HEEFT EEN WERKNEMER RECHT OP UITBETALING VAN OPENSTAANDE VAKANTIEDAGEN NA

De standaard regel is dat de wettelijke vervaltermijn van zes maanden niet geldt indien de werknemer redelijkerwijs niet in staat is geweest zijn vakantiedagen tijdens ziekte op te nemen. Een werknemer die volledig arbeidsongeschikt is, neemt geen vakantiedagen op en daardoor loopt het openstaande saldo op.

In de navolgende kwestie was de werknemer twee jaar arbeidsongeschikt en krijgt per 16 december 2021 een WIA-uitkering. Omdat hij niet gewerkt heeft tijdens zijn arbeidsongeschiktheid en ook geen vakantie zou hebben opgenomen maakt hij aanspraak op uitbetaling van 54 vakantiedagen. Zijn werkgever is het hier niet mee eens. Deze stelt onder meer dat de werknemer in 2020 enkele keren met zijn zoon naar het buitenland is geweest voor paardenwedstrijden en daarmee dus vakantie heeft opgenomen. Ook beroept de werkgever zich op een e-mail

TWEE JAAR ZIEKTE?

van eind 2020 waarin zij stelt dat de werknemer ‘geacht wordt alle vakantiedagen op te hebben genomen, tenzij hij een overzicht hiervan produceert’. De kantonrechter gaat hier niet in mee. De kantonrechter stelt dat de wettelijke vervaltermijn van zes maanden niet geldt indien de werknemer redelijkerwijs niet in staat is geweest de vakantiedagen op te nemen en dat was hier het geval. De wettelijke verjaringstermijn van vijf jaar is uiteraard wel van toepassing, maar dit speelde hier niet omdat het om vakantiedagen uit 2020 en 2021 ging. Bovendien verjaren vakantiedagen niet als de werknemer niet op de vervaltermijn wordt gewezen. De werkgever moet de vakantiedagen plus een verhoging van 20% aan de werknemer betalen..

Mr.

schinkel@advocatenkantoorschinkel.nl www.advocatenkantoorschinkel.nl tel: 0570-547120