
8 minute read
Bijgedachte
Mogen wij u een lesje leren? Sancho
kkHet is een merkwwaardige bijwer i ing van de coronapandemie en het is nog maar de vraag of vaccinatie ertegen helpt. Steeds meer mensen zijn besmet met een virus dat al langer woekerde, maar nu wild om zich heen slaat. Belangri ijjkste symptoom: een sterk tot onbedwingbaar kverlangen om vogels te be jk ki keen.Handelaars in verre senfjki keer fo ototoestellen-met-telelenzen k kuunnen de vraag niet bijhouden. (Geluk kk kig was onze nieuwe 600 mm wel in voorraad.) senfjki fV Voogelen is hot. Hoeveel broedsels die enthousiaste kijkeer fo otografeennaar de vanen zullen helpen, valt niet te voorspellen.
Advertisement
‘De slimste vogelgids’ van Jan Rodts kende na twee maanden al een vierde druk en klom hoger dan een leeuwerik in de bestsellerlijsten. Het is een goeie beginnersgids, met alleen de meest algemene broedvogels van het land, zeggen recensenten. Er staan van elke soort schitterende foto’s in, maar de vogels zijn gerangschikt volgens grootte, de kleinste eerst, niet per familie, zodat de kleine bonte specht in een andere rayon ligt dan de grote bonte. Wintergasten ontbreken. Dat wringt bij de meer ervaren vogelaar. We zouden het eerder de simpelste vogelgids noemen, in plaats van de slimste. Simpel heeft veel betekenissen. ‘De slimste. Simpel heeft veel betekenissen. ‘De slimste’ is waarschijnlijk bedacht door een slimste’ is waarschijnlijk bedacht door een marketing communications manager. Maar misschien zijn wij alleen maar jaloers op zo’n beginnersgids. We hebben onze eerste vogelgids weer opgediept. Een beduimeld exemplaar van Petersons Vogelgids, met een kapotte rug. Gedrukt in MCMLXXIV. Elke soort krijgt minstens één tekening. In grijstinten. Er staan enkele kleurplaten in, zoals op bladzijde 65, met dertien afbeeldingen van wel negen verschillende eenden. Wat zouden wij blij geweest zijn met ‘De slimste’. Uit het voorwoord, in 1974 (MCMLXXIV), van onze Peterson: “Nieuwe boeken over vogels – goede, middelmatige en slechte – overstromen een ogenschijnlijk onverzadigbaar publiek …” Toen ook al? We weten niet wat voor boeken bijna vijftig jaar geleden de markt overspoelden, maar tegenwoordig bemoeien die vogelboeken zich zelfs met onze manier van leven. Vogels moeten ons van een burn-out genezen, ons de weg wijzen en ons zelfs levenslessen leren.
ndFluite door het lev ve en
In ‘Fluitend door het leven’ vertelt Agnes Wené, marketing communications manager, hoe ze door naar vogels te kijken van haar burn-out genas. Het boek draagt de ambitieuze ondertitel ‘Hoe vogels spotten je weer in evenwicht brengt’. De uitgeverij promoot het zo: “De tijd dat vogelkijkers vooral oudere mannen waren die met rust gelaten wilden worden, ligt ver achter ons. Tegenwoordig ontmoet je echte hipsters in de velden en mag je met trots verkondigen dat vogels spotten je nieuwe hobby is.” Zou de uitgever met die oudere mannen ons bedoelen? Wij hebben er geen benul van wat een marketing communications manager doet, maar het moet een uitputtende bezigheid zijn. Mevrouw Wené zat er helemaal door, tot niets meer in staat. Alleen niksdoen lukte nog. Ook slapen ging maar amper en om haar huisgenoten te ontzien, zat ze soms, in de vroege ochtend, stilletjes in de tuin. Wezenloos voor zich uit starend. Tot een piepklein vogeltje, met een opgewipt staartje, haar aandacht trok. Het beestje zong luider dan mogelijk leek voor zo’n klein ding. Een winterkoninkje. Het was het begin van het herstel en van haar boek. “... Voor iedereen die geleefd wordt, te weinig tijd heeft, snakt naar rust, tegen iets aanloopt, op de rand van een burn-out staat of er al middenin zit. Voor iedereen die het gevoel heeft dat het anders mag, misschien wel moet, en die bewust kiest voor momenten van zelfzorg om te herbronnen.” Wij koesteren een jeukende argwaan voor wolligenkleftaalgebruik en voor levenslessen of wijsheden die zomaar uit de natuur te halen zijn, maar we kunnen niet ontkennen dat vogels kijken ons al intense geluksmomenten heeft bezorgd. Er is de vreugde van het ontdekken van een nog niet eerder geziene soort, maar er is ook dat voyeuristische genoegen als we even inkijk krijgen in het intieme leven van een vogeltje dat zich niet van ons bewust is. Zo herinneren wij ons als gisteren waar we, lang geleden, voor het eerst een wouwaapje zagen en bewonderend mochten toekijken hoe het diertje, behendig als de aap waarnaar het genoemd is, door het riet klauterde. Terwijl we dit schrijven genieten we nog na van dat mannetje steppekiekendief dat we deze namiddag tijdens een fietstochtje te zien kregen (toegegeven, we waren getipt). We begrijpen het, mevrouw Wené. Of vogels kijken ons gezond houdt, weten we niet, maar dat het ons al kilo’s vreugde heeft bezorgd, kunnen we niet ontkennen.
De 22 lev ve enslessen dievvo ogels ons leren
Philip Dubois en Elise Rousseau willen ons in hun boek exact 22 levenslessen voorschotelen die zij zomaar van het vogelen hebben gekregen. ‘Back to nature!’ staat er op de achterflap. Daartoe moeten we ons laten inspireren door de reislust van de noordse stern, de dapperheid van de roodborst en de hofmakerij van de ezelspinguïn. De auteurs zijn nogal selectief in de keuze van hun vogels-leermeesters. Zo beschrijven ze verschillende strategieën om te broeden en jongen groot te brengen, maar ze besluiten wel dat het hechte, monogame bestaan van de tortelduiven, die de huiselijke taken netjes verdelen, ons tot voorbeeld moet strekken. Op het eerste gezicht allemaal braafjes en goedbedoeld, maar het is gevaarlijke onzin om gedragsregels uit de natuur te halen. De manier waarop de mens omgaat met de natuur mag dan grotendeels verantwoordelijk zijn voor de coronapandemie, wie roept dat COVID-19 een straf van de natuur is voor onze decadente levenswijze, kraamt dezelfde nonsens uit als de paus die homoseks verwerpt omdat “God de zonde niet zegent”. Ooit heette homoseksualiteit pervers, want tegennatuurlijk, tot her en der dieren werden ontdekt die zich vrijwillig en met genoegen
ERVIAENE© WOUTE



aan homofiel gedrag overg gaven. En plots was dezelfde natuur r voor holebi’s een argument in de discussie over maatschappelijke acc ceptatie. Als de natuur een god is die zijn geboden in stenen tafelen n heeft gebeiteld, dan laten die zi ich even gemakkelijk schrappen en n vervangen als een zoveelste kladvers sie voor deze Bijgedachte. Wie zijn levenswijze door de natuur wil laten vo oorschrijven, heeft keus te over. Soms g gaat dat voorgeschreven ‘Leven in harmonie met de natuur’ zelfs met m mensenlevens spelen: als vaccinatie tegeennatuurlijk heet en ouders weigeren h hun kinderen te laten inenten omdat ze ‘op natuurlijke wijze’ hun immuunsysteem m moeten ontwikkelen. Wie vandaag he et coronavaccin weigert, omdat het tegenn natuurlijk zou zijn, gedraagt zich net zo gevaa arlijk en misdadig als een handelaar in leven nde schubdieren en hun natuurgeneeskrach htige schubben op een markt in Wuhan. En toch kunnen vogels ons s een lesje leren.
V Vo ogels wi ijjzen ons de weg g
Ben Koks, gerenommeerd kiekendieven- en akkervogelspeciallist, kijkt al zijn hele leven naar vogels. Tooch verraste het hem in ‘Vogels wijzen onss de weg’, hoe jagende grauwe kiekendieeven uit tienduizenden hectaren gerst preecies die percelen uitkozen waar de boeren ggeen insecticide gebruikten tegen bladluizen. Sommige van die graanvelden hadden bbrede, meerjarige insecten, waar-akkerranden met massa’s nen. Sabelsprink-onder veel sabelsprinkhan zen. Gefascineerd hanen eten graag bladluiz even behendig zag Koks hoe de kiekendie a de andere van de ene sabelsprinkhaan n ukten. De kieken-tussen de gersthalmen plu waar boeren op dieven konden de velden w erst verbouwden ‘natuurinclusieve’ wijze ge psporen. “Daar blijkbaar probleemloos op nen als eerste waar kanaries in kolenmijn elijke gassen de het loodje legden als dode u je het fraaie ge-mijnschachten vulden, zou , het knerpen van zang van veldleeuweriken, n grauwe gorzen, patrijzen, het gerinkel van ende grutto’s, de kakofonie van alarmere kieviten kunnen tureluurs, scholeksters en e laten zien waar beschouwen als bodes die landbouwsy de jachtpar ven,” schrij Over tien ja een kwart m danin2005 stemen nog in orde zijn, net als tijen van de grauwe kiekendieft Koks. ar moet de Vlaamse landbouw inder broeikasgassen uitstoten 5Onderzoekscentrazoeken dan in 2005. Onderzoekscentra zoeken naarstig naar technologische oplossingen. “Additieven voor veevoeder, mestverwerking, koolstofopslag in de bodem, isolatieschermen voor de glastuinbouw … We moeten dat allemaal zeker doen, maar als we daarmee tegen 2030 halverwege de doelstellingen raken, hebben we al goed gewerkt,” ” zegt Wannes Keulemans, emeritus hoogleraar landbouwbeleid aan de KU Leuven, in De Standaard. We kunnen niet zonder een reductie van de veeteelt. Die is verantwoordelijk voor meer dan 70 procent van de klimaatimpact van de landbouw. Voor de Boerenbond en zijn minister van Landbouw is een inkrimping van de veestapel bijna ondenkbaar, maar de noodzaak om onze landbouw te veranderen is groot. De vraag is hoe?
Voor Koks is het duidelijk: “We moeten scherp definiëren hoe de ecologische grenzen van rode wormen, zweefvliegen, dagvlinders, grutto’s en grauwe kiekendieven het uitgangspunt kunnen zijn voor een nieuw ontwerp van onze landbouwsystemen, waar ook ter wereld. Niet de technische mogelijkheden vanuit agrarisch perspectief zouden de maat mo oeten zijn voor veranderingen, maar de ecologische grenzen …” Vogels kunnen wel degelijk de weg wijzen. Onze vereniging is de laatste ja aren explosief gegroeidCoronahielpNatuurppunt groter te gegroeid. Corona hielp Natuurpunt groter te ootste grondworden dan ooit. We zijn de grootste grond den. bezitter van Vlaanderen geworden. den niet meer Toch blijven onze natuurgebieden niet meer oerenbuidan oases in de woestijn die boerenbui de marge. ten heet. Het blijft gemorrel in de marge. gestaag, maar Toegegeven, de marge groeit gestaag, maar edden we zonder landbouwhervorming redden we gste tijd dat het niet. Wordt het niet de hoogste tijd dat n de politieke Natuurpunt zijnvolle gewicht in de politieke we, duurweegschaal gooit om een nieuwe, duurzame landbouw te eisen?
Naschrift
Hier eindigde onze tekst. Tot we, op de dag dat we deze Bijgedachte naar de redactie wilden sturen, mooi op tijd voor de deadline, onze krant opensloegen. In De Standaard stond een dubbelinterview met Freek Verdonckt, landbouwspecialist bij Natuurpunt, en Hendrik Vandamme van het Algemeen Boerensyndicaat. Hun gezamenlijk (!) en genuanceerd standpunt – “een noodkreet bijna” ” – over de afbouw van de rundveestapel is misschien een eerste stap op weg naar die landbouwhervorming. Hopelijk hebben zij goed naar vogels gekeken ...



