
4e Jaargang. Nu . 3. Maart 1896.
4e Jaargang. Nu . 3. Maart 1896.
DEN
BESTUUR'VAN DEN N. S.: Voorzitter; H. J. DEN HERTOS, Onder-Voorzitter; J. C. TEN TUSSCHENDÉ, Keizersgracht 100, Amsterdam, Penningmeester; L. H. DEELMAN, Commissaris van Materieel; G. J. GANTVOOBT, Binnen Dommerstraat 13, Amsterdam Secretaris.
RADACTIE : J. J. B. MOQUETTE, Oude Gracht 92, Utrecht; J. D. TRESLING; L N. DE JONG.
Van dit lilad, dat omstreeks den ISden van iedere maand gratis aan de Bondsleden wordt loegezonden, zjjn extra-nummers verkrygbaar ii 20 cenls en een geheele jaargang li f •> - eveneens slechts voor Bondsleden.
INHOUDSOPGA AP: Officieele mededeelingen; Probleem-rubriek; Partijen van den wedstrijd te Krommenie; Buitenlandsche partijen; Gemengde partijen; Binnenland; Buitenland.
Namens het Hoofdbestuur van den N. S B. wordt den leden bekend gemaakt, dat er geen register zal verschijnen op den Jaargang 1895, maar dat er, bij het Januarinummer van het jaar '97, een register zal gevoegd worden op de Jaargangen 1895 en 1896.
Oplossingen der Januari-problemen.
269. I. Pb3:, Lb8; 2. LgS, TC7; 3. Pd6 enz. 1—, —; 2—, Td7; 3. Daifenz anders eerder mat. 270. 1. Le8, Kf5 of dS; 2. Lf7 of d7, Ke4; 3. Le6: enz. of eerder mat. 271. 1. Pe4, Ke4:; 2. Lc7, d 4 ; 3. Te3f enz. 1—, 2—, Kd4; 3. Dd2f enz. r—, —• 2—, anders; 3. Dbif enz. 1—, Le4:; 2. Te3> ICe6; 3.' Dc6f enz. 1—, —; 2—, d4+; 3. Dc6 enz. 1—, —; 2—, anders; 3. Dc7f of eerder mat. i-, de4:; 2. Tc6, e3; 3. Lf6f enz. 1—, 2 _ f 3; 3. Lc7 f enz. x—, d 4 ; 2 Tc6, Ke4 :; 3. Te6f enz. 1—, —; 2—, Pf3; 3. pf6 enz. 1—, —; 2—, Le4:; 3. Lf6| enz. 1—, —; 2—, f3; 3. Dgs :f enz. 1—, —; 2—, anders; 3. DcSt enz. i-, Ke6; 2. Tc7, KeS; 3. Te7f enz. 1 —, —; 2. Tc7, onv.; 3. Dcóf enz. of eerder mat. 272. 1. Tb2, -3; 2. Th3) onv.; Tg3 : enz. 1-, anders; 2. Thi, onv:; 3. Tai enz. of eerder mat. (Ook kan op 1—, g3; 2 Th8, h4 of hi volgen). 273 1. Lh3, Kd6; 2. Dd7f enz. 1—, Kf4; 2. Dgi enz. 1—, Pf7 ; 2. Ï}g3t enz. 1 , Pg6; 2. DC7+ enz. 1—, Pc6; 2. Dgsf enz. 1—, anders; 2. De7f enz. 274. 1. Pf4, ef4:; 2. Db5 enz. 1—, KI3 ; 2. Db3t enz. 1—, anders; 2. Des :f enz. 275. 1. TI16, Kb3; 2. Db5 : (of Dc 4 |) enz. 1—-, Pe3; 2. DC3 enz. 1—Lc8 speelt; 2. Df8 enz. 1—, Te8; 2. De7 enz. 1—, anders; 2. Dd6 enz. of eerder mat. 276. 1. Pf5) Kf^ :; 2. Dh6 enz. 1—, efs :; 2. LC3 enz. 1—, es; 2. Pd6t enz. 1—, anders; 2. Dd4f enz. 277. 1. Da6 enz. 278. 1. Tfs enz. 279. 1. 4
5§
d4 enz. 280. i. Df8 enz. van H. v. Gottschall. i. Tg8, des:; 2. Lgs enz. 1—, anders; 2. Pd6 (:)f enz. van C. Erlin. 1. Pe7, K.C5; 2. Le3f enz. 1—, LofTbö; 2. Lfóf enz. 1—, Tb3; 2. Pf7 enz. 1—, Tb2, b4 of ei; 2. Db4 (:) of b2 :f enz. 1—, T anders; 2. Pbsf enz.; 1—•, b6 of bs : 2. Pe4 enz. of eerder mat van F. Schindler. 1. Pc4, Lf3; 2. Dby enz. 1—, Ldi; 2. De2 enz. 1—, anders; 2 Dbif enz.
Probleem-oplossingswedstrijd.
De heer Okkinga heeft dus deze maand den prijs.
Het komt meermalen voor dat sommige oplossers de varianten der problemen minder juist uitwerken, of soms wel vergeten. Zoo bemerkten wij dat in No. 271, na 1—•, Le4 :, gespeeld werd, 2. Tc6 en op 1—•, Ke4 :, 2. Td3, hoewel alleen respectievelijk 2. Te3 en Lc7 tot het doel leiden. In 274. vergat een oplosser de variant 1—, ef4:; in 275 laat iemand de variant 1—, Kb3 buiten beschouwing, terwijl een ander in 276 1—, efs : vergeet. Hoewel wij als regel aangenomen hebben, geen oplossing af te keuren, wanneer er een enkele variant fout of weggelaten is, zoo meenen wij er toch op te moeten wijzen, dat meerdere fouten in de oplossing, wel eens aanleiding zouden kunnen geven tot afkeuring van die oplossing, niettegenstaande de sleutelzet goed aangegeven is.
Problemen.
Redacteur: L. N. DE JONG, te Oude-Wetering.
Do heeren den Hertog en Meiners blijven zich belasten met het Juryschap van den wedstrijd in probleemcompositie. Probleemoplossingen te zenden aan den heer W. B. H. MEINERS Nassaukade 76, Amsterdam.
6i
In No. 292 plaatse men s. v. p. nog een Witten Toren op h 5. Het probleem is opgenomen als een voorbeeld van zeer moeielijke constructie. Ondanks het groot aantal witte stukken, zijn toch geen andere verdedigingsstukken voor Zwart noodig dan pion b 6 !
De „Chess Montly bevat het begin van een artikel over het Oplossen van problemen. Het is geschreven door B. G. Laws. Als het in zijn geheel is verschenen, hopen wij er een kort uittreksel uit te kunnen geven.
Door de schaakliteratuur doet tegenwoordig het volgende probleem de rondte:
De componist van dit probleem is niet bekend. Het is uit een oud duitsch document herdrukt. Een oplossing in 8 zetten was tot heden niet gevonden, dan na toevoeging van een witte pion op g3 Nu wordt echter bericht in „La Stratégie" dat een Amerikaan een oplossing vond in 6 zetten. Al is dit dus zeker niet het door den auteur bedoelde, het bewijst dat een mat mogelijk is. Misschien willen onze lezers ook hieraan hunne krachten eens beproeven. Zoodra de oplossing van den Amerikaan in ons bezit is, hopen wij die mede te deelen.
Het onder den titel „Probleemcompositie" te geven vervolg moet worden uitgesteld wegens plaatsgebrek. Tot nu toe kunnen wij niet klagen over te veel last van onze Probleem-correspondentie. Waar zijn de componisten die ons eens willen verrassen met hunne bijdragen voor het volgende nummer ? Moet men in het buitenland denken dat het vuur is uitgebluscht onder onze componisten? Laten wij toch onze rubriek zooveel mogelijk Nederlandsch maken!
Reeds was het bovenstaande gedrukt, toen ons eenige problemen voor den wedstrijd gewerden, die in het volgende nummer zullen worden opgenomen. Wie helpt mede het twaalftal vol te maken ? In N°. 289 eischt de oplossing nog een witte pion op h2
Twee Partijen uit den wedstrijd te Krommenie, 8 en 9 Februari 1896
Gespeeld in den wedstrijd met af- en aanspel te Krommenie, 8 en 9 Februari 1896. Wit: D. Reijne. Zwart: Esser. (Zwart zonder f7.)
1. e4 Pc6 10. P'n4 g6b) 19. D d2 P b7
2. d4 ds 11. g4 Le4 20. C4! T h7
3. e5 L f5 12. P d2 I15 21. cbs: abs:
4. f4 D d7») 13. P e4: de4 : 22. a4 C4
5. P f3 0—0—0 14- g5 P f5 23- ab5 : D b5 :
6. L e3 eó 15. P f5 : efs : c) 24. L C4 : D e8
7. L b5 a6? 16. ds b5 ?? 25. T a8| K 07
8. La4 Pge7 I7-Lb3 P a5 26. T ci Les
9. o—o D e8 18. D d4 d) 05 en geeft op.
•) Werd beter vervangen door Lg6 met ongeveer de volgende voortzetting:
5. h4 e6; 6. hs Lf7 7. g4 waarin Wit altijd voorzichtig met zijn pionnen moet zijn.
b) 10 L g6 was veel beter.
c) Slecht; Wit krijgt nu twee doodelijke vrijpionnen 15 gfs; was beter.
d) Waarom niet direct 18. Dd2?
Wit: K. Krijgsman Sz. Zwart: Wieringa (zonder f7).
1. 'e4 d6 18. Das D hs 35. P di K b6
2. LC4 e6 19. f4 L h3:? ? 36- c4! dc3: e.p.
3. d3 De7 20. gh3: D h3:*) 37- P C3: T d3:
4. Pf3 Ld7 21. Tf3 Dh4 38. T C2 K bs
5. Pc3 a6
22. Le6f K b8 39- p d5tc) K b5:
6. 0—0 h6 23. T h3 D f4: 40. L d7f K a6
7. h3? Pc6 24. Tfi Des 41. T c6f K b7
8. a3? 0—0—0 25, D es: des : 42. T 07:| Kb8
9. T,e3 gs 26. Tf8: T f8: 43. L c6 L f8d)
10. PI12 L g7 27. L f5 T f6 44- T b7f K c8
11. f) d2 es ? 28. P g4 1 b6 45* 1 d7 ^ fb3-
12. Pds De8 29. B3 as 46. T 37 L d6
13. De2 P d4: 30. a4 T c6 47- T g7 T f3t
14. Ld4: ed4: 31. The T a6b) 48. K g2 g4
15. Dd2 Pe7
32. Kfi bs?? 49- p b6t Kb8??
16. D as P ds: 33. abs : T d6 50. 1 b7ft
17. D ds: T f8
34. P fz K b7
') Eene totaal foute combinatie.
b) Onbegrijpelijk. 31...TC3 was veel beter.
c) Er volgt nu een, van Wit, goed gespeeld slot.
d) Op 4. 3-..Td5: volgt 44. T b7f en 45. eds:
Volgende interessante positie kwam voor in eene partij gespeeld te Krommenie, 9 Febr. 1.1. tusschen de heeren C. Gorter (Wit) en W. de Veer (Zwart.)
De voortzetting was als volgt: Wit. Zwart.
Dh6:|? Pg6
K g2 T h8
D h8 : P h8:
Ten slotte verloor echter Zwart nog door eene verrassing.
Stand na den 32sten zet van Zwart.
Gespeeld in de eerste klasse van den Bondswedstrijd te Arnhem, 1 Aug. 1895. Wit: Dr. A. van Rhijn.
Zwart: J. F. Heemskerk.
Spaaiisclie party.
1. e2 — e4 e7 — e5
2. P gl — f3 P b8 — c6
3. L fl — b5 P g8 — f6
4. 0 — 0 d7 — d.6
5. P bl — c3 L c8 — d7
6. d2 — d4 P c8 — e7 ?
Deze zet kost een pion. Beter ed4 : gevolgd door Le7 en 0—0.
7. d4 X e5 d6 X e5
Op Lb5 : kan volgen 8. ef6 : Lfl : 9. fe7 : Le7: (De7:) 10. Dfl: en Wit moet met twee paarden tegen toren winnen.
8. P f3 X e5 c7 — c6
9. P e5 X d7
Sterker lijkt mij toe Lc4 Le6 (gedwon
gen) 10. Le6 : fe6 : 11. Dd8 :f Td8 : 12. Leo met vrij wel gewonnen spel.
P f6 X d7
10. Lb5 — c4 h7 —h6
Zwak. Beter is l'g6.
11. L cl — e3 D d8 — c7
12. a2 — a4 P e7 — g6
13. f2 —f4 L f8'— e7
Op Leo zou 14. Lt7 :f 15. Le5 : l'c5: 16. Dh5 gevolgd door f5 het zwarte spel ruineeren.
14. Pc3 —e2?
Een zeer zwakke voortzetting. Beter is e5, na Td8 of 0—0—0 gevolgd door Dh5. Ta8 — d8
Ook 0—0—0 kwam hier zeer in aanmerking (15. Lf7 :? Peo !)
15. Ddl—el
Nu reeds doet zich de fout, door Wit in den vorigen zet begaan, gevoelen. l)e dame, die op h5 een uitmuntende stelling had kunnen innemen, moet nu naar el, waardoor een gewichtig tempo verloren gaat.
0 — 0
16. Del—g3 Kg8 — h7
17. e4—e5 P d7 — co
Om Ld3 te beletten.
18. Le3 X c5 L e7 X c5+
19. Kgl — hl L c5—e7
Sterker is hier De7.
20. L c4 — d3 f7 — f5
Wit dreigde met f4—f5—f6 de partij te winnen. De tekstzet is behalve Kh8(g8) het eenige middel voor Zwart om direct verlies te vermijden. Had Zwart in den vorigen zet De7 in plaats van Le7 gespeeld, dan zou nu f5 van meer kracht zijn geweest.
21. eö X f6.
Eenvoudiger en daarom beter ware 21. Dh3! Dd7 (Ph4 22. g3 Pg6 23. g4!) 22. Pg3 Ph4 23. Pf5 : Pf5: 24. g4 (l)d5t
geeft niets wegens Tf3) en Wit moet winnen. Toch voert ook de tekstzet tot winst, als Wit maar goed vervolgt.
T f8 X f6
22. Dg3 — f3
Hier had Wit, in consequentie met zijn vorigen zet, niet f5 moeten vervolgen (h4 leidt tot niets wegens Td5) 22. f5 Peo! (niet Dg3 - wegens 23. Pg3: Pe5 24. Ph5
Tf7 25. f6f Pd3: 26. fe7: en Wit wint een officier en het spel) 23. Pc3 g6!! (eenige goede zet) 24. fg6 :f (Pe4 Tf5:)
Kg7 25. Tf6: enz. en W it heeft 2 pionnen meer en moet winnen.
L e7 — d6
23. g2—g3 K h7 — h8
24. P e2 .— c3
Wit beeft, door zijne vorige minder goede zetten, zich de directe winst der partij laten ontglippen, terwijl Zwart, die nu geheel buiten gevaar is, met een tegenaanval dreigt. Daarom had hij hier Lg6 : moeten spelen (in den volgenden zet ruilt Zwart immers toch den witten raadsheer af en bezorgt hem een zwakken pion) gevolgd door Pc3. Wit is dan nog steeds zijn pion vóór en heeft in het eindspel goede winstkansen.
P g6 — e5 !
25. Df3—f2
Beter De2 om Le5 te beletten.
P e5 X d3
26. c2 X d3 L d6 — e5
27. T fl — el
Ken valletje, dat echter niet deugt. Beter ware Pe4.
Td8 X d3??
Zwart loopt er waarlijk nog in! Met Lc3: gevolgd door Td3: had hij nu een zekere remise in handen.
28. Df2 — c2 !
Waarmee Wit minstens de kwaliteit wint.
D c7 — d7
Op Lc3: volgt natuurlijk 29. Te8-j- en 30. I)d3: Iets beter dan de gekozen zet ware Ic3: 29. 1jc3 : Ld6, maar Wit heeft dan toch een gewonnen spel.
29. T el X e5 T f6 — <16
30. Tal—el Dd7 — g4
31. T e5 — e3
Beter eerst TeSf Kh? 32. Te3, waardoor Wit ook nog den afruil der dames kon afdwingen 32. . . . I)f5 ? 33. g4!) I)g4—d7.
Dg4 — d7
32. T e3 X (13 T d6 X d3
33. Tel—dl Td3Xdlf
34. D c2 X dl Dd7 —e6
35. Khl — g2 D e6 — c4
36. Ddl — el D c4 — b3
65
Wit dreigde De8f gevolgd door De4f en dame-afruil.
37. D el — d2 b7 — h6
38. Kg2 — h3 a7 — a6
39. Kh3 — h4 b6 — b5
40. a4 X b5 a6 X b5
41. g3 — g4 c6 — c5
42. g4 — g5 b5 — b4
43. g5 X h6! b4 X c3 44. Dd2Xc3!
De snelste wijze om te winnen. D b3 X c3
45. b2 X c3 g7 X h6
46. Kh4 g4 Kh8 — g7
47. Kg4 — f5 c5 — c4
48. Kf5 —e6 h6 — h5
49. h2 — h4 Kg7 — f8
50. Ke6 —f6 K f8 — g8
51. K 16 — e7 Opgegeven. 1). v. F.
Twee partijen uit den wedstrijd te St. Petersburg. Gespeeld in de tiende ronde, 7 Januari 1896. Wit: Pillsbury. 2wart. Lasker>
Geweigerd Dame-Gambiet.
d4 d5 "• cd S= eds: 21. Lb5! h ) D b 5 :t C4 f 12. Pd 4 0-0!») 22. Kaï Tq
3-^3 .3.1.f6, Lf6: .3. Tel» Tel')
T 3 , CS '4- Ohs P cd 4 : 24. Thdi Tc^i
5' gS c d4: 15. ed 4 : d ) L e6 2 S . Dfs D cl
ïmV f*' l6 - f4P) Tac8 26Kb> k) l' l' °7 I7" f 5 T c 3 :! 27. De6|? K h 2
8. 0-0-0 Da 5 l8 fe6:<) Ta 3 !! B ) 28. Ka,? Dc,')
9 ' Ld7 *9- ef 7 :f T f 7 : 29. K a 4 b 5 1
IO h6 2 °- ba 3 : Üb6 30. Kb S : Dc 5 en >\ r- r • • ,. Wit geeft op. ) bene afwijking, die met aanbevolen kan worden.
b) Beter was 7. Lf6 : gf6 : (op 7 Pd4 : volgt 8. Ld8 : Pc.2f 9- ^di ^al • 10. La4 ! en Wit wint 2 officieren voor zijn toren) 8. DI14 Le7 ? 9. cd5 : ed5 : (8...is? 10. Da4) 10. o—o—o enz.
°) Goed; Wit moet afruilen op f5 en zijne dame op ongunstige velden plaatsen, terwijl Zwart's Loopers beide eene dreigende stelling innemen tegen Wit's koningszijde.
J) Het resultaat van Wit's 6den zet is: ten iste. Zwart heeft den aanval; 2de, twee loopers tegen looper en paard, 3de, de open c-lijn, terwijl ten slotte d4 zwak en ds sterk is.
e) Wit had Df3 moeten spelen. 16. Lbs gaat niet wegens Tac8.
') Nog het beste op 18. bc3 : volgt DC3 : 19. Df3 ! (19. fe6 : Db4 ! en wint) Lfs :! 20. Dfs : Ld4 : 21. Td4 : Dd4: met 3 pionnen voor den Looper.
g) Schitterend.
h) Het beste om de Koningin van d4 af te leiden. Op 21. Kaï volgt 21 ... Ld4:f 22. Td4: Dd4 :f 23. Kbi en Wit kan het dreigende Tf2 niet afweren.
21. KEI of KC2 ZOU gevolgd worden door Tc7f en wint spoedig.
') Beter dan 23 Tc2 waarop zou kunnen volgen 24. Thbi Dc4 25. Tc2 : Dc2 : (25 . . . Ld4 :? 25. Tcb2 en Wit heeft winstkansen) 26. Ddsf met tamelijk spel.
k) Deze en de beide volgende zetten ontnemen Wit alle remisekansen, die er na 26. Kbi nog bestonden.
]) Zwart kon hier mat in 5 zetten annonceeren.
Gespeeld in de elfde ronde, 9 Januari 1896. Wit: Steinitz. Zwart: Lasker.
Geweigerd
1. d4 ds 12. f3! De7 23. gs L d8
2. c4 e6 13. Lg3!!<) f4h) 24. T h2 T g6
3. Pc3 P f6 14. De4:ü fg3f) 25. r>h5°) T6g7
4. Lf4 Le7 t5. hg3: g6?k) 26. Tdhi 1) I15: s e3 o—o 16. Dg6: L d7
27. T115: T f8
6. c5 *) Pe4b) 17- U Tf7') 28. Th7:t Thj:
7. Pe4: de4: 18. g4! T g7 29. Th7:f Kg8
8. D C2 fs 19. Dh6 T g4:?m) 3°- Td7: T f7
9. Lc4 P c6") 20. Ld3! Tg7
31. Lc4l")
10. a3d) L f6e) 21. Pf3 D f7 Zwart geeft op. 11. 0-0-0! Kh8f) 22. g4! T ag8")
a) Volgens de meeste commentatoren niet aan te raden wegens de voortzetting 6 b6 7. b4 as enz., waarbij de c- en d-pionnen zwak worden.
b) Fout: het geeft Wit een groote voorsprong in de ontwikkeling en maakt e6 zeer zwak.
c) 9 b6 baat niet meer, want er volgt 10. I>b3! Tf6 11. Les! (niet Lgs wegens Tg6) Tg6 12. Pe2 met veel beter spel.
d) Minder goed zou zijn: 10. D b3 wegens, 10.... T f6. 11. Lgs?? T g6 enz.
') Op 10 g5 volgt ii Lg3 f4 12 De4! fg3: 13 Le6:Le6: 14 De6:f Tf7 15 hg3 ') Om het dreigende 12 d5! te ontgaan.
Stand na den 13den zet van Wit.
k) Inleiding tot de volgende zeldzaam mooie, combinatie. 13. fe4: is niet aan te bevelen wegens 13....e5! 14. de5: (14. L g3 f4; 15. ef4: ef4:; 16. Lf4: P d4 met goed spel voor Zwart) L e$: 15. L e5: De5: en zwart staat beter.
h) Had Lasker de nu volgende prachtige, combinatie, doorzien, dan had hij zich wel tweemaal bedacht, eer hij dezen zet deed. Hij rekende waarschijnlijk op 14. Lf4: es! en Zwart krijgt een goed spel, óf 14. Lf4.- Ld4:! 15. ed4: (Td4:? Pd4: enz.) Tfy: +. Het beste was 13.... ef3: 14. Pf3: e5 15. Tliei, (dS 1S ook sterk, maar op e4 mag niet volgen 16. Pd4 wegens Ld4: 17. ed4:f4!) es 16. Pgi, hoewel wit ook dan het betere spel houdt. (Zie diagram )
') 14 es wordt gevolgd door 15. ef4: ed4: 16. Dd7: Ld7: 17. b4 as ï8 bs Pa7 19. Lf2 en Wit wint eene pion.
k) Natuurlijk eene vergissing, die eene gewichtige pion weggeeft. Ook op ....gs houdt Wit een goed spel.
) Op 17.... Tg8 kan volgen 18. Th7:f DI17: 19. Df6 :f Dg7 en wint, houdt minstens remise of 19 Tg7 20. Ld3 DI15 (20 Dg8 21. Dh6 Th7 22. Dh7 : Dh7 : 23. Lh7: KI17 : en Wit heeft 4 pionnen voor den looper) 21. Pt'3 dreigend Pg5 en houdt minstens remise.
m) Verliest een hoogst gevaarlijk tempo, maar ook op andere zetten is Zwart verloren, b. v e5 20. g5! Lgs: 21. fgs : DgS : 22. ds Pe7: 23. Pf3 enz.
n) Zwart kan niet nemen wegens 23. Dh7:f enz. en wint Ld7.
°) Eene aardige manier om Tdi te laten aanrukken.
p) Deze zet verstoort elke mogelijke illusie, die Zwart nog kon hebben. Er zou b. v. volgen 31.... Td7 : 32. Le6 Tf7 33. g6! en wint,
Correspondentiepartij, gespeeld van Augustus 1894 tot Maart 1895 tusschen ^ L Benima, Zwart: Jhr. D. van Foreest Wit: A. Woldendorp en tc te Winschoten. Oosthuizen.
Giuoco Piano.
X. e2 — e4 e7 — e5
2. F gl — f3 P b8 — c6
3. L f 1 — c4 Pg8 — f6
4. d2 — d3 L f8 — c5
5. c2 — c3 d7 — d6
Velen lijkt deze opening en met name de nu bereikte stand zeer vervelend. Deze partij bewijst echter weer, dat het ginoco pianissimo het meest interessante spel kan ten gevolge hebben.
6. Lel — e3 L c5 — b6
7. Pbl — d2 P c6 — e7
Verreweg de sterkste zet in dezen stand.
8. d3 — d4 P e7 — g6
9. D dl — c2 c7 — c6
10. L c4 — d3
Niemand zal dezen zet zeker sterk vinden, daar de looper zijn natuurlijke aauvalslijn verlaat. Wit speelt later nog meer van die «gekunstelde" zetten, waardoor Zwart het betere spel verkrijgt.
0—0
11. P d2 — c4
Beter Pfl.
L b6 — c7
12. d4 X e5 d6 X e5
13. L e3 — c5?
Den zin van dezen zet te vatten is niet gemakkelijk. Is het misschien werkelijk Wit's bedoeling geweest zijn paard op e3 en zijn looper op a3 te laten terugdrijven?
b7 — b5?
Deze zet, schijnbaar goed, is onjuist; hij verzwakt Zwart's Koningsvleugel.
14. P c4 — e3
Op l'a3 Te8 15. c4 zou volgen Pd7 16. Le3 (cb5: l'c5: 17. I3c5: Üd3: 18. Dc6: Ld7 19. Dc7: La4f en wint) b4 enz. Op 14 PdS zou volgen Pf4.
T f8 — eg
15. 0 — 0 L c8 — e6
Zeer in aanmerking kwam a5 om c4 te pareeren.
16. P f3 — g5??
Een zet, zooals ze in een correspondentiepartij tusschen zoo goede spelers niet moest voorkomen. Het antwoord van Zwart lag toch voor de hand. Maar buitendien, Wit had een paar zeer goede voortzettingen nl. Tfdl en c4. Vooral de laatste zet geeft in verband met Zwart's zwakken 13en zet Wit minstens het gelijke spel.
Bijv. 16. c4 Pd7 17. La3 Tb8 18. b3 en Wit staat zeer goed; op 16. be4 : 17. rel: is het Witte spel wegens de sterke c-lijn te prefereereu; op 16.... a6 17. Tfdl Dc8 18. a4, enz.
P f6 — d7 !
17. Pg5 X e6 Te8 X e6
18. L c5 — a3 D d8—g5
De zwarte dame, die tot dusver nog al bedrukt stond, krijgt mi een uitnemeude plaats. Zie diagram.
19. Tal—dl! P g6 — f4
20. Tfl — el
In plaats van deze zet (ter voorbereidingvan Lfl) had Wit kunnen spelen Lb5
Ik geloof, dat Zwart den aanval op wits koningsvleugel, dien hij zich als gevolg van Lb5: had voorgesteld heeft oversch.it,
en it dus den pion had kunnen en moeten nemen.
Bijv. Lbo: Tg6 (Pf'6 21. Lc4) 21. g3 cb5: 22. Td7: I>h5 23. Tc7: (Pf5 Df3
24. Pe7f Kh8 25. Pg6:f hg6: 26. gf4: I>g4 f 27 Kbl I)f3 f remise) I)f3 24. h4
Tg3 : -f. 25. fg3 : Pe2 f 26. De2 : De2 : 21. Lc5 f6 28. Tdl en wint. Op 21 .... Lb6 volgt 22 Tfel cb5 : 23. Td7 : enz. : pii op 21 Pf6 22. Le2.
Op 20 Th6 zou volgen 21. g3 Dh5 22. b4 Pf6 23. Pf'5 Df3 24. Ph6 : f gh6 : 25. gf4 : L)g4f remise.
T e6 — b6
21. L d3 — fl!
Op Lb5 : ZOU nu volgen l)h5 22. h3 (!)
Ph3 : f 23. gh3 : Dh3 : 24. f3Ïg6 f 25. Pg2 Lb6 f 26. Kfl Dhl f 27, Ke2 Dg2 : f 28. Kd3 cb5 : en wint.
P d7 — f6 !
22. L a3 — e7
Op Pf5, 't welk de kwaliteit dreigt te winnen, zou volgen : Th2 : 23. Kh2 : (g3 Dh5 24. Ph4 Th4 : 25. gh4 : Dg4 f 26. Kh2 T)b4 : f 27. Kgl Pg4 28. f3 Lb6 f en wint). Pg4 f 24 Kgl Dh5 en wint.
Waarschijnlijk was 22 g3 het beste geweest en had wit daardoor het verlies van
1 een pion kunnen voorkomen, hetwelk het gevolg is van den tekstzet. Overigens dient opgemerkt, dat deze looper gedurende 24 zetten midden in 't vijandelijke leger blijft staan en er veel toe bijdraagt, dat zwarts aanval niet doorgaat.
D g5 — h5 !
23. Ii2 — h3 D h5 — g6
24. K gl — h2 P f6 X e4
25. Pe3 —f5
Deze zet is inderdaad de beste, daar hij den aanval van zwart breekt.
D g6 X f 5
26. Dc2 X e4 Df5 — h5?
Zwart wil van zijn aanval geen afstand doen en het is dan ook merkwaardig, dat hij, hoewel bijna zijn gansche macht op den vijandelijken koningsvleugel richtende, de winst niet kan forceeren, maar ten slotte alleen positie genoeg overhoudt om tot remise te dwingen.
Door De4: zou Zwart, ondanks de in den 13en zet aangebrachte verzwakking van den damevleugel de partij hebben moeten winnen. Bijv. 26.... De4 : 27. Te4: Te6 28. Lg5 (op Td7 volgt Pd5, op Lc5 Lb6) f5 29. Peel Pg6 30. g3 Lb6 31. Kg2 h6 enz.
27. c3 — c4 !
Wit ziet zeer goed zijn groote superioriteit op den damevleugel en begint onmiddellijk daarnaar te spelen.
Consequent inderdaad, maar gevaarlijk. Beter ware Te6. Er kon volgen 28. Td7
La5 29. b4! f5 30. De3 Lb6 31. Lc5
De8 32. Td2 Tb8 enz. Op 28. Lc5 zou
volgen f5 29. I)e3 e4 30. Khl a6 enz.
28. D e4 — e3 e5 — e4
29. K h2 — hl b5 X c4 ?
Beter ware in elk geval a6; door den tekstzet komt Zwart in een allergevaarlijkste
7°
situatie, waaruit hij zich evenwel op meesterlijke wijze redt. Van hier af worden van beide zijden steeds de sterkste zetten gedaan en de partij wint voortdurend in belangrijkheid. Zie diagram.
30. T dl — d7 L c7 — e5 !
31. Lfl X c4+ Kg8 —h8
32. T el — dl P f4 — d5
33. De3 —b3!
De eeltige zet, maar hij is zeer sterk. Het is aardig te zien, hoe snel Wit van aangevallene aanvaller is geworden. De matdreigingen, die de varianten nu voortdurend gaan doorkruisen, maken de partij bijzonder interessant.
D h5 — e8.
Ook dit is de eenig juiste zet.
34. D b3 — b7 T a8 — b8
Gedwongen! Op Pe7 : volgt 35. Da8: op andere zetten, als a5 35. Ld5 :
35. D b7 X a7 T b8 — c8 !
Op Lb2 : volgt 36. Ld5 : enz.
36. Da7 —b7
Passieve zetten als Tb7 zijn onvoldoende, daar Zwart dan door f4 of Dh5 den aanval weer zou opvatten.
T c8 — b8
Noodzakelijk! Wit dreigde Ld5 : hetgeen, zooals de partij leert met voordeel niet, kan geschieden in de positie na den 37en zet van Zwart.
37. Db7—a7
Db8: T)bS: 38. Td8f zou slechts tot remise leiden.
T b8 — c8
38. L c4 X d5
Om remise door herhaling der laatste zetten te verhinderen besluit W it het paard tegen den looper te ruilen. Inderdaad schijnt het alsof hij door dien ruil moet winnen; toch is dit niet het geval.
T h6 X h3f!!
De verbazend mooie voortzetting, die Zwart als wapen tegen Ld5 : in petto had gehouden, en waarop hij zeker bij zijn 35en zet reeds het oog heeft gehad. De combinatie is volkomen correct. Zie diagram.
Stand na Zwart s 38sten zet.
39. g2 X h3
Op Kgl volgt Dh5. De8 — h5
40. T dl — d3 !
Op Le4: volgt Dh3 :f 41. Kgl Lli2f 42. Khl Lb8 (Ld6 43. Kgl Dg4 geeft
ook remise) 43. Kg] Lh2-j- remise door eeuwig- schaak.
41.
Op Lc6: zou volden Dh3:f 42. Kgl
Lh2f 43. Kg] • Lb8 cu wint de dame. Op 41. Kg2 volgt, Dg6f 42. Kf3 Dh5f 43. Kg2 en remise.
Zeer fijn! Iedere zet, zoowel in de partij, als in mogelijke varianten,iseven interessant.
43.
Als 't ware de eerste bode van het naderend remise. Merkwaardig, dat noch wit met zijn vrijpionnen, noch zwart met zijn aanval kan winnen.
Op Tel zou dan volgen 44. Kg2 Dg6f 45 Kf3 (of Dg3) Dh5f remise.
Schijnbaar was hier f4 zeer sterk. Op 44. D(I3 zou dan volgen h6 (Tclf 45. Kg2 f3f 46. Df3: Dg6+ 47. Dg3 Dc6f 48. f3 Tc2 49. Df2, enz.) 45. Tdl f3 46. Dfl (TM7 Tc7 47. Dd8 Kh7 48Lh4 g5 49. Dd3 K g7 en wint) T c6 en wint.
I'cliter zou 44 Dc5 wit remise gegeven
7i
hebben. Hierop kan volgen Dh3 :f- 45. Kgl en zwart moet door eeuwig schaak remise houdeu, want na 1x6 (op Te8 volgt 46. De5 : en op Lc7 46. Dc7 :) 46.1)cS :f
Dc8 : 47. Td8| Dd8 : 48. Ld8 : Lb2 : 49. a4 Kh7 50. a5 Le5 51. a6 Lb8 52. Lb6 met winstkansen voor wit.
44. f2 — f4 ! T c8 — cl f
45. K hl — h2
Kg2 is wegens I)g6 + zeer aevaarliik.
L e5 — c7
46. Le7 —d6
O]) b4 of a4 zou gevolgd zijn Tc4 en dan Te4.
L c7 X d6
47. Td2 X d6 Tel — c2f
48. T d6 — d2 D h5 — dl
49. T d2 — g2 T c2 X g2 f
50. Kh2Xg2 D dl — d5f
De partij werd hier als remise afgebroken en terecht. Zwart verovert den a-pion en het is wit wegens zijn opene koningsstelling onmogelijk den vrijpion tot dame te brengen.
Deze partij is als een mooie roman; bij 't einde gevoelt men spijt, dat 't uit is.
J. D. T.
Binnenland.
AMSTERDAM. De geheele uitslag van den onderlingen wedstrijd van het V. A. S. is als volgt:
Eerste Klasse:
lSte prijs, Jhr. A. E. van Foreest 7 ui't 7
2<lc » J- O- Bleykmans c
3de „ A. Blevkmans , 4j- 7
Tweede Klasse:
iste prijs, H. Goutsmit o, , ^ ••*... ö.' Uit Q
2dc „ S. Beffie 62
3de ,• W. Muntjewerff " 9 6 „ 9
72
Derde Klasse: iste prijs, A. Grave . . . . . . . . 8£- uit 10
2de „ A. C. B. Heynert 7 „ 10 3de „ A. S. Cattela 7 „ 10
De stand van de correspondentie-partij Amsterdam (V. A. S.) — F.lberfeld wordt door nevenstaand diagram aangeduidt, waarbij Zwart aan den zet is.
Wit: Amsterdam (V. A.S )
De Amsterdamsche Schaakclub herdacht 24 Februari haar 10-jarig bestaan. De Heeren den Hertog en Meiners speelden dien avond simultaan, ieder met 8 spelers. De Heer den Hertog won alle partijen, de Heer Meiners verloor er 3.
LEIDEN. In de vergadering, 10 Februari gehouden, werden benoemd tot Voorzitter de Heer F. J D. Enderlé, tot Vice-Voorzitter de heer R. F. C. Wilhelmij Damsté en tot Secretaris-Penningmeester de Heer K. L. van Schouwenburg.
HILVERSUM. Den i9den Februari gaf Jhr. A. van Foreest aldaar eenesimultaanvoorstelling, won van 19 partijen 15, verloor er 3 en maakte 1 remise.
Buitenland.
HASTING. De prijzen, uitgeloofd voor de twee briljantste partijen van het Schaaktournooi, in Aug. van het vorige jaar hier gehouden, zijn door de prijsrechters toegekend aan W. Steinitz en Dr. S. Tarrasch voor hunne partijen resp. tegen v. Bardeleben en Walbrodt.
LONDEN. De Heer van Lennep speelde alhier twee matches tegen de HH. W. Donisthorpe en H. H. Cole, waarvan hij de eerste met 3—0—0 verloor en de tweede met 5—1—3 won.