
2 minute read
Hoe en wat van de Mudi

x Hoe en wat van de Mudi
Advertisement
foto's: Hungarian Mudi Association
Door Maureen Ebbeling
Het ontstaan van de mudi wordt toegeschreven aan de directeur van een museum, die tijdens zijn etnografische verzamelreizen enkele zeer intelligente en volgzame honden kocht van het toen nog onbekende ras met krullend haar en rechtopstaande oren. Hij begon ze te fokken en in 1936 presenteerde hij zijn honden op een rasbeurs en diende de eerste standaard van het ras in. Tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog was het ras echter bijna volledig uitgestorven en begon de wederopstanding helemaal opnieuw. De nieuwere standaard is geaccepteerd door de FCI, en dateert uit 1963. Al langere tijd is het doel om het ras te behouden, aangezien de mudi omringd was door een onbegrijpelijke onverschilligheid, en het is alleen te danken aan een paar fanatieke mudi-fans, dat het ras met de vele goede eigenschappen het overleefden.
Op het eerste gezicht lijkt de mudi misschien een eenvoudige mengeling, vooral in vergelijking met de verschillende herdershond variëteiten. Ook al is het haar korter dan dat van andere Hongaarse herdershonden. De mudi is een sober, leergierig, en intelligent dier. Eigenlijk kan het in elke kleur voorkomen, maar de standaard (FCI) herkent niet alle kleurvariaties. De meest voorkomende kleur is zwart, maar er zijn ook rood, bruin, wit, bleek en as (spelen met blauwachtige tinten). De Mudi is tegenwoordig een veel voorkomende werkhond in Hongarije. Ze bewaken kuddes van verschillende boerderijdieren, van runderen en schapen tot paarden. 's Ochtends drijven de zelfstandige werkers de varkens of ganzen naar de wei, waar ze toezicht houden, en drijven ze 's avonds weer terug. De te bewaken dieren worden met zicht en geluid onder controle gehouden. Het is nog vrij zeldzaam buiten Hongarije de mudi tegen te komen.
Een ander verhaal (Raad van Beheer) is dat de mudi een afstammeling is van de Duitse Spitz. Het kan zijn dat het inderdaad die hond is die als basis diende. Maar dat staat niet in bovenstaand Hongaarse verhaal.
Tegenwoordig wordt er in de mudi-fokkerij twee richtingen gekozen; de oude rasstandaard, de schapendrijver/hoeder; vierkante bouw, vollere krullend vacht, sober, leergierig, zelfstandig, slim. En ook een hond voor behendigheid; slanker,lichter, wendbaar, snel en ietwat hoger temperament. Beide fokvarianten leren snel, willen graag werken, blaffen enthousiast, zijn baas gericht en zijn eigenlijk wel inwisselbaar; beiden zijn te trainen op drijven/hoeden en op behendigheid. Maar op (inter)nationaal wedstrijdniveau zie je het onderscheid wel duidelijk onder de kampioenen.