Schaakmagazine 2015 - oktober

Page 1


‘Topschakers
Officieel orgaan van de Koninklijke Nederlandse Schaakbond Jaargang 122 • no.5 • oktober 2015
Foto: Lennart Ootes

Leermethode van Wijgerden/Brunia Werkboeken

Timman Een mooi boek vol anekdotes en partijen. (let op engelstalig) Aanbevolen door o.a. Loek van Wely!

Schoolschaken Didactiek en Organisatie van Schoolschaken Door Karel van Delft

magazine

Officieel orgaan van de Koninklijke Nederlandse Schaakbond

Jaargang 122 • no.5 • oktober 2015

Hoofdredacteur

Martin Voorn

Aan dit nummer werken mee:

Janni Hagoort (foto’s)

Harry Gielen (foto’s)

Lennart Ootes (foto’s)

Max Euwe Centrum (foto’s)

Frans Peeters (foto’s)

Zhaoqin Peng (foto's)

Sir Francis (foto’s)

Tu Tran (foto’s)

Jeroen Bosch

Minze bij de Weg

Regobert Eijkelkamp

In Memoriam

Voorloper

Monique van de Griendt

Herman Grooten

Erik Hoeksema

Johan Hut

Pascal Losekoot

Piet Peelen

Karel van der Weide

Dolf Wissmann

Redactieadres:

Frans Halsplein 5 2021 DL Haarlem

Tel: 023-5254025

E-mail:

schaakmagazine@schaakbond.nl

Adreswijzigingen naar uw vereniging.

Sluiting kopij: 18 november

Bondsbureau KNSB:

Frans Halsplein 5 2021 DL Haarlem tel: 023-5254025

Toernooien

Sinquefield: Aroninan als herboren 4 Giri mist finale in Bakoe 10 Jobava overtuigt in

Titels

E-mail: bondsbureau@schaakbond.nl

Internet: www.schaakbond.nl

Vormgeving & Lay-out:

Interface Communicatie B.V., Ede www.ifcommunicatie.nl

Druk

Koninklijke BDU Grafisch

Bedrijf BV, Barneveld

ISSN: 1385-8807

Interview

Anish Giri gedeeld tweede

Aronian verrassende winnaar supertoernooi

Het toernooi om de Sinquefield Cup in de Amerikaanse stad Saint Louis was opnieuw waanzinnig sterk bezet. Niet alleen wereldkampioen Magnus Carlsen deed mee, er waren ook twee oud-wereldkampioenen van de partij - Anand en Topalov. En het zou zomaar kunnen dat ook de toekomstige wereldkampioen rondliep in Saint Louis –Caruana of (waarom niet?) Anish Giri. Maar geen van deze kanshebbers ging met de hoofdprijs aan de haal. Dit supertoernooi werd overtuigend gewonnen door Levon Aronian. Nog niet zo lang geleden werd hij beschouwd als de onbetwiste nummer twee van de wereld, maar de laatste jaren kampte de man uit Armenië met een diepe vormcrisis. Zijn laatste grote succes dateerde van januari 2014, toen hij Wijk aan Zee won. Daarna slofte hij van het ene magere resultaat naar het andere en hij zakte steeds verder weg op de wereldranglijst. Maar hij lijkt nu helemaal terug: Aronian scoorde 6 uit 9 en bleef daarmee een vol punt voor op zijn naaste achtervolgers.

Aronian startte met een aantrekkelijke overwinning op Fabiano Caruana, de speler die een jaar eerder met een onwaarschijnlijke 7 uit 7 was begonnen. Dit jaar kwam Caruana met een harde klap terug op aarde. De Italiaanse Amerikaan begon met twee nederlagen en kwam niet verder dan 3½ uit 9.

Aronian – Caruana, eerste ronde

1.d4 Pf6 2.c4 e6 3.Pf3 d5 4.Pc3 Le7 5.Lf4 0-0 6.e3 Pbd7 7.c5 Pe4 Een Damegambiet, maar lang niet zo rustig als in de tijden van Euwe en Aljechin. De tekstzet is geïntroduceerd door Caruana en zwart kan snel met f7-f6 en e6-e5 gaan werken. Spoedig staat het bord in vuur en vlam. 8.Tc1 Pxc3 9.Txc3 b6 10.c6 Pf6 11.a3 a5 12.Ld3 Pe4 13.Tc2 f6 14.De2 Ld6 15.0-0 g5 16.Lxd6 Pxd6 17.Te1

Een zet die na afloop werd geprezen door Caruana. Na het schijnbaar logische 17.e4 speelt zwart 17…dxe4 18.Lxe4 g4 19. Pd2 f5 20.Ld3 Ta5! met als idee 21.Pc4 Td5! en pion d4 ligt

zwaar onder vuur. Bizarre zetten als 20…Ta5 (Carlsen noemt het heel treffend alien chess) zijn typerend voor het moderne topschaak, dogma’s bestaan niet meer en alles moet gewoon keihard uitgerekend worden. 17…a4 18.Pd2 e5 19.e4

Soms zie je van die science fiction-achtige partijen waarbij je denkt: kan dit allemaal zomaar?

Dit is er zo eentje. Aronian verhindert nu dat de toren op a5 via e5 in het spel komt. 22.exf5 Pxf5 23.Lc4+ Kg7 24.d5!

gratis een krachtige aanval.

27.Pxg5 Lf5

Niet 27…Pxe1? 28.Dxh7+ Kf6

29.Pe4 mat.

28.Tf1 Df6

Een klassiek zenuwblokje in het centrum. Met zijn volgende zet doet Caruana er nog een schepje bovenop.

19…f5 20.f3!

Handhaaft de centrumspanning. Niet goed was 20.exd5 e4! 21.Lc4 Df6 gevolgd door Te8. Voor één luttel pionnetje heeft zwart dan een mooie blokkade. 20…dxe4 21.fxe4 Ta5!?

Snijdt de toren op a5 de pas af, terwijl 24…Pd4 verhinderd is door 25.Dxe5+.

24…Te8 25.Pe4!

Een schitterend stopveld voor het paard. Zwart kan nu materiaal winnen, maar wit krijgt overweldigende compensatie.

25…Pd4 26.Dh5! Pxc2

Er is geen weg terug voor zwart, na bijvoorbeeld 26…Lf5 27.Tf2 gevolgd door 28.Tef1 heeft wit

Of 28…Lg6 29.Tf7+ Lxf7 30. Dxh7+ Kf6 31.Pe4+! Ke7 32.d6+ en wit wint.

29.Pe6+ Ook winnend was 29.Txf5.

29…Txe6 30.Txf5 Dg6

Of 30…Dh6 31.Df7+ Kh8 32.dxe6 en wit wint in de aanval. Sterk was nu ook 31.Tg5, maar Aronian koerst af op een gewonnen eindspel.

31.dxe6 Dxh5 32.Txh5 Pd4 33.e7 Te8 34.Txe5 Ta8 35.Te4 Pf5 Taaier was 35…Pb3, al blijft wit gewonnen staan na 36.Kf2 Pc5 37.Te3 Kf6 38.g4! De pointe is dat zwart een toren verliest na 38…Txe7? 39.g5+! De tekstzet maakt een elegant slot mogelijk. 36.Le6 Pd6 37.Ld7! Pxe4 38. Lxe8 Kf6 39.Lg6!

en Caruana gaf zich gewonnen, hij raakt een stuk achter. Een partij die de naspeler overdonderd achterlaat. Zoveel ideeën, zoveel verwikkelingen, het is nauwelijks te begrijpen.

De overwinning van Aronian op de import-Amerikaan Wesley So was ook al een juweeltje. So had het zwaar in Saint Louis – hij werd gedeeld laatste met 3½ uit 9 - en hij verzuchtte na afloop: “Ik heb les gehad van de allerbesten. Ik moest betalen met ratingpunten.”

So – Aronian, vierde ronde

1.d4 Pf6 2.c4 e6 3.Pc3 Lb4 4.f3 Een van de scherpste manieren om het Nimzo-Indisch aan te pakken. Anand had hier in 2006 succes mee in zijn WK-match met Kramnik. Aronian blijkt weer goed voorbereid.

4…c5 5.d5 0-0 6.e4 d6 7.Pge2 a6

Ter voorbereiding van de breekzet b7-b5.

8.a4 La5 9.Ld2 exd5 10.cxd5 Ph5!

De spijker op zijn kop. Op 11.Pg3 volgt 11…Dh4, en verder brengt

zwart f7-f5 in de stelling. 11.g3 Pd7 12.Lg2 b5!

Weer met grote energie gespeeld door Aronian.

13.g4

Heel misschien had wit zich in kunnen laten op 13.axb5 axb5 14.Pxb5!? Lxd2+ 15.Kxd2 Txa1

16.Dxa1 Db6 17.Pec3 La6 18.Lf1, maar alles in een mens verzet zich tegen zo’n vorm van defensief achteruit-schaak. De tekstzet is scherper: wit speelt op stukwinst.

13…b4 14.Pb1

Natuurlijk is 14.gxh5 bxc3 15. bxc3 Dh4+ 16.Pg3 Pe5 17.0-0 lelijk en niet principieel, maar misschien was het wel een stuk verstandiger dan de tekstzet. 14…Dh4+ 15.Kf1 Pe5!

Gaat verder in grootse stijl. Het idee is 16.gxh5 f5! met een levensgevaarlijk initiatief voor zwart. De wat oudere schaker zal terugdenken aan een beroemde partij Beljavski-Nunn, Wijk aan Zee 1985. 16.Le1 Df6 17.gxh5 Pxf3 18.Lf2 Lg4!?

Alle computerprogramma’s smeken hier om het materialistische 18…Dxb2, maar Aronian blijft consequent op aanval spelen. 19.Dc1 Pd4 20.Pxd4 cxd4 Zwart maalt niet om structuur, hij gaat via de open c-lijn zijn aanval nog meer kracht bijzetten.

21.e5 dxe5 22.Pd2 Tac8 23. Db1 b3! 24.Pxb3 Lb6 25.a5

Verleidelijk is nu 25…Tc2, maar na 26.Dxc2 d3 27.axb6 dxc2 28.Te1 is het nog een beetje rommelig. 25…La7 26.Kg1 Lf5 27.Le4

Verliest snel, maar ook na 28. De1 Tc2 29.Pd2 Tfc8 wordt de zwarte druk domweg te sterk. Wit heeft weliswaar een stuk meer, maar hij kan geen vin verroeren.

27…Dg5+ 29.Kf1 Df4!

Levon Aronian is zijn diepe vormcrisis van de laatste jaren te boven (Foto: Lennart Ootes)

en wit gaf op, na 29.Lxf5 d3 30.De1 Tc2! is het uit.

Voor wereldkampioen Magnus Carlsen was het toernooi in Saint Louis een mooie gelegenheid om zich te revancheren voor het debacle van Stavanger, waar hij een paar maanden geleden met 3½ uit 9 lelijk uit de bocht vloog. Dat lukte maar ten dele. De Noor won weliswaar drie partijen, maar tegelijkertijd bleek hij met twee verliespartijen ook opvallend kwetsbaar. In de eerste ronde ging Carlsen – net als tijdens Norway Chess in Stavanger –onderuit tegen Topalov. In de tweede ronde won hij een nerveus tijdnoodduel van Caruana, maar dat had ook heel anders af kunnen lopen.

Caruana – Carlsen, tweede ronde

32…Txf7 33.Dxf7+ Dxf7 34.Pxf7 Kxf7 35.Txb4 Lc6 36.Tb6 Lb5 en dit gaat zwart zeker niet verliezen. Na 30…Dd8 lijkt 31.Txb4

Dxa5 32.Txb7! Txb7 33.Pd6 nog het beste voor wit. Een mogelijk vervolg: 33…Tee7 34.Pxb7 Txb7

35.Ld5 Tc7 36.Tc2! en dankzij dit handige zetje (36…Txc2?? 37. Dxf7+ en 38.Dg8) handhaaft wit vervelende druk.

31.Txb4 g6 32.hxg6 fxg6

33.Db3!

De enige manier om aan stukverlies te ontsnappen. Wit valt de loper op b7 aan.

33…Lc6 34.Pe3 Lxe4 35.Ld5

Na 35.Lb5 Tb8! 36.Txe4 Txb5

37.Dc3 Lxe3 38.T2xe3 Tdd5 staat wit slechts marginaal beter.

35…Lxd5

Na 35…Lxe3 36.Txe4 Lc5 lijkt er weinig aan de hand.

36.Pxd5 Dc6 37.Pc3

Zwart moet nu heel actief en concreet spelen, anders bereikt wit een stelling met goed paard (op e4!) tegen slechte loper.

37…Df3 38.Dc2 Ted8 39. Tbe4?!

Vervelender voor zwart is 39. De4!

39…Td2

slechts simpele houtjesschuivers zijn. Onzin, de tegenstand is formidabel en hij kan van iedereen verliezen.” Ook tegen Wesley So ging het bepaald niet vanzelf. In een scherpe Siciliaan ging So vlak voor de eerste tijdcontrole in de fout.

Carlsen – So, vijfde ronde

40.Pd4 kan zwart niet met de dame op a5 nemen wegens Pc6+. 40.Pd4?

De laatste zet in tijdnood. Veel sneller won 40.Pxc5! b.v. 40… Dxc5 41.Dg8+ Kd7 42.Dxh7+ Kc6 43.Dxg6 en wit wint, van belang is dat 43…e2 faalt op 44.De8+ en 45.Dxe2.

40…Dxa5!

Uiteraard. Zwart dreigt mat op a1, en wit moet in feite de partij voor de tweede keer winnen. 41.Dg8+ Kd7 42.Dxh7+ Kc8 43.Dg8+ Kb7

Een zware Spaanse partij, waarin wit steeds een klein plusje had. Met zijn laatste zet, 30.Ta4, neemt Caruana pion b4 op de korrel.

30…Kh8

Interessant was 30…Dd8 met tegendruk op pion a5. Een paar varianten: 31.Pd6!? Dc7! (31… Txd6 32.Dxf7+ en 33.Dxb7)

32.Lxf7+ (niet goed is 32.Pxe8 Dxc4 gevolgd door 33…De6)

40.Txd2??

En de prijs voor de blunder van het jaar gaat naar….Fabiano Caruana! In tijdnood laat ook de wereldtop regelmatig een steekje vallen. Na 40.Db3 gaat wit in ieder geval niet verliezen. 40…Txd2 en wit gaf op, het is mat of dameverlies.

Het is hard werken voor de wereldkampioen, de tegenstanders zijn ijzersterk. Dat hebben de Noorse fans niet altijd door. Topalov in een interview: “De Noorse media wekken graag de indruk dat de wereldkampioen

37…Db5?

Laat de wending Pd8 toe. Na 37…Dc7! blijft de stelling onduidelijk.

38.Pd8 Ta7

Taaier was 38…Te7, al zijn ook dan alle kansen aan wit, bijvoorbeeld 39.Pe6+ Ke8 40.Pd4! Db7 41.Pc6! met totale dominantie. Een aardig variantje: 41…Te4 42.a6! Dxa6 43.Dg8+ Kd7 44. Pb8+ en wit wint de dame.

39.Pe6+ Ke8

Nog de beste kans. Na 39…Ke7

Nu vooral niet 44.Pb3?? Da2+ 45.Kc1 Da1+ en mat. Carlsen vindt een verbluffende manier om de zwarte tegenaanval te pareren.

44.c3! bxc3

Of 44…Da1+ 43.Kc2 Da4+ 44. Db3 en het zwarte initiatiefje bloedt dood.

45.Db3+ Db6 46.Dxb6+ Kxb6 47.bxc3

Wereldkampioen Magnus Carlsen kon zich niet revancheren voor het debacle in Stavanger (Foto: Lennart Ootes)

Met een gewonnen eindspel voor wit, de vrijpion op h6 is moordend.

47…Lxd4 48.Txd4 Kc6 49.Kc2 Ta2+ 50.Kd1 Tf2 51.Ke1 Kd7 52.Ta4 Ke6 53.Ta8 Th2 54.c4 Kf7 55.Tb8 Ke6 56.Tg8 en 1-0.

Nationaal kampioen Anish Giri eindigde samen met Carlsen op een gedeelde tweede plaats. Een schitterend resultaat, al kwam de 5 uit 9 van Giri op een heel andere wijze tot stand dan de 5 uit 9 van Carlsen. Giri won in de eerste ronde van Grisjoek en speelde daarna acht keer remise. Bij het al eerder gememoreerde supertoernooi in Stavanger bleef hij ook ongeslagen – twee overwinningen en zeven remises. In 18 partijen tegen de allersterksten van de wereld niet één keer verliezen, dat is een prestatie van formaat. Betekent dit dat Giri op topniveau een saaie schuiver is?

Allerminst! Toegegeven, met wit zou hij wel wat scherper mogen spelen, maar met zwart heeft hij een bijzonder agressief openingsrepertoire.

Verschillende Spaanse varianten, de Paulsen, zelfs de Najdorf, een 1.e4 speler moet zich helemaal suf pluggen wil hij goed voorbereid tegen Giri achter het bord verschijnen. Hoe dan ook, Gari Kasparov sluit niet uit dat Giri wereldkampioen zou kunnen worden, maar dan moet hij met wit wel wat meer lef tonen. In tennistermen: hij moet zijn eerste service verbeteren!

Giri – Grisjoek, eerste ronde

1.Pf3

In Stavanger won Giri ook van Grisjoek, toen opende hij met 1.e4.

1…d5 2.d4 Pf6 3.c4 e6 4.g3 Het Catalaans, de wurgslang onder de openingen.

4…Lb4+ 5.Ld2 Le7 6.Lg2 0-0 7.0-0 Pbd7 8.Dc2 c6 9.Td1 b6 10.Lf4 La6 11.b3 Tc8 12.Pc3 dxc4 13.e4

de tanden toe gewapend, in de opening is hij nauwelijks nog te verrassen. Vrijwel zonder na te denken komt hij met een nieuwe manoeuvre: hij brengt zijn toren van d1 naar e3.

19.Te1 Pb6 20.Te3 Tb8

hier heel mooi met twee pionnen voor de kwaliteit, maar helemaal duidelijk is het niet.

26.Pe5 Ta1 27.Lc3 Tf1

Zwart moet zich in allerlei vreemde bochten wringen om geen toren te verliezen.

28.Pb2!

Veel sterker dan nemen op f1. 28…Db7

Misschien is 28…De2 29.Dxe2 Lxe2 30.Lxf1 Lxf1 taaier, maar ik denk dat Giri weinig moeite zou hebben met de afronding. 29.Txa6! Dxa6 30.Pbc4

Een bekend type pionoffer. Na 13…cxb3 14.axb3 heeft wit altijd compensatie door de druk over de a-lijn.

13…Ph5 14.Le3 Phf6 15.h3 b5 16.bxc4 bxc4 17.Tab1 Da5

Alles nog bekend uit eerdere partijen, maar diepzeeduiker Grisjoek had hier al meer dan een uur nagedacht.

18.Ld2 Da3

Riskant uiteraard om zo met de dame op avontuur te gaan, maar Grisjoek treedt hiermee in de voetsporen van Leko en dat is toch een speler met een bijzonder solide reputatie. Maar ook in dit zijvariantje is Giri tot

Nu zou zwart na 21.Pd5 vermoedelijk de dame offeren met 21… cxd5 22.Txa3 Lxa3. In plaats daarvan offert Giri zelf een kwaliteit, om daarna een soort van klopjacht in te zetten op de zwarte dame.

21.Txb6! Txb6 22.Pa4 Tb1+ 23.Kh2 c3!

Alle andere zetten kosten veel materiaal.

24.Txc3 Db4 25.Txc6 Db5

Op Schaaksite wijst Dimitri Reinderman op de verrassende wending 25…Ld3!? waarna er allerlei woeste meerslagjes mogelijk zijn. Een voorbeeld: 26.Lxb4 Lxc2 27.Lxe7 Lxa4 28.Ta6 Te8 29. Txa7 en vermoedelijk staat wit

En de toren heeft geen velden meer. Fraai gespeeld door wit! 30…Pxe4

In plaats van opgeven, de rest is stilte.

31.Lxe4 Tb8 32.Lxh7+ Kf8

33.De2 Tc1 34.Dh5! en zwart gaf op, hij heeft zijn toren gered, maar nu is zijn koning aan de beurt.

Anish Giri: opnieuw ongeslagen (Foto: Lennart Ootes)

Jan van Reek wás de eindspelstudie

Jan van Reek was elke dag met schaken bezig, jaar in jaar uit. Het maakte hem tot de meest productieve Nederlandse schaakauteur van de afgelopen 25 jaar. Op papier en op het internet. Toch was hij niet erg bekend. De meeste schakers zullen hem kennen van de rubriek over eindspelstudies die hij bijna dertig jaar lang schreef voor eerst Schakend Nederland en later Schaakmagazine.

Jan van Reek kwam van Oostvoorne, studeerde in Leiden en speelde een aantal jaren voor Philidor Leiden in de hoofdklasse, tegenwoordig meesterklasse. Dat deed hij heel verdienstelijk. Hij haalde een rating van 2325 en nam een paar keer deel aan de meestervierkamp van het Hoogovenstoernooi. Toch hield hij begin jaren negentig op met wedstrijdschaak. “Het partijspel lag mij niet zo”, zei hij in een interview met Frank Clevers. “Bovendien vond ik het tijdrovend.”

Hij was intussen verhuisd naar Margraten, Limburg, en werkte bij de universiteit van Maastricht. Daar hield hij zich bezig met het drink- en rookgedrag van jongeren. Samen met anderen publiceerde hij 37 artikelen over die onderwerpen. Regelmatig zei hij dat het verhogen van de minimumleeftijd voor de verkoop van alcohol en het invoeren van het rookverbod voor een belangrijk deel zijn verdienste was, omdat hij de discussie

Grote liefde

Dat hij het praktische schaak vaarwel zei, had ook te maken met zijn grote liefde op schaakgebied, de eindspelstudie. Toen F.A. Spinhoven eind 1985 liet weten met zijn studierubriek in Schakend Nederland te willen stoppen, was Jan van Reek een voor de hand liggende opvolger.

Zijn eerste bijdrage verscheen in januari 1986. De rubriek had tot dan toe vooral bestaan uit inzendingen voor de jaarlijkse wedstrijd van het bondsblad. Al in zijn tweede artikel kondigde Van Reek zijn plannen voor een andere aanpak aan. “Naast deze rubriek zullen er dit jaar drie bijdragen verschijnen over onderwerpen betrekking hebbend op eindspelstudies. Het zal daarbij niet gaan om lolbroekerij in slecht Nederlands, maar om onderhoudende stukken over thema’s, historische figuren en de analogie met het praktische spel.”

Dat voornemen leek even in gevaar te komen toen hij in de volgende rubriek moest melden dat een groot deel van zijn eindspelstudieboeken was gestolen. Door schenkingen van boeken en door mensen die eindspelstudieboeken te koop aanboden lukte het hem toch in het zesde nummer van 1986 (juni) met een artikel over drie overleden Tsjechische studiecomponisten het eerste van die extra bijdragen te schrijven. Het zou niet lang duren voor die thematische artikelen de hoofdmoot gingen vormen en de rubriek definitief van karakter veranderd was.

studiecomponisten het initiatief tot het oprichten van een vereniging voor de eindspelstudie. Na een eerste oriënterende bijeenkomst kwam het op 15 oktober 1988 tot een tastbaar resultaat. In hotel De Roode Leeuw in Amsterdam werd een Nederlands Vlaamse eindspelstudievereniging opgericht, die al snel de naam Alexander Rueb Vereniging voor de Schaakeindspelstudie (ARVES) kreeg. Van Reek werd de eerste voorzitter.

Naast het schrijven over studies componeerde Van Reek ze ook zelf. De database van Harold van der Heijden telt er 78. In latere jaren stopte hij daar mee, maar wel hield hij zich druk bezig met het corrigeren of bewerken van studies van anderen.

In 1987 nam Jan van Reek met enkele andere

Een echte bestuurder was hij toch niet, want al na twee jaar liet hij weten meer aandacht te willen besteden aan het publicatiefonds, dat wil zeggen het publiceren van boeken over de eindspelstudie. In 1992 droeg hij zijn functie als voorzitter over, kwam nog even terug als waarnemend voorzitter omdat zijn opvolger Chris van Gunst onverwacht overleed, en verdween definitief uit ARVES na een hoogoplopend conflict dat de jonge vereniging op de rand van de afgrond bracht.

Dat publiceren van Van Reek nam in de loop van de jaren grootse vormen aan. In de bibliotheek van het Max Euwe Centrum vinden we 56 titels, plus nog eens vijf boeken die hij met anderen schreef. Drie onderwerpen komen steeds weer terug, eindspelstudie, bekende schakers en strategie. En al die boeken worden gekenmerkt door dezelfde stijl. Rechttoe rechtaan, beknopt, je beperken tot de essentie. Dezelfde opzet die ook zijn rubriek in het bondsblad kenmerkte. Aan tierelantijnen had hij een broertje dood.

Hij zag het tot zijn taak om analyses van studies en partijen uit het verleden van het stof van slordig commentaarwerk te ont-

Van Reek in de jaren 80: 'Het partijspel lag mij niet zo’
Jan van Reek in 2013: Elke dag met schaken bezig

doen. Het best komt dat tot uiting op zijn website, die weliswaar de naam endgame.nl draagt, maar waarop vooral grote partijcollecties te vinden zijn. Niet alleen probeerde hij veel partijen uit klassieke toernooien aan de vergetelheid te ontrukken, ook voorzag hij die partijen van kort commentaar op de essentiële momenten. Hij gaf de volgende verklaring voor zijn aanpak: “De methode van korte commentaren is vaak door Euwe toegepast. Dat lijkt eenvoudig, maar de uitvoering is moeilijk. Toen Spassky en ik samenwerkten hadden we een voorkeur voor aantekeningen als een reeks van korte overdenkingen over kritieke stellingen. Dat maakt de hoogtepunten van een schaakgebeurtenis snel toegankelijk voor de lezer.”

Dat boek over de eindspelen van Spassky is misschien wel het beste dat hij schreef. Spassky was aanwezig bij de presentatie. Van Reek was vooral trots op zijn analyse van het eindspel uit de dertiende partij Fischer – Spassky, Reykjavik 1972. In het interview met Clevers zei hij: “Het ontroerde me dat ik als enige ooit met één van hen heb gesproken over die partij, die je toch een van de beroemdste uit de schaak-

geschiedenis kunt noemen.” In New in Chess schreef grootmeester Sadler: “This is actually an exceptionally good book.”

Beste vriend

Bij al dat analyseren en componeren was de computer zijn beste vriend. Daarom werkte hij ook enthousiast mee aan de organisatie van de mens-computer matches die door de stichting Chess Events Maastricht van 2001 tot 2008 werden georganiseerd. Eerst ging het om wedstrijden tussen mens en computer, later veranderde het thema in mens en computer tegen mens en computer. De computer om tot een beter resultaat te komen, het paste Van Reek als een jas. Al deze activiteiten werden gehouden in de openbare bibliotheek Maastricht in het Centre Céramique. Van Reek droeg zijn schaakboeken over aan de bibliotheek, waar deze werden samengevoegd met de collectie Bingen. Het Centre Céramique beschikt daardoor over de grootste schaakbibliotheek van Zuid Nederland.

In oktober 2014 verhuisde Jan van Reek naar Thailand, waar hij voor hem en zijn Thaise vrouw een huis had laten bouwen. Een klein

Jorden jongste grootmeester

De 16-jarige Jorden van Foreest is de jongste in Nederland geboren grootmeester ooit. In het Russische Khanty-Mansiysk scoorde hij zijn derde grootmeesterresultaat. De hoogste schaaktitel zal hem dan ook door de Wereldschaakbond worden toegekend. Jorden leverde zijn prestatie in het wereldkampioenschap schaken voor junioren tot en met 20 jaar. Van Foreest en Benjamin Bok speelden in Siberië steeds bovenin mee in het klassement, maar grepen uiteindelijk naast de medailles.

De 20-jarige Bok wist in de laatste ronde zijn voordeel tegen de Pool Duda niet om te zetten in winst, hij moest na 49 zetten berusten in remise. De Pool greep hierdoor niettemin naast de wereldtitel - hij had een slechtere tie-break dan de Rus Antipov, die in de laatste ronde een verloren stelling won.

Jammer was ook dat Jorden van Foreest in de laatste ronde een bij vlagen uitstekend gespeelde partij niet wist te bekronen. Op zet 60 verdween zijn laatste pion van het bord en was ook hier remise het resultaat. Beide Nederlanders eindigden hierdoor op de gedeelde 5e plaats.

Jorden van Foreest komt uit een echt schaakgezin. Hij wordt getraind door Sergey Tiviakov. In Rusland werden Van Foreest en Bok begeleid door Loek van Wely.

jaar eerder, toen ik in december 2013 na 29½ jaar stopte als hoofdredacteur van Schaakmagazine, zei hij tegen mij dat hij de dertig jaar als medewerker van het bondsblad wèl wilde volmaken. Dat is hem helaas niet vergund geweest. Hij overleed op 8 augustus 2015 in Ban Phu, zeventig jaar oud, vijf maanden voor hem dat zou zijn gelukt.

KNSB presenteert film over

Fischer: Pawn Sacrifice

Op 3 december gaat in Nederland de film Pawn Sacrifice in première. De film volgt het leven van de Amerikaanse grootmeester Bobby Fischer, gespeeld door Tobey Maguire, met als hoogtepunt natuurlijk de legendarische match om het wereldkampioenschap in Reykjavik tegen de Rus Boris Spassky, gespeeld door Liev Schreiber. Terwijl de hele wereld toekijkt speelt Fischer niet alleen tegen Spassky maar vooral ook tegen zichzelf.

Voor leden van de KNSB organiseert distributeur Entertainment

One Benelux een speciale voorpremière:

Datum en tijd: zaterdag 28 november 2015 om 11.00 uur

Locatie: De FilmHallen, zaal 1

Hannie Dankbaarpassage 12, 1053 RT Amsterdam

Er is gratis toegang uitsluitend voor leden van de KNSB. Wel is vooraf aanmelden verplicht. Dat kan door het sturen van een email aan pawnsacrifice2@ entonegroup.com onder vermelding van naam en KNSBnummer. Er geldt vol is vol.

Met zijn echtgenote Winat in de Limburgse heuvels
Jorden van Foreest, hier rechts tegen Loek van Wely in Vlissingen (Foto: Frans Peeters)

Giri mist finale in Bakoe

Twee jaar geleden werd Anish Giri in de derde ronde van de World Cup uitgeschakeld. In de editie van 2015 die plaatsvond in Bakoe (Azerbeidzjan) reikte de Nederlander tot de halve finale. Het bereiken van de laatste vier is absoluut een topprestatie: Anish is de laatste speler uit de top-10 die dat stadium bereikte in het loodzware knock-out toernooi. Maar toch voelde de uitschakeling door Peter Svidler als een teleurstelling: Giri heeft immers enorme vooruitgang geboekt de laatste tijd en leek praktisch onkwetsbaar geworden.

Anish Giri had na zijn succesvol verlopen toernooi in Saint Louis maar een paar dagen om zich via Nederland te verplaatsen naar Azerbeidzjan. Hij begon matig met een 1,5-0,5 overwinning tegen IM Arthur Ssegwanyi uit Oeganda, en een 1-1 stand na twee klassieke partijen in de tweede ronde match tegen Alexander Motylev. De noodzakelijk geworden tiebreak werd een soort keerpunt voor de Nederlands kampioen.

der nederlagen op tot 43!) grapte Magnus Carlsen op twitter dat hij uitkeek naar de match: ‘#9draws’ in twittertaal. Twee dagen later slikte de wereldkampioen zijn woorden publiekelijk weer in toen Anish in de stijl van wereldkampioen Capablanca (en Carlsen zelf) Leko op niet mis te verstane wijze een eindspel afnam dat vrijwel gelijk leek maar het toch nooit was.

Giri’s zet dreigt wel 35.e5+. 34...Ta6?! 35.e5+ Ke7 36.Pc5!

Tb6 37.Td3!

Dit tijdelijke pionoffer moet Leko onderschat hebben.

37...Txb2 38.Td7+ Kf8 39.Pxb7 Tb3+?! 40.Kg4 Tb4?

Na deze ongelukkige 40e zet is het definitief verloren. Na 40... g6 41.Pd8 (41.Pxa5) heeft zwart nog 41...f5+ om nog enigszins te blijven staan.

41.Pd8! Veel sterker dan nemen op a5.

41...Kg8 42.Te7! f5+ 43.Kh5 Kh7

Na 43...Kf8 44.Ta7 Tb6 45.Kg6 is zwart in zetdwang. Maar nu wint wit een stuk en de partij.

44.Txe8 Tb2 45.h3 Th2 46.Kh4 1–0

optimisme het gevecht aanging.

Giri-Motylev, rapidpartij 1

Motylev heeft zojuist in antwoord op 16.g4 het iets te subtiele 16…Pfd7? gespeeld. Het antwoord van Giri, die in al zijn rapidpartijen steeds snel speelde liet niet lang op zich wachten: 17.f4! en wit wint materiaal in alle varianten!

In de tweede partij wist Motylev geen vuist te maken en een blunder in remisestelling betekende dat Giri met 2-0 doorging naar ronde 3. Daarin wachtte hem Peter Leko, de oud-uitdager van toenmalig wereldkampioen Kramnik. De bijnaam van de Hongaar is de ‘Equalizer’ en aangezien Anish ook niet vaak verliest (tijdens de World Cup liep zijn serie klassieke partijen zon-

Giri-Leko, partij 2

We komen erin na 32.Pd3 van Anish. In een volledig symmetrische stelling met sterk uitgedund materiaal zou je verwachten dat de remise dichtbij is, maar toch is dat niet het geval. Wit heeft meer ruimte en zijn stukken staan actiever dan die van zwart.

32...a5?! Leko wil zich actief verdedigen met Ta8–a6–b6. Na het normale 32...Td8 gaat wit verder met 33.Ke3 en houdt een klein plusje.

33.Tc5! Kd6?! Nu volgt op 33...

Ta6 34.Tb5 Pd6 (34...b6 zou betekenen dat de zwarte toren passief blijft.) 35.Tb3 en de dreigingen e5 en Pc5 maken dat zwart weer een passieve zet moet doen: 35...b6 of 35...Ta7.

34.Tc3! Het zwarte idee was 34.Tb5 Kc7. Ook 34.e5+ Kd7 35. Tb5 Kc6 levert wit niks op. Na

In de vierde ronde was Radoslaw Wojtaszek de tegenstander. Na een 1-1 stand brachten rapidpartijen andermaal de beslissing en net als tegen Motylev ging Giri door met 2-0. Na de sterkste Pool was het nu de beurt aan de beste Fransman om het tegen onze landsman op te nemen. In de eerste partij haalde Anish zijn oude liefde de Russische Verdediging weer eens van stal en maakte vrij eenvoudig remise. Met wit ging hij de volgende dag het theoretische gevecht uit de weg door na 1.d4 Pf6 2.c4 g6 3.Pf3 Lg7 verder te gaan met 4.e3. Vachier-Lagrave offerde een pion, maar zag het kleinood nooit meer terug en in een complex toreneindspel toonde Anish voortreffelijke techniek. Nu was de halve finale bereikt! De tegenstander was Peter Svidler, met 39 jaar een ervaren topgrootmeester die in 2011 de World Cup won en zevenvoudig Russisch kampioen is! Toch leek het alsof Anish met iets teveel

Giri-Svidler, partij 1

Svidler heeft zojuist 27...Dd7 gespeeld, en het wordt tijd voor wit om aan gelijkspel te denken. 28.Dd3?! Zet een batterij op richting de koning, maar de dreiging is makkelijk te pareren. Juist was 28.a3! Pxa4 29.Lxa4 Txa4 30. axb4 Txb4 31.Txb4 cxb4 32.Db3 en remise is de normale uitslag. 28...Pg6 29.Pf5? [29.a3] 29... Pxa4 30.Lxa4 Txa4 31.Th1 De aanval over de h-lijn zal niet van de grond komen, maar wit heeft zijn damevleugelschepen al achter zich verbrand.

31...Pe7 32.g5? hxg5 33.Pe3 33.Pxe7+ Dxe7 34.e5 Dxe5 35.Dh7+ is maar een schaak - zwart wint. 33...Txa2 34.Ld2 Pg6 35.Pf5 Ook verdubbelen helpt niet na 35.Th2 Pe5 36.Tbh1 g6! en zwart wint.

35...Pe5 36.De2 g6 37.Ph6+ Kg7 38.Pf5+

Een wanhoopsoffer dat nog even geweigerd wordt om tijd te winnen.

38...Kg8 39.Ph6+ Kg7 40.Pf5+ gxf5 41.Dh5 Pg6 en opgegeven 0–1

Deze klap kwam de Nederlander niet meer te boven. Svidler speelde zijn witpartij solide, ruilde snel dames en bouwde aan een soort vesting die niet te slechten was. Anish Giri wist zich dus in Bakoe niet te plaatsen voor het Kandidatentoernooi 2016 – daarvoor had hij de finale moeten bereiken – maar het goede nieuws is dat plaatsing via de ratinglijst eigenlijk toch al een zekerheid is!

Schaken overdag: serieus gezellig

Is schaken bij uitstek een avondactiviteit? Het verenigingsleven wordt gedomineerd door de wekelijkse clubavond. Voor wie liever overdag schaakt zijn er steeds meer alternatieven. Die verenigingen zijn overigens niet allemaal aangesloten bij de schaakbond.

Jaap Katoen schaakt op de dinsdagmiddag bij Castricum 55+. Katoen: ‘Schaken loopt als een rode draad door mijn leven. Ik leerde het spel op mijn negende, net na de oorlog. Ik was al snel sterk genoeg om bij een club tegen volwassenen te schaken. Totdat mijn vader laat op de avond kwam kijken waar ik toch bleef. Hij zag zijn 13-jarig zoontje in de sigarenrook zitten. Toen heeft hij me helaas van de club gehaald.’

‘Op school bleef ik wel schaken’, vertelt Katoen. ‘En tijdens mijn studie in Delft, met een schaakvriend. Toen hij een baan in Frankrijk kreeg zijn we gaan correspondentieschaken. Ik was lid van schaakvereniging Castricum, maar toen ik voor mijn werk bij Hoogovens over de hele wereld moest reizen, ben ik met het wekelijkse schaken gestopt.’

Katoen: ‘Toen ik meer tijd had, bleek de clubavond in Castricum nog steeds de vrijdagavond. Maar mijn vrouw wilde ook weleens samen uitgaan. Dus kwam schaken op de middag me beter uit. We spelen in dorpscafé Borst in Bakkum. Dat is een bekende plek, ook van jazzconcerten bijvoorbeeld.’

Organisator Henk Vaessen vult aan: ‘In het café kunnen we gratis terecht, als we tenminste twee consumpties per persoon afnemen. We zijn zo’n tien jaar geleden gestart en hebben 28 leden. Ongeveer de helft schaakt bij de vereniging. Sinds een aantal jaren kunnen ook huisschakers die het leuk vinden om elke week een serieuze pot te spelen, aansluiten. Zo leren ze sterker schaken.’

Katoen: ‘Ik speel het liefst tegen iemand van ongeveer mijn eigen sterkte. Als je bij voorbaat weet dat je gaat verliezen of winnen, is er weinig aan. We spelen in twee groepen. Er is weleens een poging gedaan om het te mixen, maar dat beviel toch niet. Ook werd de puntentelling lastig, je kreeg rare ranglijsten. Het schaken moet gezellig zijn, met leuke mensen en een praatje achteraf, maar de meeste schakers willen toch graag winnen.’ ‘Sommige leden spelen ’s middags en ook ’s avonds’, zegt Katoen, ‘Die kunnen er geen

genoeg van krijgen. We krijgen nog steeds nieuwe leden. Allemaal mannen met grijs haar, ik ben 78 jaar en zit denk ik op het gemiddelde. Er is maar één vrouw lid. Maar ach, da’s al beter dan vroeger, toen waren er helemaal geen vrouwen die schaakten.’ Ook het Schaken Overdag in Deventer is een mannenaangelegenheid. Lex Bevers is een van de oprichters: ‘Vooral in de winter willen ouderen ’s avonds de deur niet meer uit, vandaar dit initiatief op de donderdagmiddag. We hebben twintig leden en sommigen zijn ook lid bij een bondsclub. Er wordt serieus gespeeld, volgens de regels, maar het is ook een leuke schaakmiddag met gezelligheid. We spelen niet met het mes op tafel, er moet ook gelachen kunnen worden.’

Bevers: ‘Onze contributie is vijftig euro per jaar. Daarvan wordt de zaalhuur betaald. Jaarlijks spelen we tegen Raalte, Apeldoorn en Twello. Dat regelen we via onze nevenleden. We hebben steeds nieuwe aanwas, de laatste is onlangs in Deventer komen wonen. Hij vond ons via internet. Een website is dus wel belangrijk.’

In Apeldoorn wordt het schaken op de maandagmiddag gerund door supervrijwilliger Ap Ketting. Schaakstad Apeldoorn benoemde hem onlangs tot erelid. Ketting: ‘Zo’n twintig jaar geleden ben ik bij Schaken Overdag aangeschoven. Ik werkte in een winkel en was op maandag vrij. De overleden voorzitter van toen nog schaakvereniging Ons Genoegen, Jan Diekmann, richtte het op. Ik heb het zo’n 17 jaar geleden van hem overgenomen.’

‘Schaken Overdag heeft altijd goed gelopen’, vertelt Ketting. ‘We hebben nu 33 deelnemers. Het zijn over het algemeen gepensioneerden, maar we hebben ook wat jonge mensen, die bijvoorbeeld in de horeca werken. We spelen een competitie in drie groepen, volgens het Keizersysteem, zoals wel meer clubs. Af en toe organiseren we iets speciaals, zoals snelschaken of rapid en met kerst kleden we het leuk aan.’

Ketting: ‘Per middag betaal je 2,20 euro. Daar

'Supervrijwilliger' Ap Ketting: Ieder seizoen komen er mensen bij

zit koffie en thee bij in, dat zet ik zelf. Aan het wijkgebouw ben ik per persoon 1,50 euro kwijt. Wat overblijft is voor prijzen en extratjes. Dat de schakers per keer kunnen betalen, betekent niet dat het vrijblijvend is. De uitslagen zet ik op internet met een kort verslagje en ik maak een nieuwe indeling. Afmelden is verplicht en daar houden ze zich goed aan. Dat is bij Schaakstad Apeldoorn, waar ik zelf ook speel, wel anders. Sommigen komen gewoon niet opdagen, dat verbaast me altijd!’ ‘Met mijn vrouw heb ik twintig jaar de bar gerund bij wat nu Schaakstad is’, vertelt Ketting. Ook mijn vrouw kent al die mannen. Zelf zat ik in de redactie van het clubblad en heb ik schaakles gegeven. En nu ben ik dus erelid, geweldig. Het vrijwilligerswerk overkomt me steeds weer. We zijn gaan klaverjassen en ik wilde niks in de organisatie doen. Maar inmiddels beheer ik toch de kas. We zijn echt spelletjes- en verenigingsmensen.’

‘Bij Schaken Overdag gaat iedereen ook heel joviaal met elkaar om’, zegt Ketting. ‘Er is geen gebrek aan gespreksstof. Af en toe moet ik ingrijpen, dan wijs ik erop dat er nog geschaakt wordt. Sommige deelnemers vinden het zo gezellig, dat ze eerder komen en ook blijven hangen. Ik moet ze er bijna uit zetten, ze willen niet weg.’

Ketting: ‘Als we leden verliezen, komt dat door ziekte of overlijden. Maar ieder seizoen komen er weer mensen bij. Ik zorg dat ze goed worden opgevangen: dat ze een aardige tegenstander krijgen en wat uitleg. Je moet potentiële leden meteen erbij halen en niet dralen. Er zijn ook vrouwen lid, zoals Karin Pruijssers, de zus van grootmeester Roeland Pruijssers, ze is onze clubkampioene. En An Tramper, schakers kennen haar ook wel als An Donker, ze heeft talloze jeugdleden opgeleid. Zij schaakt altijd lange partijen, ze benut de hele 1:45 uur.’

Laat schaakvrouwen herleven

In 2013 verscheen het vuistdikke boek 1001 Vrouwen uit de Nederlandse geschiedenis . De eerste druk was binnen een week uitverkocht. Er zijn nu plannen voor een vervolg met 1001 Vrouwen in de 20ste eeuw . Hiervoor zijn ook vier schaaksters genomineerd: Toos Roodzant, Fenny Heemskerk, Rie Timmer en Renate Limbach.

In het vrouwenlexicon staan vrouwen die een opmerkelijke prestatie hebben geleverd op één of meer terreinen van het maatschappelijk leven: politiek, kerkelijk, cultureel, wetenschappelijk, economisch, of sportief en die naam hebben gemaakt bij tijdgenoten, of in latere geschiedschrijving.

Honderden crowdfunders die in totaal 76.000 euro bijeenbrachten, maakten de eerste editie mogelijk. Het werd geschreven door zo’n 300 auteurs, samengesteld door Els Kloek en ontworpen door Irma Boom. De aftrap van de crowdfunding voor de nieuwe editie vond in juni plaats in de Rode Hoed onder leiding van Hadassah de Boer. Prominente Nederlanders vertelden welke vrouw uit de twintigste eeuw zij ‘adopteren’.

Sportverslaggeefster Dione de Graaff vertelde dat ze kiest voor het schaatsfenomeen Atje Keulen-Deelstra, sportvrouw van het jaar 1970, die in Friesland tegenover Dione’s pake en beppe woonde. De Graaff: ‘Ik bewonder haar vanwege haar prestaties, maar ook omdat ze veel tegenwerking kreeg en toch heeft doorgezet. Ze werd Nederlands kampioen op haar 32ste en had toen al drie kinderen. De schaatsbond KNSB vond haar te oud voor de kernploeg en ze ontving haatbrieven met teksten als: ‘Het is

sportverdwazing mevrouw, u heeft een mooie taak op uw boerderij, bij uw man en kinderen.’ Toch werd ze wereldkampioen.’

Schrijfster Niña Weijers, die in 2014 debu teerde met het prijswinnende De conse quenties , adopteert collega Laurie Langenbach. Haar debuutroman uit 1977 ging over een jarenlange onbeantwoorde Geheime Liefde voor Jan Timman. Weijers: ‘Een werk over liefde en hunkering waar Laurie veel kritiek op kreeg. Men zei dat ze het beter in Timmans brievenbus had kun nen doen.’ Volgens Weijers was Timmans commentaar dat Laurie’s fascinatie hem niet was opgevallen en dat hij niet anders over haar dacht na dit boek.

DJ Isis, de eerste vrouwelijke DJ die doorbrak, verzorgde de muzikale omlijsting van de crowdfundingavond. Ze vertelde dat ze genoten had van de eerste editie van het vrouwenlexicon: ‘De uiteenlopende verhalen doen de vrouwen echt herleven.’ Het viel haar op dat mannen (voorheen?) een grote invloed hadden op de carrières van vrouwen.

Adopteer een schaakvrouw

Het adopteren van een schaakvrouw om haar verhaal onder de aandacht te brengen is makkelijk: op de website

kun je een vrouw selecteren en kiezen uit diverse pakketten, van 50 tot 1000 euro. Zo helpt ‘de crowd’ de publicatie te realiseren én te selecteren welke vrouwen een plaats verdienen in deel twee van 1001 Vrouwen, dat eind 2017 wordt verwacht. Ook voor verenigingen of bedrijven zijn sponsorschappen samengesteld. Aardig voor uw jubileum of om kado te geven? De donatieteller stond eind juli op 17.606 euro. Hiermee worden het schrijfwerk, het onderzoek, de beeldresearch en het ontwerp bekostigd. Ook staat er een tentoonstelling gepland.

Fenny Heemskerk (links) tegen Toos Roodzant, onder het toeziend oog van oud-wereldkampioen Max Euwe (Foto: Max Euwe Centrum)
Rie Timmer (Foto: Max Euwe Centrum)
Renate Limbach (Foto: Max Euwe Centrum)

Eindhoven: een levendige honderdjarige

De Eindhovense Schaakvereniging bestaat 100 jaar. De club is bekend van de landstitel in 1984, maar ook van vele roemruchte spelers. De geschiedenis wordt door Jules Welling beschreven in een jubileumboek, waarin Schaakmagazine voorinzage kreeg.

Oudste van Brabant

De eerste schaakverenigingen in NoordBrabant werden opgericht rond 1850, in de wat grotere plaatsen. Wat nu Eindhoven is, was in die tijd een verzameling dorpen. Begin twintigste eeuw was daar een schaakclub Salvio, met als voorzitter C. Stumpers. Die naam komt terug bij de Eindhovense Schaakvereniging (ESV), die werd opgericht op 5 oktober 1915. ESV is de oudste schaakclub die in Brabant nog zonder fusies bestaat. Voorzitter werd Pieter Gaarenstroom, die eerder voorzitter was van de schaakclub in Den Bosch. Hij schaakte dus al in clubverband en werd dan ook keer op keer clubkampioen. Zijn oude club werd in 1916 de eerste tegen wie ESV een wedstrijd speelde, die nipt werd gewonnen door de nieuwkomer. De regionale kranten besteedden uitvoerig aandacht aan dit opvallende succes.

Een eerste hoogtepunt in de schaakgeschiedenis van Eindhoven was een partij in de WK-match Euwe-Aljechin in 1935, twee jaar later gevolgd door een partij in de revanchematch. Beide partijen eindigden in remise. Welling schrijft teleurgesteld dat er over deze evenementen niets in de annalen terug te vinden is. Er was wat geruzie over geld,

de club zo weinig garen heeft kunnen spinnen bij een zo groot evenement als een tweekamp om het wereldkampioenschap, en dat twee keer achter elkaar.” Inderdaad, dat was elders in Nederland wel anders.

29 keer kampioen

De eerste topspeler van Eindhoven was ook meteen een van de grootsten in de clubgeschiedenis: Louis Stumpers, zoon van de eerdergenoemde bestuurder. Stumpers werd van de jaren dertig tot en met zestig maar liefst 29 keer kampioen van de NoordBrabantse Schaakbond. Hij nam vijf keer deel aan het Nederlands kampioenschap (in die tijd een kandidatentoernooi om Euwe te mogen uitdagen) met als beste prestatie een vierde plaats in 1948. Bij het roemruchte toernooi Groningen 1946, waar de wereldtoppers elkaar na de oorlog voor het eerst weer ontmoetten, won Stumpers de B-groep. Welling noemt dat zijn grootste succes. In het seizoen 1951-52 won Stumpers een partij tegen Max Euwe, in een door ESV sensationeel gewonnen hoofdklassewedstrijd tegen ASC. Net als zijn vader was Louis Stumpers ook bestuurder. Van 1945 tot 1956 was hij voorzitter van ESV en in 1951 stelde hij het Brabants jeugdkampioenschap in.

jeugdkampioen van Nederland, in 1963 kampioen van Nederland. Hij was dus al een gevierde speler toen hij zich in 1967 bij Eindhoven aanmeldde, na zijn technische studie in Delft. Kuijpers ging bij Philips werken. De club was wat aan het vergrijzen en de 26-jarige nationale topspeler was een enorme aanwinst. Jonge spelers uit omliggende plaatsen meldden zich ook aan als lid, Kuijpers stimuleerde dat door ze ook thuis voor trainingen te ontvangen.

Kuijpers nam acht keer deel aan het Nederlands kampioenschap, speelde Hoogovenstoernooien en andere grootmeestertoernooien en vertegenwoordigde Nederland vier keer op de Olympiade, waar hij met een score van 66% en twee individuele medailles een van onze meest succesvolle spelers was.

Ook Kuijpers was bestuurder. Van 1981 tot 1992 was hij bestuurslid Topschaak van de KNSB. In die functie was hij voorzitter van het organisatiecomité van het Nederlands kampioenschap en captain van de olympiadeploeg. Van 2001 tot 2013 was Kuijpers voorzitter van ESV.

Gouden generatie

De club verjongde nog verder, in de jaren tachtig stond er een gouden generatie op. Peter Scheeren, Gerard Welling, Frans Cuijpers, Johan van Mil, Herman Grooten, Rudy Douven, zij allen werden internationaal meester. Met Kuijpers (uiteraard ook meester) vormden zij een team dat in 1984 op sensationele wijze landskampioen werd, met vijf punten voorsprong op de nummer twee. De veelvoudige kampioenen Volmac Rotterdam en Desisco Watergraafsmeer plus nieuwkomer en provinciegenoot De Variant werden geacht om de titel te strijden, maar de jonge Eindhovenaren lieten hen ver achter zich. In 1982 had softwarebedrijf L+T zich aangemeld als sponsor, voor 25.000 gulden per jaar. Daarvan was 18.000 gulden bestemd voor het eerste team en 7.000 voor de jeugd. Defensieve sponsoring, de bedoeling was dat de jonge spelers Eindhoven niet zouden verlaten. Spelers van buiten aantrekken was niet de bedoeling. Na het kampioenschap stopte L+T met de sponsoring omdat het bedrijf weinig publiciteit had gezien. De spelers bleven nog een tijd, het ging hen dus niet om het geld.

Individuele successen waren er voor Douven, die enorm stuntte door in 1988 kampioen van Nederland te worden en Scheeren, die in 1984 tweede werd. Dit naast vele andere successen,

Het kampioensteam van 1984 kwam bij het 90-jarig jubileum in 2005 nog eens bijeen; Achterste rij van links naar rechts: Frans Cuijpers, Johan van Mil, Ludo Tolhuizen, Gerard Welling en captain Cees Versteeg voorste rij van links naar rechts:Rene Moonen, Hans Bosscher, Rudy Douven, Peter Scheeren en Frans Kuijpers. Op de foto ontbreken: Herman Grooten, Peter Egmond en Hein-Piet van der Spek

de jonge Eindhovenaren drukten een stempel op het Nederlandse toernooileven. De deelname aan de Europacup koesteren ze ook nog als een hoogtepunt in hun schaakleven. Vanaf 1991 werd het Nederlands kampioenschap drie keer in het Philips-stadion gespeeld en in 2010 ook in Eindhoven. Die NK’s horen met de partijen Euwe-Aljechin tot de belangrijkste schaakevenementen die in Eindhoven zijn georganiseerd.

Nieuwe jeugdtoppers

In de jaren tachtig en negentig steeg het aantal leden tot dik boven de honderd. De club had ook aantrekkingskracht op omliggende dorpen. De latere grootmeesters Loek van Wely, Martijn Dambacher, Benjamin Bok en Robin Swinkels kwamen er korte tijd intern en extern spelen om hun niveau te verhogen. In 2005 was het ledental gedaald tot zestig, maar nu zijn er weer

bijna honderd leden. Daaronder zo’n dertig jeugdleden, onder wie enkele zeer jonge jongens en meisjes die in hun leeftijdscategorie tot de nationale top behoren. De honderdjarige is nog steeds een club waar Brabant trots op kan zijn. Het jubileum wordt gevierd op 24 oktober. Kort daarvoor kreeg de vereniging het bericht dat ze is begiftigd met de Koninklijke erepenning.

Gezocht: schaakvrijwilliger van het jaar 2015

Het Nederlandse verenigingsleven is niet denkbaar zonder de inzet van duizenden vrijwilligers. Voorzitters, penningmeesters, trainers, jeugdleiders en vele, vele anderen. Zonder hun belangeloze inzet zou de wereld van sport, cultuur en hobby er heel anders uitzien. Het leven zou een stuk armer en saaier zijn.

In de afgelopen tien jaar schreef Schaakmagazine een wedstrijd uit om de titel Schaakvrijwilliger van het jaar. Gezien het succes van de afgelopen jaren gaan we daar enthousiast mee door. Daarom vragen wij u ook dit jaar om kandidaten voor de titel Schaakvrijwilliger van het jaar bij de redactie te melden. Is er in uw omgeving iemand die in

de afgelopen periode onmisbaar is geweest voor de schaakvereniging, een vrijwilliger die de vereniging tot bloei heeft gebracht? Laat het weten aan de redactie van Schaakmagazine.

Let wel: het gaat niet alleen om mensen die veel doen. Ook kandidaten die een bijzondere bijdrage leveren komen voor de titel in aanmerking. Ieder jaar worden er vele interessante kandidaten bij ons gemeld. Helaas kunnen wij maar één winnaar uitkiezen. Die keuze betekent dus niet dat de andere kandidaten ongeschikt zijn voor uitverkiezing. Integendeel! Daarom wijzen wij er uitdrukkelijk op dat kandidaten die in vorige jaren niet zijn gekozen opnieuw voorgedragen kunnen worden. Wilt u in dat geval al het materiaal opnieuw naar de redactie opsturen en niet volstaan met verwijzing naar een voorafgaand jaar?

Anna-Maja Kazarian Europees jeugdkampioen

Anna-Maja

Kazarian (15) is in het Kroatische Porec Europees Kampioen schaken bij de meisjes tot en met 16 jaar geworden. Met 7,5 punt uit 9 partijen bleef zij de concurrentie (tenminste) een punt voor.

Kazarian had op het EK een geweldige start en ging met 7 uit 8 de slotronde in. Daarin verdedigde ze een half punt voorsprong op haar enig overgebleven concurrente, de Russische Irina Drogovoz, die ze eerder in het toernooi had verslagen. In de slotronde kreeg Kazarian een helpende hand toegestoken van landgenote Maaike Keetman (Heerhugowaard) die Drogovoz

fraai de baas bleef. Daarmee was de titel voor Kazarian binnen en kon zij met remise genoegen nemen tegen Olga Mylnikova. Keetman eindigde met 6,5 uit 9 op de gedeelde tweede plaats, maar greep net naast de medailles. Een kleine vijftig landen vaardigden hun beste jeugdspelers af naar Porec. De Nederlandse delegatie bestond uit 15 deelnemers. Naast de fraaie prestaties van Kazarian en Keetman waren er ook topklasseringen voor Catheleijne Sanders (Rhenen) bij de meisjes tot en met 18 jaar en Robby Kevlishvili (Zoetermeer) bij de jongens tot en met 14 jaar. Sanders hoorde op papier tot de achterhoede, maar verraste met 6 uit 9 vriend en vijand. Kevlishvili greep met 6,5 uit 9 net naast het brons.

Wij willen van de kandidaten graag het volgende weten:

• de naam van de vrijwilliger

• een overzicht van zijn of haar activiteiten in de afgelopen jaren

• eventueel andere redenen om de vrijwilliger in het zonnetje te zetten

Aanvullend materiaal in de vorm van krantenknipsels, clubbladen, foto’s, artikelen op websites enzovoort is uiteraard van harte welkom.

De winnaar van deze wedstrijd zal in het decembernummer van Schaakmagazine in het zonnetje worden gezet.

U kunt uw nominatie onder vermelding van Schaakvrijwilliger van het jaar 2015 tot 20 november 2015 sturen naar schaakmagazine@schaakbond.nl.

van der Wiel, Jesper de Groote, Robert Klomp en Erika Sziva) heeft het NK Bedrijvenschaak 2015 gewonnen, met 13 matchpunten en 21 bordpunten. In de laatste ronde ging het nog bijna mis tegen PostNL, maar deze wedstrijd werd toch nipt gewonnen. De tweede plaats was voor de Sociale Verzekeringsbank, de Belastingdienst eindigde als derde. Het NK Bedrijvenschaak werd

rie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Met 70 teams (inclusief alle reserves ruim 300 schakers) werden 7 ronden Zwitsers gespeeld. Het toernooi, dat met de Haagse Hogeschool een schitterende speellocatie had, verliep soepel en in een prettige sfeer. Topscorers waren Lukas Boutens (UvA/HvA) en Robin Swinkels (SNS Bank) met 7 uit 7 en Ton Bodaan (IBM) met 6 uit 6.

Foto: Zhaoqin Peng

In deze Voorloper:

Alisha

Leerde schaken op school

Schaakt ook in droom

Partijen van Alisha

Enthousiast en leergierig

Jeugdkatern

Zij is 11 jaar. In Eindhoven werd ze Nederlands kampioen rapid bij de meisjes in 2013! Bij het NK E in Waalwijk dat jaar werd ze 2e. Op het Europees kampioenschap in Montenegro scoorde ze 3½ uit 9. Reden voor Schaakmagazine een portret te maken van … Alisha Warnaar.

Alisha Warnaar

‘Ik laat me niet afleiden als ik schaak’

Toen ze in groep 3 zat ging ze naar een nieuwe school met schaaklessen! “Leuk! PieterJan Mellegers kan goed uitleggen en heeft humor. Ik vond het interessant hoe al die stukken konden bewegen. We deden Opstapje 1 en spelletjes. Met je paard zoveel mogelijk pionnen of snoepjes slaan!” Nadat het diploma Opstapje 2 was gehaald ging ze met haar tweelingbroer Mark en een klasgenoot naar de jeugdschaakclub Op Eigen Wieken. “Daar kregen we eerst les en dan gingen we ons partijtje spelen. Daarna analyseren met je tegenstander of sterkere schakers die je tips gaven. Ik kreeg les van Leonore Braggaar en zij coacht me nog steeds. Het is leuk, ze heeft veel geduld en maakt me sterker. Zo kan ik me nu beter concentreren. Ik laat me niet afleiden door wat er op het bord naast me gebeurt!” Ze werd vorig jaar clubkampioen en haalde stap 5.

Haar eerste toernooi was een Grand-prixtoernooi van de LeiSB. “Heel spannend die eerste keer. Ik begon in de onderste groep.” Een hele ervaring. Ze gingen meestal met een groepje van de club er naar toe. Jaren later werd ze bijna winnaar van de hoogste groep! “Ik zat in groep 7 en toen werden we met het schoolteam 7e van Nederland!!” Heel trots is ze op haar tweede plaats bij het NK E in Waalwijk in 2013. “Het was heel spannend en liep goed af! Toen mocht ik naar het EK in Montenegro. Dat was gezellig en leerzaam.” Vader Walther hoorde haar tijdens het slapen nog ‘c6’ roepen! Samen met Eva Zijdemans werd ze ‘Cakejesmonster’: ze aten lekkere cakejes toe bij de lunch èn het diner! “De laatste ronde zette ik op de twaalfde zet mat en had als eerste van de hele sporthal gewonnen!”

Hoogtepunt van het schaakseizoen bij Op Eigen Wieken is het

schaakkamp bij het ONJK in Borne. “Na een hele dag schaken gaan we voetballen, zwemmen en weerwolven. Samen met kinderen van de Klim-Op. Dat is altijd hartstikke leuk.” Op haar verjaardag won Alisha het NK rapid en kreeg ze een sleutelhanger met een witte koning. Toernooien met volwassenen vindt ze fijn omdat je “lekker lang kunt nadenken”. Ze speelde de weekendvierkamp bij het Tata-toernooi. Walther: “Eén remise vond ze vooraf al mooi. Maar toen we haar zondag wilden ophalen stonden er wel 25 man om haar bord en won ze de groep!”

Alisha vindt schaken heel erg leuk. “Ik doe mijn best en probeer zo goed mogelijk te worden.” Leonore: “Ze is heel enthousiast en leergierig in het nabespreken van haar partijen. Het kletsen met vriendinnen hoort er ook bij. Ook gaf ze op haar middelbare school schaakles!”

Piet Peelen
Foto: Harry Gielen

Geboortedatum:

Uit:

School:

Leukste schoolvak:

Hobby’s:

Schaken geleerd van: Club:

Wat wil je worden:

Lievelingseten:

12-11-2003

Leiderdorp Aloysius College Gym Zwemmen

PieterJan Mellegers Op Eigen Wieken

Iets met dieren Chocolade

Partijen van Alisha

Klaara Maki Uuro –Alisha Warnaar

EK E 2013

1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. d4 exd4 4. Pxd4 Lc5 5. Pb3 Lb6 6. Pc3 Pf6 7. Lg5 h6 8. Lxf6 Dxf6 9. De2 Pd4 10. Dc4

De Finse redt de dame, maar verliest de dekking van c2 uit het oog. Beter was 10. Pxd4 10. .. Pxc2+ 11. Kd1 Dxf2!

Alisha pakt niet de toren! Dat leidt tot een abrupt slot. 12. Tc1 Pe3 mat

Dd8 16. Tdg1 Pa5 17. Lh6

Pxb3+ 18. Pxb3 e6 19. Lxg7

Kxg7 20. Pf4 Pxf4 21. Dxf4

Tc8

Haalt de toren erbij, maar liever

21. .. e5 22. Dd2 Df6

22. Dxd6 Tc6 23. De5+ Kg8

23. .. Df6 was beter, maar niet leuk.

24. h5 Dc8 25. Pd4 Tc5 26. Df6 Dd8 27. Df4 e5

13. Tfe1 dxe4 14. Pxe4 c5 15. Pg3 Tad8 16. Tac1 Lc6 17. Pg5

Ld5 18. Lxd5 Pxd5 19. Df3 P5f6

20. Lf4 Dc8 21. Tcd1 Pf8 22. Td2

Dg4 23. Dxg4 Pxg4 24. h3 Pf6

25. P3e4 Pxe4 26. dxe4 f6 27. Pf3 Pe6 28. Txd8 Txd8 29. Lh2 c4 30. b4 cxb3 31. axb3 Td3 32. Te3

Td1+ 33. Te1 Txe1+ 34. Pxe1 Pc5! 35. Lb8 a6 Veilig gespeeld, want zwart wint een pion. Na 35. .. a5 36. Lc7 Pxb3 37. Lxb6 a4 is de vrijpion heel gevaarlijk.

36. La7 Pxe4 37. Lxb6 Pxc3

38. Pd3 f5 39. Pc5 Ld4! 40. Kf1 Kf7

Na 40. .. Pd5 41. La7 blijft het witte paard gepend. Nu lost Eva dat goed op!

41. La5! Lxc5 42. Lxc3 Ke6 43. f3 Kd5 44. Ke2 Kc6

0–1

Alisha Warnaar – Sara Martinez

HiQ Invest NK D Rijswijk 2015

1. e4 c5 2. Pf3 Pc6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 d6 6. Lc4 g6 7. Le3 Lg7 8. Dd2 0–0 9. 0–0–0 a6 10. h4 Dc7 11. f3 b5 12. Lb3 Ld7 13. g4 h5 14. gxh5 Pxh5 15. Pd5

Zwart wint een stuk, maar de witte koningsaanval is al te ver gekomen.

28. Dh6! exd4 29. hxg6 fxg6

30. Dh7 mat 1–0

Eva Zijdemans – Alisha Warnaar

Pathena NK C 2014

1. e4 g6 2. Pf3 Lg7 3. Lc4 d6 4. c3 Pd7 5. d3 b6 6. Pbd2 Lb7 7. Pf1 Pgf6 8. Pg3 0–0 9. 0–0 c6 10. De2 Dc7 11. Lb3 Tfe8 12. Ld2 d5

Na 44. .. e5 45. Kd3 e4+ moet de witte koning terug. Maar de pluspion verzilveren is een hele klus.

45. Kd3 Kb5 46. Kc2 a5 47. Kd3 a4?! 48. bxa4+ Kxa4 49. Kc4 Ld6 50. Ld2

50. Kd5 Kb3 51. Lf6! lijkt remise, maar met weinig tijd valt het niet mee.

50. .. Ka3 51. Kd3 Kb3 52. Kd4

Kc2 53. La5 Kd1 54. Kd3 h6 55. Ld2 h5 56. La5 g5 57. Ke3 Lf4+ 58. Kf2 Kc2 59. g3 d6 60. g4

Wit verdedigt zich prima, maar Alisha vindt de enige weg naar winst door de witte koning weg te lokken: 66. .. h3+! 67. Kxh3 Kxf3 68. Lf2 e5 69. Lg3 e4 70. Le1 Ke2 71. Lf2 e3 72. Lg1 Kd2 73. Kg2 e2 74. Lf2 e1D en zwart won 0–1

Foto: Tu Tran

Loeren langs de lange diagonaal

Op een open lijn zet je graag een toren neer, maar een loper wil graag op een open diagonaal staan. Via de lange diagonaal (van a1-h8 of van a8-h1) heeft een loper uitzicht op de gerokeerde koning van de tegenstander, dat kan dus een sluwe manier zijn om mat te dreigen. We kijken telkens naar stellingen met een zwarte loper op b7, het doel is om de witte koning mat te zetten.

1...Te1+ 2.Kh2 en nu 2...Th1+!!

Een prachtige zet, want na 3.Kxh1 volgt 3...Dh3+ en dankzij de loper op b7 mag wit niet slaan. 4.Kg1 Dxg2 schaakmat!

Maar zo’n diagonaal kan ook gesloten zijn. In het tweede voorbeeld kijkt de zwarte loper tegen z’n eigen pion aan, die wordt geblokkeerd door een loper van de tegenstander. Dat is jammer, want daardoor is die loper niet zo actief. Maar gelukkig kan zwart daar iets aan doen: 1...Txf2+! (weglokken) 2.Lxf2 e3+ en wit wordt matgezet.

Bij het eerste voorbeeld is zwart aan zet. Zijn loper heeft een prachtig uitzicht, maar staat ook aangevallen. Zwart moet snel in actie komen, en dat doet hij met

Opgaven

Opgave

Bij de opgaven mag jij zelf aan de slag. Zwart is telkens aan zet, kijk goed naar de lange diagonaal en denk aan uitschakelen verdediging en penningen. Soms moet je iets offeren...

Opgave

Opgave 4

Opgave

6

Opgave

Open Jasperjeugdtitel Beukema

Jasper Beukema is open Nederlands jeugdkampioen in Borne geworden (A-categorie). In de laatste ronde ontsnapte hij tegen Jonas Hilwerda met remise waardoor hij Bas Haver - die ook al met remise goed wegkwam - een half punt voor bleef.

Er werden in totaal 16 kampioenen gehuldigd in Borne, en er waren 265 deelnemers. Opvallend was dat Jin Wen Bao uit Hong Kong na eerst de titel in de H-categorie te hebben gewonnen een paar dagen later ook de gecombineerde FGH-groep op zijn naam schreef.

Ook opmerkelijk was dat de Belg Xander Pauwels in de laatste ronde van de B-groep verloor van een andere Belg, maar toch ongedeeld eerste werd omdat zijn enige concurrent Bas de Feijter tegen Lydia Dubbeldam niet verder dan remise kwam. De C-groep werd gewonnen door Luuk Baselmans.

Jasper Beukema legde beslag op de titel in de A-categorie (Foto: Harry Gielen)
Luuk Baselmans won in de C-groep (Foto: Harry Gielen)
De Belg Xander Pauwels veroverde de titel in de B-groep (Foto: Harry Gielen)
Ook grootmeester Harmen Jonkman was er, met dochter (Foto: Harry Gielen)

Liviu-Dieter Nisipeanu –Wesley So Dortmund 2015 Het traditionele toernooi in Dortmund werd deze zomer, net als vorig jaar, gewonnen door Fabiano Caruana. Met enige goede wil was het het toernooi van de transfers. De dag voor de openingsronde was Caruana officieel overgegaan van de Italiaanse schaakbond naar de Amerikaanse. De beste Duitser in het toernooi (gedeelde 2e plaats met So) was de voormalige Roemeense schaker Nisipeanu. Hij versloeg in de openingsronde So die vrij recent van de Filippijnen overging naar de Verenigde Staten. En dan was er ook nog een beslissende rol voor Naiditsch die Kramnik en So versloeg,

Combineren

maar verloor van Caruana en Nisipeanu. Naiditsch was lange tijd de Duitser met de hoogste rating, maar hij is net overgestapt naar Azerbeidzjan! De overwinning van de Roemeense Duitser op de Filipijnse Amerikaan was een hele fraaie - speelt u mee?

1.e4 c5 2.Pc3

Een slimme openingsvolgorde om een Najdorf-speler als So te irriteren. Nisipeanu kiest in het vervolg niet voor het gesloten Siciliaans maar voor een zogenaamde ‘Grand Prix Aanval’. Vervelend voor de zwartspeler is dat wit zich met 2.Pc3 nog niet heeft vastgelegd: hij kan een gesloten Siciliaan spelen met 3.g3, een Grand Prix met 3.f4, of alsnog overgaan naar een open Siciliaan met 3.Pf3 (of 3.Pe2) en 4.d4.

2...d6 3.f4 g6 4.Pf3 Lg7 5. Lb5+ Ld7 6.Lxd7+ Het subtiele 6.Lc4 heeft veel van zijn glans verloren na een

partij Carlsen-Anand, Monaco 2011, die verder ging met: 6... Pc6 7.0–0 Pa5 8.d3 Pxc4 9.dxc4 Lxc3! 10.bxc3 Lc6 en zwart stond goed en won. 6...Dxd7 7.0–0 Pc6 8.d3 e6 9.f5

Deze scherpe zet wordt niet zo vaak gespeeld. Nisipeanu is een houwdegen die in de beslissende laatste ronde van het toernooi opteerde voor het Evans Gambiet tegen Caruana (dat werd geen succes - maar de fraaie promotiecombinatie van Caruana maakt de partij het opzoeken waard!).

9...Pge7

Sterker is 9...exf5 10.exf5 Pge7 als in Kharlov-Khairullin, Serpukhov 2008. 10.fxe6 fxe6

Zwart lijkt zich heel harmonieus te hebben ontwikkeld en alle belangrijke velden onder controle te hebben. Kunt u net als Nisipeanu aantonen dat zwart zijn openingsproblemen toch niet heeft opgelost?

Bij het WK Junioren in het Siberische Khanty-Mansiysk, hebben de Nederlanders Benjamin Bok en Jorden van Foreest een gedeeld vijfde plaats bereikt. Ze

maakten acht punten uit dertien partijen, waarbij Jorden en passent zijn derde en laatste grootmeesternorm behaalde. Met zijn zestien jaar is hij de jongste in

Nederland geboren grootmeester ooit. Winnaar werd de Rus Mikhail Antipov. Hij eindigde op tiebreak boven de Pool Jan Krzysztof Duda, beide met tien uit dertien. Karel van der Weide

3.

Secretaris Arthur Rongen

van het

Bondsbestuur neemt

afscheid

‘Topschakers zijn nu keurig nette jongeren’

Arthur Rongen is nu 9 jaar secretaris van het Bondsbestuur van de KNSB, maar moet binnenkort statutair aftreden. Tijd voor een afscheidsinterview. ‘Wereldvreemde vogels als Bobby Fischer heb je nu bijna niet meer. Tegenwoordig zijn het keurig nette jongeren, die geen heibel maken, zoals Magnus Carlsen. En Anish Giri, ook een keurig nette jongen.’

Een respectabele periode, 9 jaar, maar had je het nog langer willen doen?

Na 9 jaar is het goed andere mensen een kans te geven en weer nieuwe en frisse ideeën te brengen. Het is niet zo dat ik blij ben dat ik ervan af ben. Ik had best door willen gaan, maar voor het bestuur is het beter zo. Je moet gewoon vers bloed hebben. Je moet het eigenlijk niet willen, langer dan 9 jaar blijven. En het NOC*NSF vindt dat je uit oogpunt van goed bestuur regelmatig moet verfrissen.

Anders krijg je geen subsidie meer?

NOC stelt 13 eisen waaraan je moet voldoen om geld te krijgen, zo moet je natuurlijk gezonde financiën hebben. De eis dat je regelmatig moet verfrissen geldt trouwens ook voor onze regionale bonden, en die hebben er nog veel meer moeite mee. Dat blijkt ook uit het interview in Schaakmagazine met voorzitter Frank Clevers van de Limburgse schaakbond.

De subsidie wordt ook elk jaar minder Ja, een stuk minder, helaas. Daar hebben we natuurlijk altijd tegen gestreden. We zijn niet blij met het beleid van NOC*NSF dat met name de Olympische sporten subsidie krijgen, wat uiteraard ten koste gaat van de andere bonden.

Het totale subsidiebedrag aan de sport wordt steeds lager De subsidie is afhankelijk van de Toto en Lotto inkomsten en de overheid. Dat totale bedrag wordt uiteraard minder, want de overheid doet minder en de Toto en Lotto inkomsten worden ook minder. En dan pakt de verdeelsleutel ook nadelig uit voor het schaken, omdat we te klein en niet Olympisch

zijn. Dat is eigenlijk al die 9 jaar dat ik hier zit aan de gang, continu aanpassen en vechten tegen de financiële situatie. Andere bonden, die optimistischer waren, zitten nu in de problemen.

Cruciaal dus dat de schaakbond financieel orde op zaken heeft gesteld Het is 9 jaar vechten geweest tegen een te krappe begroting. Je hebt ook te maken met een teruglopend ledental, dat is al tientallen jaren zo, en teruglopende inkomsten uit contributies. En wat meespeelt is dat we in het begin de Schaakacademie hadden, uit de tijd van en voor Joop Roozeboom. Ik kwam binnen met het probleem Schaakacademie, waarvoor elke keer weer het budget verhoogd moest worden. Dat moest afgebouwd worden.

Had de bond door kunnen gaan met de Schaakacademie?

Met de middelen die we hadden zagen we niet in hoe we daar mee door konden gaan. Dat project - om kinderen met de stappenmethode digitaal op te leiden en te begeleiden - zou ons bankroet hebben betekend. Wij moesten de Schaakacademie beëindigen. Dat was een enorme aderlating, dat moesten we ook opvangen als schaakbond. Het was één van de eerste besluiten die wij namen toen ik in het bestuur kwam.

Anders zou de schaakacademie de nagel aan de doodskist van de bond zijn geworden?

Ja. Er was al 2,5 ton aan verspijkerd en we hadden nog bijna niets, niets waar we iets mee konden. Het was financieel gewoon niet haalbaar. Er moest nog veel aan gebeuren om het in de lucht te krijgen. Dat was voor

ons voldoende om te zeggen: we stoppen er mee.

Een leerproces voor de bond

Ja, vandaar dat we nu op een andere manier en met andere mensen – dat scheelt ook enorm - de projecten veel beter beheersen. De Online Ledenadministratie (OLA) heeft als project prima gewerkt, is ook binnen budget gebleven. Met kleine stapjes hebben we het overzichtelijk gehouden. Ja, dat is een les van de Schaakacademie, in die zin heeft de Schaakacademie zeker ook iets positiefs gebracht. Maar die les had ik in mijn werkcarrière ook al geleerd.

In hoeverre heeft je directeursfunctie bij BAM de schaakbond geholpen?

Ik ben 15 jaar directeur bij BAM geweest en daarvoor bij HBG. Ik heb in het gebouw van de bond in Haarlem energie gestopt; de vraag is, nog steeds: moet je een eigen gebouw hebben of huren? Het gebouw verkeerde in matige staat van onderhoud, we hebben het aangepast aan de tijd. Wij kwamen snel tot de conclusie dat het verstandig was niet te verkopen. Bij verkoop heb je wel geld, maar daarna zijn de jaarlasten hoger. Dan hol je jezelf uit. En dat geldt nog steeds, alleen: je moet het wel kunnen. Ook bestaat het risico, dat je, zodra je het geld op de bank hebt, problemen voor je uit gaat schuiven.

De bond zat dus niet in acute financiële problemen, anders was verkoop de enige optie?

In de beginperiode was het best een uitdaging: kunnen we het redden qua liquiditeit? Het heeft een paar jaar geduurd voordat duidelijk werd dat we het zouden redden. We zijn bezig geweest de financiën op orde

te krijgen en toen dat zover was verdween de noodzaak om te verkopen. Wij verkeren nu in een relatief luxe positie dat we kunnen besluiten wat we willen: laten we het in stenen zitten of verkopen we het? Alleen is Haarlem niet centraal, dus ligt het hoofdkwartier van de bond toch teveel in het westen. Dat wordt bevestigd door de mensen in het bestuur, die ook allemaal uit het westen komen. Je zou iemand uit Limburg en/of het noorden erbij moeten hebben.

In hoeverre is dat een probleem, het westen versus de rest?

Zeker in het begin was er een spanningsveld tussen de regionale bonden en de schaakbond. Toen was er wantrouwen. Maar dat kwam misschien ook door Roozeboom, die een centralistisch beleid voor stond, vanuit Haarlem geregeerd en jongens, jullie doen maar zoals ik het wil. Dat werkt niet in de schaakwereld. Het is best ouderwets, maar de regio’s zijn nog steeds autonoom. Dat is ontzettend lastig sturen. In mijn bedrijf was het overigens ook zo, alleen was het daar beter te sturen omdat de regio’s niet autonoom waren.

Vertel eens over die overeenkomsten Ik zat in de centrale directie waar het beleid werd gemaakt, maar daar had je allerlei bedrijfjes in de regio onder hangen. Bij de schaakbond is het heel moeilijk om beleid te maken, dat moet je altijd doen met instemming van de Bondsraad, de regio’s. Zelf beslissen is er niet bij als je een koers-

wijziging in wil zetten, dat zal je toch echt goed moeten voorbereiden, draagvlak moeten krijgen. Het is wat dat betreft net de politieke wereld.

Vind je dat de structuur van de schaakbond moet veranderen?

Als het aan mij zou liggen zou ik de structuur wat willen moderniseren. Het is teveel gegroeid vanuit het verleden. In de jaren 30 van de vorige eeuw waren al die bonden zelfstandig. Die zijn met veel moeite bij elkaar gekomen in de KNSB. Maar die structuur van toen heb je nog steeds. En dat zou best eens opgefrist kunnen worden.

Dat is geen makkelijk verhaal in de schaakwereld

Nee, daar loop je tegen de regio’s aan. Die zijn bang hun autonomie kwijt te raken. Anderzijds worstelen ze ook met een gebrek aan bestuurders. Dat pleit er voor om meer dingen samen te doen, noem het dan maar niet centraliseren. Daar maak je het leven makkelijker mee en dan kun je meer doen met minder mensen. Dat je met gebruik van automatisering centraal meer kunt doen, is evident, allerlei zaken kun je beter vanuit een centraal punt eenduidig regelen.

Maar het gaat nu al veel beter dan vroeger

In het begin was de sfeer totaal verziekt, echt een wij-zij verhouding. Eigenlijk was er een broeiend wantrouwen tegen alles wat in Haarlem bedacht werd. In die tijd was het

spannend, de Bondsraad was spannend, de afstand tussen bond en regio’s was te groot. Er was altijd rumoer, altijd herrie in de Bondsraad. Waar je ook mee kwam, het werd afgeschoten, of in elk geval heel kritisch benaderd, al kan het ook aan de kwaliteit van de voorstellen gelegen hebDat maakte de vergaderingen niet bepaald aangenaam, je kwam niet met een

Je had nooit de neiging om tabé te

Die neiging had ik in het begin zeker, ja. Ik was niet gewend op die manier te werken. Het was ambtelijker, breedsprakig, breedvoerig. Ik was gewend van: jongens, zo gaan we het doen, kort maar krachtig door de bocht en niet teveel dralen. In de schaakbond ging dat niet zo; als elke stap drie keer wordt door gekauwd en dan nog een keer wordt over gekauwd en vervolgens wordt gezegd: we doen het toch maar niet, dat

Maar het was ook een leerproces

Wat je eruit leerde was dat je veel beter en met respect met elkaar moest omgaan. We zijn begonnen met bijna elke vergadering in het land te bezoeken door iemand van het dagelijks bestuur, onder het motto: het contact tussen bestuur en regio’s moet veel intensiever, er moet veel beter gecommuniceerd worden. Dat gebeurde te weinig. Nu is het verbeterd, al heb ik liever dat de regio’s dat zeggen.

Zeggen ze dan niet dat het beter gaat? Nee… nou, je merkt het wel aan Bondsraadvergaderingen. Die verlopen gewoon veel beter. Er is nu vertrouwen in elkaar. En het resultaat merk je. Ik wil ons niet op de borst kloppen, maar we hebben een uitstekend bestuur gekregen en een goede directeur. Mijn rol hier is overigens niet zo vooraanstaand geweest.

Maar ja, de kern van het bestuur vertrekt… Ja, het is een zorg dat zoveel bestuurders die er al zo lang zitten en de kern van het huidige bestuur vormen, allemaal weg gaan. Penningmeester Michiel Bosman moet volgend jaar weg en voorzitter Eddy Schuyer ook bijna. En hij wil het wat rustiger aan doen, al zit dat niet in zijn aard, en hij vindt het voorzitterschap toch wel leuk.

Maar de bestuurlijke continuïteit… De vraag is: hoe verder? Je moet wel kwaliteit in huis halen. Met name ook omdat de financiële situatie labiel is. Weliswaar zijn de financiën gezonder, maar we zitten nog

'Zoeken naar modellen om de jeugd te laten schaken’ (Foto: Janni Hagoort)

steeds op de grens van gezond-ongezond. We hebben tot nu toe de kaasschaaf kunnen hanteren, maar het is de vraag of dat nog veel langer kan.

Tom Poes… verzin een list

We hebben natuurlijk in de loop van de tijd gezegd: we moeten op een andere manier opereren, nieuwe wegen bewandelen. Daar was best wat oppositie tegen. Maar we hebben bijvoorbeeld internetschaken doorgezet. Met name de regio’s en de verenigingen waren daar niet blij mee, die zeiden: die mensen moeten bij de verenigingen zitten en niet thuis schaken.

Begrijpelijk

Vind ik ook. Maar als de mensen niet komen… Overigens geeft het NOC*NSF subsidie op basis van het aantal leden. Als mensen een jaarcontributie aan de bond betalen mag je ze opgeven als lid. Zo blijft het ledental gelijk, alleen lopen de inkomsten wel terug, omdat de contributie van internetleden lager is.

En hoe zit het met het aantal ‘zwarte’ leden, loopt dat ook terug? Voor mijn afscheid mag ik dat geloof ik best zeggen: dat is een nagel aan mijn doodskist. Soms denken verenigingen: iemand die weinig geld heeft moet binnen kunnen lopen, wat heeft ie nou met de bond te maken? Vanuit zo’n vereniging gedacht kan ik me dat wel voorstellen, zij krijgen hun geld, maar de bond niet. Maar als je breder denkt, aan het steunen van de bond, van de hele schaaksport, moet je dat als vereniging niet doen, dan doe je de mensen tekort die wel lid zijn. En waar praat je over, een halve bak koffie per week.

Waarom zien de verenigingen dat niet? Het argument is vaak: wat krijgen de schakers voor hun contributie? Dan zeg ik: de competitie, ondersteuning bij toernooien, het NK, alles met opleidingen, topschaak en jeugdschaak, Schaakmagazine, enzovoorts. Maar kennelijk zien de mensen dat onvoldoende.

De mensen zien in elk geval dat de schaakbond sterk inzet op de jeugd Ja. We zoeken naar modellen om de jeugd aan het schaken te krijgen. We hebben de leeftijd verjongd voor jeugdschaak, we beginnen al met 6 jaar. Dat is met name het opleiden op scholen. Chessity is daar een nieuw onderdeel van. Alleen moeten we afwachten hoe dat loopt, we zijn er pas mee begonnen.

En je wilt ze sterker maken

Ja, de achtergrond is ook: je krijgt subsidie als je presteert. En gelukkig hebben wij Anish Giri in de schoot geworpen gekregen en vervolgens goed begeleid en daardoor presteren we beter in de top en dat levert geld op bij het NOC*NSF. Wil je in de top mee kunnen dan moet je al jong beginnen. Als je op je 10e begint, haal je nooit meer de top. De spelers die de top halen zijn allemaal met een jaar of 5-6 begonnen. Je krijgt vaak te horen: ze stoppen toch als ze 12 zijn. Maar als ze eenmaal een hoger niveau hebben is er een grotere kans dat ze blijven schaken of weer terug komen als ze een jaar of 30 zijn.

Dat valt misschien niet mee, jongeren spelen computerspelletjes Tegenwoordig is het aanbod van digitale spelletjes op internet zo ruim, dat ze er allemaal RSI van krijgen of in elk geval verlamde duimen. Tja, in zekere zin concurreer je daar wel mee. Maar schaken is ontzettend goed voor kinderen; je incasseringsvermogen, planmatig inzicht, analytisch vermogen, voor kinderen heel nuttig. Maar ja, je moet

het wel zien. Helaas ziet het ministerie van VWS dat niet, daar zetten ze vooral in op veel bewegen.

Is de schaakwereld saaier geworden, minder aansprekend voor de jeugd? Saaier? Het is misschien minder bruisend dan vroeger. Toen had je wereldkampioen Max Euwe, de polemiek tussen Donner en Ree. Het schaken had een zeker aanzien in het verleden, als je schaakte dan was je slim, ja. Het had een zekere uitstraling. Ik denk dat dat nu wat minder is. Je krijgt ook heel moeilijk iets over het voetlicht in de pers.

Er is nu geen Bobby Fischer meer die het schaken stimuleerde…

Op zijn manier, ja. En ook Kortsjnoj, er waren in die tijd altijd incidenten. Het waren altijd wat wereldvreemde vogels, en die kwamen in de pers. Dat soort figuren heb je minder. Tegenwoordig zijn het keurig nette jongeren, zoals Magnus Carlsen. En Anish Giri is een goed beeldmerk voor het schaken, ook een keurig nette jongen. Het zijn geen jongens die heibel maken, problemen maken. Keurig getrouwd, Giri, het zijn gewone Nederlanders, die toevallig iets beter doen dan andere Nederlanders.

Maar er is nu niemand die de boel opnaait

De vraag is: als je zo’n wereldvreemde figuur hebt, hoe word je dan neergezet als schaaksport? Daar zit je ook niet op te wachten.

De schaaksport had anders wel baat bij Fischer

Ja, maar dat soort uithangborden hebben we niet meer. Wat dat betreft zou je kunnen zeggen: door gebrek aan incidenten is het wat saaier, gewoner geworden.

Je bent nu 70 en al sinds mensenheugenis voorzitter van SO Rotterdam, ga je A daar nu meer tijd in steken, of B in de kleinkinderen, C je huis in Frankrijk, of D de geraniums?

A, B en C krijgen meer tijd, de geraniums niet, ik heb geen groene vingers, en ik heb helemaal geen zin in geraniums. Ik ga naar ons huis in Frankrijk als het past. En ik ga vaak op reis met de camper. En ik ga volgend jaar de wereld rond eindigend in Nieuw Zeeland bij familie Daar tussendoor ben ik nog volop bezig, sport vrij veel, ga naar de sportschool, heb mijn schaakclub en de leiding over het eerste team, dus doe nog van alles. Maar bestuurlijk wordt het even rustiger.

'Uithangborden als Fischer hebben we niet meer’ (Foto: Janni Hagoort)

Chessity in de praktijk

In het voorjaar van 2014 werd ik benaderd door een basisschool die school schaken wilde organiseren. Voor ik er erg in had, had de school de belang stelling onder alle leerlingen vanaf groep 5 gepeild. Bijna 100 kinderen meldden zich aan. Maar hoe organiseer je schaaklessen voor zoveel kinderen? Ik vreesde bedolven te worden onder nakijkwerk. Zo begon mijn samen werking met Chessity.

Eerst even een kort uitstapje. Mijn zoon van 11 (groep 8) speelt het liefst Minecraft. Daar bouwt hij werelden met digitale blokken. Via Skype overlegt hij met zijn vrienden die online zijn en ook zijn playlist op Spotify is geheel op Minecraft afgestemd. Als ouder sta ik telkens weer voor een dilemma. Hoe beperk ik zijn computertijd, en hoe ‘verkeerd’ is al deze computertijd eigenlijk? Spelen op de computer is immers allang niet meer alleen tijd verdrij ven. Kijk naar het (basis)onderwijs. Daar digi taliseert het lesmateriaal in snel tempo. Kinderen worden gestimuleerd om zelfstandig te verkennen en te ontdekken – in een digitale leeromgeving.

Het was tijd voor een sprong in het diepe: schaaklessen via de computer. Schaken leren met Chessity. Zet kinderen achter een computer (of een iPad) en laat ze spelend leren met schaakpuzzels. Dat bleek aan te slaan. De loop van de toren leren de kinderen bijvoorbeeld door muntjes te rapen die over het bord verspreid liggen. Zijn ze nu wel écht aan het leren? Als je het aan de kinderen vraagt zijn ze aan het spelen.

Chessity als (school)schaakmethode, dat is wel even wennen. Want is het eigenlijk wel een methode? Nieuwe digitale leermiddelen veranderen de manier waarop kinderen leren

Chessity op scholen

De samenwerking met Chessity loopt nu enige maanden en richt zich op scholen. Het is goed te merken dat de scholen weer begonnen zijn, want de afgelopen tijd hebben zich 14 scholen aangemeld en begin september zijn in twee weken tijd een paar honderd accounts geactiveerd. De komende tijd worden workshops op scholen georganiseerd dus zullen nieuwe schoolschaakleden voorlopig blijven toestromen. Hoog tijd voor een verhaal uit de praktijk, opgetekend door een Chessity-gebruiker van het eerste uur.

ten doen, dat vinden ze zelf uit. Ik hoef nooit te corrigeren, want de computer geeft direct feedback als een puzzel niet wordt opgelost. Ik bespreek wel puzzels met kinderen als ze er niet uit komen en willen weten wat er fout gaat.

Als je kinderen loslaat op een computer, gebeuren er dingen die je als volwassene niet altijd kunt voorspellen. Zo heb ik een groep kinderen die steevast op Chessity tegen elkaar wil schaken – terwijl ze in het eerste deel van de les al tegen elkaar hebben gespeeld op een fysiek bord. Een andere groep heb ik accounts bij chess.com laten maken. Gewoon, omdat ze het geweldig vinden om tegen iemand uit China of Zuid-Afrika te spelen. Diezelfde groep was ik even kwijt zodra ze de chatfunctie hadden ontdekt. Toen we daarover eenmaal afspraken hadden gemaakt, ging het wel weer. En wat erg belangrijk blijkt te zijn: wie heeft de mooiste profielfoto? Foto’s van FC Barcelona, honden en paarden en vele andere passies komen voorbij.

Door de samenwerking tussen Chessity en de KNSB is een nieuwe vorm van schoolschaken ontstaan. De school kan nu ook zelf schoolschaken organiseren, zonder dat er (elke keer) een schaakleraar aanwezig is. Een praktische oplossing, omdat er simpelweg vaak geen schaakleraar voor beschikbaar is. Tenslotte: in ons digitale tijdperk zijn er enorm veel kinderen die het leuk vinden om te leren schaken. Schaken is bij uitstek een spel waarin je gemakkelijk overstapt van 2D (computer) naar spelen op een bord. Hoe mooi is dat?

Nieuwe Chessity-KNSBvrijwilligers gezocht

In mei van dit jaar is de schaakbond een samenwerking gestart met Chessity om op basisscholen via een online platform schaakles te gaan geven. Het schoolschaakproject loopt voorspoedig en daarom willen we een tweede groep van vrijwilligers werven.

De Chessity-KNSB-vrijwilliger werft scholen en begeleidt ze bij het gebruik van Chessity tijdens de schaaklessen. Een vrijwilliger bezoekt een school circa 4 keer per jaar.

Chessity introduceert het nieuwe leren in het schaken. Kinderen vinden zelf hun weg binnen de vele games en trainingsmethoden. Chessity kijkt zelf het werk na, geeft directe feedback tijdens de les, analyseert het gebruik door de individuele leerling en past zich hier op aan. Chessity is taalloos, platformonafhankelijk, het werkt met iedere besturingssysteem en hoeft niet geïnstalleerd te worden. Chessity en de KNSB zullen deze vrijwilligers actief begeleiden. Hiervoor worden een aantal train-de-trainer-sessies georganiseerd op een centrale plek in het land. Wie belangstelling heeft ChessityKNSB-vrijwilliger te worden, kan contact opnemen met het Bondsbureau van de KNSB: bondsbureau@schaakbond.nl of 023-5254025.

Zelfmat

Deze keer heb ik voor deze rubriek een aantal zelfmats geselecteerd. In een zelfmat dient het doel voor wit, namelijk om zwart te dwingen tot het matzetten van de witte koning in het gegeven aantal zetten, te worden gerealiseerd, waarbij de dwang al aangeeft dat zwart niet meewerkt.

Zelfmats behoren tot mijn meest favoriete problemen om op te lossen en ik zal er ook nog wel eens eentje componeren. Dat het genre op Eeltje Visserman (1922-1978), de grootste Nederlandse componist ooit, geen grote aantrekkingskracht heeft gehad, heeft me altijd enigszins verbaasd. In het oeuvre van Visserman is het aantal zelfmats relatief klein. Voor een aderlating op het kwalitatieve vlak echter geen vrees, ook in zijn wat mindere genres is zijn grootmeesterlijke hand te herkennen.

1. Eeltje Visserman

Eerste prijs British Chess Federation

nu 2. Pd4+! Pxe3 mat juist. Blokkering op d4. Als d4 gedekt wordt moet wit weer ontpennen: 1. .. c5 2. Pg5+! Pxe3 mat Een mooi kwartet varianten.

2. Frantisek J. Prokob

Narodni osvobozeni 1932

Dit meesterlijke werk (3) kreeg ik enkele jaren geleden op een oploswedstrijd voorgeschoteld. De loper zal op de een of andere manier ingezet moeten worden bij het mat. Na zowel 1. .. Ld7 als 1. .. Lf7 kan dit: 2. Pxe6+! Lxe6 3. Tb5+! cxb5 mat . Na 1. .. Lg6 gaat dat niet op, vanaf g6 lonkt echter veld c2, met penning van Tb3. Als de toren van d3 op de 1e zet naar boven gaat (d7?, d8?) staat de loper zelf na 2. Dc1+! Lc2 ook in een penning en dan kan zonder schaak: 3. Pb5! cxb5 mat

een van de zwarte paarden op c3 na en dat slaagt na 1.Td2! in de dreiging: 2. Tc2+! Kd3 3. Dd1+! Pd2 4. Tc3+! Pxc3 mat Het verraad weinig over hoe het moet na de slagzetten op h6. Dan lukt het niet met schaaks en na ontpenning van een paard (dreigt 3. Dc3+) kan zwart met 2. .. Pc3+! zelfs de rollen omdraaien.

Hoofdvarianten: 1. .. Txh6 2. Le6! gevolgd door 3. Lg4! en 4. Dc3+!, 1. .. gxh6 2. Tf4! gevolgd door 3. Tf7! en 4.Dc3+!

In beide varianten ontpent wit op de derde zet de paarden tegelijk! Dan is tegen 4. Dc3+! geen kruit gewassen! Dodelijke logica.

Zelfmat in twee

Als na 1. De3! (ZZ) het paard van f4 speelt zal zwart het schaak van de loper met Pxe5 mat beantwoorden. Door opening van de vierde rij is het dubbelschaak en wordt tevens d4 gedekt. Na 1. .. Pg5 is Pg4 ontpend en kan dus: 2. Pd5+! Pxe5 mat. Zwart ontpent, wit blokkeert op d5. Als zwart juist d5 dekt, moet wit het paard ontpennen: 1. .. Pf6/c6/e6 2. Pg6+! Pxe5 mat. Bij het beoogde Pxe3 mat is veld d5 geen probleem, nu is dekking van d4 een zorg. Na 1. .. Lxg7 is ontpenning van Pg4 weer een feit en omdat zwart een schaak van Le5 met Lxe5 beantwoordt, is

Zelfmat in drie

In veel zelfmats in drie of meer zetten is er in het spel weinig samenhang, de wens om meer composities met een bindend element zoals in de twee varianten in (2) te zien is daarom logisch. Na 1. Pf3! kan 1. .. gxf4 2. Le3! fxe3 3. Pe1! e2 mat of 1. .. g4 2. Ke1! gxf3 3. Lf1! f2 mat. Twee keer hetzelfde fraaie mat van de pion ondersteund door de van functie verwisselende lopers. Geen toeval uiteraard. Mooi bedacht.

3. Leonid Kubbel

Eerste prijs Chess 1935

De beginzet van de toren zal naar d7 of d8 zijn, in beide gevallen werkt echter 1. .. Ld7 2. Pxe6+ niet meer, vanwege 2. .. Kd5!. Maar na 1 . Td8! Ld7 komt dit: 2. Dd4+! Kxd4 3. Kb4! c5 mat ! Met opnieuw penning van de loper en een stille laatste zet. Op de derde zet met de witte koning, los van de rand, op een zwart veld gaan staan, en het is geen schaak. Dat die laatste variant me destijds veel tijd kostte was misschien niet eens zo vreemd.

4. Klaus Wenda

Eerste prijs Schweizerische Schachzeitung 1978

Vóór de slagzet op h6 zijn deze voortzettingen overigens niet goed: 2. Le6? Tf8! 3. Lg4 Tf3! of 2. Tf4? Txh6! 3. Tf7 Th3!.

5. Mark Kirtley

Eerste prijs The Problemist 1986

Zelfmat in drie

Zelfmat in vier

Wit streeft in (4) een mat van

De pion op f4 in (5) heeft voor een mat op f2 met ondersteuning van de toren op de tweede rij maar twee zetjes nodig. De koning zal wel naar e1 moeten maar eerst moeten zwarte toren en koning onder controle gebracht: 1. Pb1+! Kb3 2. Dd1+ Tc2 3.Lc1! axb6 en dan verder 4. Ta1! b5 5. Th1! bxc4 5. Ke1 c3 7. Pg1 f3 8. Lf1 en zwart is gedwongen tot de enige legale zet: 8. .. f2 mat

Bij de opstelling van de witte stukken in de slotstand is f2 kennelijk een zwak punt.

Dolf
Zelfmat in acht

Mooie tweede plaats Jorden van Foreest

Baadur Jobava wint overtuigend

Het Hogeschool Zeeland Toernooi in Vlissingen speelt al jarenlang een prominente rol in het vaderlandse zomercircuit van open toernooien. De toernooiformule is helder: rijp en groen, jong en oud, wereldtopper en zwakke clubschaker, alles zit bij elkaar in één grote groep van 150 deelnemers.

Vlissingen is duidelijk sterker bezet dan Dieren, met vier grootmeesters uit de 2600+ categorie. Bekendste namen: Baadur Jobava en Loek van Wely. Voor Van Wely werd het een toernooi om snel te vergeten. Hij kwam niet verder dan 6 uit 9 en leverde een berg ratingpunten in. In de laatste ronde verloor hij van Hugo ten Hertog, zo’n jonge, sterke subtopper (rating 2383) die zomaar van een grootmeester kan winnen. Net toen Van Wely enige grip op de stelling leek te krijgen verdronk hij in de chaos die Ten Hertog op het bord toverde.

Van Wely – Ten Hertog, negende ronde

35.Pxe4

Wit moet er een stuk tegenaan gooien, ook na 35.Txd2 is 35…e3+! heel vervelend.

35…Lxe4 36.Txd2 Pxd2 37.Lxa6 Ld5 38.Ld3 Pe4+ 39.Lxe4 Lxe4

40.g4?!

Wit offert een pion om zijn koning in het spel te kunnen brengen, maar dit pakt averechts uit.

40…Pxh4 41.b5 g5! 42.Kg3 Pg2!

Jobava het heel zwaar had.

Erwich-Jobava, vijfde ronde

Pionnetje meer, even consolideren en klaar, zo gaat het vaak in partijen met grootmeesters, maar zo makkelijk is het nu niet. Ook na 33.Le2 Pf5 34.Tec3 Tfd8 35.Pe3 Td2 36.Pc4 Txe2+! 37.Kxe2 Pxg3+ blijft het hoogst onoverzichtelijk, bijvoorbeeld 38.Kf2 Ph1+ 39.Kg2 e3! en het kan nog alle kanten op. 33.Pc3?! Pf5 34.Te2

Evenmin aantrekkelijk is het kwaliteitsoffer 34.Txe4 Lxe4 35.Pxe4 Pd2! 34…Td2!

Veel sterker dan 34…e3+ 35.Txe3 Pxe3 36.Kxe3. Zwart dreigt nu met e4-e3 een verschrikkelijk schaak uit te delen.

43.Pxg5

Wanhoop. Na 43.fxg5 volgt 43… Tf3+! 44.Kh2 Pe3! en zwart wint in de aanval.

43…hxg5 44.Txg5+ Kf7 en de zwarte stukken konden de witte vrijpionnen makkelijk in bedwang houden, 0-1 na 64 zetten.

Baadur Jobava had een rating van ruim boven de 2700, maar tegen de echte wereldtop bleek hij niet opgewassen. Maar in Vlissingen was hij weer bij de les. Geen creatieve en originele invallen deze keer, hij beperkte zich tot degelijk en gezond spel. Met groot succes: met zeven overwinningen en twee remises werd hij ongedeeld eerste. Jobava speelde zelfs zo degelijk dat het vrijwel onmogelijk is een leuke partij van hem te laten zien! Daarom een fragment uit zijn ontmoeting met Frank Erwich, nog zo’n Nederlandse subtopper die voor iedereen gevaarlijk kan zijn. Dit was de enige partij waarin

aanbod moest accepteren. Ongedeeld tweede werd Jorden van Foreest. In de vijfde ronde verloor hij van Van Wely, maar een tussensprintje van 2½ uit 3 bracht het supertalent weer in de top van het klassement. Een curieuze overwinning in de slotronde op zijn voormalige trainer Sipke Ernst was daarna voldoende voor de tweede plek.

Ernst-Van Foreest, negende ronde

De zwarte koningsvleugel ligt er een beetje verlaten bij en wits volgende zet is dan ook volkomen logisch.

18.Lxh6! Lxe5

Want 18…gxh6 19.Dxh6 Lxe5 20. dxe5 Dxe5 21.Te1 Dd4 22.Te3! (maar niet 22.Tad1? Dxf2+! 23.Kxf2 Pg4+) is onspeelbaar voor zwart.

19.dxe5 Dxe5 20.Le3 b6 21.Ld4 Dh5 22.Dxh5 Pxh5

Met twee lopers in een open stelling staat wit nu duidelijk beter.

23.Le5 Pd5 24.Pxd5 Lxd5 25. La4 Tfd8 26.Td2 f6 27.Ld1

Doet afstand van het loperpaar, maar ruïneert de zwarte pionnenstructuur.

27…fxe5 28.Lxh5 Kf8 29.Te1

Ke7 30.Tde2 a5 31.Txe5

Met een gezonde pluspion voor wit. 31…Tc2 32.Lg4 Td6 33.T5e2 Txe2 34.Txe2 Lb3 35.h4 b5 36.Kh2 Lc4 37.Tc2

Wit breekt beslissend door op de damevleugel, maar zwart slaat terug op de koningsvleugel.

39…Le3!

Met als idee 40.fxe3 Dh3! en wit gaat mat. 40.g4?? en wit gaf meteen op zonder 40…Txf2 af te wachten. In plaats van de paniekzet 40. g4?? beschikte wit over het verrassende 40.Lxd4!! Na 40…Lxd4 heeft wit - behalve 41.Txd4ook het spectaculaire 41.e3!

Hier maakte Erwich zijn enige fout in een voorbeeldig gespeelde partij: hij stelde remise voor. Jobava wist niet hoe snel hij dit

Op 41…Dh3 volgt 42.De4! en na 41…Lb6 heeft wit 42.b8D! Ook na 41…Lxe3 42.Dxe3 Dxc4 43. Dxe5+ f6 44.De7+ Df7 45.Dd6! doet wit nog volop mee.

SCHAAKTECHNIEK

Begrijp wat u doet

De Engelse opening (deel

De Engelse opening mag zich de laatste jaren verheugen in een toenemende belangstelling onder de topspelers. Als de wereldkampioen het gaat spelen, volgen er snel meer. Onze wereldkampioenskandidaat Anish Giri brengt ook regelmatig het Engels op het bord.

1.

De beginzet van de Engelse opening. Uiteraard kan het spel altijd nog terecht komen in een andere opening, maar de laatste jaren zien we in de wereldtop dat zwart met 1... e5 kiest voor het Siciliaans met verwisselde kleuren. Dat lijkt eigenlijk vreemd omdat het Siciliaans met zwart tegen 1. e4 een goede reputatie heeft. Dat het met een tempo meer dan nog beter zou zijn, blijkt niet waar te zijn. Sterker nog: als zwart niet te veel wil, kan hij vaak een vrij comfortabele stelling krijgen. Ook mogelijk is het symmetrisch Engels met 1... c5 Omdat dit zo afwijkend is van de varianten na ... e5 nemen we dit systeem apart in de volgende aflevering.

Een zelfstandige betekenis heeft de opbouw met 1... Pf6 2. Pc3. En nu zijn er twee varianten:

A) De Grünfeldmethode met 2... d5 is niet onbelangrijk. 3. cxd5 Pxd5. Wit kan ook overgaan naar een soort Grünfeldstelling met 4. e4 of 4. g3.

B) 2... e6 3. e4 (zie analysediagram)

1)

rijkste doelstelling is om de ontwikkeling van Pg8 uit te stellen om eerst ... f7-f5 te spelen (zoals in het Hollands). Dat kan soms meteen of na voorbereidende zetten als ... g7-g6 en ... Lf8-g7.

A1) Een directe poging om in het voordeel te komen is 3. Pf3 f5 4. d4 e4 waarna het meestal verder gaat 5. Pg5 Pf6 6. e3 h6 7. Ph3 g5 In een partij KortschnojNikolic, 1997 kwam zwart in het voordeel en dat buitte hij fraai uit.

de koningsvleugel met twee type acties:

- De opmars met ... f7-f5 om ooit tot ... f4 te komen; soms acties met … h7-h5. - of met ... c7-c6, gevolgd door …. d6-d5.

3. Pf3 Pc6

Dit leidt tot twee principiële varianten:

B1) 3... c5 is de inleiding tot een pionoffer van wit waar hij enorme compensatie voor krijgt. 4. e5 Pg8 5. Pf3 Pc6 6. d4 cxd4 7. Pxd4 Pxe5 8. Pdb5 f6 9. Le3 a6 10. Pd6+ Lxd6 11. Dxd6 Pe7 12. Lb6 Pf5 13. Dc5, bekend uit een oude, maar zeer leerzame partij Kasparov-Beliavsky, 1991. Zwart heeft een pion verdiend, maar de prijs die hij ervoor betaalt is dat hij veld d6 (én zijn zwartveldige loper) heeft moeten inleveren.

B2) 3... d5 4. e5 d4 5. exf6 dxc3 6. bxc3 Dxf6

Dit is een stelling die de laatste jaren in onderzoek is. De normale zet is 7. d4 maar tegenwoordig wordt vaak 7. Pf3 e5 gespeeld en d2-d4 een tijdje uitgesteld met 8. Ld3!? zoals in Aronian-Naiditsch, 2013.

2. Pc3 Pf6

A) Ook mogelijk is 2... Pc6 en als zwart kiest voor deze volgorde, heeft hij meestal een ander idee in petto dan om in te gaan op het vierpaardenspel. De belang-

A2) 3. g3 Wit zet, analoog aan het Gesloten Siciliaans met verwisselde kleuren, zijn loper op de lange diagonaal en houdt in het midden welke opstelling hij gaat innemen. Uiteraard is ook hier 3... f5 weer een idee om na 4. Lg2 Pf6 te spelen. Meer gespeeld wordt 3... g6 4. Lg2 Lg7. Na de meest gespeelde zet 5. e3 volgt 5... d6 6. Pge2 Le6 7. d3 Dd7

en nu kan de strijd gaan beginnen. Wit speelt in principe op de damevleugel of in het centrum. Wit wil graag met Ta1-b1, b2-b4-b5 ruimte creëren op de damevleugel, vooral om de diagonaal van zijn loper op g2 te verlengen. In dit geval moet hij die loper dus niet laten ruilen! Maar als hij zijn pionnen op wit plaatst (met e3-e4) is de ruil van die loper juist wel weer goed. Hier zien we een mooi voorbeeld van planmatig schaak: het gaat erom goed te bepalen wat je wilt. Zwart zoekt zijn heil op

Het vierpaardenspel waarin wit een paar keuzes heeft.

4. g3

Het meest populair is de ‘versnelde Draak’ in de voorhand.

A) Met 4. e3 maakt wit er een soort Taimanov van. 4… Lb4 5. Dc2 Wit wil de dubbelpion op c3 vermijden, maar hij verliest daarmee tijd. Zwart heeft twee mogelijkheden:

A1) 5... 0-0 was in de ’80’er jaren in zwang. En daar had de Britse GM Raymond Keene een prachtig idee op bedacht: 6. Pd5 Te8 7. Df5!? Een krankzinnige zet om verzwakkingen in het zwarte kamp af te dwingen. Zie dit artikeltje: schaaksite.nl/page.php?al=gespot34-afscheid-van-pure-schoonheid

A2) 5... Lxc3!? Het idee achter deze vrijwillige ruil is dat na 6. Dxc3 De7 de witte dame geëxponeerd staat. Daar profiteert zwart van met 7. a3 d5 8. cxd5 Pxd5 9. Db3 Pb6 10. d3 0-0 11. Le2 a5 en zwart staat zeer comfortabel.

B) Een oud systeem, niet zonder gevaar voor zwart, is 4. d4

exd4 5. Pxd4 Lb4 6. Lg5.

C) Onder het motto: Siciliaans met een tempo meer kan nooit slecht zijn, wordt hier ook 4. a3 gespeeld.

4... d5

A) Niet onbelangrijk is 4... Lb4 dat op het repertoire van de toenmalige wereldkampioen Karpov stond. 5. Lg2 0-0 Er zijn hiermee tenminste drie belangwekkende partijen tegen Kasparov in 1987.

B) Recentelijk is 4... Lc5 populair. 5. Lg2 d6 6. 0-0 0-0 7. d3 Zwart beoogt om zijn zwartveldige loper (na ... a6) op te bergen op a7. Vervolgens treft hij voorbereidingen om een vuist te maken op de koningsvleugel. Dat kan mogelijk met een keer ... f7-f5-f4, maar ook door het paard van c6 via e7 om te spelen naar de koningsvleugel. Een mooi voorbeeld hiervan is de rapidpartij CvitanFedorchuk, 2013.

5. cxd5 Pxd5 6. Lg2 Pb6

8. d3

De meest natuurlijke zet. Wit maakt zich op om zijn spel te richten op veld c5. Dat kan bijvoorbeeld door Lc1-e3, Ta1-c1, Pc3-e4 en dan staat hij klaar om een stuk naar c5 te spelen. Een interessant idee is nu 8. Tb1 bedacht door GM Julian Hodgson. Wit dreigt onmiddellijk b2-b4 te spelen, omdat pion e5 onder omstandigheden gaat hangen.

Zelfstandige betekenis heeft de variant na 8. a3 0-0 9. b4 Le6 en dan nu 10. Tb1 (Hiermee staat wit wel klaar voor b4-b5) 10... f6 11. d3 a5 (Zwart tast nu de witte damevleugel aan, de meest populaire speelwijze) 12. b5 Pd4 13. Pd2 (Overigens is het oppassen geblazen want 13... Pd5?? is een bekende tactische blunder hier, zie analysediagram:

Dit is het gangbare idee in deze stelling. Wit maakt zich opnieuw op om een stuk op veld c5 te posteren. Daarmee kan hij over de halfopen c-lijn druk gaan uitoefenen. Als het paard op c6 verjaagd is, gaat voor wit de bevrijdende opmars met d3-d4 tot de mogelijkheden horen.

9... Le6 10. Tc1

De basisstelling waarbij wit als het ware met zwart zit te spelen. Je zou zeggen dat een extra tempo verschil kan uitmaken, maar dat blijkt mee te vallen. Wel moeten zwartspelers niet al te ambitieus worden (niet te vroeg … f7-f5 bijvoorbeeld). Zwart moet overigens het paard van d5 om twee redenen terugtrekken. Er dreigde Pxe5 en ook d2-d4 moet verhinderd worden. Dat laatste is een belangrijk thema. Als wit (zonder slag of stoot) tot die zet kan komen, heeft zwart een probleem.

7. 0-0 Le7

Ziet u hoe wit nu kan winnen? 14. Lxd5! deze opmerkelijke ruil is door veel mensen niet opgemerkt. 14... Lxd5 15. e3 en wit wint een stuk!) 13... Dc8 14. e3 Pf5 15. Dc2 Td8 16. Lb2 a4 (In Van Wely-Tiviakov, 2006 won zwart later met 16... Ph6) Nu is de belangrijke partij CarlsenKramnik, 2009 (met analyse en instructieve uitleg van Carlsen zelf) ontstaan.

10... f6

Hiermee versterkt zwart zijn centrum, zodat hij de handen vrij krijgt om zijn stukken te spelen. Zijn belangrijkste plan is om de kracht van Lg2 in te perken. Ook moet hij zich verdedigen tegen operaties van wit die voornamelijk over de c-lijn zullen plaatsvinden. Op de lange termijn kan hij met ... f6-f5 en dan mogelijk met ... f5-f4 of met ... e5-e4 proberen op aanval te spelen of het initiatief te grijpen.

11. a3 Pd4 12. Lxd4

Een alternatief is 12. Pe4 maar na 12... Lb3 13. Dd2 Pxf3+ 14. Lxf3 Ld5 had zwart in IvanchukKramnik, 2009 het grootste deel van zijn problemen overwonnen.

12... exd4 13. Pe4

Deze zet kwam op het bord in

twee partijen van Movsesian die hij won. De eerste, een rapidpartij tegen Cheparinov, de tweede in een partij met het klassieke tempo tegen Cernousek, allebei in 2013.

Belangrijkste illustratieve partijen:

• Kasparov-Beliavsky, 1991.

• Aronian-Naiditsch, 2013.

• Kortschnoj-Nikolic, 1997.

• Kasparov-Karpov, 1987 (3x)

• Cvitan-Fedorchuk, 2013.

• Kasparov-Timman 2001.

• Serper- Kortschnoj, 1993.

• Agrest-Georgiev, 2003.

• Pevzner-Schwarzman, 1993.

• Gashimov-Gelfand, 2011.

• Gabriel-Georgiev, 1995.

• Janssen-Tiviakov, 1997.

• Van Hoolandt-Cheparinov, 2004.

• Wely-Tiviakov, 2006.

• Carlsen-Kramnik, 2009.

• M. Gurevich-Shirov, 2000.

• Khasin-Smirin, 1997.

• Ivanchuk-Kramnik, 2009.

• Movsesian-Cheparinov, 2013.

• Movsesian- Cernousek, 2013.

Geraadpleegde bronnen:

- Megadatabase van Chessbase

Eerdere afleveringen van deze rubriek, waarbij u de illustratieve partijen interactief kunt naspelen en downloaden, treft u aan op http://schaaksite.nl/list. php?c=training.

Reageren? Stuur een e-mail naar hgrooten@xs4all.nl

Onvoorspelbaarheid troef in Meesterklasse

Favoriet En Passant won in de eerste ronde van de KNSB-competitie van landskampioen Charlois Europoort. Strijd meteen gestreden? Nee, er is een rijtje ploegen die op gemiddelde rating niet heel ver achter En Passant staan en de Bunschoters op een goede dag kunnen verrassen. Dat gebeurde vorig seizoen ook. De ploeg uit het vissersdorp liep de derde landstitel op rij mis door nederlagen tegen LSG en Utrecht. Bovendien zijn de papieren opstellingen bedrieglijk. Al in de eerste ronde werden vier grootmeesterlijke konijnen uit de hoge hoed getoverd.

Onbekende Hongaar

De transfermarkt leverde niet heel veel bijzonders op. Meest opmerkelijk was de overgang van Loek van Wely van Charlois Europoort naar Kennemer Combinatie. De landskampioen leek daarmee direct favoriet-af en de ploeg uit Haarlem/Bloemendaal, gepromoveerd uit de eerste klasse, werd opeens een stevige subtopper. Met Wouter Spoelman en David Klein kwam het aantal grootmeesters op drie, alleen En Passant heeft er meer. Andere opvallende transfer was die van Dimitri Reinderman van En Passant naar Pathena Rotterdam. De Bunschoters kregen er Roeland Pruijssers voor terug. Hij speelde jarenlang voor Apeldoorn, maar wilde toch weer in de Meesterklasse spelen. In de eerste ronde moest En Passant het zonder Zhaoqin Peng stellen, die als begeleider mee was naar het Europees jeugdkampioenschap in Kroatië. Teamleider Guido de Romph bestudeert in de zomer altijd de opstellingen van de Duitse competitie en kijkt wie van de actieve spelers niet in Nederland spelen. Daar

verleden voor HMC Calder, Esgoo en BSG speelde en vrijwel nooit verloor. Hij werd binnengehaald voor een paar invalbeurten, deze keer dus voor Peng. Berelowitsch versloeg Michel de Wit. Tegenstander Charlois Europoort had een grotere verrassing: Imre Hera aan bord één. In tegenstelling tot Berelowitsch is die in Nederland nagenoeg onbekend. Hera is de nummer tien van Hongarije. Teamleider Valery Maes van Charlois had hem 1,5 week voor het begin van de competitie ontmoet bij een toernooi in Dortmund en dat was net op tijd om hem bij de KNSB aan te melden als lid. Tegenstander Erwin l’Ami had zijn naam wel eens gezien maar wist verder niets van Hera. De partij eindigde in remise. De wedstrijd eindigde in een overwinning van 5,5-4,5 voor En Passant.

Dertien Belgen

BSG, vorig jaar verrassend nummer twee, miste in de openingswedstrijd tegen Het Witte Paard uit Sas van Gent Robin van Kampen en Li Riemersma. Dat scheelt. Maar

ook de Bussumers hadden een verrassing, ze stelden de in Nederland wonende Australische grootmeester David Smerdon op. Hij versloeg Steven Geirnaert, waarvoor hij moest matzetten met loper en paard. Dat kan bijna iedere grootmeester, maar bijzonder was dat Smerdon bij die matvoering niet meer dan een seconde per zet gebruikte. Waarschijnlijk oefent hij dit vaak voor snelschaaktoernooien. Je zult het maar binnen een minuut moeten doen.

Ook Pathena Rotterdam had tegen SISSA een grootmeesterlijke invaller: Vitaly Kunin. Die was wel bekend van voorgaande seizoenen. Teamleider Arthur Rongen deed in zijn verslag op Schaaksite zijn beklag over het onrecht dat zijn ploeg was aangedaan. Vijf teamleden waren bij het Europees jeugdkampioenschap, als speler of begeleider. Slechts twee daarvan mochten tegen SISSA vooruit spelen, hij had dus drie invallers nodig. Daarmee was zijn ploeg benadeeld, schreef Rongen. Wat de teamleider er niet bij schreef, was dat die drie invallers gemiddeld per persoon 190 Elopunten meer hadden dan de uitvallers. Hoe dan ook zat de nederlaag met 3,5-6,5 hem natuurlijk niet lekker. SISSA lijkt voor En Passant een van de belangrijkste concurrenten.

Voor wie nu denkt dat de Nederlandse competitie wordt overspoeld door buitenlanders: nee, dat valt reuze mee. In de vaste opstellingen staan 79 Nederlanders en 21 buitenlanders. Menigeen zal nu aan Duitsland denken, maar nee. Zes Duitsers en dertien Belgen, waarvan zeven bij HWP Sas van Gent en vijf bij Charlois Europoort. De dertiende Belg is Geert van der Stricht bij HMC Calder.

Groot Elo-verschil

Gedoodverfde favorieten, dat durven we sinds vorig seizoen bijna niet meer te zeggen. In de eerste klasse zien we ze nog wel. Ratings zeggen niet alles, maar in 1A heeft Groninger Combinatie gemiddeld per bord 100 punten meer dan Wageningen (met Jan Timman) en Zukertort Amstelveen. De ploeg met drie grootmeesters begon met een overwinning van 7,5-2,5 op ASV uit Arnhem. In 1B won eFXO Apeldoorn met 9-1 van DD. De Apeldoorners moesten vorig seizoen de promotie naar de Meesterklasse aan Het Witte Paard laten, maar zijn nu direct topfavoriet. De ploeg heeft gemiddeld zestig punten meer dan Voerendaal en De Stukkenjagers. Maar natuurlijk, alles is mogelijk.

Johan
Manuel Bosboom won namens En Passant van Julian van Overdam van Charlois Europoort

De Lotto draagt 43 miljoen af aan NOC*NSF

Namens NOC*NSF heeft voorzitter André Bolhuis uit handen van ambassadeur van De Lotto Pieter van den Hoogenband een cheque van 42,7 miljoen euro symbolisch overhandigd gekregen voor de sport. De overhandiging vond plaats op Papendal, het hart van de Nederlandse sportwereld.

Het totale resultaat van De Lotto in 2014 was 59 miljoen euro. Daarvan gaat bijna 43 miljoen naar NOC*NSF. De Lotto draagt na aftrek van prijzengeld en kosten, 100% van haar resultaat af aan de Nederlandse samenleving. Ruim 70% is bestemd voor NOC*NSF, de rest gaat naar 18 goede doelen op het gebied van cultuur, gezondheid en welzijn. De 76 sportbonden die aangesloten zijn bij NOC*NSF krijgen uit de afdracht aan NOC*NSF een bijdrage. Zo kan elke sportbond van groot tot klein al jaren rekenen op een structurele bijdrage van De Lotto. Bijdragen die van groot belang zijn voor de top- en breedtesport. Ook kleine en commercieel minder aantrekkelijke sporten en sporters worden hiermee ondersteund.

Pieter van den Hoogenband, ambassadeur van De Lotto: ”De Lotto is voor de Nederlandse sport van onschatbare waarde. Dat geldt zowel voor de top- als voor de breedtesport. Ik heb daar ook van geprofiteerd in mijn sportcarrière: sportaccommodaties, trainingskampen, wedstrijden, alles kost geld. Door de afdracht van De Lotto zijn deze faciliteiten beschikbaar. “

André Bolhuis, voorzitter NOC*NSF: “Voor de sport in Nederland is De Lotto van levensbelang. Zonder de financiële bijdrage van De Lotto wordt de dagelijkse sport voor

iedereen erg duur en verdwijnt Nederland uit de internationale top 10.”

De Koninklijke Nederlandse Schaakbond ontving vorig jaar ruim 305.000 euro Lottosubsidie. “De jaarlijkse bijdrage van De Lotto is essentieel voor de schaaksport in Nederland”, aldus directeur Mark van der Werf van de KNSB. “Wij gebruiken het voor breedteschaak, opleidingen en topschaak en hebben de subsidie hard nodig om onze activiteiten te kunnen blijven uitvoeren en waar nodig te verbeteren of uit te breiden.”

De Lotto. Voor sport en maatschappij.

De Lotto werd ruim 50 jaar geleden opgericht door sporters om middels het organiseren van kansspelen geld te genereren voor de Nederlandse sport. Na aftrek van prijzengeld en kosten draagt De Lotto 100% van haar resultaat af aan de Nederlandse samenleving, waarvan zo’n driekwart gaat naar sportkoepel NOC*NSF, die dit bedrag op haar beurt verdeelt onder de 76 aangesloten sportbonden. Sinds de oprichting heeft De Lotto al 1,5 miljard euro afgedragen aan NOC*NSF. Het overige deel wordt aan 18 goede doelen op het gebied van cultuur, gezondheid en welzijn, zoals het Prins Bernard Cultuurfonds, de Hartstichting en het Oranje Fonds afgedragen. Met de pro-

Pieter van den

van De Lotto, en marketing directeur Arno de Jong van De Lotto overhandigen voorzitter André Bolhuis van NOC*NSF symbolisch een cheque van 42,7 miljoen euro

ducten van De Lotto kun je veel geld winnen èn wint de sport altijd. Dat is WinWin! www.delotto.nl

NOC*NSF

NOC*NSF is van en voor de sport in Nederland en is als Olympisch comité verantwoordelijk voor de uitzending van Nederlandse Olympische en Paralympische teams. NOC*NSF plaatst de sport in een maatschappelijke context. Het doel is te zorgen dat echt iedereen doet aan, geniet van, en wint door sport. Door optimale sportomstandigheden te genereren voor iedereen in Nederland, via de strategie van meedoen en winnen. Winnen betekent excelleren in sport, medailles halen, maar ook onderzoek doen, mensen stimuleren iedere dag een beetje beter te worden, sport inzetten om obesitas tegen te gaan, Nederland veiliger en socialer maken. We winnen veel met sport. www.nocnsf.nl

Hoogenband, ambassadeur

Cursusagenda

Hieronder treft u een overzicht aan, van de kadercursussen die bij de KNSB zijn aangevraagd.

Uitgebreide informatie over alle opleidingen van de KNSB is te vinden op www.schaakbond.nl/opleidingen. Hier staan de meest

actuele gegevens en de data van de cursussen. Het overzicht wordt regelmatig aangevuld. U kunt ook contact opnemen met Sacha Schiermeier van het Bondsbureau van de KNSB tel. 023 - 525 4025 e-mail: sschiermeier@schaakbond.nl

De cursussen kunnen van start gaan bij een minimale bezetting van 8 cursisten.

Startdatum Cursus

20 oktober Scheidsrechter A

November Schaaktrainer 2

November Schaaktrainer 1

Januari 2016 Schaaktrainer 2

Plaats

Leusden

Arnhem

Maarssen

Amsterdam

Januari 2016 Schaaktrainer 2 Roosendaal/Breda

Februari 2016 Indelingsdeskundige A Landgraaf Februari 2016 Scheidsrechter A/Indelingsdeskundige A Zundert

Februari 2016 Schaaktrainer 1

OPLOSSINGEN

De lezer aan zet

11.Pg5

Geen punten voor andere zetten. Wanneer zwart gewoon kort mag rokeren dan staat hij prima. Toch is het niet makkelijk om deze verplichtende zet te spelen. Wit moet de paarduitval op zet 12 hier ook al zien. 11...Pe5

Dit lijkt de juiste reactie. Zwart verhindert 12.Pf7 en dreigt nu met 12...h6 het witte paard terug te jagen.

Het passieve 11...Pd8 wordt beantwoord met 12.Dg4 h6 13. Ph3 en wit staat wat beter. 11... h6 12.Pf7 Tf8 (12...Th7 13.Pb5! Pc8 14.Dg4 P6e7 15.e5 Dxb5 16.Pxd6+ Pxd6 17.exd6 is een mijnenveld voor zwart. Hij leeft nog na 17...Dd7! 18.dxe7 Dd4+ 19.Dxd4 Lxd4+ 20.Kh1 Kxe7) 13.Pxh6 Txf1+ 14.Dxf1 0–0–0 en wit staat een pion voor, maar dankzij zijn ontwikkelingsvoorsprong heeft zwart enige compensatie. 12.Pb5

De eerste nieuwe zet en het is een echte krachtzet - wit plaatst het paard op een veld waar het gewoon genomen kan worden. Het zou me niet verbazen wanneer Nisipeanu dit nog voorbereid had. Er dreigt nu 13. Pxe6, en dat is de zet die ook volgt op 12...Dxb5.

- 12.a3 h6 13.Ph3 Narciso Dublan-Beltran, St Cugat 1993, en nu ziet 13...0–0–0 er prima uit voor zwart. - 12.Lf4 P7c6 13.Dd2 0–0 en zwart stond wat beter in Todorov-Filev, Plovdiv 2008. 12...Dxb5

Het probleem is dat op 12...0–0–0 wit een andere dreiging in de stelling kan uitbuiten: 13.

Zundert

Herstel

De foto van Max Warmerdam op pagina 3 en 20 in Schaakmagazine van augustus is niet van Frans Peeters, zoals gemeld, maar van Zhaoqin Peng.

d4! Dxb5 (13...cxd4 14.Pxd4 en e6 gaat verloren.) 14.dxe5 Lxe5 (14...dxe5 15.Dg4 is ook heel slecht voor zwart.) 15.Pf7 en wit wint de kwaliteit.

13.Pxe6

Een dubbele aanval: er dreigt 14.Pc7+ en 14.Pxg7+. Bovendien mag zwart niet rokeren zodat zijn koning in het midden blijft. Nisipeanu heeft goed ingeschat dat het paard op g7 niet gevangen raakt, maar een belangrijk aandeel krijgt in de aanval op de zwarte koning.

13...Kd7 14.Pxg7 h5 De meest ambitieuze zet. So probeert het paard te vangen (hij verhindert Lh6). Maar hij verliest hiermee een zet om zijn laatste toren bij het spel te betrekken waardoor de witte aanval te sterk wordt. 14...Taf8 was daarom beter. Wit kan verder gaan met 15.Lh6 (maar ook met 15.a4 Db6 16.a5 als in de partij.). Het directe 14...Thg8 is goed voor wit na 15.a4 Db6 (15...Dc6 16.Lh6) 16.a5 Db5 17.c4 Dc6 18.Lh6 en wit staat gewonnen. Hij heeft een pion meer, en het paard op

g7 is onkwetsbaar en doet mee in de aanval op de zwarte koning.

15.a4

Dit is de beste zet, maar u krijgt 4 punten voor goede zetten als 15.Tf6 en 15.c4 15...Db6

Of 15...Da5 16.c3! Tag8 17.d4 cxd4 18.cxd4 en wit wint in alle varianten: 18...Pg4 (18...P5c6 19.Pe6! Kxe6 20.d5+) 19.h3 Ph6 20.b4 Dxb4 (20...Db6 21.a5 Db5 22.d5! Txg7 23.Lb2 Tgg8 24. Lxh8 Txh8 25.Dd4) 21.Lxh6 Txh6 22.Tb1.

Het is lastig te zien dat wit na 15...Dc6 sterk verder gaat met 16.Lf4 Tag8 17.d4! met als idee dat 17...cxd4 18.Dxd4 wint dankzij de penning! Hier (en in de variant na 15...Da5 16.c3!) maakt wit optimaal gebruik van de onveilige stand van de zwarte koning door de stelling te openen in het centrum. 16.a5

Het opjagen van de dame is weer het sterkst. Ook goed voor wit is 16.Tf6 (5 punten) 16…Pg4 17.a5 Dc6 18.Tf4 Tag8 (18...Pe5 19.c3!) 19.Txg4! hxg4

20.Dxg4+ Kc7 21.Pe6+.

16...Db5

Dezelfde motieven die we eerder gezien hebben keren nu terug in de alternatieve varianten: 16...Dd8 17.c3!; 16...Dc6 17.Lf4! en in beide gevallen volgt 18.d4 met grote kracht.

17.c4

En weer is het opjagen (en ruimte winnen) de beste manier van spelen.

17.Tf6 (5 punten) wint echter ook voor wit. Bijvoorbeeld 17... Pg8 (17...Pg4 18.c4 Dc6 19.Tf7 Pe5 20.Df1! Pxf7 21.Dxf7 Taf8 22.De6+ Kd8 23.Lg5 Dd7 24.a6! b6 25.Dd5!; 17...Thf8 18.Df1! Txf6 19.Dxf6 P7c6 20.De6+ Kc7 21.Pe8+) 18.c4 Dc6 19.Te6 Th7 20.Lf4 Txg7 21.Lxe5 Kxe6 22. Lxg7 Pittige varianten om te berekenen!

17...Dc6

18.b4

Een mooie ‘romantische’ zet, maar niet de beste!

Het sterkst is 18.Lf4! (13 punten) met als idee weer het motief dat we nu al een paar keer zijn tegengekomen: 18... Thg8 19.d4! (19.Lxe5! dxe5 20.Tf7 Taf8 21.Df3 wint trouwens ook) 19...cxd4 20.Dxd4 en zwart heeft geen goede verdediging meer.

18.Tf6 (8 punten) is ook sterk, maar wit moet na 18...Thf8! 19.Df1 Dc8 dan ook nog gezien hebben dat hij hier beschikt over het geniale 20.d4! cxd4 (20...Pg4 21.Txf8 Dxf8 22.Dxf8 Txf8 23.d5) 21.c5! Txf6 22.Dxf6 Dxc5 23.De6+ en wint.

Een minder geniale oplossing is 18.Lg5 (6 punten) 18…Taf8 19.Lf6 en wit houdt groot voordeel: 19...Pg4 20.Lxe7 (20.Lc3 Pe3 21.Txf8 Txf8 22.Dd2) 20... Kxe7 21.Dd2.

Tot slot is 18.a6!? (6 punten) een grappige oplossing die het voordeel ook handhaaft, wanneer zwart het paard wint met 18...Tag8 dan volgt 19.d4 cxd4 20.Dxd4 Txg7 21.Lf4 Ke6 22. axb7 Dc5 23.Dxc5 dxc5 24.Txa7 en wit wint dankzij zijn opgerukte vrijpion materiaal terug.

18...Th7

Logischerwijze gaat So op het stuk af.

18...cxb4 19.d4 Pg4 wint op heel veel manieren voor wit. De leukste zet is nu 20.Pe6! Dxe4 21.Te1 Df5 22.Lf4 met winnende koningsaanval.

19.bxc5

Hier is 19.Tf6 Txg7 20.bxc5 zetverwisseling. Ook 5 punten

19...Txg7

Slaan op c5 is meteen uit: 19... dxc5 20.d4 of 20.Lb2, en 19... Dxc5+ 20.d4.

20.Tf6

Nispeanu speelt energiek en sterk! Wit heeft ook een sterke aanval na 20.cxd6 Dxd6 21.d4 Pxc4 22.d5, en na 20.d4. Voor beide zetten 6 punten

20...Pc8

Of 20...Pf7 21.Lh6 Th7 (21... Pxh6 22.Txd6+) en nu staat wit gewonnen na 22.Le3!.

21.d4

Geen punten voor andere zetten.

21.cxd6 Pg4! 22.Tf4 (22.Tf1? Dxd6 en plotseling heeft zwart ook kansen!) 22...g5 23.Txg4 hxg4 24.Dxg4+ is beter voor wit, maar hij staat wel een toren achter tegen een paar pionnen! 21.Lb2 Pg4 geeft zwart ook tegenspel.

21...Pg4

21...Dxe4 22.dxe5 Dxe5 en het lijkt alsof zwart materiaal wint, maar er volgt: 23.Tb1! Dxf6 (23...Dxc5+ 24.Kh1 kan de zwarte koning niet overleven.)

24.Txb7+ Ke8 25.Lb2 en wit wint materiaal en de partij.

22.Tf3

De beste zet en de eenvoudigste manier naar de winst. Nisipeanu ontneemt veld e3 aan het paard (na 22...Dxe4 dreigt er 23...Pe3) en kan het paard daardoor vangen. 22.Tf8 Dxe4

23.cxd6! is beter voor wit (maar niet zo gewonnen als de partij). Hetzelfde geldt voor 22.Tf1

Dxe4 23.Ta3!. Voor beide alternatieven krijgt u 4 punten

22...Dxe4

22...dxc5 23.h3 vangt het paard en betekent einde oefening.

Combineren

Diagram 1

Tari-Ali Mirandi

1.Txh7+! 1-0

Diagram 2

Ratkovic-Bajarami

1..Txb2+! 2.Txb2 Dxa3+ 3.Kb1 Dxb2 mat.

Diagram 3

Menezes-Bida

1..Dxb4! 0-1 Immers 2.Txb4 Tf1 mat.

Diagram 4

23.h3

Geen punten voor andere zetten. Wit wint het geofferde materiaal terug en houdt een sterke aanval. Het is helemaal uit nu.

23...dxc5 24.dxc5+

Wit wint ook na 24.hxg4 (2 punten) 24...Dxd4+ 25.Le3 Dxd1+ 26.Txd1+.

24...Ke8 25.hxg4

Andere zetten winnen ook, maar waarom niet gewoon het paard slaan. Met zo’n koning leeft zwart niet lang meer.

25...Pe7 26.Df1

Andere zetten winnen ook. Bijvoorbeeld 26.Lg5 en 26.Lh6 – ook 2 punten

26...Tg8 27.Lb2

Of 27.Lg5 ook (2 punten).

27...hxg4 28.Te1 en So gaf het op. Een prachtige partij! 1–0

Johansson-Chigaev

1..Ld4+! 0-1 Zodra de witte koning op de lange diagonaal staat, volgt Pb4+ met damewinst.

Diagram 5

Leiva-Fontaine

1.Dxf7+! Kh6 (1..Kxf7 2.Dd7 mat.) 2.Df8+ gevolgd door de andere Dame naar g4 met mat.

Diagram 6

Dutreuil-O’Mahoney

1.Pdf6+! Txf6 2.Pxf6+ Dxf6 3. Ld5+! cxd5 4.Txf6 Pxf6 5.Dxf6 De rook is opgetrokken en wit heeft een dame tegen twee lichte stukken.

Diagram 7

Van Laeken-Studer

1..Pxe3! 0-1 Wit doet niets meer tegen 2..Tg2+ 3.Kh1 Txh2+ 4. Kg1 Tcg2 mat.

Diagram 8

Arat-Grigoryan

1..e2+! 2.Lxe2 Db3+ 3.Kc1 Lb2+ 4.Kd2 Dc3+ 5.Kd1 Dc1 mat.

Recht toe recht aan

Met 2. .. g4+! 3. fxg4 Ta3+! een handig tussenschaakje 4. Kg2 hxg4 heeft zwart twee gevaarlijke verbonden vrijpionnen. Barbora Maciulaityte-Alisha Warnaar, EK E 2013.

De nieuwe ChessBase 13 Pakketten

aantekeningen voor uw repertoire in de Cloud en roep die op uw tablet op. Het enige dat u daarvoor nodig heeft is een actuele webbrow ser en een eenvoudige Login.

• Zorg ervoor dat uw team startklaar en goed voorbereid voor de volgende match is! U maakt een file met de partijen van uw tegen stander met ChessBase 13 aan en laadt de da-

Toegang tot ChessBase-Cloud en ChessBase-Onlinedata-

1 GB RAM, Windows XP (Service Pack 3), DirectX9 Grafische kaart met 256 MB RAM, DVD-ROM drive, Windows

Windows 8 of 10, Direct X10 Grafische kaart (of compatibel) geluidskaart, Windows Media Player 11, DVD-ROM drive en * 'toegang tot 31.12.2016

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.