
1 minute read
Leo Henri Ferrier Atman
Lonnio (26) keert na jaren terug naar zijn ouderlijk huis in Nieuw-Amsterdam (Suriname). Hij moet geopereerd worden aan een peesontsteking in zijn linkerhand. De operatie slaagt en na maanden van hevig lijden kan hij zijn vingers weer bewegen zonder pijn en nadenken over zijn toekomst als pianist. Na de operatie maakt hij een dagtocht naar het district Commewijne, waar hij in zijn jeugd alle schoolvakanties heeft doorgebracht en waar hij op twaalfjarige leeftijd zelfs twee jaar op de suikeronderneming plantage Mariënburg woont. De ontmoeting met vrienden veroorzaakt bij hem een ware vloedgolf van herinneringen die hij zeer intens beleeft. Hij komt daarmee in de conceptie van het begrip ‘Atman’ (Zelf, kennis van het Zelf) tot grote inzichten in zichzelf en in de culturele waarden van de multi-etnische leefgemeenschap van Suriname.
Een van de allerbeste en opmerkelijkste klassiekers uit de Surinaamse literatuur
Komt net als En ze keken naar God in podcastserie Tigri Tories (de Correspondent) gemaakt door Raoul de Jong en Noraly Beyer
Leo Henri Ferrier (Paramaribo, 1940 -2006) was de jongste van zes kinderen uit het onderwijzersgezin van Johan Ferrier (de laatste gouverneur en eerste president van Suriname) en Eugenie Lionarons. Zijn overgrootmoeder was een Hindoestaanse. Een deel van zijn jeugd woonde hij in Commewijne bij een kinderloze tante, die was getrouwd met een districtsambtenaar. Daardoor kon hij later in Atman zowel van binnenuit schrijven over de districtsjongen Lonnio (de ik-figuur), die dikwijls voor een Hindoestaan wordt aangezien, als over Orlando, zoon van een vooraanstaande Creool in Paramaribo.
Omslag Sander Patelski Uitvoering Paperback, 125 x 200 mm Omvang ca. 176 pagina’s Prijs € 20,ISBN 978 90 445 4864 8
NUR 301 Verschijning maart 2023