5 minute read

IN GESPREK MET LINDA LEPOMME

Na 25 Jaar Staat Ze Als Actrice

TERUG OP DE BÜHNE VAN DE MUSICAL ‘MARIE-ANTOINETTE’

Advertisement

Als je in GASTHUIS28 naar de schaakclub komt, heb je veel kans om Linda Lepomme achter de tapkast te treffen. Cafébazin is een zeer eerbaar beroep, maar deze Linda speelt nog heel anderemuzikale - troeven uit. Dat krijgen we te horen als we elkaar spreken in Bar Epoq op Zurenborg, de wijk waar Linda thuis is.

Bob De Pooter

“Het musicaltheater vormt de rode draad doorheen haar professionele activiteiten”, zegt meneer Google over jou. Wat spreekt jou zo aan in musicals? Het is de meest volledige vorm van theater die alle elementen bevat die nodig zijn om een mooie voorstelling te maken: acteren, zingen en dansen. De combinatie van die drie is fascinerend. Ik herinner me dat ik als kind rond de kerst gebiologeerd voor de televisie zat te kijken naar de musicalfilms van Fred Astaire en Ginger Rogers. De musicals van toen eindigden altijd heel romantisch en ‘they lived happily ever after’. (lacht) Musicals van nu snijden ook eigentijdse, moeilijke thema’s aan. De musical doet dat op een heel eigen wijze: niet drammerig en dramatisch, maar verteerbaar. Of zoals Mary Poppins zegt: “A spoonful of sugar helps the medicine go down”. Ik ben ervan overtuigd dat die lichtvoetige aanpak ervoor zorgt dat het thema langer blijft hangen en mensen daardoor meer nadenken over die thema’s.

Je hoort wel eens zeggen dat musicalartiesten niets echt goed kunnen: het zijn geen echte acteurs, ze kunnen niet zingen zoals een operazanger en ze kunnen niet dansen als een ballerina.

Ach, het eerste wat ik vraag is welke musicals die mensen al gezien hebben. Vaak is dat erg beperkt en dan getuigt zulke uitspraak van een vooroordeel. Ik vergelijk het wel eens met triatleten: zij lopen niet zo snel

Troost

het ons wanneer alles loopt behalve de tijd?

als Usain Bolt, ze zwemmen niet zo hard als Michael Phelps en ze fietsen niet zo snel als Eddy Merckx, maar ik daag hen alle drie uit om te slagen in een triatlon. Ze halen de eindmeet niet. (lacht) Zo is musical ook topsport. Je moet maar eens proberen om te zingen terwijl je volop danst. Aan Studio Herman Teirlinck hadden wij buiten acteren nog heel wat andere vakken: we hadden 15 uur dans, klassiek, jazz, modern, tapdans, … Daarnaast schermen, gevechtstechniek, allemaal heel lichamelijk. Teirlinck himself zei “een acteur is zijn lichaam”. We kregen uiteraard ook muziek en zang. Iedereen in de acteursopleiding kreeg die vorming, maar ik was wel de eerste en wellicht ook de enige die vroeg om op mijn diploma ‘musicaltheater’ te zetten, waar men toch raar van opkeek.

verhaal blijft er weinig hangen. Een voorstelling moet je raken, mag je niet onberoerd laten. Ik denk aan zowat al het werk van Sondheim, maar zelfs een voorstelling als Mamma Mia die ik misschien al dertig keer heb gezien, blijft me boeien, maakt me vrolijk, doet me nadenken, omdat naast alle prachtige liedjes het verhaal klopt.

Jouw passie voor musical zorgt ervoor dat je ondertussen zelf opnieuw op de planken staat.

Inderdaad, na mijn afscheid als Artistiek Leider bij de Fontys Hogeschool voor de Kunsten in Tilburg kwam er terug tijd vrij. Toen regisseur Luc Stevens mij vroeg of ik zin had om te spelen in de Historalia productie ‘Marie-Antoinette’ heb ik met veel plezier toegezegd. Dus ja, na 25 jaar sta ik terug als actrice op de bühne. Ik speel keizerin Maria-Theresia, de moeder van Marie-Antoinette in de prachtige locatie van het kasteel van Wijnendale. De première is op 7 september. We spelen zo’n 25 voorstellingen. Ik kijk er naar uit!

GROENER DAN NU, MINDER GROEN DAN GEHOOPT

Troost, waarin zit dat?

Linda Lepomme

Wat is voor jou het belangrijkste bij een goede musical?

Tegen mijn studenten in de musicalopleiding zei ik altijd: “Het allerbelangrijkste is het verhaal, op de tweede plaats komt het verhaal en de derde plaats is voor het verhaal.” Je mag dan nog mooie kostuums hebben, prachtige liederen en technische mogelijkheden die tegenwoordig fenomenaal zijn, maar zonder een goed

Ondanks die drukke agenda vind je nog tijd om mee te draaien in GASTHUIS28. We zijn geen mensen om achter de geraniums te gaan zitten. Zolang je het kunt, is het belangrijk om vrijwilligerswerk op te pakken. Het geeft veel voldoening om wat voor andere mensen te doen. Mijn man volgt de schaakclub en zo verzeilde ik daar als barvrouw. Je komt allerlei leuke mensen tegen en je creëert een beetje netwerk. Het is een prettige gedachte dat er plekken zijn waar mensen met veel respect met elkaar omgaan. Als wij daar een klein radertje in kunnen zijn, is dat zeer graag gedaan.

In ons herfstnummer 2021 vertelde Simon Torfs over de plannen om de toegang aan de Van Luppenstraat te vergroenen dankzij de steun van de Burgerbegroting. Nu, 2 jaar later, vragen we Simon wat er misgelopen is, want de mooie plannen van toen zien we tot nu toe niet gerealiseerd.

Bob De Pooter

Zin gekregen om Linda aan het werk te zien?

Meer info op https://www. historalia.be/marie-antoinette/

Simon vertelt: “De plannen zijn zeker niet afgevoerd, het zal er alleen anders uitzien dan oorspronkelijk gepland. Het idee was om de zone tegen de lange muur te ontharden en te beplanten. Dat bleek na nader onderzoek niet mogelijk. Enerzijds zou de muur door uitgraving onstabiel kunnen worden. Anderzijds was het niet duidelijk wie eigenaar is van de muur. Hem door klimplanten laten begroeien was daarom niet mogelijk. Tenslotte kwam de draaicirkel die voorzien moet worden voor de brandweer, in het gedrang. Wat zal er dan wél gebeuren: rond de twee bomen die er nu staan, worden de boomspiegels vergroot zodat beide hoeken groener worden. Minder dan gedacht dus, maar er wordt toch een stukje onthard en de doorgang zal een beetje groener ogen. Het project werd ingediend in april 2020. Ondertussen is april 2023 voorbij. Ik durf me daarom niet uitspreken over de timing. Personeelswissels, corona en het grote volume werk dat de vele projecten van de Burgerbegroting genereren, zorgden voor vertraging. Ondertussen weten we zeker dat het plan zoals het nu voorligt, door het college definitief is goedgekeurd. We weten ook dat de vergrote boomspiegels worden gevuld met lage onderbeplanting. Wat precies wordt aangeplant, wordt nog door de Groendienst bepaald. Blijven nog een aantal procedures te doorlopen, onder andere het aanstellen van een aannemer die de werken zal uitvoeren.”

Simon benadrukt dat hij, ondanks de vertragingen en aanpassingen, blijft geloven in de zinvolheid van de Burgerbegroting.

En wij kijken samen met hem en de buurtbewoners uit naar een iets groenere doorgang.

Misschien wel in schril contrast, gevouwen handen, hinkelbanen, geen 8 hoog, de was op tijd binnengehaald, het roer dat nog om kan, oud verdriet, een soort hemel op afspraak, een dag tot de rand gevuld met niets, de gauwte, vinkjes, achter op de fiets, wijn op jaren, zaken die verjaren, een vergeten kalenderblaadje, elke dag kijken wat er nodig is en dat dan kunnen geven – ook ongezouten?

Schuilt het in net wel of net niet achter dat net gevist?

Misschien zit troost wel bij de Burgers van Begroting of in wel veel soeps?

Wie zal het ons verraden?

De troost zelve alvast niet.

Ilse Olaerts