4 minute read

Heiligdom Symbolen

Next Article
Heiligdom Symbolen

Heiligdom Symbolen

Controverse

reukaltaar blonken als gepolijst goud. Het prachtige gordijn, waaruit de zoldering bestond, en waarin de figuren van engelen geweven waren in blauw en purper en scharlaken, verhoogde de schoonheid van het toneel. En achter de tweede voorhang was de heilige schechina, de zichtbare openbaring van Gods heerlikheid, v r dewelke niemand kon treden zonder gedood te worden, behalve de hogepriester.

De onvergelijkelike pracht van de aardse tabernakel weerkaatste voor het menselik oog de heerlikheid van die hemelse tempel, waar Christus, Die ons is voorgegaan, te onzen behoeve de bediening vervult v r de troon van God. De woonplaats van de Koning der koningen, waar duizendmaal duizenden Hem dienen, en tienduizendmaal tien duizenden v r Hem staan; die tempel, vervuld van de heerlikheid van de eeuwige troon, waar serafs, zijn blinkende wachters, hun aangezichten in aanbidding bedekken, kon in het prachtigste gebouw, dat ooit door mensehanden opgetrokken was, slechts een flauwe weerkaatsing van zijn grootsheid en heerlikheid vinden. Toch werden er belangrijke waarheden aangaande het hemelseheiligdomen hetgrote werk, daarverrichttot verlossingvande mens, door hetaardse heiligdom en zijn bediening geleerd.

De heilige plaatsen van het heiligdom in de hemel worden voorgesteld door de twee vertrekken in het heiligdom op aarde. Toen aan Johannes vergund werd, in een visioen de tempel Gods in de hemel te aanschouwen, zag hij daar “zeven vurige lampen brandende v r de troon.” Hij zag een engel “hebbende een gouden wierookvat; en hem werd veel reukwerks gegeven, opdat hij het met de gebeden van alle heiligen zou leggen op het gouden altaar, dat v r de troon is.” Hier werd het de profeet vergund, het eerste vertrek van het heiligdom in de hemel te aanschouwen, en aldaar zag hij de “zeven vurige lampen” en het “gouden altaar,” die afgebeeld werden door de gouden kandelaar en het reukaltaar in het heiligdom op aarde. Wederom “was de tempel Gods geopend,“ en zag hij door de binnenste voorhang in het heilige der heiligen. Hier aanschouwde hij “de arke Zijns verbonds,” die vertegenwoordigd werd door de heilige kist, welke Mozes vervaardigde om er de wet van God in te bewaren.

Aldus vonden zij, die het onderwerp bestudeerden, on- wederlegbaar bewijs voor het bestaan van een heiligdom in de hemel. Mozes maakte het aardse heiligdom naar een voorbeeld, dat hem getoond was. Paulus verklaart, dat dat voorbeeld het ware heiligdom is, dat in de hemel is. En Johannes getuigt, dat hij het in de hemel zag. In de tempel in de hemel, de woonplaats van God, is Zijn troon gevestigd op gerechtigheid en oordeel. In het heilige der heiligen is Zijn wet, de grote regel van rechtvaardigheid, waaraan de gehele mensheid getoetst wordt. De ark, die de tafelen van de wet bevat, is met het verzoendeksel bedekt, v r hetwelk Christus op Zijn bloed pleit ten behoeve van zondaren. Aldus wordt de verbinding van rechtvaardigheid en barmhartigheid in het plan van de verlossing van de mensheid voorgesteld.

Heiligdom Symbolen

Controverse

Deze vereniging kon alleen de oneindige wijsheid beramen, en oneindige macht ten uitvoer brengen; het is een verbinding, die de gehele hemel met verwondering en aanbidding vervult. De cherubijnen van het aardse heiligdom, die eerbiedig op het verzoendeksel nederblikken, stellen de belangstelling voor, waarmede de hemelse heirscharen het werk van de verlossing beschouwen. Dit is de verborgenheid der genade, waarin de engelen begerig zijn in te zien, dat God rechtvaardig zijn kan, terwijl Hij de boetvaardige zondaar vergiffenis schenkt, en Zijn gemeenschap met het gevallen mensegeslacht weder vernieuwt; dat Christus zich kon nederbuigen om ontelbare scharen uit de afgrond van het verderf op te beuren, en hen te bekleden met de vlekkeloze klederen van Zijn eigen gerechtigheid, om met engelen gemeenschap te hebben, die nooit gevallen zijn, en voor eeuwig in de tegenwoordigheid Gods te wonen. Het werk van Christus als middelaar van de mens wordt in die heerlike profetie van Zacharia aangaande Hem “Wiens naam is Spruit,” voorgesteld. De profeet zegt: “Hij zal de tempel des Heren bouwen, en Hij zal het sieraad dragen, en Hij zal zitten op Zijn (des Vaders) troon; en Hij zal priester zijn op Zijn troon; en de raad des vredes zal tussen die beiden wezen.”

“Hij zal de tempel des Heren bouwen.” Door Zijn offer en Zijn bemiddeling is Christus zowel het fondament als de bouwmeester van Gods kerk. De apostel Paulus wijst op Hem als “de uiterste oeksteen, op welke het gehele gebouw, bekwamelik samengevoegd zijnde, opwast tot een hei-lige tempel in de Heer; op welke ook gij”, zegt hij, “mede gebouwd wordt tot een woonstede Gods in de Geest.”

“Hij zal het sieraad dragen.” Aan Christus komt de eer toe van de verlossing van het gevallen geslacht. In alle eeuwigheid zal het lied van de verlosten zijn: “Hem, die ons heeft liefgehad, en ons van onze zonden gewassen heeft is Zijn bloed. . Hem, zeg ik, zij de heerlikheid en de kracht in alle eeuwigheid.”

Hij “zal zitten op Zijn troon, en Hij zal priester zijn op Zijn troon.” Tans niet “op de troon van Zijn heerlikheid;” het koninkrijk der heerlikheid is nog niet opgericht. Niet voordat Zijn werk als middelaar voltooid zal zijn, zal God Hem “de troon van Zijn vader David geven,” een koninkrijk, dat “geen einde zal hebben.” Christus zit tans als priester met de Vader in Zijn troon. Op de troon met de Eeuwige, in Zichzelf bestaande, zit Hij, Die “onze krankheden op Zich genomen, en onze smarten gedragen heeft;” Die “in alle dingen, gelijk als wij, is verzocht geweest, doch zonder zonde,“ opdat Hij “degenen, die verzocht worden, te hulp zou kunnen komen.” “Indien iemand gezondigd heeft, wij hebben een voorspraak bij de Vader.” Zijn tussenkomst is die van een doorstoken en gebroken lichaam, een vlekkeloos leven. De verwonde handen, de doorstoken zijde, de geschonden voeten pleiten voor de gevallen mens, wiens verlossing gekocht is tegen zulk een oneindige prijs.

“En de raad des vredes zal tussen die beiden wezen.” De liefde van de Vader, niet minder dan die van de Zoon, is de welbron van de zaligheid voor het verloren geslacht. Jezus sprak tot Zijn discipelen, voordat Hij van hen scheidde: “Ik zeg u niet, dat Ik de Vader voor u bidden

This article is from: