Passie voor het vmbo

Het aantal leerlingen dat naar het vmbo gaat, daalt al jaren. Was in het schooljaar 2015/2016 nog 54,2 procent vmbo’er, in 2020/2021 dook dat aantal onder de 50 procent. Dit terwijl het vmbo meer dan ooit opleidt voor kansrijke, toekomstbestendige beroepen. Onze docenten zetten zich dagelijks met veel passie in voor het opleiden van de volgende generatie onmisbare vakmensen. Omdat zij met eigen ogen zien tot welke geweldige dingen vmboleerlingen in staat zijn.

REMON POELMAN , DOCENT BEWEGINGSONDERWIJS

Voor Remon Poelman nadert het eerste officiële jubileum bij De Meerwaarde. Hij geeft er dan 12,5 jaar les in bewegingsonderwijs, voornamelijk aan de bovenbouw van het vmbo. Dit schooltype was voor hem destijds een toevalstreffer, zegt hij eerlijk. Hij is er gewoon ingerold. Maar blijven, dat was wel degelijk een bewuste keuze. “Het is erg leuk publiek!”

Waarom? “Vmbo’ers zijn over het algemeen vrij direct. Je weet precies wat je aan ze hebt. Dat maakt het regelmatig uitdagend om met ze te werken, maar zeker ook leuk. Wat ik mooi vind, is als leerlingen een sportieve uitdaging aangaan en daarbij hun grenzen weten te verleggen. Zeker als ze vooraf denken: dat kan ik niet en dat ga ik nooit leren ook. Als ze er dan achter komen dat ze meer kunnen dan ze dachten, dat is gaaf!”

KWALITEITEN

“Zulke succeservaringen geven voldoening en zelfvertrouwen. Leerlingen zijn vaak ongeduldig, maar leren zo ook dat één keer proberen niet altijd genoeg is. Op die manier dragen we ook als docenten bewegingsonderwijs bij aan talentontwikkeling. We hoeven niet allemaal over een lat op 1,80 m hoogte te kunnen springen, maar iedereen heeft een talent. Zelfvertrouwen en doorzettingsvermogen zijn belangrijke kwaliteiten om dat talent goed te kunnen benutten.”

NAAST ELKAAR

Met het onderscheid in hoger en lager opgeleid kan Remon niet zoveel. “Daarmee suggereer je dat je boven een ander staat en daar hou ik niet zo van. Ook intelligentie zegt me niet veel. De chirurg die je hartklep vervangt, moet hebben gestudeerd en daar heb je bepaalde capaciteiten voor nodig. Maar daarom zijn chirurgen nog niet belangrijker dan de mensen die de patiënt verzorgen na de operatie. Ze staan wat mij betreft naast elkaar, zijn gelijkwaardig.

Er is een enorm gebrek aan vakmensen, met name in sectoren als de zorg, de bouw en de techniek. Het vmbo levert juist die mensen af die de maatschappij het hardst nodig heeft. Waarom dan nog steeds spreken in termen van hoog- en laagopgeleid?”

EELCO VAN HOLLAND, DOCENT DUITS

Eelco van Holland geeft les aan de GemengdTheoretische leerweg (VMBO-GT) – zeg maar de oude mavo, maar dan verrijkt met praktische lessen beroepsvorming – en daarnaast ook aan de bovenbouw van de Kaderberoepsgerichte Leerweg. Heel breed dus. En juist dat maakt het werken in het vmbo voor hem tot een leuke uitdaging. “Het is ontzettend mooi om deze leerlingen in zichzelf te leren geloven.”

“Soms zeggen kinderen: ik doe ‘maar’ GT of ik doe ‘maar’ kader. Dan zeg ik: ‘Zeg dat nooit meer. Jij kunt overal komen waar je maar wilt. Iedereen heeft talenten. Jij ook.’ Dat gevoel wil ik ze meegeven. Ik relativeer ook graag: ‘Waar hangt hier het bordje: Dit

Is De School Waar Je Geen Fouten Mag Maken?’ Zo haal je de druk er wat vanaf. Juist dan zie je leerlingen soms heel erg vooruitgaan. Niet alleen in schoolresultaten, maar bijvoorbeeld ook in zelfvertrouwen. Regelmatig laten ze je versteld staan. Juist degenen van wie je het niet verwacht.”

Creatief Leren

“Op De Meerwaarde richten we ons op praktisch leren. Ik geef Duits, een taal, maar toch kan ook ik het ‘praktisch leren’ in mijn lessen doorvoeren. Ik werk namelijk met taaltaken. Geen lesjes afdraaien, maar op een creatieve manier Duits leren. Zo heb ik pas een eerste klas de opdracht gegeven om een kookshow à la Jamie Oliver in het Duits te maken. Daarvoor moesten ze op zoek naar Duitstalige recepten, YouTube-filmpjes kijken van Duitse kookprogramma’s, de recepten koken, de kookshow presenteren in het Duits en er een film van maken. Het was een groot succes. En dat al bij een eerste klas! Als je ze maar op een leuke manier uitdaagt, kun je zoveel bereiken. Zelfs meer dan ik had gedacht.”

Vertrouwen

“Samen bereik je veel. Met elkaar opknappen, die klus. Dat kan alleen als je elkaar vertrouwt. En dat vertrouwen moet je eerst winnen. Dat kan kort of lang duren, maar het is altijd weer zó mooi om mee te maken. Zolang je als docent dat spelletje zo ziet, heb je plezier in je werk.”