5 minute read
Eigen rijder, eigen baas
Het aantal eigen rijders groeit gestaag. De markt is goed met betere prijzen en een grotere acceptatie van de circa 5000 zelfstandige chauffeurs, die de transportsector flexibiliteit bieden. Gesprek met een eigen rijder die aan zijn eigen koninkrijkje bouwt, met voor-, maar zeker ook nadelen.
tekst: Gerard den Elt / beeld: Glenn Wassenbergh
Hij reed voorheen in loondienst met vlees, exploiteerde een rijdende snackbar, handelde in tweedehandsauto’s. Erg leuk allemaal, maar het bleef bij Robert van Bostelen knagen. “Ik wilde voor mezelf beginnen, ik ben al vanaf mijn 18e chauffeur”, zegt hij op een zonnige zaterdagmorgen, als hij juist zijn witte, zo goed als nieuwe Volvo FH 460 een pittige wasbeurt heeft gegeven. Op de zijkant van zijn Volvo (“Van kleins af aan ben ik al gek op Volvo’s, een familiedingetje”) staat ook zijn lijfspreuk: “’t Is altijd wat”.
Hier en daar solliciteerde hij vorig jaar nog wel naar een baan als chauffeur in loondienst, maar na enkele lauwe (of helemaal geen) reacties wist hij het zeker: Robert van Bostelen sloot zich aan bij het groeiende leger van eigen rijders.
We zitten in zijn kantoortje aan huis in het Limburgse Puth (gemeente Schinnen), waar hij de geboorte van zijn eenmanszaak Rovabo (zijn afgekorte naam) op 2 juli 2018 uit de doeken doet.
“Of ik erg heb zitten rekenen toen ik begon? Eerlijk gezegd niet”, zegt Van Bostelen droogjes. “Natuurlijk heb ik me goed laten adviseren, door Snikkers & Partners in Schiedam, gespecialiseerd in de boekhouding van transportbedrijven. Ik ben er echter van overtuigd dat ik slaag als eigen rijder. Je kunt nooit zeggen wat de toekomst brengt, want de logistiek is afhankelijk van de wereldeconomie, maar voorlopig ben ik tevreden hoe het allemaal loopt.”
Goede weekomzet
Hij overziet zijn weekomzet en vertelt dat hij van maandag tot en met vrijdag 24 containers heeft getransporteerd in opdracht van zijn vasteopdrachtgever Barge Terminal Born (BTB), een multimodaal bedrijf gespecialiseerd in containers. “Dat is voor mij een heel goede weekomzet, al kan het altijd nog beter. Maar als het elke week zo gaat, dan is het prima. Ik rijd in een straal van maximaal 50 kilometer rondom Born, heb weinig dieselkosten. De samenwerking met BTB is ook prima, alles wordt keurig netjes geregeld. Aan het eind van de week stuur ik mijn factuur en kláár.’’ Amper een jaar geleden was hij drukdoende met alle voorbereidingen op weg naar het bestaan van eigen rijder. De handel in tweedehandsauto’s liep terug, mede door de opkomst van de onder particulieren populaire leaseauto’s. De ‘frietenwagen’, zoals hij zijn inmiddels verkochte rijdende snackbar noemt, runde hij met veel plezier, maar niks is in zijn ogen zo mooi als de vrachtwagen.
Het kwam daarnaast goed uit dat zijn echtgenote Natascha, zelf in het bezit van een groot rijbewijs, alle vereiste ondernemerspapieren heeft. Daar kan Van Bostelen nu gebruik van maken. En gelukkig hadden ze voldoende reserves om een goede bedrijfsstart mogelijk te maken. “Ik had de wagen al gekocht voordat ik opdrachten kreeg”, kijkt de eigen rijder terug in de tijd. “Eigenlijk is hij wat te groot voor het werk dat ik doe. Ik rijd zo’n 60.000 tot 70.000 kilometer per jaar met kleine afstanden. Daarvoor hoef ik geen Euro6-motor te hebben. Maar goed, hij bevalt uitstekend. Er zit zelfs tv in; kan ik tijdens de wachturen het ochtendnieuws kijken.”
Hij heeft bewust niet gekozen voor de aanschaf van een nieuwe auto. Zijn Volvo is drie jaar oud en verkeert in goede staat. “Je kunt aan het begin wel meteen een nieuwe auto kopen, maar dit scheelt alweer 40.000 euro. Dat verschil moet je eerst maar eens zien terug te verdienen. Het is niet verstandig om meteen grote risico’s aan te gaan.”
‘Verloren uurtjes’
Van Bostelen kent alle verhalen dat eigen rijders vaak zouden vergeten om álle gewerkte uren mee te tellen, zodat het feitelijke uurloon veel lager uitvalt wanneer alle ‘verloren uurtjes’ worden meegeteld. Zoals de administratie, de werving van nieuwe klanten, het onderhouden van relaties en zo meer. Hij haalt de schouders op, schetst vervolgens het gemak waarmee hij factureert bij opdrachtgever BTB. “Even een lijst opstellen, mailen en vervolgens krijg ik keurig een factuur retour. Dat kost me een half uur per week. En opdrachten krijg ik via de app binnen, makkelijker kan niet.”
Bonnetjes van bedrijfskosten onderweg? “Die scan ik met mijn mobiele telefoon en verder heb ik er geen omkijken meer naar. Alles komt terecht bij mijn boekhouder. Die zit weliswaar op afstand in Schiedam, maar dat is in de digitale wereld geen probleem meer.”
Zijn inkomsten zijn uitstekend, maar daarop wil hij zich niet blindstaren. “Ik ben beter af dan een chauffeur in loondienst, maar je hebt natuurlijk ook de risico’s. Je verdient misschien bruto wel het dubbele, maar het hoeft allemaal natuurlijk niet op. Je moet goed sparen en afschrijven, in staat zijn om een tegenvaller financieel op te vangen. Ik ken zzp’ers die meteen een dikke auto kopen, maar ik ben liever voorzichtig.”
Een arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) heeft hij niet. “Die is erg kostbaar, kost honderden euro’s per maand. Ik ben 35 jaar, ik vind dat dat als zelfstandige ook bijde risico’s van het ondernemen hoort. Maar voor mijn pensioen spaar ik wel.”
Pieken en dalen
Tips voor zijn collegastarters heeft hij zat. “Wees zo min mogelijk afhankelijk van een bank, dus zorg dat je wat eigen geld hebt en goed op je kosten let. Al het geld dat er binnenkomt, hoeft er niet uit. Dit is tenslotte een sector van pieken en dalen.”
Ook belangrijk, zegt Van Bostelen: “Zoek een goede boekhouder met verstand van de transportwereld. Die kan je coachen en adviseren.”
Hij verwacht dat de komende tijd nog meer eigen rijders zullen komen. “We zitten economisch nu in de goede tijd. Er komen steeds meer zzp’ers in de transportsector. Maar ik wil wel zien wat er gebeurt als het straks wat minder gaat. Dus zou ik zeggen: behalve doorzetten moet je niet meteen een dikke Scania kopen.” <
EIGEN RIJDER VERDIENT GEMIDDELD € 47.500
Volgens NIWO (Nationale en Internationale Wegvervoer Organisatie), de vergunningverlener voor het wegtransport, verdiende een eigen rijder in 2017 een inkomen van € 47.500. Het gaat hier om het resultaat uit de winst- en verliesrekening van de eenmanszaak, dus na aftrek van bedrijfskosten en reserveringen. NIWO onderzocht blijkens het jaarverslag van 2017 de rentabiliteitscijfers bij 75 eigen rijders. Op basis van dat onderzoek wordt gesteld dat het jaarsalaris van eigen rijders 11,9 procent lager zou liggen dan wat zij als een chauffeur in loondienst zouden hebben verdiend. “In de beleving van de eigen rijder is het financieel resultaat een stuk positiever”, stelt NIWO. “Dit wordt met name veroorzaakt doordat de eigen rijder kijkt naar zijn beschikbaar inkomen en nauwelijks rekening houdt met het hoge aantal gewerkte uren voor dit inkomen.”
Transport en Logistiek Nederland (TLN) wijst op de strenge regels die gelden voor eigen rijders. Zo moeten deze zzp’ers een Eurovergunning hebben. Om zo’n vergunning te krijgen, moet de ondernemer beschikken over een speciaal vakbekwaamheids diploma, aantonen kredietwaardig en betrouwbaar te zijn en dient sprake te zijn van een reële vestiging. Verder moet de ondernemer beschikken over eigen materieel, een vrachtwagen dus. Dat gaat om een groot bedrag. TLN adviseert eigen rijders die als zzp’er/ eenmanszaak opereren, met een goedgekeurde modelovereenkomst te werken. Daarin is hun rol als zzp’er in relatie tot hun opdrachtgever goed vastgelegd. TLN zegt te blijven strijden voor eigen rijders als straks nieuwe belastingregels van kracht worden voor zzp’ers.