6 minute read

De werkdag van Shirley Portier

Next Article
Kidsplaza

Kidsplaza

Fotografie: Ovii • Britt Haarman

Sinds 2006 is mijn praktijk, Shi4balance gevestigd in Laren gld. In mijn praktijk voor acupunctuur, geef ik behandelingen volgens de Traditionele Chinese Geneeskunde. Volgens deze Chinese leer is elke ziekte of klacht een verstoring in de energiebalans in het lichaam.

Advertisement

In de Chinese Geneeskunde wordt niet alleen gekeken naar het ziektebeeld maar ook naar de mens als geheel - lichaam en geest zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en mensen staan niet los van hun omgeving. Het aantal behandelingen is afhankelijk van de klacht.

06.30 UUR: Mijn dag begint altijd om 6:30 uur, dan gaat de wekker en maak ik me klaar en laat ik onze honden uit.

07.30 UUR: Ik ontbijt met een warme maaltijd, in dit geval een gevulde soep met daarnaast een zelfgemaakt groentensapje. Dit keer is het een mix van spinazie, bleekselderij, groene appel, gember, komkommer. uur met pauze tot 14:00 uur. Hoogste tijd om mijn mail te checken. Ik heb mailcontact met de AWB, Acupuncturist Without Borders omdat ik me als vrijwilliger heb aangemeld om mensen in nood, in dit geval vluchtelingen uit Oekraine te ondersteunen. Vrijwilligers van de AWB reizen de hele wereld over om mensen die getroffen zijn door bijvoorbeeld een natuurramp of oorlog acupunctuurbehandelingen aan te bieden.

13.00 UUR: Zoals elke dag is het dan weer tijd voor voor het uitlaten van de honden en nuttig ik mijn lunch. Een grote hobby van mij is de moestuin en tuinkas. Er is nog wat tijd over dus stap ik nog even mijn moestuin en kas binnen om de planten te verzorgen en water te geven.

08.15 UUR: Ik start met het voorbereiden van mijn dag. De klachten die ik vandaag behandel zijn: reuk-/geurverlies door Covid, migraine, frozen shoulder, slapeloosheid, restless legs, rugklachten en chronische verkoudheid.

08.50 UUR: De eerste client komt binnen. Daarna volgen er nog een paar en ga ik vervolgens om 12:50 14.00 UUR: Tussen 14:00 en 17:00 uur ontvang ik weer clienten in mijn praktijk. Na het eten heb ik om 19:00 uur nog een intervisie met collega-acupuncturisten.

Volgende editie

Ik geef met veel plezier deze pen door aan Joanne Malotaux van Burgerboerderij de Patrijs.

Tekst: Door Communicatie • Britt Spijker | Fotografie: Ovii • Britt Haarman

Loarne of Laorne; hoe zit het nou?

Als kleine jongen groeide Jan Leijenhorst op in het Aaltense Heurne. Zijn liefde voor het dialect komt voort uit zijn roots in de Achterhoek. Als kerkelijk werker was hij van 1993 tot 2007 verbonden aan de protestantse kerk in Laren. In die periode is hij begonnen met het voorgaan in diensten in de streektaal.

Op 6-jarige leeftijd ging Jan naar de lagere school. “Op de lagere school moesten wij ineens Hollands (Nederlands) spreken, terwijl ik normaal in het dialect sprak. Dit was een heel verschil; ineens met twee woorden praten, klompen bij de deur, duidelijk articuleren. Pas na de opkomst van Bennie Jolink, de zanger van Normaal, werd het meer geaccepteerd dat iedereen in zijn eigen dialect sprak.”

“Vroeger was iedereen gewoon om in de streektaal te praten, zoas dat in eur dorp gewoon was: Laorns, Markels, Reurls. Zodra je te maken kreeg met overheden, de dominee, juf, bankdirecteur of burgemeester, sprak je in het Hollands”, vertelt Jan. Sinds 2018 wordt het Nedersaksisch officieel

erkent als streektaal en krijgt het een eigen status. “Wanneer je als kerkelijk werker niet de taal van de mensen spreekt, merk ik dat je vaak dingen mist, omdat de woordkeuze en de spreekwoorden soms anders zijn in het dialect dan in het Nederlands. Dat is niet mijn cup of tea. Ik wil graag zo dicht mogelijk bij de mensen staan”, vertelt Jan. natuurlijk niet, dat is immers niet netjes. De pet ging af wanneer de baron voorbijkwam. Van hem was je afhankelijk. Tegen hem kon je echt geen nee zeggen”, vertelt Jan. “Dan zei je ‘jao, jao,’ maar dacht erbij, dat zal ik nog wel zien. Deze manier van spreken wordt nog steeds wel gebruikt. Het is mooi om te zien dat er wat van de vroegere taal in stand wordt gehouden.”

“Gaaf om te zien dat het dialect nog in stand blijft, onder andere in het prachtige Laorne.”

“Onderling praten de mensen met elkaar plat, maar tegen de dominee, burgemeester of baron Bijbel in dialect Midden jaren '90 kwam bij Jan de behoefte om bijbelverhalen ook in de streektaal te kunnen lezen en vertellen. De vraag bleef door zijn hoofd spoken: ‘Hoe kan je dit opschrijven, terwijl je niet schrijft in de streektaal?’ Gelukkig ontwikkelde het Staring Instituut

in Doetinchem een Woordenboek van de Achterhoekse en Liemerse Dialecten: het WALD. “De WALD-spelling is ontstaan uit de behoefte om een spelling te hebben waarin verhalen in het dialect geschreven kunnen worden. Deze ontwikkeling was er ook in Twente waar met name Anne van der Meiden een spelling ontwikkelde voor zijn Bijbelvertaling in het Twents”, vertelt Jan. “Maar zij kozen voor een andere schrijfwijze, de ‘oa’ als in Loarne en goan.”

SONT Na de ontwikkeling van het WALD, ontstond in 2000 een Nedersaksisch schrijfwijze door de wärkgroep spelling van de Nedersaksiese

“Ik moest ineens Nederlands praten.”

– Jan Leijenhorst

spreektäälorganisasie SONT. Een klankenlijst ontstond en er werd een gezicht gegeven aan een manier om dingen op te schrijven. “Niet iedereen kan zich vinden in deze schrijfwijze en kiest voor een andere manier van schrijven. Daar is op zich niets mis mee, als het maar consequent gedaan wordt. Zelf gebruik ik de SONT-spelling omdat deze in het hele gebied waar Nedersaksich gesproken wordt, erkent is”, zegt Jan. “Een voorbeeld is gaon (gaan) en Laorne (Laren). In de vertaalgroep ‘Dialect en Religie’ vertalen we voor het gebruik in kerkdiensten Bijbelverhalen en liederen in het dialect. Daarbij gebruikten wij ook de SONT-spelling.

Bekijk hier de spelregels over de SONT-spelling.

Moespot “Eens in de drie maanden verschijnt een tijdschrift ‘De Moespot’. Dit is een uitgave van het Verbond van Nedersaksische Dialectkringen.” In dit blad mogen verschillende verenigingen als Dialectkring Achterhook en Liemers, de Dialectkringe Salland en Oost-Veluwe en de vereniging Vrienden van de Streektaal Lochem en umgeving berichten plaatsen. Leden van de drie aangesloten verenigingen krijgen de mogelijkheid om proza of poëzie in het eigen dialect te produceren. “De Moespot is een veel gelezen blad. De SONTspelling heeft gezorgd voor het gezamenlijke dialect dat wordt gebruikt bij de Moespot. Dat zorgt voor veel saamhorigheid.” Maar dan de vraag… Laorne of Loarne? Een vraag waar je dan toch echt antwoord op wil hebben. Hoe schrijf je dit precies? “Laorne of Loarne? Eigenlijk kan je zelf kiezen welke schrijftraditie je volgt. Officieel gezien is het niet vastgelegd, maar je moet het wel consequent volhouden”, legt Jan uit. “De keuze valt steeds vaker op de SONT-spelling, zoals in Wakker Laorne. Het is mooi dat de spreektaal nog steeds bestaat in de huidige tijd.”

Spreektaal naar schrijftaal De gewone man of vrouw gebruikte vroeger het dialect alleen als spreektaal, papier was niet nodig. Uiteindelijk is het dialect toch ook een papiertaal geworden. “Mensen kunnen zich met deze taal uitdrukken. Dat is

“Officieel gezien is het het niet vastgelegd, maar je moet het wel consequent volhouden”

mooi om te zien. Het is ook fijn dat ik een goede band krijg met de mensen door de taal die ik kan gebruiken. Zo zit er toch veel moois in onze prachtige taal. Gaaf om te zien dat het dialect nog in stand blijft, onder andere in het prachtige Laorne.”

This article is from: