De bom tikt (8280)

Afscheidsmusical groep 8

Tekst: Niek de Kruif en Gerard van Midden Muziek: Gerard van Amstel

Tekst 1

Woord vooraf

Liedjes

Na het afscheid van groep 8 gaan de kinderen genieten van een welverdiende zomervakantie.

Veel kinderen komen terecht op een camping.

Geen wonder dat deze afscheidsmusical zich juist daar afspeelt. Iedereen, zowel speler als kijker, zal zich herkennen in het ‘gedoe’ dat bij kamperen hoort. En als er dan nog een goudschat onder het toiletgebouw ligt én een flinke bom uit de laatste oorlog ligt te tikken, ja, dan wordt de vakantie wel erg explosief.

Scène 1: De Camping Inpakken en wegwezen Krimpen a/d Lek

De musical speelt zich in zijn geheel af op camping ‘Le Norman’, ergens in Frankrijk. Eigenaar Jean Moulin runt met zijn vrouw Madeleine de camping.

Zij deelt de lakens uit. Het is dan ook haar idee om de tenten van de camping definitief te verwijderen en ze te vervangen door dure koopchalets. De tenten brengen niet genoeg op en de gemeente vraagt ieder jaar een hogere pachtsom. Er gaat veel mis op de camping. Een aanhoudende bron van ergernis vormt de toiletten. Die zijn om de haverklap verstopt. Een Duitse gast kent de oorzaak en is daarom allergisch voor het woord ‘bom’.

Zijn vader vertelde hem ooit het verhaal van een neergestort vliegtuig uit de laatste oorlog. De Duitser weet niet waar de bom precies is, maar is er zeker van dat hij op het terrein van ‘Le Norman’ ligt! Een vliegtuig met goud en een grote, niet ontplofte bom.

‘Le Norman’ is een camping voor buitenlandse toeristen: Duitsers, Nederlanders, Engelsen, ieder met eigen gewoontes en eigenaardigheden. Er is natuurlijk ook een doorsnee Hollands gezin dat drie weken op ‘Le Norman’ is neergestreken. Nel en Geert Spruit, met hun kinderen Alice en Jordi, zoeken naar respectievelijk rust en spanning, terwijl oma Gerda Spruit vooral uitmunt in het waarnemen van groot onheil. Meneer Loetje Lustgraaf, gesteund door Jacques, het manusje van alles op de camping, probeert de camping te kopen van Jean en Madeleine. Loetje Lustgraaf weet namelijk, net als de Duitser Reinhardt Salzgewitter, van de kostbare lading in de grond. Als alles totaal in het honderd dreigt te lopen, inclusief blikseminslag en kraanwater met een bacterie, gaat er een bom tikken. Steeds sneller…

4

Scène 2: Sneller dan de TGV Scène 3: Een scherf uit twaalfduizenddrie Vakantieliefde Scène 4: Campinggeluiden M’n vader vangt puree Scène 5: [Camping-songfestivalliedjes] Scène 6: Een knallend slot

Rolverdeling 1.

2.

3.

4.

5.

6.

7.

8.

9.

10.

11.

12.

13.

14.

15.

16.

17.

18.

Jean Moulin, eigenaar van camping Le Norman in het Franse plaatsje Germaine Haute Basse.

Stopzin: Ah, Les Femmes… Jean loopt letterlijk krom van de (geld)zorgen. Tot bijna aan het einde. Jean droomt van een lieve vrouw, die hij niet heeft.

Madeleine Moulin, vrouw van Jean. Zij is de échte baas op de camping. Madeleine is een talent in het verkeerd gebruiken van spreekwoorden.

Geert Spruit, vaste bezoeker van de camping.

In Nederland is Geert leraar.

Nel Spruit, vrouw van Geert. Nel zoekt rust op de camping.

Alice Spruit, dochter des huizes. Is alleen bezig met verliefd raken.

Jordi Spruit, zoon. Wil helemaal niet op vakantie. Haat meisjes en Frankrijk. Jordi leest vooral strips.

Oma Gerda Spruit. Ziet overal de nare kanten van het leven. Loopt met een stok. Rollator mag ook!

Freek, Hollandse vakantieganger.

Niels, Hollandse vakantieganger. Freek en Niels menen dat vakantie bestaat uit heel veel bier.

Hun vakantie bestaat voornamelijk uit het open- en dichtdoen van de tentrits en het openen van bierblikjes. Hun kijk op de camping is dan ook nogal wazig.

Jacques, manusje van alles op de camping. Is boefjesmaat van Loetje Lustgraaf.

Reinhardt Salzgewitter, een Duitser. Reinhardt vindt alles ‘Toll’, behalve bommen. Voor het woord ‘bom’ is hij ernstig allergisch.

Hilde Salzgewitter-Donnersdorff, zijn vrouw.

Heeft als stopwoordje onder andere ‘Spitze’ dat zoiets betekent als ‘gaaf’ of ‘toppie’.

Edelbert, hun zoon. Edelbert ziet Roberta Turner méér dan zitten.

Jeremy Turner, schrijver uit Birmingham.

Natalie, zijn vrouw.

Roberta, hun dochter.

Philip, hun zoon, heeft een oogje of twee op Alice.

Loetje Lustgraaf, iemand met bijzondere belangstelling voor camping Le Norman. Alias inspecteur Reine Claude.

19. Maigrette, briljante, lokale inspecteur van politie.

20. Vinigrette, zijn vrouw. Dorpskletskous. Kent alles en iedereen. Ook van vroeger.

21. Lord Snowcombe, gepensioneerd kolonel uit het Britse leger. Is niet slim genoeg om oma Gerda te ontwijken.

22. Thierry, de meestal zieke activiteitencoördinator van de camping. Hij verzorgt uiteindelijk toch nog een songfestival.

23. Een ‘grote onbekende’ die in de tent van Niels en Freek zit en tevens de rol van souffleur op zich neemt. Hij/zij zit namelijk heerlijk strategisch.

24. Vader van Reinhardt.

Het aantal rollen kan moeiteloos worden uitgebreid met andere vakantiegangers. Aan u om daar een korte, afgeronde, dialoog voor in te passen.

Het aantal rollen kan ook worden ingekort door de leerlingen meerdere rollen te laten spelen. Een ‘gastoptreden’ van de groepsleerkracht wordt in de praktijk altijd zeer op prijs gesteld. Rol 23 leent zich hier bijzonder voor.

In de liedjes komen regelmatig meerdere kinderen - zonder gesproken tekst - op.

5

Korte inhoud per scène Scène 1: De musical opent direct al heel muzikaal met maar liefst drie liedjes. Te beginnen met het lied De Camping.

In dit lied kijken de kinderen terug op het harde werken in groep 8 en zien ze vooruit naar de volgende stap. Maar eerst is er voor allemaal vakantie-op-de-camping. Na de liedjes Inpakken en wegwezen en Krimpen aan de Lek verplaatsen we ons naar het idyllische Franse plaatsje Germaine Haute Basse waar camping Le Norman begint met het vakantie-seizoen. De familie Spruit tracht de tent op te zetten en slaagt daar - na heel veel narigheid - ook nog in. De Spruitjes komen te staan naast twee Hollandse jongens met een bijzondere manier van vakantie vieren. De derde tent (die wij niet zien) is voor de familie Salzgewitter. Die tent wordt buiten beeld met orde en discipline opgezet. Lord Snowcombe, gepensioneerd kolonel van de Garde, zegt niets en daarmee alles. Hij gaat ‘gedwongen’ op de thee met oma Gerda Spruit. Jean Moulin, eigenaar van de camping, heeft geldzorgen. Zijn vrouw Madeleine heeft wel een idee.

De tenten brengen te weinig op. Madeleine wil koopchalets bouwen. Jacques meldt dat de toiletten weer eens verstopt zitten en krijgt de wind van voren. Loetje Lustgraaf wil de camping graag overnemen, want met de grond waarop de camping staat, is iets aan de hand…

Scène 2: Jean Moulin heeft eigenlijk helemaal geen zin meer in de camping. Jean heeft een heel mooie droom van een zeer stille blokhut en een mooie, lieve vrouw, ergens ver weg in het stille Zweden. Philip en Edelbert zijn in de strijd om respectievelijk Alice’s en Roberta’s gunsten. Ze zingen over de Franse taal in het lied Sneller dan de TGV. Uit de tenten verdwijnen regelmatig spulletjes en Madeleine Moulin schakelt de Franse politie in. Inspecteur Maigrette stelt een onderzoek in en vindt de spullen - na een tip van Jacques - snel bij de twee Hollandse jongens die niets weten, omdat ze constant te dronken zijn geweest. De jongeren van de camping zijn - na afluisteren van een telefoontje van Jacques naar Loetje - overtuigd van de onschuld van het tweetal. Ze komen bij elkaar en proberen uit te vinden hoe ze Niels en Freek vrij kunnen krijgen. Jacques en Loetje Lustgraaf blijken samen een geheime agenda te hebben.

Scène 3: Op de camping gaat de vakantie gewoon door. Er wordt gewandeld, kastelen worden bezocht en er komt veel Franse wijn op tafel. Het lied Een scherf uit twaalfduizenddrie beschrijft alle (voor)oordelen over vakantie-uitstapjes. De vergunningen voor de chalets komen er - door een spelletje van Loetje Lustgraaf - niet. Jean Moulin ziet de toekomst voor de camping somber in en is reuze blij dat Lustgraaf een prachtig financieel voorstel doet. Madeleine wil er niet van weten. De jongeren van de camping zoeken nog steeds naar de échte dader van de diefstallen. Edelbert, Roberta, Alice en Philip vinden iets heel anders.

De vrouw van inspecteur Maigrette, Vinigrette, vertelt ze - bij toeval - het verhaal over een neergestort vliegtuig in de laatste oorlog. Als ze vertelt dat er goud aan boord was én een bom, komt Reinhardt in paniek op. Dat doet hij telkens als het woord ‘bom’ valt. Hij weet dat er een niet ontplofte bom ligt. Dat verhaal heeft hij van zijn vader gehoord. We zien zijn vader in een flash-back, die zelf het verhaal van het neergestorte vliegtuig, het goud en de bom vertelt. Edelbert, Roberta, Alice en Philip begrijpen opeens de opzet van Loetje Lustgraaf.

Scène 4: Edelbert en Roberta brengen de nacht door in de ‘lege’ tent van Niels en Freek. Ze zingen over Campinggeluiden en betrappen Jacques bij een nieuwe poging om de camping in een kwaad daglicht te stellen. Jacques bekent de volgende morgen aan Maigrette dat hij in opdracht van Loetje Lustgraaf werkt.

De camping moet in een slecht daglicht worden gesteld om zo sneller verkocht te kunnen worden aan zijn compaan. De twee Hollandse jongens, Niels en Freek, worden vrijgelaten en bedanken hun leeftijds-

6

genoten met een barbecue. Zonder bier dit keer! En dan gaat alles tegelijk mis. Het gaat zwaar onweren en regenen. De jongeren zingen er het regenlied M’n vader vangt puree over. Loetje Lustgraaf verdwijnt aan het eind van deze scène met een reageerbuisje in de toiletgebouwen.

Scène 5: De vakantiegangers voelen zich allemaal niet lekker. Loetje Lustgraaf heeft iets in het water gedaan wat de mensen ziek maakt. Alleen de activiteitencoördinator Thierry - die alleen bronwater drinkt en normaal nogal snel ziek is - is nog op de been. Nu valt er nog steeds niets te organiseren. Loetje Lustgraaf probeert het terrein op te komen als inspecteur van de volksgezondheid, de heer Reine Claude. Maigrette zet Lustgraaf uiteindelijk vast; bij zijn compaan Jacques. Om de tijd te doden - daar is hij voor ingehuurd organiseert Thierry een songfestival. Engeland, Duitsland, Nederland en Frankrijk doen mee. Uit de gevangenis komt een brief met een laatste - fantastisch - aanbod van Lustgraaf. Het Hollandse duo Niels en Freek hebben een plan. Die Lustgraaf weet blijkbaar precies waar hij moet zoeken. Ze zetten een val op.

Maigrette doet mee met het plan en laat Lustgraaf en Jacques uit de gevangenis.

Scène 6: Diezelfde avond nog sluipen Lustgraaf en Jacques met een tas vol werktuigen richting de toiletten. Onder de toiletten moet iets zijn. Dat verklaart de verstoppingen. Na veel gegraaf en gesteun komen Jacques en Lustgraaf weer te voorschijn. Ze zien er niet uit! Onder de drab lopen ze naar de uitgang en worden daar opgewacht door alle gasten. Ze hebben twee goudstaven meegenomen en er ligt nog veel meer. Maar er begint ook een akelig getik op de achtergrond. Het tijdmechanisme van de bom is door het gegraaf in werking gezet. De Franse explosieven-opruimingsdienst is met vakantie. Reinhardt heeft zijn vader dikwijls aan het werk gezien bij het onschadelijk maken van bommen en begint nu aan de klus. Na een paar angstige momenten stopt het tijdmechanisme. Volgens de wet is de helft van de goudopbrengst voor de eigenaar van de camping en de helft voor de gemeente Germaine Haute Basse. Madeleine wil nu direct de chalets gaan bouwen. De campinggasten niet. Er is onenigheid, maar aan het eind van het liedje besluiten ze dat allebei wel kan. En dat ze dat mét elkaar willen doen. Er is geld genoeg voor uitbreiding van de camping. De tenten kunnen blijven en er is zelfs geld voor een blokhut - nee, een villa - in Zweden. De campinggasten delen mee in de enorme winst en maken allemaal hun eigen plannen. Alleen Loetje Lustgraaf en Jacques vallen buiten de prijzen. Over de toekomst van iedereen zingen alle spelers in het afscheidslied Een knallend slot!

Decor, rekwisieten en kleding Het decor bestaat uit twee kleine tenten in het midden van het toneel. Achter de tenten wordt met doek of decorstukken de rest van de camping gesuggereerd. Links is de wasgelegenheid/douches en een bord ‘zwembad’. U kunt dit fraai uitwerken, maar een duidelijk verwijzingsbord naar links volstaat. Bij een ruim toneel kunnen natuurlijk meerdere tenten (maar niet de ‘Duitse’) in het ‘echt’ worden opgezet.

Voor deze musical zijn, naast de specifiek aangegeven kledingstukken bij het onderdeel rekwisieten, geen al te bijzondere verkleedkleren nodig. De musical speelt zich af op de camping en de kleding is daar dan ook naar. Een stofjas voor Jacques is aardig en een net pak voor Maigrette voorwaardelijk. Een aantal pyjama’s voor het lied Geluiden in de nacht zijn ook nodig. Net als paraplu’s en laarzen bij het regenlied M’n vader vangt puree.

7

Scène

8

S p e lers

Attributen

1

Alle kinderen (liedjes) Jordi Nel Geert Alice Gerda Jean Freek Niels Reinhart

Hilde Edelbert Lord Snowcombe Madeleine Jacques Loetje Jeremy Robert Philip Natalie

‘auto’s’ bij lied ‘De camping’, twee tassen met boodschappen, wegenkaart, campingbagage (voor familie Spruit), tent en tentspullen, lege bierblikjes (of nagemaakte blikjes), kampeerbevestiging, nummer ‘69’ en ‘68’, rollen toiletpapier, boek uit de ‘boeketreeks’ o.i.d., campingstoel, camping-bagage en tent (voor de Duitse familie), bekertje water, netjes opgevouwen velletjes wc-papier, fles rode wijn en frisdrank, De Telegraaf, boek (roman), twee stripboeken, badhanddoek, bordje ‘scène 2’

2

Niels Freek Jean Jacues Lord

Reinhardt Edelbert Alice Roberta Philip

Kinderen Maigrette Hilde

twee volle blikjes, emmer en dweil, twee stokbroden, theedoeken, fototoestel (merk Leica), pakjes thee, flesjes ‘Breezer’, mobiele telefoon (voor Jacques), bordje ‘scène 3’

3

Geert Jordi Gerda Nel Alice Kinderen

Madeleine Jacques Jean Loetje Reinhardt Philip

Roberta Edelbert Vinigrette Vader

rollen wc-papier, krant, bordje ‘scène 4’

4

Edelbert Roberta Geert Nel Kinderen Jacques Maigrette Gerda

Madeleine Jean Alice Niels Freek Lord Philip

5

Jacques Loetje Maigrette Madeleine Gerda Reinhardt Jean

Jeremy Niels Freek Edelbert Roberta Alice Philip

6

Jean Thierry Gerda Nel Loetje Madeleine

Kinderen Maigrette Vinigrette Reinhardt Niels Freek

zaklantaarns, pyjama’s (voor alle kinderen), beautycase (waaruit water druipt), lipstick, toilet-spullen, barbecue-spullen, lucifers, paraplu’s en laarzen, kamerscherm (eventueel met zijschermen), kleding en extra kleding + ondergoed voor het lied ‘M’n vader vangt puree’, regencape en zuidwester, reageerbuisje met gekleurde vloeistof, bordje ‘scène 5’ Jordi Lord Nel Geert Kinderen

nat wc-papier, fles bronwater, rollen wc-papier, nepsnor en/of nepbaard, (zonne-)bril en hoed, mobiele telefoon (voor Jean), bordje ‘Dezelfde avond’ en ‘Songfestival’, bordjes met 1 t/m 10 erop, brief, bordje ‘scène 6’

twee ‘goudstaven’, ‘kostbaarheden’ uit tenten, gereedschapskoffer, mobiele telefoon (voor Jean), blikje drinken, nog meer ‘goudstaven’, champagnefles, plastic bekertjes (of glazen)