
5 minute read
Landbouw en Natuur samen voor een levend landschap
De discussie over de verhouding tussen landbouw en natuur wordt vaak op scherp gesteld. Het lijkt soms alsof we moeten kiezen: ofwel produceren we voedsel, ofwel beschermen we de natuur. Maar is dat wel zo? Bij Natuurpunt Mechels Rivierengebied geloven we stellig van niet. We hebben beide nodig: een veerkrachtige landbouw én een rijke natuur. Ze zijn twee kanten van dezelfde medaille die samen het prachtige landschap in onze regio bepalen. In het publieke debat circuleren echter heel wat misverstanden die een constructieve dialoog in de weg staan. Graag scheiden we voor jullie graag nog eens de feiten van de fictie aan de hand van drie concrete stellingen. Zo krijgen jullie een helder beeld van hoe wij ons als natuurvereniging in dit debat positioneren: niet als tegenstander, maar als partner.
Stelling 1: "Natuurpunt pakt de landbouwgrond van de boeren af."
Het beeld dat Natuurpunt systematisch landbouwgrond opkoopt ten nadele van boeren, strookt niet met de realiteit. Onze aankoopstrategie is weloverwogen en richt zich in de eerste plaats op gronden die al een groene bestemming hebben volgens de gewestplannen. Dit zijn de valleigebieden, de bossen en de bestaande natuurreservaten die we willen versterken en met elkaar verbinden.
Soms kopen we inderdaad gronden die kadastraal nog als landbouwgrond staan ingeschreven. Dit gebeurt voornamelijk in twee situaties:
1. Historisch tekort aan natuurgebied: In regio's waar de verouderde gewestplannen uit de jaren '70 nauwelijks in natuurgebieden hebben voorzien, is de aankoop van landbouwgrond soms de enige manier om de broodnodige natuur te realiseren die ook wettelijk is vooropgesteld door Europa.
2. Natuurlijk waardevolle, maar landbouwkundig minder interessante gronden: We focussen op percelen die voor moderne landbouw vaak minder rendabel zijn. Denk aan te natte gronden in valleien, te schrale zandgronden of kleine, moeilijk bewerkbare percelen. Precies op die plekken kan de natuur floreren en kunnen we unieke fauna en flora een kans geven.
Het is ook belangrijk om de cijfers in perspectief te plaatsen. Uit onderzoek blijkt dat amper 4% van de landbouwgrond die de voorbije jaren een andere bestemming kreeg, effectief natuurgebied werd. Een veel groter deel ging naar industrie, wonen of recreatie. De druk op de open ruimte komt dus van vele kanten en natuurontwikkeling speelt daarin een bescheiden rol.
Stelling 2: "Met subsidies drijft Natuurpunt de grondprijzen de hoogte in."
Dit is een hardnekkig misverstand. Natuurpunt ontvangt inderdaad Vlaamse subsidies voor de aankoop van gronden, maar deze zijn strikt gereguleerd en werken net prijsdempend. Het mechanisme is eenvoudig: hoe hoger de aankoopprijs, hoe lager het subsidiepercentage. We hebben er dus alle belang bij om zo scherp mogelijk te onderhandelen.
Gemiddeld kopen we onze gronden aan voor een prijs die zo'n 15% onder de marktwaarde ligt. Dit is mogelijk omdat we vaak geduldig wachten op de juiste kansen en ons richten op gronden die, zoals eerder vermeld, voor andere kopers minder aantrekkelijk zijn. We kunnen en willen absoluut niet concurreren met projectontwikkelaars of particulieren die een paardenweide of een grote tuin zoeken. Op de reguliere, productieve landbouwmarkt zijn wij simpelweg geen partij.
Bovendien moeten we voor elke aankoop een aanzienlijk deel eigen middelen inbrengen, gemiddeld ongeveer een derde van de totale som. Dit geld is afkomstig van onze leden, van giften en legaten. Elke euro wordt dus zorgvuldig besteed, met als enige doel: meer en betere natuur voor iedereen.
Stelling 3: "Natuurpunt is de vijand van de boer."

Niets is minder waar. Wij zien de landbouwer niet als een vijand, maar als een essentiële bondgenoot. Zowel boeren als natuurbeschermers zijn afhankelijk van de kwaliteit van onze leefomgeving. We streven uiteindelijk naar hetzelfde: een levende bodem, proper water en voldoende open ruimte. De uitdagingen van de klimaatverandering, droogte, hitte en wateroverlast, treffen ons allebei als eersten.
Deze gedeelde belangen vertalen zich steeds vaker in concrete samenwerkingen. Over heel Vlaanderen werkt Natuurpunt intensief samen met honderden landbouwers. Deze boeren zijn onze partners in natuurbeheer. Ze maaien onze hooilanden, laten hun vee grazen in onze natuurgebieden en helpen bij het onderhoud van het landschap. Op voorwaarde dat ze instemmen met een natuurvriendelijk beheer: nulbemesting, geen pesticiden en maaien van het hooi op het juiste tijdstip zodat insecten, broedvogels en planten alle kansen krijgen. Dit gaat om meer dan 5000 ha in Vlaanderen. We zien onze natuurgebieden graag ten goede komen aan de hele maatschappij. Ook aan de landbouwers die in onze gebieden actief zijn.
Deze samenwerking verloopt via gebruiksovereenkomsten. Die percelen mogen ze aangeven in hun landbouwadministratie waardoor ze Europese subsidies krijgen. Het gras en hooi gebruiken ze onder andere als veevoer. Enkel wanneer ze de percelen laten begrazen, krijgen ze de nodige mestrechten voor die percelen. Het is dus niet zo dat ze automatisch mestrechten krijgen en dan hun eigen grond kunnen overbemesten.
Een bekend voorbeeld, een van de vele, is natuurgebied den Battelaer. Voor het beheer werken we samen met lokale landbouwers. Zo staan er o.a. geiten, schapen van het ras Hebridean en Blonde d'Aquitaine en Black Angus-koeien op onze percelen. De dieren verzorgen de begrazing. In het Mechels Rivierengebied willen we deze samenwerking trouwens verder uitbouwen. Door de handen in elkaar te slaan, kunnen we een landschap creëren waar een gezonde landbouw hand in hand gaat met een bloeiende natuur. Een landschap waar het goed is om te boeren, te wonen en te ontspannen. En dat is een toekomst waar we ons allemaal, boer én natuurliefhebber, met plezier voor inzetten.
Robin Verachtert