16 minute read

DE BIB BELICHT

BUCHRA OVER ARABISCHE LITERATUUR

Sinds 2017 werkt bib Joske aan een collectie Arabische literatuur, samen met de bibliotheken van Molenbeek en Sint-Gillis. Je kan in de drie bibliotheken terecht voor poëzie en romans, en kinderboeken. De collectie reist ook tussen de bibliotheken – regelmatig vind je dus een hele hoop nieuwe boeken in de bib. Is er een auteur of roman die je graag in het Arabisch wil lezen? Spreek ons dan aan, en we zoeken het boek voor jou.

Advertisement

Dankzij het Parijse Institut du Monde Arabe konden we onlangs nog 400 nieuwe titels bestellen, die mee klaargemaakt worden voor presentatie door Buchra. Buchra was aanvankelijk lezer, en steekt nu een handje toe. Ze is dol op boeken en kent de collectie als geen ander. Om haar Frans bij te schaven, werkt ze ook als vrijwillger in de Franstalige bibliotheek.

Buchra, wat is je favoriete titel uit de Arabische collectie ? Liefde kent veertig regels van Elif Shafak had me echt beet : ik wilde steeds maar verder lezen. Het verhaal, op ware feiten gebaseerd, gaat over de chams, soefimystici, die van stad naar stad naar stad trekken. Niet ongevaarlijk !

Je bent Syrische – welke schrijver uit jouw land raad je aan ? Nizar Qabbani is een groot dichter, wiens poëzie veelvuldig op muziek gezet werd. Onder meer Kadim Al Sahir zingt z’n gedichten. Ikzelf kom uit Aleppo, een grote stad, die prachtig was, maar geleden heeft onder de oorlog. Ik leefde er in een straat vol boekhandels. Op zoek naar Arabische literatuur, ben ik in bib Joske verzeild. Ondertussen nemen Sanae en ik deel aan een resem activiteiten in Sint-Joost. We willen hier samenleven met de andere Brusselaars. Winterwoninkje zullen we ook bezoeken.

Boeken van Elif Shafak en Nizar Qabbani vind je in bib Joske, in Nederlands en / of Arabisch.

Maart is traditioneel Jeugdboekenmaand, met als thema dit jaar kunst. Samen met de leerlingen en kleuters van Sint-Joost-aan-Zee zullen we genieten van verhalen en filosoferen over schoonheid en verbeelding.

Je bezoekt de bibliotheek ook met je dochtertje Sanae. Waarom zijn verhalen belangrijk voor haar ? Sanae houdt van lezen en leert er veel van bij. Dat laatste is belangrijk : cultuur haal je uit lectuur, als aanvulling van wat je op school leert.

Hou website en Facebook in de gaten voor meer activiteiten: www.sint-joost-ten-node.bibliotheek.be & Facebook.com/bibJoske Op zaterdag om 11u vertellen we verhalen. Elke eerste zaterdag van de maand in het Nederlands en in het Frans. Wil je trouwens zelf komen vertellen, in de taal die jij kiest? Kom dan langs, bel ons via 02 201 00 97 of schrijf naar bibliotheek@sjtn.brussels

Deel 1: Insecten Over insecten, tuinvogels en andere bewoners van de stadstuin.

tekst © Lieselotte Vervoort

Weinig mensen hebben een tuin in de stad. En hoewel ik me recent tot de gelukkigen mag rekenen met een stadstuintje achter het huis, heb ik het jarenlang met een terras moeten stellen. Maar ook een terras kunnen we zo inrichten dat het een mini-paradijsje kan worden voor veel stadsbeestjes.

Tuin op het dak Voordat mijn vriend en ik vorige zomer naar een Etterbeekse tuinwijk verhuisden, woonden we in een appartement op de eerste verdieping niet ver van de Kleine Ring. Op het plat dak dat uitgaf op ons appartement was een terras gemaakt van een 20-tal vierkante meter. In het begin hingen er een paar bakken met bloemen maar meer en meer begon het te kriebelen om een echte daktuin te maken. Zo schaften we zakken potgrond aan, maar ook tuingrond die we mochten opscheppen uit de tuin beneden. Die grondmengeling kwam dan in grote potten en metserskuipen voor een uit de kluiten gewassen esdoorn, een ginkgo biloba, een vijgenboom… Ook kwam er een bonte verzameling bloemen. Onze voorkeur ging uit naar nectarplanten om bijen te lokken. Zo kwam er een heus insectenrestaurant met o.a. wilde marjolein, fluitekruid, koninginnekruid, kaasjeskruid, salie, echinacea, een vlinderstruik... Een feest voor het oog en samen met de klimjasmijn zorgden al die bloemen voor heerlijk geurende zomeravonden op ons terrasje. Een tuin is niet compleet zonder water dus van een oude metserskuip maakten we een vijvertje. Waterplanten verkregen we door stekjes mee te nemen van planten in natuurlijke vijvers. Zo hadden we gele lissen (of gele iris, symbool van Brussel) waterweegbree, dotterbloemen…

Lieselotte of het klein insectenboek Is zo’n kleine groene oase temidden van beton genoeg om insecten te lokken? Het vraagt wat geduld. Van in het begin hadden we insecten, maar eerder de vervelende soort. Uiteraard trok

ons vijvertje een leger muggen aan en hadden onze planten last van een bladluizenplaag maar de redding bleek al snel nabij, en nee, niet in een fles insecticiden. Een tijdje later kwam de eerste zweefvlieg. Zweefvliegen lijken een beetje op een wesp met hun zwarte en gele strepen. Maar die kleuren zijn alleen bedoeld om vijanden af te schrikken. Zweefvliegjes hebben geen angel, dus kunnen niet eens steken! De volwassen insecten zijn bestuivers, net als bijen maar hun larven eten bladluizen. Ook kwamen er lieveheersbeestjes. De bladluizen verdwenen van ons terras, met de hulp van zweefvliegen en lieveheersbeestjes zonder dat we ooit een druppel insecticide hebben gebruikt! Er kwamen ook andere insecten: hommels, honingbijen en meerdere soorten wilde bijen zoals metselbijen. De omheining van riet en bamboe die we rond het terras hadden gezet bleek een ideaal insectenhotel. Ook het aantal muggen verminderde en hoe dat kwam zijn we te weten gekomen toen we een kijkje namen in ons kuipvijvertje. Blijkbaar waren er libellenlarven, vermoedelijk als eitje meegekomen met enkele waterplanten waarvan we stekjes uit het wild hadden meegenomen. En laat die libellenlarven nu net graag muggenlarven lusten! Van zodra de libellenlarven volgroeid waren konden we ze zien verpoppen aan de oever. En zo konden we de libellen zien geboren worden en wegvliegen. De libellen kwamen echter niet terug om eitjes te leggen. Om muggenlarven te bestrijden had ik goudvisjes in de kuip gezet. Dat bleek geen goed idee want de visjes gingen dood. Misschien was er te weinig zuurstof of werd het water in de kuip te warm in de zomer?

Vlinders in je tuin Wat vlinders betreft was er een koolwitje dat onze bloemen dagelijks bezocht, en af en toe een dagpauwoog of een blauwtje. Als je vlinders in je tuin wil moet je de rupsen laten leven. Zo hadden we een hoekje waar enkele brandnetels stonden, en daar vonden we in de lente rupsen van kleine vos, een mooi oranje vlindertje. Op een dag vonden we op de blaadjes van de pastinaak twee opvallende groene rupsen met zwarte strepen en oranje vlekken. Dat bleken rupsen van de koninginnenpage te zijn. Hoe die vlinder midden in de drukke stad op ons terras is terechtgekomen om eitjes te leggen is een raadsel maar ze waren er. De prachtige koninginnenpage is meer en meer een zeldzame verschijning. Ik wilde hen alle kansen op overleving geven door de rupsen in een afgesloten terrarium te laten verpoppen, beschermd voor mogelijke vijanden zoals de koolmees die ook de weg naar ons terras wist te vinden, maar over de vogels meer in het volgende nummer. De vlinders kwamen een aantal weken later uit hun cocon. De transformatie van rups naar vlinder van dichtbij meemaken en de vlinder zien uitkomen is magisch! Van zodra ze klaar waren om te vliegen lieten we de twee koninginnenpages vrij.

Elke m2 groen telt Oh ja en dat gebeurde allemaal op een terras - daktuintje van amper 20 vierkante meter… Ik noemde het ons mini-natuurreservaat. Duur hoeft het zeker niet te zijn, we gebruikten aardewerken potten maar ook metserskuipen van 60 of 90 liter (+- 9 à 11 euro bij elke doe-hetzelfzaak) of recuperatiemateriaal zoals oude blikken van 5 liter olijfolie. Ik plantte tomaten in een met grond gevulde Ikea- zak en courgettes in een antieke waskuip van mijn overgrootmoeder... Veel planten hebben we van zaden of stekjes die we in de natuur verzamelen, of van vrienden en collega’s gekregen. Ik geloof echt wel dat tuinen (of daktuinen, hoe klein ook) als een soort mini-ecosystemen kunnen fungeren, als kleine groene oases in een woestijn van beton. Het enige wat we zelf kunnen doen als de natuur steeds minder plaats krijgt in de verstedelijking, is van ons kleine stukje grond of dak zo’n groene oase maken.

Na de insecten gaan we naar de vogels. De volgende stadsbeestjes gaat over tuinvogels en wat we voor hen kunnen doen.

1919: HET NAOORLOGSE BELGIË (DEEL 2)

tekst: © Jos Laporte

ALGEMEEN STEMRECHT OP 16 NOVEMBER 1919 Op 9 mei 1919 werd de wet op het Algemeen stemrecht ondertekend door koning Albert I en de ministers van binnenlandse zaken en justitie, Charles de Broqueville en Emile Vandervelde. Hoewel deze wet nog strijdig was met de grondwet mochten bij de wetgevende verkiezingen van 16 november 1919 alleen mannen vanaf 21 jaar hun stem uitbrengen. Het nieuwe parlement moest nog de grondwet wijzigen. Ondanks het verzet van de conservatieve katholieken heeft de regering Léon Delacroix (° St-J-t-Node 1867), bestaande uit katholieken, liberalen en socialisten, zo één van haar belangrijkste opties gerealiseerd en zich aan de overeenkomst van Loppem gehouden. Iedereen heeft echter toegevingen moeten doen. Zo mochten vrouwen nog altijd niet stemmen en bleef voor de senaat het meervoudig stemrecht van kracht.

België telde in 1919 7.577.027 inwoners. De Kamer telde 186 zetels, de Senaat 120 zetels. Bij deze verkiezingen verloren de Katholieken hun meerderheid en behaalden 73 zetels, de Socialisten werden de grote winnaars en de tweede partij met 70 zetels en de Liberalen met 34 zetels. SANKT-VITH, EUPEN EN MALMEDY TERUG BIJ BELGIË Het verslagen Duitsland heeft in Versailles de Belgische souvereiniteit over het neutrale gebied Moresnet en over de kantons Sankt-Vith, Eupen en Malmedy erkend. In verhouding tot wat de Belgische regering geëist had is het resultaat eerder mager. Minister Paul Hymans, had van Nederland immers ook de wijziging van de territoriale punten uit het Verdrag van 1839 gevraagd, omdat deze de verdediging van de noordergrens bemoeilijkten. De regering hoedde er zich voor om aan J u l e s B o r d e t HEROPENING VAN DE GENTSE UNIVERSITEIT Op 21 januari 1919 heropende de Gentse universiteit opnieuw haar deuren. De Franstalige leergangen konden opnieuw starten. Tijdens de bezetting was de universiteit, met de zegen van de Duitse autoriteiten, ingenomen door de Vlaamsgezinden. Tijdens de openingsceremonie werden in de toespraken de professoren die hier hebben verder gewerkt bijzonder sterk veroordeeld. Wel was er aandacht voor de vernederlandsing van de Gentse universiteit. De nieuwe rector wou wel de vrije keuze tussen de twee landstalen toestaan. Dit zou volgens hem de eendracht tussen de Belgen bevorderen. Het zou duren tot oktober 1930 dat de Vlaamse universiteit een realiteit werd. WET VANDERVELDE, OP DE BETEUGELING VAN HET ALCOHOLISME Emile Vandervelde was de “patron van de Socialistische partij” en minister van Justitie. Op 28 september 1919 trad de “wet Vandervelde”, de wet op de beteugeling van het alcoholisme in voege. Vandervelde wilde dronkenschap en de bittere gevolgen voor de arbeidersklasse definitief aan banden leggen. Daarom was het voortaan verboden om sterke dranken te schenken in openbare lokalen (café’s en herbergen) en moesten particulieren twee liter alcohol per keer kopen. Het was verboden om nog salarissen uit te betalen in de café’s en herbergen. Overtreders kregen een boete van 500 frank. Men nam aan dat dit een probaat middel was tegen dronkenschap. Een pikant detail: tijdens de bespreking van het wetsvoorstel in de senaat werd unaniem een amendement aangenomen waardoor het toegelaten bleef grogs op basis van rum en cognac te schenken. Ook in het Parmentsgebouw. De wet Vandervelde ligt ook aan de basis van ondergang van de Belgische jeneverindustrie.

Duitsland geen te grote gebiedstoegevingen te vragen. Men beperkte zich tot de kantons Kronenburg, Schlierden, Sankt-Vith, Eupen en Malmedy, die door het Verdrag van Wenen in 1815 aan de Belgische provincies onttrokken zijn. De regering kon dan ook moeilijk beweren in het Verdrag van Versailles een volledige genoegdoening gekregen te hebben. Indien volgens het Verdrag van Versailles Nederland, die in W.O. I neutraal gebleven was, gebiedsafstand (NederlandsLimburg) moest doen ten voordele van België, lag de weg open naar een nieuwe oorlog (Nederland – België).

VERDRAG VAN VERSAILLES Op 28 juni 1919 vond in de Spiegelzaal van het paleis van Versailles de plechtige ondertekening plaats van het vredesverdrag tussen Duitsland en de landen waarmee het in oorlog was geweest. Deze ondertekening gebeurde dag op dag 5 jaar na de aanslag op aartshertog Ferdinand in Sarajevo. Het gebeurde eveneens in de zelfde Spiegelzaal waar in 1870 koning Wilhelm I van Pruisen werd uitgeroepen tot keizer, bij de eenmaking van Duitsland. De ondertekening van dit verdrag in deze zaal was een extra vernedering voor Duitsland. Deze vredesconferentie werd beheerst door Georges Clemenceau van Frankrijk, David Lloyd George van Groot-Brittannië en de Amerikaanse president Wooddrow Wilson. Dit verdrag was bijzonder vernederend voor Duitsland en onhaalbaar. De Duitse regering vond slechts met veel moeite twee ministers om het verdrag te ondertekenen. Eens terug in zijn hotelkamer viel een van hen flauw.

WAT BETEKENDE DIT VERDRAG VOOR BELGIË ? België kreeg de kantons Eupen en Malmédy terug. Duitsland moest de oorlogsschuld op zich nemen. Er kwam een nieuw internationaal statuut voor België: België verkreeg er de opheffing van zijn eeuwigdurende neutraliteit, die ons werd opgelegd door het verdrag van 1839. België kon vanaf nu een onafhankelijke buitenlandse politiek voeren.

JULES BORDET ONTVING DE NOBELPRIJS VOOR GENEESKUNDE. In 1892 promoveerde Jules Bordet (Soignies 1870 – Brussel 1961) tot doctor in de geneeskunde aan de ULB, waar hij professor werd. Hij werd immunoloog en microbioloog. Stichtte in 1900 het “Institut Pasteur” in het Leopoldspark, waarvan hij de leiding had. Hij wijdde zich aan de studie van de immuniteitsmechanismen en de antilichaampjes tot de antigenen. Hier ontdekte hij “het complement in het immuumsysteem”, waarvoor hij op 10 december 1919 de Nobelprijs voor Geneeskunde ontving.

BELGIË – FRANKRIJK Het dagelijks leven geraakte op kruissnelheid. De eerste internationale voetbalmanifestatie sinds de wapenstilstand vond plaats op 9 maart 1919 op het veld van Racing Club in Vivier d’Oie. Het publiek was talrijk aanwezig tussen de Belgische en Franse voetbalspelers. De Belgische ploeg, samengesteld uit Brusselaars, heeft de match met gelijk spel (2-2) kunnen beëindigen.

Jos LAPORTE

EEN WANDELEND BOS

Wandelende bomen Begin 2019 werden er in het kader van ons project “Winterwoninkje” uit hetzelfde recyclagemateriaal als de walvis in het park een aantal rugzakken gemaakt. De bedoeling was om iets duurzaam op poten te zetten. Beeldend kunstenaar en performer Dirk Hendrikx ligt aan de basis van het hele idee om de kinderen van basisschool Sint-Joost-aan-Zee een hele week met boompjes in die rugzakken door de straten van onze gemeente te laten paraderen. Naar huis, naar school en terug. Het spreekt vanzelf dat die bomen dan ook ergens ten velde een definitieve plaats moeten krijgen. Een ‘Tiny Forest’ idee schoof op naar de voorgrond. Tine Vanfraechem is project Manager bij Goodplanet. Zij heeft samen met de ouders van Sint-Joost-aan-Zee met daadkracht haar schouders gezet onder het Tiny Forest idee. We zijn verheugd u te kunnen warm maken voor het resultaat. Alle kinderen van de basisschool Sint-Joost-aan-Zee krijgen een boom. Ze zullen er over leren, er voor zorgen en op 19 maart zal je al die kinderen met een boom als inhoud van een rugzak naar de ideale plantplek in Vorst zien stappen. Wandelende bomen! Hoe dikwijls krijgt u dit te zien! Met de hulp van buurtbewoners en leerlingen van de Parkschool en basisschool Arc-en-Ciel uit Vorst worden deze bomen geplant. Zo worden ze allen boswachters. de Indiase ingenieur Shubhendu Sharma (CEO Afforestt). Hij baseerde zich weer op de bosbouwmethode van de Japanse bomenexpert Dr. Akira Miyawaki die in de jaren ‘70 een methode ontwikkelde om natuurlijke, inheemse bossen te herstellen. De mens heeft namelijk voor eigen gebruik komaf gemaakt met de oorspronkelijke oerbossen en enkel de soorten bomen aangeplant die voor eigen behoeften het meest bruikbaar zijn. Zo is de oorspronkelijke samenstelling haast overal op onze planeet teniet gedaan. De bossen van Miyawaki ontwikkelen zich binnen de 10 jaar tot een veerkrachtig ecosysteem. Shubhendu Sharma vertaalde Miyawaki’s aanpak naar de stadsomgeving: het Tiny Forest. Extra vegetatie zorgt niet alleen voor zuivere lucht maar trekt ook insecten als vlinders, bijen, kleine vogelsoorten en kleine zoogdieren aan. Bomen verbeteren de luchtkwaliteit, gaan hittestress tegen en zorgen er voor dat de bodem meer water kan vasthouden. Stadsbomen groeien wel snel maar zullen ook sneller afsterven door de vervuiling en ook omdat zij niet kunnen rekenen op het beschermende ecosysteem van het bos. We zullen er moeten op toezien dat er meer aandacht gaat naar verzorging en onderhoud.

Tiny Forest Een woordje uitleg over Tiny Forest en de Miyawaki Method. Tiny Forest is een concept dat bedacht is door

EEN WANDELEND BOS

Bomen moeten geplant Als we NU beginnen met bomen planten, kan de CO2- concentratie in de atmosfeer met 25% afnemen waardoor we de klok in feite een eeuw kunnen terugdraaien, en wel zo ongeveer naar het niveau van het begin van de industriële revolutie die de aanleiding was tot ons gulzig en onachtzaam omspringen met de grondstoffen die moeder aarde ons ter beschikking stelt. Jonge bossen slurpen veel meer CO2 op dan gedacht, vooral tijdens de eerste decennia. Onderzoek heeft uitgewezen dat er op onze planeet nog 0,9 miljard hectare grond beschikbaar is voor de aanplant van bos. (voornamelijk in Rusland, de VS, Canada, Australië, Brazilië en China wat niet alleen ver van ons bed is, maar daar zitten ook grote vervuilers tussen, die de met moeite bekomen klimaatafspraken aan hun laars lappen). Eens die bomen volwassen zijn -en dat vraagt tijd- kunnen ze 205 miljard ton stikstof uit de atmosfeer halen, die dan omgezet wordt in blad en hout om ons dan weer zuurstof in ruil terug te geven. Bossen zijn onze grootste bondgenoot in de strijd tegen klimaatverandering! Vooral in steden is de aanplant van groen van groot belang. Daar komt nog bij dat stadskinderen nood hebben aan wilde natuur. Iedereen wordt daar overigens gelukkiger van. Klein en groot heeft minder stress. Stadskinderen planten een minibos met maxi biodiversiteit. Buurtbewoners ontmoeten elkaar. Kinderen krijgen door het leren in een buitenlokaal meer voeling met de natuur. Ze leren zorg dragen voor al wat leeft en ook voor elkaar. Amper de helft van de Brusselse kinderen komt ooit in een bos! Haast is geboden, actie is vereist. Het is tijd om te kappen met kappen. Het komt er op aan om de juiste beslissingen te nemen. Alle goede initiatieven helpen iedereen vooruit. Een harde reset dringt zich op, een andere manier van leven is aan de orde. Bomen moeten nu gewoon worden geplant!

Schenk een boom in het ‘Wandelend Bos, het eerste Tiny Forest van Brussel!

U kan mee uw schouders zetten onder het project dat in Sint-Joost op poten werd gezet en dat terecht zal komen in Vorst op een lapje grond tussen de Victor Rousseaulaan en de Domeinlaan. Een Tiny Forest kost € 25 000. We zoeken nog € 15 000. Voor dat bedrag gaan er 1000 bomen wortelschieten.

Hoe kan je helpen? • Schenk een boom voor €15. Via www.gingo. community. Vanaf 3 bomen krijg je een fiscaal attest. Koop een unieke boomrugzak. Of doe hem cadeau. Je kan er ook iets anders dan een boom in stoppen. Stuur een mail naar Bob Geldermans (bobgeldermans@gmail.com) en krijg de betaalgegevens. Na de plantdag kan je je rugzak ophalen bij Ten Noey. • Steek een handje toe. Neem contact op met Tine t.vanfraechem@goodplanet.be, 0470 94 29 88

Kijk uit naar donderdag 19 maart: plantdag! Alvast hartelijk dank voor uw steun! Info over het Wandelend Bos en Tiny Forest: www. goodplanet.be/nl/tiny-forest en www.ivn.nl/ tinyforest De crowdfunding: www.gingo.community Rugzak: bobgeldermans@gmail.com

This article is from: