5 minute read

Floor Driessen

Next Article
no.

no.

Een school staat niet op zichzelf, maar vormt een actief onderdeel van de omgeving. Denk aan de relatie met bewoners, maar dat kunnen ook bedrijven, zelfstandigen of andere voorzieningen zijn. Je wilt eenzaamheid tegengaan, iets doen aan ondersteuning bij zorg of de ontmoeting tussen mensen faciliteren. Scholen spelen een belangrijke rol bij het verminderen van kansenongelijkheid. Dan kom je snel op de verbinding met de wijk. Veel mensen hebben behoefte aan activiteiten, om uit het eigen isolement te komen en om nog mee te kunnen tellen. Kunnen scholen daar iets in betekenen?

floor.driessen@icszorg.nl

Advertisement

Dat past ook bij de duurzaamheidsopgave, waarbij gemeenschapsvorming een belangrijk doel is.”

ONDERWIJS, OPVANG EN ZORG

Telefoon 06 - 82 41 71 36

“Het begint altijd bij de gebruikers zelf”, reageert Floor, “van daaruit kijk je wat op een natuurlijke manier kan verbinden, waarbij het gebouw dat kan faciliteren. Een mooi voorbeeld is het IKOC (Integraal Kind- en Ouderen Centrum) in NoordScharwoude. Dat gaat verder dan alleen opvang en onderwijs, want hier heb je ook een combinatie met ouderenhuisvesting. Het is een uniek nieuwbouwproject waar onderwijs, wonen, zorg, buurt, jong en oud verbonden zijn. Aanleiding is tweeledig; het huidige schoolgebouw van Allente is verouderd en Horizon Zorgcentrum zoekt uitbreidingsmogelijkheden en nieuwe vormen van zorghuisvesting. Beide partijen zijn door gemeente Dijk en Waard aan elkaar gekoppeld om een verregaande samenwerking te onderzoeken, met het IKOC als uitkomst. ICSadviseurs ondersteunt beide partijen bij het vertalen van de gemeenschappelijke visie naar dit nieuwe concept, waar mensen van 0 tot 104 samen wonen, werken en leren. Een fysieke aanleiding kan dus heel goed tot een maatschappelijk gewenst initiatief leiden. We hebben bijvoorbeeld

In een inclusieve samenleving heeft maatschappelijk vastgoed een sleutelrol; als pleisterplaats voor ontmoetingen, als versterker van sociale samenhang en als plek waar de ontwikkeling van mensen wordt gestimuleerd. Het werken aan inzichten en strategieën die positieve impulsen geven aan onz e leefomgeving is wat mij drijft.

Mijn expertise ligt op het gebied van zorghuisvesting. De vraagstukken die daar spelen zijn actueel, complex en breed. Daarom geloof ik in een integrale aanpak, waarbij de grenzen tussen domeinen worden losgelaten. Ik ben met mijn achtergrond als architect geoefend in het leggen van verbanden tussen het gebouw, de gebruiker en de omgeving en in het vormgeven van een toekomstperspectief, inclusief het proces ernaartoe.

Huisvestingsvraagstukken verken ik graag op een analytische manier. Een gebouw, als ruimtelijke oplossing voor een behoefte , komt tot stand door het begrijpen van de vraag, het meenemen van alle belangen, het ontwikkelen van scenario’s en het in het oog houden van de realiseerbaarheid. Ik zoek daarbij naar man ieren van samenwerking waarin alle belanghebbenden een rol hebben – van gebruikers en lokale organisaties tot overheden en professionals

Het IKOC is de maatschappij in het klein en dat betekent dat je rekening houdt met elkaar.”

BURGERSCHAPSZIN

Werkervaring

Periode: 2019 – heden

Werkgever: ICSadviseurs

Functie: senior adviseur

Periode: 2016 – 2019

Werkgever: eigenaar Kaap O

Functie: architect en onderzoeker

Periode: 2008 – 2015

Werkgever: OD205 architectuur

Functie: architect

Periode: 2003 – 2008

Werkgever: KOW architectuur

Functie: junior architect

Opleiding

● Architectuur, Technische Universiteit Delft

● Arquitectura, Universitat Politècnica de Catalunya (deel master)

Expertises

“In Het Hart van Vathorst hebben we ook voor een centraal hart gekozen als ontmoetingspunt tussen alle gebruikers en de wijk”, vertelt Michiel; “een ander voorbeeld is Trivium; een school voor voortgezet praktijkonderwijs in Amersfoort. Daar gaat het niet om wonen, maar ligt het accent op de leerwerkervaring van de jongeren en het bevorderen van hun burgerschapszin. Ondernemers uit de omgeving exploiteren samen met de wijk het centrale hart. De bedrijven hebben arbeid nodig en de leerlingen willen graag aan het werk; een winwinsituatie. Dat geeft een nieuwe dimensie aan de school en zorgt er ook voor dat de school actief onderdeel van de wijk wordt.” Gert vult aan: “In Zeist hebben we de MFA Het Binnenbos gerealiseerd; een mooi voorbeeld van efficiënt ruimtegebruik en maatschappelijke ontmoeting. Het Binnenbos is een ontmoetingscentrum gericht op zorg & welzijn, zelfontplooiing en ontmoeting voor alle inwoners van Zeist-Oost. De woningen boven het centrum zijn een thuis voor 42 cliënten van Abrona. Het gezondheidscentrum heeft drie huisartsen, een apotheek, twee fysiotherapiepraktijken en een praktijk voor oefentherapie. De muziekschool is een vaste huurder. In de kelder liggen de gymnastieklokalen voor de basisscholen en wijksportorganisaties. En dat alles in combinatie met een gezellig eetcafé, waar leerlingen van de naastgelegen school kookles krijgen. Die leerlingen maken ook meteen broodjes die door de buurt gekocht kunnen worden. Door al die activiteiten met

● Organisatie en Ruimte

● Zorghuisvesting

● Architectuur elkaar te verbinden konden de partners in goede horeca-apparatuur en een gemeenschappelijke horecaruimte investeren.”

Maatschappelijke Voorzieningen

“Een mooi voorbeeld van een community is IKC de Vaart in Ter Aar”, vult Sibo aan; “daar vind je een school, kinderopvang, de bibliotheek, het CJG, bewegen voor ouderen, een ouderenontmoetingspunt en een sporthal. De kernpartners bewaken de

Experimenteerruimte

samenwerking en stemmen hun activiteiten op elkaar af. Een doorlopende ontwikkellijn voor kinderen is het uitgangspunt en van daaruit kijk je naar de behoefte uit de omgeving. Een arrangement kan per omgeving verschillen; de ene wijk heeft behoefte aan een centrum voor Jeugd en Gezin, maar op een andere plek kan de ontmoeting met ouderen uitgangspunt zijn. In alle gevallen moeten het gezellige plekken zijn waar je graag wilt komen.” Marco knikt: “Wijken en buurten hebben aantrekkelijke ontmoetingsplaatsen nodig. De school is potentieel zo’n plek, maar is gek genoeg geen openbaar gebouw. Van oudsher werken wij in Nederland met onderwijsbestemmingen. Met de huidige druk op ruimte is dit alleenrecht voor het onderwijs eigenlijk niet langer uit te leggen. Ga denken aan een maatschappelijke voorziening vanuit het sociaal domein en er ontstaan veel meer mogelijkheden. Dan kun je veel makkelijker ontmoetingen faciliteren in en rond zo’n gebouw. Als onderdeel van de leeromgeving kunnen kinderen van betekenis zijn voor de omliggende wijk. Zo kent Groningen een brede school waarbij kinderen helpen om een duurzaamheidsloket te beheren. De wijk kan daar informatie krijgen over de werking van een zonnepaneel of een waterbesparende douchekop. Die kinderen helpen actief mee om de verduurzaming in hun wijk te stimuleren. Dat is ook een belangrijk onderdeel van burgerschapsvorming.”

“Ontmoeten is uiteindelijk verbinden”, vult Michiel aan, “als mensen elkaar ontmoeten gaan ze vanzelf aan de slag om samen initiatieven te ontplooien. Je moet in het maatschappelijke en fysieke domein voor aanleidingen zorgen, waardoor spontane ontmoetingen vanzelfsprekend zijn.” Floor knikt: “Er is experimenteerruimte nodig om die schotten en normen wat creatiever te verkennen. Je zou binnen het budget voor het ontwerp en de bouw kunnen onderzoeken of er ruimtelijk en maatschappelijk meer mogelijk is, zonder dat nog duidelijk is uit welk potje het betaald moet worden. Vaak werken opdrachtgevers met businesscases vooraf; waarbij je heel veel kansen mist als je op een traditionele manier de haalbaarheid toetst. Die zou je ook vanuit een maatschappelijke hoek kunnen aanvliegen. Dus niet alleen kijken wat het kost, maar ook wat het oplevert. Denk aan bewegen en gezond leven, waardoor mensen minder afhankelijk van zorg zijn of aan het werken aan taalachterstanden en een wijkregisseur. Dat levert op alle niveaus veel rendement op, waar nu niet mee gerekend wordt. Het vraagt ook om een beetje lef van bestuurders en opdrachtgevers om niet alleen vanuit het eigen perspectief, maar ook vanuit de omgeving en de maatschappelijke opgave naar een renovatie- of nieuwbouwopgave te kijken.”

SAMENVATTING

Iedereen heeft een beeld bij de noodzakelijke maatschappelijke verbreding van voorzieningen, maar we staan nog maar aan het begin van een noodzakelijke transformatie. Duidelijk is dat we (school)gebouwen en de omgeving niet langer moeten benaderen als een statisch eindpunt, maar als dynamisch middel om te verbinden. Belangrijk is ook dat het bewustzijn bij bestuurders, wethouders en hun beleidsambtenaren groeit over de kansen om ruimtelijk en maatschappelijk breder naar de fysieke opgaven te kijken. Daarbij kan de school of het kindcentrum een verbindende schakel zijn, waarbij arrangementen per omgeving anders kunnen zijn. Tenslotte zou er ruimte moeten zijn om te experimenteren; er zijn voldoende geslaagde voorbeelden die als inspiratie kunnen dienen.”

This article is from: