bachelor Business & Languages - bedrijfscommunicatie

Bedrijfscommunicatie studiegebied handelswetenschappen en bedrijfskunde bachelor bedrijfsmanagement afstudeerrichting Business & Languages campus Kortrijk academiejaar 2022-2023

ONLINE LES ARGUMENTEREN

Bedrijfscommunicatie – Basisbundel + Praktijkmodule BAM

2

ONLINE LES ARGUMENTEREN

ONLINE LES ARGUMENTEREN

Bedrijfscommunicatie – Basisbundel + Praktijkmodule BAM

3

ONLINE LES ARGUMENTEREN

1

Argumenteren Inleiding

Er zijn doorheen de geschiedenis al miljoenen publieke figuren de revue gepasseerd. Slechts een handjevol daarvan wordt echter beschouwd als een 'sterke spreker', een talentvolle speecher die zijn toehoorders kon overtuigen van zijn/haar standpunten puur op basis van zijn/haar stemgebruik en capaciteiten om te argumenteren.

Wie is volgens jou zo'n voorbeeld van een sterke spreker en waarom vind je dat? __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________

1.1.1

Casestudy: Hitler als spreker

"'Ik heb een publiek nodig als ik spreek,' zei Hitler ooit tegen een vriend, 'in een kleine intieme kring weet ik nooit wat ik moet zeggen.'" (Ross Range 2016)1 Hoe controversieel het ook mag klinken, wetende wat voor negatieve effecten zijn redevoeringen gehad hebben, is één van de beste sprekers die de wereld ooit gezien heeft Adolf Hitler.

In 1919 trad hij voor het eerst op als spreker van de Deutsche Arbeiterpartei. Er waren toen niet meer dan zo'n honderd mensen aanwezig, maar het waren er genoeg om Hitlers spraakwater op te wekken. Zijn felle betoog gaf een sterke impuls aan de fondsenwerving en dat betekende de start van zijn rol als beginnend propagandist.

In 1919 zag hij zichzelf nog als ondersteuner van een mogelijke sterke dictator, die volgens hem nog moest ontdekt worden. Niet veel later veranderde dat: het publiek zag hem als die dictator.

Onderstaand citaat is een getuigenis van een aanwezige bij een toespraak van Hitler in 1920: "Het eerste dat men voelde was: de spreker is min of meer eerlijk, hij wil jou niet overtuigen van iets waar hij zelf niet volledig in gelooft [...] En tijdens de stiltes in zijn redevoering straalden zijn ogen hartstochtelijk, terwijl hij met zijn rechterhand zijn haar naar achteren streek [...] Alles kwam recht

1

Afbeelding: www.britannica.com

Bedrijfscommunicatie – Basisbundel + Praktijkmodule BAM

4

ONLINE LES ARGUMENTEREN

uit het hart, en raakte bij ons allen een snaar [...] Hij gaf uitdrukking aan wat in het bewustzijn van iedereen in het publiek aanwezig was. Hij combineerde algemene ervaringen met een duidelijk begrip van de situatie en verbond dat met de gemeenschappelijke verlangens van hen die leden en uitzagen naar een programma [...] Vanaf die avond was ik, hoewel geen partijlid, ervan overtuigd dat als één man in staat was Duitslands lot in handen te nemen, dit Hitler was". (Rees 2012) Analyseer het videofragment van de toespraak van Hitler: wat zijn de kenmerken van zijn manier van spreken? __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________

1.1.2

Casestudy: Obama als spreker

bezighouden met zijn lichaamshouding, manier van spreken, rangschikken van woorden en zinnen, waar hij best zijn klemtonen kan leggen, ... En uiteraard heeft Obama van zichzelf het nodige charisma om zijn politieke boodschappen over te brengen.

Hieronder lijsten we kort op welke technieken Obama gebruikt om zijn argumenten aan te brengen bij zijn toehoorders: 1. Humor Humor heeft de positieve eigenschap dat het de figuurlijke 'muren' die het publiek rond zich opbouwt kan verbrijzelen. Kan je je publiek raken met humor, dan win je meteen hun onverdeelde aandacht. Obama maakt hiervoor vaak verwijzingen naar zijn dagelijkse leefwereld en vernoemt vaak zijn vrouw en dochters.

2. Het verhaal van 'iedereen' vertellen Het heeft geen zin om algemeenheden of abstractheden aan te halen om je publiek te overtuigen. Obama speelt hierop in door het grotere plaatje waar hij over spreekt te vertalen naar concrete en specifieke situaties die herkenbaar zijn voor diverse bevolkingsgroepen in zijn entourage.

Bedrijfscommunicatie – Basisbundel + Praktijkmodule BAM

5

ONLINE LES ARGUMENTEREN

3. Jij, jullie, wij Wanneer je let op Obama's gebruik van voornaamwoorden zal het je opvallen dat hij opvallend minder spreekt over 'ik wil dat...' of 'ik denk dat het goed zou zijn om...', hij heeft het vooral over 'jou', 'jij', 'wij', 'ons'. Volgende cijfers zijn waargenomen in zijn overwinningsspeech (duurde 21 minuten): −

I

> 33 keer

−

you, your, you're

> 56 keer

−

we, us, our

> 110 keer

Goede speeches hebben gewoonlijk een hogere focus op de woorden 'jij' en 'wij'. Tijdens politieke redevoeringen vragen luisteraars zich vaak af: waarom is dit nuttig voor mij? Je toespraak is dus best gefocust op het publiek.

4. Retorische middeltjes Obama is opgeleid als advocaat aan Harvard en beheerst dus wel wat trucjes om een scherpe speech te schrijven. Hij gebruikt vaak retorische stijlfiguren om zijn woorden extra kracht te geven.

Bv. Anafoor: een woord of zinsdeel herhalen aan het begin van verschillende zinnen of delen van je uiteenzetting. Hiermee leg je de klemtoon op de belangrijkste delen van je zin of boodschap.

This country has more wealth than any nation, but that's not what makes us rich. We have the most powerful military in history, but that's not what makes us rich.

Bv. Metafoor: twee zaken vergelijken op een figuurlijke manier. Metaforen kunnen abstracte begrippen visueel voorstellen en begrijpelijk maken.

Thank you for believing all the way, through every hill, through every valley.

5. Overtuigingskracht en ritme Wanneer je de speeches van Obama bestudeert, merk je dat het publiek het meest enthousiast en fanatiek wordt tijdens zijn bewust gekozen climaxmomenten en emotionele hoogtepunten. Je kan het fenomeen vergelijken met een soap waar de protagonist zich in een spannende achtervolging bevindt. Je volgt de situatie op de voet mee en voelt de ontlading als het tot een confrontatie komt met 'de slechterik'. Dezelfde gevoelens kan je ervaren bij een goed opgebouwde speech.

Bedrijfscommunicatie – Basisbundel + Praktijkmodule BAM

6

ONLINE LES ARGUMENTEREN

1.1.3

Casestudy: Donald Trump als spreker

De nieuwste president van de Verenigde Staten is alomtegenwoordig. In elke nieuwsuitzending, in elk radioverslag, in elke krant kom je Donald Trump tegen. Voor velen is het een raadsel hoe deze man ooit aan de macht is kunnen komen in zo’n grootheid als Amerika, voor anderen is het niet meer dan logisch. Laat ons analyseren hoe zijn manier van spreken kan bijdragen tot het maken (of kraken) van zijn reputatie.

Hieronder volgen een aantal opvallende feiten uit de overwinningsspeech van Trump die komen uit een analyse van Expert System (2017): 1. De speech van Trump bevatte slechts 1430 woorden, die van Obama 2395. Je kan Trump dus ‘beknopt’ noemen.

2. Het gebruik van korte zinnen is typerend voor Trumps manier van spreken. Daarmee hangt ook samen dat zijn speeches makkelijk te begrijpen zijn en dat ze ontworpen zijn om makkelijk af te lezen.

3. Trump zet vooral de woorden ‘American’, ‘America’ en ‘protect’ in de verf. Obama spreekt meer over ‘work’ en ‘generation’. Wat ze wel gemeenschappelijk hebben is dat ze vaak verwijzen naar ‘our’ en ‘nation’ wat een gevoel van samenhorigheid creëert.

4. Trump verwijst slechts 2 keer naar vrouwen in zijn speech en dat altijd in combinatie met mannen. Hij verwijst ook niet naar andere landen (wel naar staten zoals Nebraska en Detroit waar hij veel stemmen kreeg), hij plaatst alle immigranten onder de noemer ‘Islamic’.

5. Succes is het overkoepelende gevoel dat Trump wil bereiken. Bij Bush was dat ‘courage’, bij Obama ‘hope’.

Argumenteren Debatteren is communiceren. Wanneer er wordt gecommuniceerd wordt er ook geargumenteerd.

Toch is het niet zo eenvoudig te zeggen wat er precies onder argumenteren verstaan wordt.

In discussies proberen discussiepartners elkaar te overtuigen met argumenten. Toch is dit slechts één van de middelen waar sprekers/schrijvers gebruik van maken om hun publiek of gesprekspartner te overtuigen. Vaak probeert een spreker/ schrijver zijn gesprekspartner ook te overtuigen door zich te beroepen op zijn eigen kwaliteiten (als jurist zijnde …) of door in te spelen op de gevoelens van het publiek. In deze twee gevallen spreekt een spreker de psychologische kant van zijn publiek aan. Als

Bedrijfscommunicatie – Basisbundel + Praktijkmodule BAM

7

ONLINE LES ARGUMENTEREN

een spreker daarentegen argumenten bovenhaalt, dan spreekt hij de rationele of redelijke kant van de mens aan.

Argumenteren kan dan ook worden omschreven als een poging om met behulp van argumenten een standpunt aannemelijk of aanvaardbaar te maken. Maar wanneer is iets aannemelijk of redelijk ?

Volgens specialisten is een argumentatie redelijk als een spreker zijn argumentatie ook na verloop van tijd en na kritische overweging staande kan houden.

In goede argumentatie wordt er zowel aandacht besteed aan de bewijsvoering als aan de weerlegging van mogelijke tegenargumenten van de gesprekspartners of het publiek. Het vooruitlopen op de tegenargumenten van een gesprekspartner wordt nogal eens overgeslagen.

Hierdoor mist een spreker een goede kans om zijn positie te verstevigen door kritiek in de kiem te smoren.

1. Bekijk het volgende fragment van Terzake. https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2018/02/02/debat-terzake-de-sutter-en-van-langenhove/

2. Formuleer een stelling die op dit debat over transgenders van toepassing is. __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________

3. Reflectie: ga bij jezelf na of je voor of tegen die stelling bent. Is het mogelijk de stelling anders te verwoorden zodat je zelf plots in het andere kamp zit (voor i.p.v. tegen of omgekeerd)? __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________

4. Bespreek hoe de verschillende deelnemers aan het debat zich ten aanzien van die stelling verhouden en welke argumenten voor of tegen ze aanvoeren. __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________

Bedrijfscommunicatie – Basisbundel + Praktijkmodule BAM

8

ONLINE LES ARGUMENTEREN

__________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________

Soorten argumenten Er zijn verschillende soorten argumenten die tot andere conclusies of stellingen leiden die we hieronder een voor een zullen bekijken.

1.3.1

Argumenten op basis van regelmaat

Een eerste soort zijn argumenten op basis van regelmaat, meer bepaald op basis van voorspellingen of verklaringen. Een voorbeeld hiervan is: Bv. Als er sprake is van een internationale politieke crisis, bijvoorbeeld een oorlog, dan stijgt de goudprijs.

Dergelijke generalisaties kan men gaan gebruiken als argument, zoals blijkt uit: Bv. Israël heeft dreigende taal geuit in de richting van het buurland Syrië. Een oorlog lijkt onvermijdelijk. De goudprijs zal dus wel gaan stijgen.

De redenering hier is de volgende: oorlog leidt vaak tot een stijging van de goudprijs. Er is oorlogsdreiging , dus de goudprijs zal stijgen.

1.3.2

Argumenten op basis van regels of normen

Een tweede soort argument is een argument op basis van regels of normen: Bv 1. Als het verkeerslicht op rood springt, dan moet je stoppen. (regel) Bv 2. Steden zonder terrasjes zijn de moeite van het bezoeken niet waard. (norm) Dit soort gedragsregels (1) of waarderingsregels (2) kan in argumentatie gebruikt worden en leidt tot normatieve conclusies, zoals blijkt uit deze voorbeelden:

Bedrijfscommunicatie – Basisbundel + Praktijkmodule BAM

9

ONLINE LES ARGUMENTEREN

Bv1. De chauffeur reed door rood op een verlaten weg in het midden van de nacht. Maar als het verkeerslicht op rood springt, dan moet je stoppen. De chauffeur is dus in fout.

Bv2. In die stad zijn haast geen terrasjes. Steden zonder terrasjes zijn de moeite van het bezoeken niet waard. Die stad is dus niet de moeite om te bezoeken.

1.3.3

Argumenten op basis van autoriteit, voorbeeld en analogie

Een derde soort argument is een argument op basis van autoriteit (3), voorbeeld (4) en analogie (5).

Bv3. Het is niet terecht dat de Amerikaanse film op voorhand meer aandacht krijgt dan de Italiaanse. Dat heeft de filmcriticus van de Telegraaf gisteren geschreven.

Bv4. Op dit kruispunt moet je erg voorzichtig zijn. Mijn buurman heeft er gisteren nog een ongeluk gehad.

Bv5. James houdt waarschijnlijk niet van 'One Tree Hill'. Hij vindt 'The OC' ook niet echt boeiend.

1.3.4

Argumenten op basis van voor- of nadelen

Een vierde soort argumentatie is argumentatie op basis van voor- en nadelen. Het wordt ook wel pragmatische argumentatie genoemd. Voorbeelden: Bv. De invoering van één centrale munt in een verenigd Europa is gewenst. Het betalingsverkeer zal er aanzienlijk door vergemakkelijkt worden en de economisch minder stabiele landen zullen kunnen profiteren van een harde munt.

Bv. De invoering van één centrale munt in een verenigd Europa is ongewenst. De individuele landen verliezen hierdoor hun greep op de monetaire politiek. Bovendien bestaat het gevaardat de waarde van de munt in het internationale betalingsverkeer te lijden zal hebben in zwakkere economieën binnen de EU. Zoals reeds eerder gezegd denk je als spreker/schrijver best niet alleen na over je eigen argumenten, maar ook over mogelijke tegenargumenten. Bedenk hoe je voor de hierboven beschreven soorten argumenten tegenargumenten zou kunnen bedenken.

Bedrijfscommunicatie – Basisbundel + Praktijkmodule BAM

10

ONLINE LES ARGUMENTEREN

Oefeningen 1. Bedenk voor de volgende stellingen drie argumenten voor en drie argumenten tegen. Ga na welk soort argument je gebruikt.

1. Alcohol moet je verbieden onder 18 jaar. −

________________________________________________________

−

________________________________________________________

−

________________________________________________________

+

________________________________________________________

+

________________________________________________________

+

________________________________________________________

2. Het testen van cosmetische producten op dieren moet worden verboden. −

________________________________________________________

−

________________________________________________________

−

________________________________________________________

+

________________________________________________________

+

________________________________________________________

+

________________________________________________________

3. Gewelddadige games moeten worden verboden. −

________________________________________________________

−

________________________________________________________

−

________________________________________________________

+

________________________________________________________

+

________________________________________________________

+

________________________________________________________

Bedrijfscommunicatie – Basisbundel + Praktijkmodule BAM

11

HOE FORMULEER JE STELLINGEN Een stelling maakt een debat mogelijk. Het is belangrijk je stelling goed te formuleren om die te kunnen bediscussiëren. De formulering moet prikkelen en zowel voor- als tegenstanders aanknopingspunten bieden. Hieronder volgt een stappenplan om een goede stelling te maken.

1. Bedenk een aansprekend thema Dit moet een thema zijn waarover mensen een mening hebben en waarover ze het oneens kunnen zijn. Het onderwerp van je stelling link je aan je onderzoeksbeschrijving. Haal daar een aantal kernthema’s uit die interessant zijn of belangrijk zijn om iets over te zeggen.

2. Vraag je af waarover mensen het precies oneens zijn Daarbij bedoelen we niet de specifieke argumenten, maar een concreet voorstel. Bijvoorbeeld: er is vaak onenigheid over de bouw van nieuwe kerncentrales. Denk bij jouw onderzoeksbeschrijving na of er eventueel zaken zijn waarover je zou kunnen discussiëren? Bv. het gebruik van AI in HR. 3.

Bedenk een scherpe, bondige en prikkelende formulering voor de stelling.

Vraag jezelf af: is het mogelijk om deze stelling eenvoudiger te formuleren? Een goede stelling bestaat uit een enkelvoudige zin van maximaal tien woorden. Lange stellingen, met bijzinnen, leiden alleen maar tot verwarring. Bv. België moet meer kerncentrales bouwen.

4. Gebruik onderstaande checklist om te zien of je stelling goed is. ✓ Wordt de stelling wel beslist op basis van argumenten?

Een stelling als ‘de doodstraf leidt tot minder criminaliteit’ is een onderzoeksthema dat je beter aan wetenschappers kunt voorleggen. Dat wordt immers niet door argumenten bepaald, maar door cijfers. Een stelling zoals ‘de doodstraf moet worden afgevoerd’ gaat over de wenselijkheid van de doodstraf en dat is dus een betere stelling. ✓ Kunnen de deelnemers er wel een meningsverschil over hebben? Of gaat het om een vaststaand feit?

Een stelling als ‘alcohol is slecht voor jongeren’ lijkt haast onmogelijk aan te vallen voor de tegenstanders. Zowel voor- en tegenstanders moeten een eerlijke kans hebben in de discussie. ✓ Een goede stelling bevat geen ontkenning.

Woorden als ‘geen’, ‘niet’, ‘nooit’ zouden onmiddellijk alle alarmbellen moeten doen rinkelen. Immers: het tegenspreken van zo’n stelling leidt al snel tot een dubbele ontkenning. Bv. “Ik ben tegen het niet naar Afghanistan sturen van…”. En dat leidt alleen maar tot verwarring tijdens het debat. ✓ Een goede stelling bevat geen argument.

Een argument in een stelling is absoluut verboden. Wat als je vóór het voorstel bent, maar het oneens bent met het genoemde argument? Dan ben je eigenlijk Pagina 1 van 2

tegen de stelling. Dus niet: “Om België groener te maken moeten we meer kerncentrales bouwen” of “Om criminaliteit tegen te gaan moeten we de doodstraf invoeren”. Maar wel: “België moet meer kerncentrales bouwen” of “We moeten de doodstraf invoeren”. Het is aan de deelnemers van de discussie om de argumenten te verzinnen.

BRON:

Debatrix. (2020, april 13). zelf een stelling maken. Opgehaald van debat in de klas: http://www.debatindeklas.nl/stellingen/zelf-een-stelling-maken/

Pagina 2 van 2

OPDRACHT: argumenteren 1. ZOEK TWEE DEBATTEERBARE STELLINGEN DIE PASSEN BIJ JOUW ONDERZOEKSTAAK − Lees grondig het document: Hoe formuleer je stellingen op Toledo > Leermateriaal. − Stel zelf twee stellingen op aan de hand van de tips.

2. ZOEK TWEE ARGUMENTEN VOOR EN TWEE ARGUMENTEN TEGEN ELKE STELLING − Bekijk de PowerPoint over argumenteren. − Zoek twee argumenten voor en tegen elke steling. − Benoem telkens om welk soort argument het gaat (zie 4 categorieën). − Gebruik minstens drie soorten argumenten, verspreid over je beide stellingen.

3. UPLOAD OP TOLEDO − Je uploadt je stellingen op Toledo > toetsing > stellingen en argumenten. Geef je WORDbestand de naam: stellingenargumenten_voornaam_naam_klas. − De deadline voor deze eerste taak is zondag 17/05 23.59u. − Post je vragen op het discussieforum.

4. VERDEDIG JE STELLINGEN OP HET MONDELINGE EXAMEN IN JUNI − Je krijgt feedback nadat je je stellingen hebt doorgestuurd. − Pas die feedback toe en pas eventueel je stellingen en argumenten aan. − Zorg ervoor dat je je stellingen en argumenten (zowel voor als tegen + soorten) kan verdedigen op het mondelinge examen.

Pagina 1 van 1

OPLOSSINGEN: argumenteren 1. Kenmerken van de manier van spreken van Hitler − Zie PowerPoint.

2. Fragment Terzake Dries van Langenhove vs. Petra De Sutter − Formuleer een stelling die op dit debat over transgenders van toepassing is.

Eigen antwoord studenten.

Voorbeeldstellingen: − − −

“Veranderen van geslacht is niet normaal.”

“Veranderen van geslacht zal niet normaal worden.”

“Veranderen van geslacht moet kritischer bekeken worden.” −

Reflectie: ga bij jezelf na of je voor of tegen die stelling bent. Is het mogelijk de stelling anders te verwoorden zodat je zelf plots in het andere kamp zit?

Eigen antwoord studenten.

Aanpassen van de voorbeeldstelling: − − −

“Mensen die van geslacht veranderen zijn normaal.”

“Veranderen van geslacht zal normaal worden.”

“Veranderen van geslacht moet bespreekbaar worden.” −

Bespreek hoe de verschillende deelnemers aan het debat zich ten aanzien van die stelling verhouden en welke argumenten voor of tegen ze aanvoeren.

Dries Van Langenhove: van geslacht veranderen is niet normaal. −

−

−

−

Het is gevaarlijk om veranderen van geslacht te normaliseren. o Dat leidt tot excessen: hormonenblokkers aan kinderen (jongetje van 5 = voorbeeld), het wegvallen van een normale puberteit, onvruchtbaarheid, veranderen van geslacht om mannen te kunnen laten meedoen in vrouwensporten, … (nadeel) o Zelfmoordcijfers stijgen, meer depressies (nadeel – verklaring) Veranderen van geslacht is niet altijd het juiste hulpmiddel als je je niet goed voelt. (norm) o Eerst psychologische begeleiding, therapie nodig. o 9 op 10 is achteraf toch tevreden met het eerste biologische geslacht, maar dan is het te laat. o Enkel bij wie het echt niet anders kan toepassen.

Te veel media-aandacht voor dit fenomeen: bijna een heldendaad. (norm) o Bo Van Spilbeeck is gelukkig dus moeten we het bij iedereen aanraden. (analogie) o We zijn mensen/pubers het hoofd op hol aan het brengen, aan het duwen in de richting van die geslachtsverandering.

Mensen durven zich niet meer kritisch uitlaten omwille van politiek. Niemand anders uit christelijke conservatieve hoek durft hierover te debatteren: je kan alleen maar verliezen Pagina 1 van 3

tegen de politiek correcte gedachtenpolitie en die is overal zo sterk aanwezig. (norm – nadeel) Petra De Sutter: van geslacht veranderen moet kunnen. −

−

− −

−

−

Mensen die tegen geslachtsverandering zijn reageren negatief uit onbegrip en gebrek aan kennis. (norm) o Het is geen geslachtsverandering, maar het aanpassen van je lichaam aan hoe je je voelt. o We moeten kunnen omgaan met diversiteit. o Issue van wereldbeeld en mensbeeld: ▪ gelijke rechte voor iedereen; ▪ doorbreken van mannen moeten mannen zijn en vrouwen vrouwen; ▪ probleem met homohuwelijken, gelijke rechten mannen en vrouwen, ook gender. (analogie) Normaliteit en binariteit is een illusie. o Hoe definieer je normaliteit? Wetenschappelijk gezien is genderidentiteit een continuüm: niet zwart-wit, niet genderbinair (man-vrouw), veel mensen daar tussenin. (autoriteit) o Helpen met therapie: conversietherapie/genezen van, dat werkt niet.

Psychotherapeutische of farmacologische hulpmiddelen helpen niet: enkel lichaam aanpassen wel. (autoriteit – volgens de wetenschap) Niet iedereen moet veranderen van gender, dit is geen modeverschijnsel.

Behandelen van kinderen van 5 jaar mag niet, dat is nonsens. (verklaring – voorbeeld) o Als kinderen gedrag tonen dat overeen komt met andere gender wordt er tijdelijk gestart met puberteitsblokkers om te zien hoe ze zich voelen. o Niet helpen = stoppen en de gewone puberteit gaat verder. Dat leidt niet tot onvruchtbaarheid. o Wel helpen = verder zetten en vanaf 16 jaar overgaan tot cross-sexhormonen en dan is het goede daaraan dat ze tegen dat ze 18 zijn in de gewenste gender aan hun leven beginnen en geen leven in twijfel of angst moeten leven.

Zelfmoordcijfers kloppen niet. o Je moet leren omgaan met veel moeilijke gevoelens, het is een vorm van heel groot leed als je niet in je gender past. (nadeel) o Na normalisering, na verandering zijn suïcidecijfers helemaal anders. (autoriteit – wetenschappelijke cijfers) o De cijfers waar Dries het over heeft gaan om speciale situaties waar de omgeving en de persoon onder lijdt. (voorbeeld) De wetgever gaat uit van zelfdeterminatie. o Juridisch kan je je geslacht veranderen als je voelt dat het niet klopt, zelfs zonder voorgaande psychologische behandeling, dat kan zo volgens de wetgeving. (regel)

Conclusie types argumenten: Dries baseert zich vooral op normen en nadelen, Petra baseert zich vooral op autoriteit (cijfers en wetenschap). Wie staat dan sterker in zijn/haar schoenen?

Pagina 2 van 3

3. Bedenk voor de volgende stellingen drie argumenten voor en drie argumenten tegen. Da na welk soort argument je gebruikt. De gegeven oplossingen zijn slechts voorbeelden, je kan ook iets anders hebben. − Alcohol moet je verbieden onder 18 jaar. + Beter voor de hersenontwikkeling van jongeren (voordeel). + Volgens wetenschapper Jan De Cauwer heeft drinken voor je 18 een slecht effect op de algemene gezondheid (autoriteit). + Mijn buurmeisje drinkt overmatig en ze is nog maar 15, elke zaterdag is er te veel nachtlawaai! (voorbeeld).

- Wat verboden wordt, zal toch stiekem gedaan worden (voorspelling).

- Vanaf 16 zijn jongeren verstandig genoeg om zelf te beslissen of ze drinken of niet (norm).

- Cafés mogen sowieso geen sterkedrank schenken aan jongeren onder de 18 (regel).

Verdere stellingen: persoonlijke antwoorden. Check gerust via mail/discussieforum.

Pagina 3 van 3