Red Objectief 90 pub

er kenni ngs nummerP508020 af gi f t ekant oorAvel gem

dr i ema a ndel i j k sma ga z i neov erhul pv er l eni ng u i t g a v ev a nd ev z w FOKUS1 0 0

Redactie

Joost Vanhessche Guido Claes

Werkten mee aan dit nummer

Dirk Janssens, Chris Vandeputte, Steve Vanhoutte, Marc Wille, Gerry De Wilde, Koen Verhulst, JeanPaul Salden, Claude Chabeau, Serge Dantoing, Georges Matthys, Rik De Beul, Kris Henderikx, Maxime Denoulet, Jean-Paul Heyens, Warre Saint-Germain. (m.d.a. Christian Vindevogel en Francis Boileau)

Met dank aan

brandweerposten

Antwerpen, Hannut, Lessines, Koekelare, Kruibeke, Lede, Wervik, Waregem, Waremme.

OCMW Villers-La-Ville, RK Moerbeke, CHR Val-deSambre, Sint-Rembertziekenhuis Torhout

bedrijven

Fire Technics, Vanassche, Arisco, Autographe, Somati Special Vehicles, Dias.

Audi Brussels Janssens Pharmaceutica

Abonnementen

€25 per jaar €40 voor het buitenland IBAN BE 35 4629 1923 4137 SWIFT/BIC KREDBEBB

Secretariaat

Suzanne Spanhovenstraat 5 2100 Deurne tel. 03 / 326 05 91 (na 18h) mail dirk.janssens75@gmail.com

Verantwoordelijke uitgever Gerry De Wilde Nieuwstraat 87 9170 Sint-Gillis-Waas

90

in dit nummer

B

randweerwagens

Z

iekenwagens

pag. 3

pag. 17

B

edrijfsnieuws pag. 22

Website

www.fokus100.be join us on

Inzendingen

info@fokus100.be ©2016 Niets uit deze uitgave mag worden gekopieerd of vermenigvuldigd op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande toestemming van de redactie.

De opgenomen informatie is niet noodzakelijk een weergave van de mening van de redactie of uitgever.

De redactie noch de uitgever aanvaardt enige aansprakelijkheid voor mogelijk onjuist verstrekte informatie.

2 Objectief

Brandweerwagens zone 1 In de rubriek ‘openbare verkopen’ zijn de jongste maanden regelmatig brandweerwagens te vinden. Dat heeft alles te maken met de zonevorming, waarbij voertuigen overbodig blijken doordat er nauwer samengewerkt wordt. Vorige keer lieten we ons licht schijnen op de zone Fluvia. Dit keer is de Zone 1, in het Noord-Oosten van de provincie West-Vlaanderen, aan de beurt. Dit is het lijstje van de voertuigen die te koop aangeboden werden.

1991

voormalig kenteken NZN-737

kenteken zone -

Magirus

2002

EQT-898

1-JNP-106

Iveco 150 E27

Magirus

1994

NLZ-549

1-JNN-354

schatp

Renault R310

Rosenbauer

1982

EZD-903

1-BYZ-613

Brugge

tw 8000

Renault G260.19

Somati

1991

KLU-035

1-JNP-083

Brugge

comw

Mercedes Vito 220CDI

Rosenbauer

1999

RNR-713

-

De Haan

maw

Renault S150Ti

Vanassche

1988

AZG-767

1-JNB-911

Oostende

hz atp

Mercedes 1124F

Vanassche

1995

BVE-633

1-JNC-392

Oostkamp

maw

VW LT35

-

1997

BTP-713

1-KAR-942

Torhout

hz atp

DAF FA1700

Rosenbauer

1992

LHF-483

1-JLB-169

korps

type

merk

constr.

Blankenberge

bestelw

Mercedes TN310DB

-

Brugge

el 32

MAN 26.284

Brugge

alk 30

Brugge

bj

Verder waren er nog een aantal aanhangers met vooral motorpompen te koop.

Uit de lijst blijkt dat Brugge twee hoogwerkers verkoopt. Dat betekent dat die post nog maar één autoladder beschikbaar heeft. Voor de rest wordt gerekend op hulp van omliggende posten.

Begin maart verscheen in de pers een artikel over deze verkoop. De nieuwe eigenaars waren in de wolken omdat ze voor zo weinig geld een goed onderhouden wagen konden kopen. Eén wagen, de Daf autopomp van Torhout, gaat naar een binnenspeeltuin. De materieelwagen van Wenduine (De Haan) ging voor 3000 euro naar een vriendenkring uit Gooik, die hem door sponsors wil laten beplakken bij de Strandbalfeesten. De mannen waren verbijsterd dat zo’n goedkope wagen ook nog reed. Daarom wilden ze er eerst nog eens een kroegentocht mee maken...

3 Objectief

Antwerpen

Antwerpen Brabo mag in de legende dan wel de reus verslagen hebben, er zijn de laatste jaren diverse reuzen in dienst genomen door Brabo’s brandweer.

Eén van die kleine reuzen was een Scania G400 materieelwagen met kraan, die in 2013 in gebruik kwam. Hij werd uitgebreid beschreven in Objectief 79. Nu is een tweede, soortgelijke

wagen in dienst genomen om de MAN uit 2004 te vervangen. Het onderstel is een Scania G410, die plaats biedt aan drie personen en met een automatische versnellingsbak uitgerust is. Maar ‘soortgelijk’ is niet hetzelfde als ‘identiek’.

4 Objectief

S

T

E

E

K

K

A

merk

Scania G410 LB4x2

vermogen (pk/kW)

410 PK (Euro 6)

constructeur

Somati / ISS Wawrzazsek

A

R

T

Techniek winch

Rotzler TRO80/6, 80 kN trekkracht

lichtmast

Fireco 4 x 1000 Watt

stroomgroep

Mecc Alte 25 kVA 400/230 V

redset

Holmatro

kraanarm

Hiab 211EP3 HiPro 198 kNm (20 ton/meter), reikwijdte 10,3 meter

kast 1

De nieuwe wagen is namelijk gebouwd door ISS Wawrzazsek, in opdracht van Somati. Dan weten we meteen dat de opbouw uit glasvezelversterkt polyester vervaardigd is. De inrichting kan ingedeeld worden met aluminium profielen, sledes en draaideuren.

Vooraan in de opbouw is een Fireco lichtmast aangebracht met vier halogeenstralers. De benodigde stroom komt van de ingebouwde generator. Een andere troef is de kraanarm. Hij wordt van op afstand bestuurd, heeft een hefvermogen van ruim 20 ton en reikt tien meter ver. Voorts heeft de Scania nog een Rotzler winch, eveneens met afstandsbediening.

Alsof deze knaap door zijn imposante verschijning nog niet genoeg opvalt, kreeg hij flink wat toeters en bellen mee. Op de cabine staat de Split Vision lichtbalk van Federal Signal. Dit is een LED-opvolger van de Viewpoint lichtbalken. Ledmodules zitten ingebouwd in de motorgrille (vier stuks). Achteraan zitten blauwe LED’s in de dakrand. Op de zijkanten zijn telkens drie Labcraft modules voor de omgevingsverlichting aangebracht. Om af te ronden is achteraan nog een verkeersgeleider gemonteerd.

De voorraad materieel kan men gerust indrukwekkend noemen. De belading is vrijwel identiek aan die van de andere Scania. We geven in een tabel een overzicht van de voornaamste elementen. (A43, 1-KRS-226)

inhoud hefkussens en toebehoren adembescherming toebehoren winch en lier tirfor en kabels ligwagentje en steekkar

kast 2

3

handwerktuigen elektrisch handgereedschap laspost en bescherming

4

5

kettingzagen en beschermkledij bootbrancard bijlen en handzagen rolkrik

6

inhoud olielekbak, wervelplank rondstroppen en heflinten kraan catu koffer (elektrisch isolatiematerieel) bediening stroomgroep, stroomhaspels materieelkoffer elektriciteit peli-lights en kegels Holmatro: schaar en spreider, ram (4x) pedaalknipper, deuropener constructieschaar (2x) div. types hydraulische pompen Powershore slachtofferzorg beschermhoezen Powershore, blocks tramvijzel stapelblokken mylobdeenstaven

5 Objectief

Antwerpen vernieuwt voortdurend de vloot dienstvoertuigen. Het was één van de eerste steden die hiervoor gebruik maakte van leasingcontracten. Nu zijn nieuwe contracten afgesloten, die resulteerden in een aantal Opel Corsa’s. Deze vier voertuigen vervangen de Corsa’s die in 2009 werden geleased (Objectief 67). De stadswagens, die een 1200 cc motor hebben, werden P120 1-LUU-383 geleverd door de garage Peeters. Ze P121 1-LUU-343 worden gebruikt door de administratieve diensten. Daarom verraden alleen P122 1-LUU-306 het logo en de opschriften dat dit P123 1-LUU-277 brandweerwagens zijn.

SW 82

1-LUX-812

SW 83

1-LUX-922

SW 84

1-LUX-902

SW 85

1-LUX-873

SW 86

1-LUX-847

Dit geldt niet voor de Fords Focus Clipper. Die zijn geleverd door garage Neyt. De breaks zijn krachtiger en beschikken over een 1499 cc dieselmotor en een automatische versnellingsbak. Ze kregen in de motorgrille LED-flitsers mee en een magnetisch flitslicht. De Fords worden namelijk gebruikt door de officieren en operationele personeelsleden. Ze vervangen dus de vijf Opels Astra Wagon, die eveneens in 2009 in dienst kwamen.

Antwerpen verwelkomde ook een ministeriële autopomp. Ze maakt deel uit van het eerste vertrek vanuit de post Zuid.

De Atego heeft ook bevrijdingsmaterieel aan boord en is uitgerust met een zware pomp. (1-CYE-817, A5)

“‘t Stad” kocht eveneens een nieuwe hoogwerker. Er werd geopteerd voor de hoogste ministeriële versie en dan komen we terecht bij de Volvo FM. De werkarm is van SimonMagirus en de verdere afwerking gebeurde bij Rosenbauer en Fire Technics. Dit lijkt het verhaal van een standaard ministeriewagen maar dat is het allerminst.

Al van bij de eerste aanblik valt op dat er extra kasten voorzien zijn. Deze optie werd aangeboden, maar slechts weinig posten liepen hier warm voor. Antwerpen had die ruimte nodig voor een vaste bluspomp. De uitlaten hiervoor zijn aan weerszijden te vinden. De dubbele aanzuiging zit aan de rechterkant. Deze nieuwe gigant (1-KRS-162) gaat naar de post Lillo.

De uitrukken zullen dus vooral van industriële aard zijn. Hij vervangt daar de MAN elevator die in 2012 verongelukte, maar nadien alsnog opdook bij een Nederlands bedrijf.

6 Objectief

S

T

E

E

K

K

A

A

merk

Volvo FM330 6x4 Euro V+AdBlue

vermogen (pk/kW)

330 PK / 248 kW

constructeur

Fire Technics

R

T

blussing pomp

Rosenbauer NH35 (3000 L/min bij 10 bar en 400 L/min bij 40 bar)

schuim

menging met FireDos FD4000 systeem

inlaten

2 x 110 mm AR

uitlaten

4 x DSP 70 mm (2 links, 2 rechts) monitor in de korf

werkarm arm

Simon-Magirus ALP330 (32,8 m) reddingskorf 400 kg (4 personen) met windsnelheidsmeter, watergordijn, monitor (2000 L/min), persuitlaten 40 en 25 mm DSP, haspel, antivalsysteem

7 Objectief

Om af te ronden vermelden we nog de komst van de vierde Mercedes Atego knikladder. In nummer 87 van dit magazine werden de eerste drie exemplaren voorgesteld, waarvan er één, het nummer 28, beschikt over een meesturende achteras.

Sinds kort is de laatste wagen van deze bestelling in dienst. Hij rukt uit vanuit de kazerne Zuid en lost daar de wacht af van de Volvo, die nu het reservevoertuig wordt.

Er is evenwel ook een uitverkoop gehouden bij de zone Antwerpen. Negen voertuigen en enkele aanhangers werden, samen met een pak klein materieel, te koop aangeboden. voormalig kenteken type merk constr. bj kenteken zone zw atp Dennis Rapier C260 Ziegler/Somati/FT 1999 RBY-549 1-JHF-643 Dennis Rapier C260

Ziegler/Somati/FT

1999

RBY-551

1-JHJ-285

AP05

zw atp

Dennis Rapier C260

Ziegler/Somati/FT

1999

RBY-554

1-JHS-289

AP11

hz atp

Mercedes 1124F

Vanassche

1997

PRR-464

1-JHF-233

AP01

shw

Mercedes 416CDI Sprinter

Vanassche

2005

TPL-058

1-JHG-173

SIW41

shw

Mercedes 416CDI Sprinter

Vanassche

2004

PGM-103

1-JHF-254

SIW48

maw+k

MAN TGA 18.360

Somati

2004

SIV-600

1-JHF-602

GIW43

alk 30

Iveco 150E27 Euro Fire

Magirus/Rosenb.

1997

PPR-569

1-JHF-316

AL27

alk 50

Iveco 260E42 Euro Fire

Magirus/Rosenb.

1999

KEA-780

1-JHF-359

AL28

ahw PL

Atlas Copco XAS76OTM

Teksam

1998

UAP-866

Q-AAJ-040

C137

ahw LM

Teklite MLU 6/200

Teklite MLU6/200

1992

UKH-877

Q-AAJ-037

ML139

Philippeville De reeks signa’s van de federale overheid nadert stilaan haar voltooiing. Er is een ernstige inspanning geleverd om de interventies langs de openbare weg een stuk veiliger te maken. In de zone Dinaphi waren de meeste posten al uitgerust met een signalisatiewagen. Fire Technics leverde recent het exemplaar van Philippeville.

De garnizoenstad heeft niet alleen haar typische stervormige stratenplan. Het grondgebied wordt tevens doorkliefd door enkele drukke gewestwegen. Deze aanschaf is dus meer dan verantwoord. (1-NDA-715)

Objectief

AP02

zw atp

Dinaphi

8

nr

Fluvia We beloofden u meer informatie over de verschuivingen binnen dit wagenpark. De Chrysler Voyager, die Anzegem als commandowagen gebruikte, is buiten dienst. Ter vervanging is tijdelijk de Nissan Terrano van Waregem overgekomen. Om de duikers van Zwevegem op weg te helpen - de MAN is recent verkocht - gaf de post Kortrijk haar Opel Movano in bruikleen. Het belangrijkste project dat nu op stapel staat, is het afschrijven en vervangen van de ladder van Waregem. Die Iveco F140-25A werd door de stad met eigen middelen aangekocht in 1993. Kortrijk deed een jaar later hetzelfde. Behalve Brussel waren dit de enige steden die dit model nieuw aankochten. Enkel BASF kocht eveneens zo’n dertig meter ladder.

In Waregem kende de autoladder, de enige van deze dienst, weinig rust en dat verklaart waarom zij er weldra uit moet. Wat er in de plaats komt, is nog niet bekend.

hainaut-centre Mons

Al sinds 1970 zijn de Europese landen, onder impuls van Frankrijk en Duitsland, bezig met het terugdringen van de schadelijke uitstoot van voertuigen. In hetzelfde jaar was ook Amerika begonnen met het terugschroeven van deze stoffen. De VS bleken ambitieuzer dan Europa, en toen de Europese regels op een sof dreigden uit te draaien, was het Duitsland dat in 1983 op tafel klopte. Het zou toch nog duren tot 1994 voor de eerste Euro-norm een feit was. In de daaropvolgende jaren werd deze norm steeds strenger. Intussen zijn we al aan de Euro-6 motoren toe, die de uitstoot drastisch verlagen in vergelijking met de Euro-1 motoren van twintig jaar geleden.

Dat die Euro-6 motoren er kwamen, hebben we geweten. Vrijwel alle vrachtwagenmerken maakten van de gelegenheid gebruik om hun modellen te restylen. Dat konden we in de Objectief al enkele keren vaststellen. Nu is Renault aan de beurt. Ook voor de ministeriĂŤle leveringen is Euro-6 voelbaar. De knikladders uit de globale aankopen waren voorzien op een Renault Midlum onderstel. Daarvan werd de cabine dus eveneens hertekend. We konden al een eerste glimp opvangen bij de materieelwagen van Kruibeke, maar nu zijn ook de eerste ministerieladders met de nieuwe cabine een feit. Mons beet de spits af.

9 Objectief

De nieuwe knikladder ‘Single Extension’ is uiteraard gebaseerd op de vorige versie. Voor wat betreft het chassis zijn er evenwel enkele details aangepast. Zo is het vermogen opgetrokken tot 320 PK (235 kW). Tevens zijn onderdelen van de achtersteven voorzien van een geel-rood visgraatmotief. Op die manier heeft men het uitzicht laten overeenkomen met artikel 3.1.2.1 van het KB van 25 februari 2015.

Hesbaye In één van de vorige nummers toonden we u de signalisatiewagen van Hannut. Dat was een omgebouwde Mercedes Sprinter van de Brusselse brandweer. De commandowagen was in de hoofdstad afgeschreven en verkocht aan de zone Hesbaye, die hem zijn nieuwe taak gaf. Uiteindelijk is de wagen terecht gekomen in Waremme, daar Hannut zich mocht verheugen op een gloednieuwe ministeriële wagen. Daarom kreeg de Sprinter al het bestaande afbakeningsmaterieel van Hannut mee.

Waremme gaat de wagen nog verder aanpassen. Het scheidingsrooster tussen de bestuurdersruimte en het materieelcompartiment wordt naar voor verplaatst.

Zo zal men, geheel volgens de Europese aanbevelingen, het materieel zoveel mogelijk langs de zijuitgang kunnen bereiken, zodat niemand aan de achterkant van de wagen moet werken. Het vlootnummer wordt V06.

De Renault Master, die voortaan in Hannut te vinden is, kreeg het vlootnummer B1 opgeplakt. (1-LCP-424)

Oost Het mag duidelijk zijn dat de zones stilaan vorm krijgen en dat hun structuur in de plooi valt. Dan duiken ook meteen de noden op. Voor de zone Oost (Berlare - Buggenhout Dendermonde - Hamme - Lebbeke - Lokeren - Oudegem en Zele) was één van die noden het vervoer voor de voltijdse majoors. Eén van hen is waarnemend zonechef. Daar deze majoors opereren over de gehele zone, zijn de aangekochte voertuigen niet gebonden aan een post.

Gezien de Federale Overheid in het globale aankoopprogramma hier een antwoord voor had, werd niet geaarzeld. De zone kocht twee BMW’s van het type ‘X3 xDrive 2.0d’. De wagens zijn uitgerust met een achttraps automaat. De Euro-6 dieselmotor zet zo 140 kW (190 PK) op de baan.

Ze zijn door AB-Technics en Arisco klaargestoomd voor de brandweertaak. Dit houdt onder meer een Solex lichtbalk in met geïntegreerde omroepinstallatie en een verkeersgeleider.

In het radiatorrooster zijn MR6 LED’s van Code3 ingebouwd. (1-NNP-522 / 1-NNP-563) Er is toch een bijzonderheid aan deze voertuigen: de kleur. Die komt uit de BMWbrochures en is daar omschreven als ‘Alpinweiss III’. Dat de Federale Overheid kiest voor witte voertuigen lijkt in strijd met het KB van 25 februari 2015, dat voorschrijft dat alle brandweervoertuigen in de rode kleur RAL3020 uitgevoerd moeten worden. Het heeft alles te maken met datums... De leveringsopdracht voor dit type wagens is namelijk openbaar gemaakt op 22 januari 2015, een kleine maand voor het KB van kracht werd.

10 Objectief

Niettemin laat het KB er geen twijfel over bestaan dat alle voertuigen, dus ook deze twee, ten laatste tegen begin 2025 in de rode kleur uitgevoerd moeten zijn (voor sommige voertuigen is dat al tegen januari 2020). Zones die ook ingaan op deze aanbesteding, kunnen evenwel meteen kiezen voor de rode versie. Daarvoor zijn twee mogelijkheden: rode lak of rode wrapping. Deze laatste kost goed de helft van de prijs voor de rode lak.

Deze twee wagens zijn hoe dan ook de prototypes. De (rode) BMW X3 die sinds kort in Herve (zone Vesdre, HoĂŤgne et Plateau) te vinden is, werd afzonderlijk op eigen kosten besteld en maakt dus geen deel uit van deze serie voertuigen. (1-LVZ-853)

Post verdwijnt In de zone Oost was ook minder aangenaam nieuws te rapen. In april is beslist om de post Oudegem, een voormalige voorpost van Dendermonde, op te doeken. Daarmee zijn de beide voorposten die Dendermonde ooit had, van de kaart verdwenen. Vroeger was er nog een post in Baasrode, maar die is eerder al gesloten. De sluiting gaat in op 1 juli.

Een andere beslissing van de zoneraad heeft te maken met de ambulancedienst van brandweer Dendermonde. De zone gaat die afdeling privatiseren, zoals dat eerder al gebeurde in Zele. Voor de brandweer zou de ziekenwagendienst te duur zijn. Als dat plan uitgevoerd wordt, heeft alleen Hamme nog een eigen dienst 112, maar ook daar wordt gedacht aan privatisering.

11 Objectief

Wallonie Picarde Ook in Wallonië zijn de zones nu helemaal op toeren gekomen. Om één en ander vlot te laten verlopen, kocht de zone Wallonie Picarde twaalf Renault Kangoo’s. Ze werden verdeeld over de diverse posten van de zone, zodat die over een extra personeelswagentje kunnen beschikken.

Deze voertuigen werden door Mecelcar afgewerkt.

post Antoing Ath Basècles Beloeil Bernissart Comines Behalve de Mercedes Vito Tourer commandowagen van Tournai, die we vermeldden in de vorige editie, mocht ook Mouscron zijn exemplaar afhalen.

Tevens kwam er in elk van de twee voormalige voorposten van Mouscron, nl. Estaimpuis en Dottignies, een Renault Master in dienst. De twee bestelwagens werden afgewerkt door Mecelcar.

(1-JXS-368 en 1-JXS-382) Tot slot nog een duo: de zone ontving twee Iveco Stralis 310E6 haakarmwagens, waarvan de achteras meestuurt. Ath beschikt onder meer over een container met zwaar reddingsmaterieel en een adembeschermingscontainer.

Ath: 1-KBG-633, PB4 Mouscron: 1-KBG-615, PB5

12 Objectief

kenteken 1-JXJ-111 1-JXH-990 1-JXJ-105 1-JXJ-069 1-JXJ-028 1-JXJ-081

nr VL13 VL14 VL15 VL16 VL17 VL18

post Warneton Lessines Leuze Mouscron Estaimpuis Péruwelz

kenteken 1-JXJ-137 1-JXJ-151 1-JXJ-058 1-JXJ-013 1-JXJ-121 1-JXJ-042

nr VL19 VL20 VL21 VL22 VL23 VL24

Waasland Eind 2015 stelde de zone vier identieke dienstvoertuigen VW Caddy 1.2TSI (63 kW) in dienst.

Er is plaats voor vijf personen en er is een laadruimte. De wagens worden gebruikt door het administratief personeel, voor interventies of voor verplaatsingen naar opleidingen. De ombouw gebeurde door de firma Autographe, die de witte dienstvoertuigen voorzag van een carkit, een blauw interventielicht op het dak, flitsers in de grille en een tweetoon.

Binnenkort krijgen ook de posten Sint Niklaas en Melsele (de gloednieuwe kazerne van Beveren) eenzelfde voertuig.

Temse krijgt nog een tweede VW Caddy in een andere uitvoering met plaats voor twee personen en een grotere laadruimte.

Kruibeke

1-LBV-072

Stekene

1-LBV-068

Temse

1-LBV-011

Waasmunster

1-LBV-942

westhoek

koekelare In ons vorige nummer stelden we de nieuwe ministeriĂŤle tankwagens voor. De grote versie van Puurs kwam uitgebreid in beeld. Dit keer gaan we voor het prototype van de kleine versie, al is dat relatief natuurlijk. Dat prototype is in januari geleverd aan Koekelare.

13 Objectief

De Scania P360 van Vanassche heeft 8000 liter water aan boord. De Zieglerpomp is van het zware type: ze haalt een debiet van 4000 L/min bij 10 bar. Er zijn vier uitlaten van 70 mm en een hogedrukhaspel.

Voor Koekelare, dat koos voor de versie met detergententank, komt hiermee eindelijk een oplossing voor de afgepeigerde Volvo tankwagen.

Dat was een melkwagen uit 1985, die na een commerciĂŤle loopbaan van elf jaar in dienst kwam bij de brandweer. Vanassche zorgde voor de nodige ombouwwerken en gaf de F7 een lichte motorpomp mee. Ook op het vlak van bluskracht zet Koekelare dus een flinke stap voorwaarts.

Bovendien is de nieuwe Scania uitgerust met een signalisatiepaneel, wat voor deze brandweerpost eveneens een primeur is.

Het bord wordt van in de personeelscabine aangestuurd. Bij deze bediening is er een apart scherm voor de GPS en de veiligheidscamera’s op de wagen. (1-NDD-760)

14 Objectief

Wervik Op 9 februari mochten de spuitgasten van de tabaksstad hun nieuwe autopomp in ontvangst nemen. Er is geopteerd voor het federale model.

Naar alle waarschijnlijkheid zal hiermee een einde komen aan de loopbaan van de Mercedes 1222F/36, die Vanassche in 1986 bouwde voor Wervik. De stad kocht die wagen toen met eigen middelen en had daar 5,5 miljoen frank (ruim â‚Ź135 000) voor over. De autopomp was toen ook al uitgerust met een Teklite lichtmast, wat nog niet zo vanzelfsprekend was.

De stroom kwam van een Honda stroomgroep.

De nieuwe bluswagen heeft geen groep nodig: de lichtmast werkt met vier LED-lampen die hun stroom krijgen van de alternator van het voertuig. Niettemin is er, voor een verplaatsbaar Halogeenlicht op statief, een kleine Honda generator aan boord. De wagen is voorts rijkelijk uitgerust als multifunctionele autopomp.

(1-CYJ-563) Wervik beschikt als autopompen ook nog over een Mercedes 1428 Atego (zie pag. 29) en een lichte autopomp Mercedes LN914F in de post Geluwe.

15 Objectief

Zuid-Oost Voor de majoors van deze zone werden vier dienstwagens geleased. De witte VW Tiguans rijden anoniem rond. Niettemin zijn er een magnetisch LP400 Solaris knipperlicht van Federal Signal, grilleflitsers en een elektronische sirene voorzien.

Deze voertuigen hebben, Tiguan 1 1-LND-544 Wetteren net als in de zone Oost, Tiguan 2 1-LND-531 geen eigen vaste kazerne.

Lede We geven hier de huidige Tiguan 3 1-LND-565 Aalst standplaatsen en de Tiguan 4 1-LND-522 Aalst overige gegevens mee.

16 Objectief

ziekenwagens Marbais De regio Villers-la-ville - Tilly - Marbais was vroeger een “grijze” zone op het gebied van de dringende medische hulpverlening. Ze is gelegen in de ruit tussen Nivelles, Wavre, Gembloux en Charleroi. De dichtstbijzijnde hulpdiensten waren veraf gelegen en minder goed uitgerust dan vandaag het geval is. Een persoonlijk initiatief van een medewerkster van het Rode Kruis van Villers-la-Ville bracht toen verandering.

In de jaren ’90 startte men met één ziekenwagen, snel aangevuld door een reanimatiewagen.

Beiden waren van het type Fiat Ducato. Dit initiatief kreeg erkenning van het ministerie door de levering van een Peugeot Boxer. Een tweede voertuig van het type VW LT werd nadien met eigen middelen aangekocht.

Ondertussen wenste de initiatiefneemster van dit project zich terug te trekken, en werd de exploitatie van deze 100-dienst wegens budgettaire problemen overgenomen door het OCMW van Villers-la-Ville. Uit geografische overwegingen werden de ziekenwagens gestationeerd in het centraal gelegen Marbais. Zo kon Sombreffe meteen worden beschermd, dat ook weer in een grijze zone lag.

Financiële problemen bleven op deze hulpdienst wegen en uiteindelijk nam een privé firma de zaak over. Nu werd de thuisbasis Sart-Dame-Avelines.

Toen er een nieuwe ambulance nodig was, vond men een jong tweedehands exemplaar bij de Luikse firma Jaeger, die failliet was gegaan. Het was weer een Fiat Ducato en zo was de cirkel rond.

De uitrusting komt van de Italiaanse firma Orion. Een groot deel van de binnenzijde bestaat uit glasvezel waarin titaandioxyde verwerkt is. Dit maakt de glasvezelstructuur stabieler en geeft ze een antibacteriële werking. Naast de Stryker brancard zijn er nog drie zitplaatsen.

Uiteraard is alle nodige medische uitrusting beschikbaar. De Code3 lichtbalk met LED technologie wordt geassisteerd door gyroleds, front- en zijflitsers. Een duo krachtige luchthoorns is zichtbaar boven beide voordeuren. (1-NDF-660)

17 Objectief

MOerbeke De Rode Kruisafdeling van Moerbeke-Wachtebeke kan sinds kort uitpakken met een nieuwe ziekenwagen.

Alhoewel, de term ‘nieuw’ is niet helemaal correct. De Mercedes 315CDI Sprinter werd in 2007 klaargestoomd voor een Duitse hulpdienst.

Na zijn loopbaan bij de Oosterburen werd de ambulance door de firma Dirix naar België gebracht.

Kofferambulances zijn eerder uitzonderlijk bij het Rode Kruis. Daarbij komt dat dit exemplaar meteen het nieuwe RK-uitzicht meekreeg.

(1-KLF-770, nr.1) Kort daarop ontving het Rode Kruis van Halle voor haar secundair vervoer een bijna identieke, witte ziekenwagen. Voor de dringende opdrachten van de dienst 112 kan RK Halle nog rekenen op twee gele kofferziekenwagens.

Hesbaye

Waremme Borgworm, Waremme in het Frans, kwamen we al tegen bij de brandweervoertuigen, maar ook de medische vloot werd aangepast.

In november mocht men immers een gloednieuwe Mercedes Sprinter van Ströbel in gebruik nemen. Hij vervangt er eigenlijk de Peugeot Boxer met Durisotti opbouw, in 2003 geleverd door Bocquet Engeneering.

Die wagen was immers in 2014 afgedankt, waarna Hannut tijdelijk een ambulance ter beschikking stelde.

Met deze nieuwe aankoop beschikt Waremme over twee volwaardige kofferambulances, want men had er nog een Ströbel in dienst. (1-LPY-113)

18 Objectief

Val De Sambre Sambreville

Het ‘Centre Hospitalier d’ Auvelais’ nam een nieuwe MUG in dienst. Het is reeds de derde BMW X5 die hier een MUG functie krijgt. Dit model van de laatste generatie kreeg een ingrijpende facelift, maar ook de uitrusting is niet helemaal dezelfde. De bediening van de alarmlichten en de sirene bevinden zich nu links van het stuurwiel. Zo komt er centraal meer plaats vrij voor de Astrid radio en de GPS. Deze laatste krijgt zijn info rechtstreeks van de 112-centrale via Astrid.

De beschermde zone van Auvelais is zeer uitgestrekt en vrij landelijk. Daarom komen, speciaal in bosrijk gebied, de extra verstralers goed van pas.

Het materieel bevindt zich in de laadruimte op een uittrekbare slede met een vast schap hierboven. De zitplaats rechts achteraan werd vervangen door een meubel met hierin een dossierkast en klein materieel.

Verschillende veiligheids- en anti-diefstalvoorzieningen zijn ook aanwezig. Zo kunnen de deuren worden gesloten terwijl de motor nog draait en de batterijen zo worden bijgeladen.

Wanneer de handrem wordt opgetrokken, stopt de sirene automatisch. Deze sirene heeft daarenboven een dag- en nachtstand zodat de uitgezonden decibels ’s nachts beperkt worden.

De dieselmotor van deze X5 xDrive 3.0d met automatische versnellingsbak levert 190 kW of 258 PK. Het was de firma Autographe die zorgde voor de ombouw. (1-NEC-871) De vorige X5 blijft beschikbaar als vervangwagen indien dit zou nodig zijn.

19 Objectief

Wat opvalt op de flanken van de nieuwe X5, is de vermelding: ‘Centre Intercommunal d’ Aide Médicale Urgente a.s.b.l.’ Deze MUG wordt dus uitgebaat door de v.z.w. ‘Intercommunaal (of Intergemeentelijk) Centrum voor Dringende Medische hulpverlening’. De bedoeling is de kostprijs van de MUG niet in de jaarrekening van het ziekenhuis op te nemen.

Deze werkwijze wordt in het Waalse landsgedeelte wel meer toegepast door kleinere ziekenhuizen zodat de rekeningen in overeenstemming blijven met de verwachtingen of doelstellingen.

Intussen wordt naarstig gewerkt aan een fusie tussen dit ziekenhuis en de klinieken CHU Mont-Godinne en Dinant. Deze laatste twee waren al geassocieerd, maar nu is dus een fusie in de maak met het ziekenhuis van Sambreville. Er is hiervoor al een nieuw logo gemaakt, dat de motorkap en de flanken van de nieuwe MUG siert.

Zone 1

Torhout Het Sint-Rembertziekenhuis mag zich eveneens de trotse eigenaar noemen van een nieuwe urgentiewagen. In dit ziekenhuis is men al in 1983 gestart met de MUG-dienst, zodat we rustig over pioniers kunnen spreken.

De gekozen Volvo biedt plaats aan drie personen. Behalve de standaard MUG-uitrusting beschikt die bemanning over een mobiele en twee draagbare Astridzenders. De GPS wordt ook hier automatisch aangestuurd vanuit de noodcentrale.

Het medisch materieel is logisch ingedeeld. Het materieel voor de eerste benadering van het slachtoffer zit in de kofferruimte. De zijdeur biedt toegang tot de uitrusting die minder frequent gebruikt wordt.

Opvallend is de prioritaire verlichting. De Valor lichtbalk heeft ingebouwde Alleylights (zoeklichten op de zijkanten van de lichtbalk). De LED’s kunnen in verschillende kleuren werken. Zo worden vooraan ook de richtingaanwijzers en de stoplichten ontdubbeld in de lichtbalk. Wanneer de handrem aangetrokken wordt, schakelen de meeste LED’s naar wit licht, zodat er een automatische omgevingsverlichting ontstaat.

De Volvo, die uit de Somati-ateliers is gerold, is tot slot uitgerust met een tracking systeem, waarmee de hoofdverpleegkundige de wagen permanent kan volgen.

(1-LNN-376, Mnr.375.01)

20 Objectief

Deze wagen vervangt een Volvo V70 uit 2003 (FKS-402) en betekent het sluitstuk van een indrukwekkende vernieuwing van de spoedafdeling van het ziekenhuis. Niet alleen het voertuig is vernieuwd, ook in de spoedopname zelf is alles nieuw. Er zijn in totaal vijftien zogenaamde ‘boxen’ waar patiënten volgens hun probleem opgevangen kunnen worden.

Zo zijn er twee reanimatieboxen en drie acute boxen. Eén en ander maakt dat dit ziekenhuis opgewassen is tegen allerlei rampsituaties.

21 Objectief

in de bedrijven Audi Brussel ‘Het kan verkeren’, zei Bredero. En voor deze bijdrage zitten we ook in het verkeer. Het was op initiatief van Pierre D’Ieteren dat Volkswagen, kort na de Wereldoorlog, besliste om een assemblagefabriek voor personenwagens te bouwen in Vorst, bij Brussel. Sinds 1949 werden er Studebakers, VW Kevers, Lupo’s, Polo’s, Golfs en Passats en zelfs Porsches gebouwd. Vanaf 2006 troepten donkere wolken samen boven Vorst. Volkswagen gaf te kennen dat de Golf niet langer in Brussel gebouwd zou worden. Het betekende dat 70% van

22 Objectief

de 5000 banen verloren zou gaan. De brand werd evenwel voor een groot deel geblust toen de Volkswagengroep besliste om VW Vorst over te hevelen naar Audi AG. De naam werd ‘Audi Brussel’ en de tewerkstelling werd weer op 2500 werknemers gebracht.

Jaarlijkse worden 120 000 wagens geproduceerd op een bedrijfsoppervlakte van een half miljoen vierkante meter. Om al die gebouwen te beschermen is er een eigen brandweer actief. We stelden die voor in Objectief 72 en 79. Het ging toen om compacte voertuigen.

Men kan er gemakkelijk mee tussen de afdelingen en machines laveren. Soms zijn die kleinere wagens niet opgewassen tegen de brand en zijn er grotere middelen nodig. Sinds kort zijn die ook voorhanden, want Audi Brussel kocht een heel opvallend voertuig.

Men besliste er om een gecombineerd voertuig aan te kopen. Dergelijke wagens zijn in ons land zeldzaam. Tot op heden zijn er slechts vier voertuigen die deze titel kunnen opeisen: Lokeren (Magirus), Total Fina Elf (Hilton), Aalst (Bronto) en Zwevegem (Vema). Deze wagens hebben blusmiddelen aan boord en een vaste bluspomp met hoge- en lagedruk.

23 Objectief

S

T

E

E

K

K

A

A

R

merk

Scania P280 DB4x2MNZ (cabine CP16L)

vermogen (pk/kW)

280 PK / 205 kW

constructeur

Vema / Dias

T

blussing pomp

Godiva 30/10 - 2,5/40 LD-HD Prima GBRSP+PR (3000 l/min)

schuimmenging

Cameleon CTD

blusmiddelen

tank 2 000 L water tank 200 L schuimmiddel 2 bidons detergent

inlaten

110 mm AR

uitlaten

4 x DSP 70 mm HD-haspel met Delta Fire straalpijp in de korf: Leader 570-4500 L/min sproeibalk

techniek

24 Objectief

werkarm

Vema 242TF-E, 24 m hoog, reikwijdte 13,5 m, korfbelasting 280 kg, rotatie 270°

stroomgroep

Geko 5 kVA

Audi koos voor een Scania P280 met enkele cabine. De zesluiks opbouw bevat een watertank en een schuimmiddeltank.

Het blushart komt van Godiva en ombouwer Dias zorgde eveneens voor een Cameleon schuimmengsysteem. Dit kan schuim gebruiken uit de eigen tank, maar even goed uit externe vaten. Het systeem kan ook ingezet worden voor de menging van water met detergenten om de rijbaan schoon te spuiten met de sproeibalk. Die kan overigens ook met zeeppatronen ingezet worden.

Als werkarm koos men voor het 24-meter model van Vema. De korf kan drie personen tillen en is uitgerust met een bluskanon, intercom, overdrukbeveiliging, berriesteun, LED-verlichting, een eigen sproeisysteem en vier aansluitpunten voor ademlucht.

De werkarm kan indien nodig met een afstandsbediening bestuurd worden.

De materieelkasten zijn behoorlijk gevuld. Alles opsommen is onbegonnen werk. We beperken ons tot de belangrijkste zaken: een bootbrancard, schuimmengers en -straalpijpen, slangenkorven, een stroomgenerator, afzonderlijke halogeenverlichting, een CuttersEdge reddingszaag, extra AB-flessen, een elektrische overdrukventilator en diverse voorraadbakken (zout, salvage...)

Gezien deze wagen ook langs de openbare weg tussen kan komen, is een nummerplaat voorzien: 1-LVA-396.

25 Objectief

Janssen Pharmaceutica De Geelse afdeling van Janssen Pharmaceutica, die een hoofdrol speelt in de tak ‘geneesmiddelen’ van de groep Johnson & Johnson, heeft voor haar brandweerdienst een nieuw voertuig aangekocht.

Bij een eerste oogopslag zou men vermoeden dat het om een autopomp gaat. Dat is echter niet het geval. Dit is wel degelijk een materieelwagen. Niettemin heeft de wagen enkele extra troeven.

Als materieelwagen kan de Atego buigen op een flinke voorraad hulpmiddelen om alle interventies in goede banen te leiden. De manschappencabine biedt ruim plaats aan zes inzittenden. Twee ervan zitten tegen de rijrichting in. Vijf zitplaatsen beschikken over een ingebouwde persluchthouder. In de laadruimte zijn nog extra toestellen te vinden.

Voor een chemisch bedrijf is het geen toeval dat er afdichtingskussens en toebehoren aan boord zijn.

Gaspakken mogen eveneens tot de standaarduitrusting gerekend worden. De overdrukventilator, van Leader, is voorzien van een telescopische slang om de luchtstroom te kunnen sturen. Behalve een Telestep (een compact uitschuifbaar laddertje) is ook valbeveiliging te vinden. De rechterkant van de opbouw herbergt twee zogenaamde Narcotica Rescue Kits.

26 Objectief

Een opmerkelijk stuk uitrusting is de FognailÂŽ set. Het zijn drie nevelstraalpijpen die nog het best te vergelijken zijn met de piercing tools op sommige airport crashtenders. Daar dienen ze om de wand van een brandend vliegtuig te doorprikken. Daarna wordt door de kleine opening heen, nevel in het brandende gedeelte gebracht.

Dat principe wordt nu ook meer en meer gebruikt in de gewone brandbestrijding. De puntige naaldlans kan vrij makkelijk doorheen het dak of een kier ingebracht worden, om de brand daarna met een fijne nevel te bestrijden. Er moet niemand het gebouw betreden zolang de omstandigheden daar te gevaarlijk voor zijn en er wordt geen onnodige zuurstof aangevoerd. De fijne nevel heeft een extra koelend effect door de grote totale wateroppervlakte van de neveldruppeltjes. Er wordt stoom gevormd die de plaats inneemt van de zuurstof, waardoor het vuur dooft.

Enkele jaren geleden presenteerde Cobra een soortgelijk systeem, waarbij een opening gemaakt werd met een hogedrukstraal met toegevoegde schuurmiddelen.

In veel gevallen volstaat deze Fognail evenwel om het water in de brand te krijgen.

Voor grotere interventies vervoert de wagen een interventietent, een decontaminatiedouche en een gaspakveld. Daar het voertuig niet alleen voor technische inzetten voorzien is, werd ook voldoende aandacht besteed aan materieel voor het redden van personen: een spine-split, een bootbrancard, een scoop‌

27 Objectief

Aan de rechterkant van de wagen is een Total poederblusinstallatie van 250 kg ingebouwd.

En zo komen we bij de blusmiddelen. Het pompcompartiment bevat geen pomp, maar een Firedos schuimmenginstallatie. Die ontvangt het water via twee inlaten van 70 mm. Het schuimmengsel verlaat de wagen langs een uitlaat van 45 of 70 mm of via de vaste monitor op het dak. Uiteraard zijn nog heel wat armaturen aan boord om uitgebreide brandopstellingen te maken.

De lichtmast, waarop vier 86 Watt sterke FirecoLed lampen staan, is voorzien van een draai- en kanteleenheid. De lichtmast is aangesloten op de voertuigbatterijen, die voorzien zijn van een versterkte alternator. Niettemin heeft de wagen ook nog de Honda stroomgroep aan boord, die het korps al had.

De Atego 1530F kreeg een sperdifferentieel op de achteras. De wagen valt ook goed op: een Hänsch LED lichtbalk, frontpinkers van het Nederlandse ‘12LED’ en UKE Comet flitsers achteraan zorgen voor de visuele waarschuwing. Behalve een Martin Horn beschikt de wagen ook over een elektronische nachtsirene en een dubbele evacuatiehoorn. Bovendien is er kast- en omgevingsverlichting met LED’s. Tot slot vervolledigt de achteruitrij- en dodehoekcamera het plaatje.

28 Objectief

in de pers pech onderweg Alweer sloeg het noodlot meerdere keren toe. Gelukkig viel het menselijk leed nu meestal wel mee, maar de materiële schade was er soms niet minder om.

In februari werd de autopomp van Kuurne (Fluvia) aangereden toen ze op terugweg was na een brandje in Bavikhove.

Een personenwagen week van zijn rijvak af en knalde frontaal op de hulpwagen.

In de personenwagen vielen drie lichtgekwetsten. De Atego liep de nodige schade op, maar kon hersteld worden (wat van de personenwagen niet gezegd kon worden). In afwachting kon Kuurne zich behelpen met de tweede autopomp van Deerlijk.

Dezelfde week was het prijs in Wervik (Westhoek). Toen de post opgeroepen werd om bijstand te leveren bij een industriebrand in Menen, moest uitgeweken worden voor een manoeuvrerende wagen. Ondanks de pogingen van de chauffeur, kon een botsing met de personenwagen niet vermeden worden. De autopomp, net als in Kuurne een Mercedes Atego 1428, raakte van haar koers af en ramde over een afstand van 150 meter nog acht andere geparkeerde wagens. Hoewel de ravage anders deed vermoeden, liep slechts één persoon een breuk op. De vrouw was net uit haar geparkeerde wagen gestapt. Een zwangere vrouw die het ongeval zag gebeuren, werd uit voorzorg eveneens naar het ziekenhuis gebracht. Het mag een bizar toeval genoemd worden dat Wervik de dag voordien de nieuwe autopomp mocht afhalen bij de firma Vanassche...

Het meest spectaculaire ongeval gebeurde evenwel met de Hyundai IX-55 MUG van het ziekenhuis Notre Dâme des Bruyères in Liège. Tijdens een uitruk raakte de chauffeur de controle over de wagen kwijt. De wagen ging overkop en landde ondersteboven tegen een tuinmuur. Ondanks de flinke klap werd niemand gewond.

29 Objectief

op de achterflap Dit keer zoeken we het bij de elevatoren. De brandweer in ons land heeft een vrij groot aantal van die werktuigen in dienst. Nochtans waren ze aanvankelijk niet erg interessant: te log, te duur, te traag en bovendien was er geen evacuatieweg tussen de korf en de begane grond. Als blustoren waren ze evenwel niet te evenaren. Intussen zijn heel wat van die nadelen weggewerkt. Maar in dit stuk houden we ons bezig met hoe het allemaal begon in ons land.

We zouden kunnen zeggen dat het ministerie er wel vrij vroeg bij was. België was eigenlijk nog maar één elevator rijk, toen er al gedacht werd aan een ministeriële versie. Wavre kocht in 1967 de eerste brandweerelevator, een Comet op MAN 650F onderstel. Twee jaar later werd een Comet werkarm op Mercedes geleverd aan de jonge SHAPE in Casteau. Er is nogal wat discussie over welke van die twee nu de eerste was omdat sommige bronnen weigeren aan te nemen dat de wagen van Wavre uit 1967 was. Gezien de Shape zijn elevator pas in 1969 ontving, en de hoogwerker van Wavre al opduikt in een krantenartikel van 1968 (‘un an après la tragédie de l’Innovation’ in La Libre Belgique), kan die discussie hier afgesloten worden: Wavre was de eerste. Trouwens, het type MAN waarop Wavre haar werkarm liet monteren, werd maar tot 1967 geproduceerd.

Terug naar ons verhaal. In 1968 stelde het Ministerie van Binnenlandse Zaken al een ‘bijzonder lastenkohier’ op voor de levering van een autoelevator aan de brandweer. Dit zou het eerste type elevator worden dat binnen de globale aankopen viel.

Het bedrijf dat in 1971 de order binnenhaalde, leverde meteen een hoop raadsels op.

Volgens de technische gegevens van het Ministerie ging het om het onderstel VOMADA 30H3, aangedreven door een Cummins NHF265 motor, die 177 kW leverde (265 PK).

Niemand weet tot op vandaag precies waar de naam Vomada vandaan kwam. Nochtans

30 Objectief

was het een bestaand Belgisch merk, zoveel is zeker. Er is bewijs van enkele bouwkranen op Vomada, waaronder een vierasser voor kraanbedrijf Van Seumeren in Gent en een zwaarder exemplaar op vijf assen bij de firma Savelkoul in Bree. Het bouwjaar van die kraan was 1969, maar de wagen dook in 2015 nog op in Turkije.

De werkarm was de nieuwe Comet K24-T650, waarvan de onderste arm ook uitschoof, waardoor de korf hoger kon komen en hoeken kon bereiken die met de oude modellen niet haalbaar waren. De Comet werd gebouwd door de firma UMF (Usines Métallurgiques Frizet) in Jambes, bij Namur.

De elevatoren die tot op dat moment gebruikt werden, hadden één enkele knik: Nummela, Simon-Snorkel, Alkmaar-Wibe en zelfs Comet gebruikten allen hetzelfde principe.

Door het nieuwe systeem van Comet kreeg men dus een groter werkveld.

De vouwarm zorgde in rijstand voor een compactere hoogwerker waarbij de korf ook nog eens veiliger opgeborgen lag onder de werkarm in plaats van achteraan het voertuig.

Bovendien was er minder ‘uitzwaai’ bij het opstellen.

De uitrusting omvatte uiteraard een monitor van 70 mm op de korf, twee extra aansluitingen en een watergordijn (400 l/min). De werkkooi was berekend op een gewicht van De Vomada onderstellen werden uitvoerig getest. Dat gebeurde op de 650 kg en er waren eveneens twee terreinen van de TDLM (Technische Dienst LandMacht) in Brasschaat, schijnwerpers aangebracht. De stroom waar voertuigen getest konden worden. Met zware betonblokken hiervoor kwam van de ingebouwde, als belading worden rijtests ondernomen vooraleer met de opbouw 15 kVA sterke, generator. begonnen wordt. De kentekens op deze foto’s hebben nooit aan een Voor het koetswerk had men brandweervoertuig toebehoord en zijn wellicht ‘ten tijdelijken titel’ aangeklopt bij de Londerzeelse firma aangebracht voor deze tests. (archief J.-P. Salden) Moeyersons. De totale kostprijs bedroeg destijds zo’n 3,5 miljoen frank (ongeveer €86 760). Dat bedrag was in die tijd even gigantisch als de wagens zelf.

Want het bleken joekels van wagens te zijn. Ruim elf meter lang, 2,68 meter breed en 3,43 meter hoog. De wagens konden vijf personen meenemen en wogen bijna 26 ton.

De draaicirkel bedroeg 24 meter. Handige jongens voor de stad kon men ze met deze afmetingen dus niet noemen.

Zeven werden er in 1973 in ons land geleverd: Ath, Brasschaat, Izegem, Leuven, Mons, Zelzate en Antwerpen. Vooral in het laatste geval waren de afmetingen geen echt probleem.

De wagen ging naar de post Lillo in de haven, waar genoeg ruimte was voor de kolos.

Helaas bleek de techniek nog erg fragiel. De elektronica liet het geregeld afweten en er

31 Objectief

waren nogal wat problemen met de hydraulica. Daar bovenop kwam de ronduit slechte manoeuvreerbaarheid van de wagen zelf. Een groot succes is het niet geweest.

Nochtans doken nadien nog klonen op. En dan komen we bij de grootste raadsels, want die vinden we in Nederland. Daar werden nadien door Comet nog enkele brandweerelevatoren geleverd. Alleen hadden de onderstellen een iets andere naam: Vomeda.

Er doen verhalen de ronde dat dit de samentrekking zou zijn van Volvo, Mercedes en Daf. Deze wagens zouden gebouwd zijn op een Mercedes onderstel, met Volvo assen en een Daf motor. Dit stemt niet overeen met de Belgische versie, die het met een Cummins krachtbron deed. Toch voerden de wagens van Eindhoven en Zoetermeer op de snoet de drie gekende letters: DAF. Amsterdam had ook zo’n combinatie, maar daar heette ze volgens diverse bronnen ‘Waumade’, wat toch een beetje klinkt als ‘Vomada’. Het koetswerk van deze wagen was van Latré.

De korpsen, de Belgische en de Nederlandse, waren niet zo opgezet met deze voertuigen.

Bovendien bleek Comet in slechte financiële papieren te zitten. Het mag ons dan ook niet verwonderen dat het ministerie voor de volgende reeks scheep ging met het Deense

32 Objectief

Ook Leuven wat niet echt laaiend enthousiast over de wagen: te groot, te zwaar en te onzeker. Eigenlijk blijkt achteraf dat de mastodont bijna uitsluitend bij grote branden ingezet werd omwille van zijn waterkanon. De plooiarm was een handig instrument om schoorsteenbranden te lijf te gaan. De vele problemen met de wagen zorgden evenwel voor een vervroegd pensioen.

Het exemplaar van het Waalse Ath. Hier werden het dak van de cabine en de bumper in het wit gespoten, zoals dat in de jaren zeventig met alle wagens van het korps werd gedaan. Let ook op de kleuren van de stempels. Die waren origineel in het onopvallende zwart, wat gevaarlijk bleek te zijn wanneer ze uitgeschoven waren. De meeste korpsen losten dat op door ze een opvallend kleurtje te geven. Ath liet die kans links liggen.

33 Objectief

Zelzate zag in de Vomada een mogelijke bondgenoot bij branden in de chemische sector. De opvolger werd niettemin een bescheidener en veel wendbaardere autoladder op Renault onderstel.

Falck-Schmidt. Maar ook dat was geen onverdeeld succes. De techniek van de elevatoren, zeker die met een uitschuifbare basisarm, stond nog in de kinderschoenen.

Intussen was de firma UMF na de overname door FN Industry gered van het faillissement, en werd het vertrouwen herwonnen. Uiteindelijk werden via het ministerie nog ruim 50 Comet elevatoren geleverd. Natuurlijk speelde de compensatiemaatregel van de overheid hier ook een rol: elke overheidsbestelling moest zo veel mogelijk tewerkstelling opleveren in eigen land. Al deze Comets werden gemonteerd op chassis’ uit de Saviem-Renault familie.

De Belgische reeks Vomada’s werd aan de pers voorgesteld op 23 november 1973. De feitelijke levering liet nog tot het voorjaar van 1974 op zich wachten. De Antwerpse wagen reed tot 1983 met het nummer 25. Toen de Antwerpse vloot hernummerd werd, kreeg de Vomada het nummer 34 opgeplakt. In 1992 verdween de wagen om plaats te maken voor een Renault elevator.

Het exemplaar van Mons ging in 1984 naar het Franse Hénin-Beaumont (Pas de Calais). De Leuvense wagen en die van Brasschaat werden respectievelijk in 1981 en 1982 verkocht aan de NV Maes Hoogwerkers. Ath wuifde de kolos uit in 1992. De Vomada van Zelzate hield het uit tot 1993. Izegem kon hem pas in 1995 vervangen. Met zijn vertrek viel het

34 Objectief

De brandweer van Mons vond voor haar Vomada nog een koper in het buitenland. Blijkbaar moesten zelfs de zwaailichten vervangen worden door de typische Franse exemplaren uit die tijd.

Bij de Vomada van Brasschaat kregen de stempels oranje beschermkappen.

35 Objectief

36 Objectief