gegeven visie komt uitdrukkelijk voor zijn eigen rekening.
Een inleiding Het personeel van de KHT - ATG-leden, bibliothecaris, docenten, hoogleraren, lectoren, student-assistenten en wetenGchappelijk medewerkers (in alfabetische volgorde) - zijn in dienst bij de Stichting Katholieke Hogeschool. Op grond van het bijzondere - civielrechtelijke - karakter van deze instelling komt bij indiensttreding een - civielrechtelijke - arbeidsovereenkomst tot stand. Van een ambtenaarschap in de zin van de Ambtenarenwet kan in deze dus geen sprake zijn. Evenmin in de zin van het ARAR (Algemeen Rijksambtenaren Reglement), waarin de rechtspositie van de ambtenaren is vastgelegd. Wel zijn de personeelsleden aan de KHT ambtenaar in de zin van de ambtenarenpensioenwet (Algemeen Burgerlijke Pensioenwet). thb 12 - 19 februari 1971 verschijnt tweewekelijks