6 minute read

NINA TEN BROEK

Tekst: Sjoerd Bouwmeester Beeld: Beeldboot / Gertjan Kooij, Daniele Mealli, Nina ten Broek

NINA TEN BROEK (18) MET ‘CARIERA DA VETERANA’ VERVEELT ZICH SOMS IN FLORENCE

Advertisement

DE OPBOUW VAN MENIG JEUGDIG TALENT GAAT MEESTAL ZO: SPEEL JE IN DE B-JEUGD EN STEEK JE ERBOVENUIT, DAN MAG JE STEEDS VAKER MEETRAINEN MET DE SELECTIE. NA VERLOOP VAN TIJD MAG JE WELLICHT EEN KEER MET EEN WEDSTRIJD MEE OM OP DE BANK ZITTEN. ZO GAAT DAT BIJ VEEL TALENTEN. MAAR NIET BIJ NINA TEN BROEK.

Nina ten Broek speelde op haar vijftiende al in het eerste van Polar Bears, schoot haar ploeg drie jaar later naar de eerste landstitel sinds acht jaar, debuteerde een jaar later in Oranje en verdiende een transfer naar Italië. Carrièreplanning heeft ze daarmee een nieuwe dimensie gegeven.

Afgelopen zomer maakte ze de overstap naar Florence om te spelen voor Rari Nantes Florentia, een middenmoter in de Italiaanse Serie A. De nieuwe aankoop heeft een ‘cariera da veterana’, zo omschreef La Nazione, een regionale krant in Florence haar komst. ‘Geboren in ’99, maar al een carrière van een veteraan achter zich’.

LEVEN ALS EEN PROF Sindsdien leidt ze het leven van een waterpoloprof. Dat bevalt wel, maar niet op alle vlakken. “Tot nu toe heb ik het heel gaaf gevonden. Zeker voor wat betreft het waterpolo. Elk duel was voor ons een serieuze wedstrijd, met tegenstanders van hoog niveau. In de competitie staan we zevende, maar tegen de ploegen die boven ons staan hebben we echt serieus tegenstand kunnen bieden en ook tegen de ploegen die onder ons staan moesten we tot het gaatje gaan.”

Het is een mooi, maar ook pittig bestaan. “De trainingen beginnen ’s ochtends vroeg met om kwart voor zeven tot acht uur zwemtraining, drie dagen in de week. In de avond trainen we van half negen tot half elf, met ook nog een aantal uur krachttraining in de week.”

“De beste speelsters van de competitie steken er ook qua gemeenheid bovenuit.”

De vele trainingen zijn niet per se de redenen van het ‘pittige’ bestaan. “Tussen de twee trainingen door heb ik geen verplichtingen. Dat vond ik de eerste twee maanden heerlijk, maar op een gegeven moment dacht ik wel: als ik dit het hele jaar moet doen, word ik daar niet vrolijk van.”

Dan biedt zelfs Florence geen soelaas. “Begrijp me niet verkeerd, Florence is een prachtige stad en bovendien hartstikke leuk, ook om aan bekenden te laten zien. Maar op een gegeven moment heb je het wel gezien.”

HOE NU VERDER? Gezien de huidige omstandigheden (zie kader) is het voor Ten Broek gissen hoe het seizoen verder verloopt. “Niemand weet het, misschien is het voor nu wel klaar. Ik hoop van niet, maar momenteel spelen er belangrijkere dingen dan waterpolo.”

Het is daarom lastig om vooruit te kijken. Voor zichzelf ziet ze voor volgend seizoen twee opties. “Voor nu denk ik dat ik terug naar Nederland kom en ga beginnen met studeren, maar dat heb ik nog niet met de club besproken. Een langer verblijf in Italië sluit ik ook niet uit. Op waterpologebied is het supergoed, maar persoonlijk denk ik dat ik er niet voor ben gemaakt om alleen maar te trainen en te spelen. Ik moet er wel iets naast doen. Dus als ik bij de club zou kunnen blijven en ik vind een optie om te studeren, blijf ik misschien wel.”

VAN PASSER TOT DOELPUNTENMAKER Waterpoloën in Italië heeft haar tot een completere speelster gemaakt. Bij haar club wordt er verwacht dat ze doelpunten maakt. Iets wat ze in Nederland liever voorbereidde. “Ik gaf liever de pass aan iemand anders, daar moest ik best even aan wennen.” In haar eerste wedstrijden werd ze direct voor de leeuwen gegooid. “We begonnen gelijk met een serie bekerwedstrijden. Ik begreep niets van de taal en wat ze tegen me zeiden, maar het ging best goed terwijl ik geen idee had wat ik aan het doen was.” Sindsdien begrijpen ze elkaar: Nina moet schieten. “De laatste tijd was ik juist degene die de passes aan het einde van de aanval ontving. Ook daarom is het jammer dat de competitie nu misschien al klaar is. We zaten pas net over de helft.”

ITALIË VERSUS NEDERLAND Denk je aan het Italiaanse waterpolo, dan denk je aan de clashes die de ‘Setterosa’, het nationale team van Italië, in het verleden zo vaak heeft gehad met de Nederlandse nationale ploeg. Gemene duels. Knijpen, bijten, alles wordt uit de kast gehaald. Volgens Ten Broek is dat bijna een extra kwaliteit. “De beste speelsters van de competitie steken er ook qua gemeenheid bovenuit”, lacht ze. “Maar de waardering voor Nederland is er hier zeker. Afgelopen najaar speelde Nederland in Florence een World League-wedstrijd. Het viel me op dat veel ploeggenoten en supporters met lof over het Nederlandse polo praatten.”

Voorlopig blijft ze nog even in Nederland, maar in Florence keert ze zeker terug. Al is het alleen al om haar spullen op te halen en haar teamgenoten nog een keer te zien.

“Ik ben er niet voor gemaakt om alleen maar te trainen en te spelen.”

Nina ten Broek in actie voor Rari Nantes Florentia

Nina ten Broek net op tijd weg uit Italië

Nina ten Broek bevond zich tot voorkort nog in Italië, het epicentrum van het coronavirus in Europa. ‘Gelukkig’ voor haar is niet Noord-Italië, maar het centraal gelegen Florence haar thuishaven.

Op woensdag 11 maart besloot de Italiaanse regering om het volledige land op slot te gooien. Alleen supermarkten, apotheken en postkantoren blijven open en zijn de enige plekken waarvoor je de straat nog op mag. De avond ervoor stapte Ten Broek op het vliegtuig naar Nederland. Precies op tijd. “Ik zat nog te twijfelen om op woensdag terug te vliegen, want dat was een goedkoper ticket. Gelukkig werd het dinsdag.” veranderde. Aanvankelijk begon het in Italië ook klein.

“In het begin ging het rustig. Ik meen dat er op een vrijdag twee gevallen waren vastgesteld. Maar die bevonden zich ver weg van ons. Maar toen er na dat weekend in het noorden ineens veel gevallen bekend waren, besefte ik dat het serieus was.” De maatregelen volgden dan ook snel. “Het noorden ging op slot, het OKT werd uitgesteld. In de regio waar ik woon (Toscane red.) viel het nog wel mee. Daar waren zo’n tien gevallen. Onze competitie lag al stil, vanwege de voorbereiding op het OKT. De heren speelden wel door, maar zonder publiek.” Nina ten Broek (staand, tweede van rechts) met haar team voor de ‘lockdown’.

Op maandagavond kregen zij en haar teamgenoten van Rari Nantes Florentia te horen dat het zwembad dichtging. “Er was nog een optie om twee keer in de week apart het zwembad in te kunnen, om toch nog te trainen. Maar dat bleek te weinig. Ik ging ook naar huis met de insteek dat ik hier nog kon trainen.” Voor de bijeenkomst keek ze al wel naar vliegtickets en pakte ze stiekem haar koffer in. “Ik durfde nog niet te boeken, want misschien moesten we nog blijven. Maar uiteindelijk kwam de boodschap.”

GEEN ZORGEN Zorgen heeft ze zich niet gemaakt. Ze heeft veelvuldig contact gehouden met familie en vrienden wanneer er iets aan de situatie De ‘lockdown’ waar het land zich nu in bevindt heeft ze dus kunnen ontvluchten. “Gelukkig maar. Het was al wel dat we na trainingen niet meer naar een cafeetje gingen wat gebruikelijk was. Maar de situatie zoals nu, dat de politie controleert op straat, heb ik niet meegemaakt.”

Net zoals iedereen weet ze niet wat er verder gaat gebeuren. “De maatregelen duren tot en met 3 april. Maar ik weet niet of de competitie überhaupt uitgespeeld zal worden. Dat is ook helemaal niet belangrijk. Dat staat niet boven alles.” Voorlopig richt ze zich op hardlopen en krachtoefeningen in huis.

This article is from: