
6 minute read
'The Legends' van The Red Flames
Annelies en Kristel uit Wellen pronken in eregalerij van Belgisch voetbal
De Koninklijke Belgische Voetbalbond viert zijn 125ste verjaardag op een gepaste manier: door (oud-)spelers van de Rode Duivels en (ex-) speelsters van The Red Flames (nvdr. het vrouwelijke nationale team) te huldigen. ‘The Legends’ komen in een heuse eregalerij terecht van voetballers die furore ma(a)k(t)en voor de nationale elftallen.
Advertisement
De lijst met vrouwelijke Legends telt tien namen. Daarvan komen twee dames uit Wellen: Annelies Timmermans (45 jaar, lerares lichamelijke opvoeding) en Kristel Vautmans (44 jaar, veehoeder in de begrazingsprojecten van Stichting Limburgs Landschap). “We zijn compleet verrast en apetrots”, reageren de twee hartsvriendinnen, die de vrouwenploeg iets meer dan 10 jaar hebben gedragen. “Officieel hebben we nog geen bericht gekregen. Meer nog … we kenden The Legends niet eens. Tot we op Facebook toevallig zagen dat we uitverkoren zijn.”

Twee draaischijven
De spelerscarrières van Annelies en Kristel liepen parallel. Ze speelden samen in de hoogste klasse van het nationale damesvoetbal. Eerst maakten ze het mooie weer bij Herk Sport, daarna stonden ze hun mannetje … euh … vrouwtje bij Rapide Wezemaal — een ploeg die verschillende keren landskampioen werd en een aantal keer de Beker van België won.
Een selectie voor The Red Flames was het logische gevolg. Annelies voetbalde 58 caps bij elkaar, Kristel deed mee aan 54 interlands. Beiden waren draaischijven van het elftal. “Als meisjes gedroegen we ons jongensachtig”, getuigt Kristel. “We liepen rond met kort geschoren kopjes en waren gebeten door de voetbalmicrobe: we stonden op met een bal en gingen ermee slapen. Alles moest wijken om te kunnen sjotten op een zo hoog mogelijk niveau. Dus … vroeg in bed en weinig of niet op stap. We waren gek van het spelletje en brandend ambitieus.”

In de afdragertjes van de mannen
De dorpsgenoten blikken tevreden terug op hun interlandcarrière. De vriendschappelijke wedstrijden, maar vooral de matchen tijdens het EK of WK blijven levendige herinneringen. Een heroïsche tijd die helemaal verschilt van de situatie waarin The Red Flames vandaag voetballen. “Wij speelden in de afgedragen truien en shorts van de Rode Duivels”, herinnert Annelies zich. “Vrouwenmaten waren er niet. Dus fladderde onze uitrusting in het rond. Dat het geen zicht was, maakte ons niets uit. We waren al blij met elke oproepingsbrief. Als die in brievenbus viel, kon onze dag niet meer stuk.”
Vandaag verdienen de speelsters bij The Flames of hun (buitenlandse) ploeg behoorlijk de kost. “Wij kregen voor een interland tijdens het weekend een onkostenvergoeding van 75 euro en een dagvergoeding van 25 euro”, merkt Kristel op. “De Bond leende ons een trainingspak, een rode polo en een broek. Daarmee stapten we het vliegtuig op om ergens in Europa te gaan sjotten. Terug thuis moesten we ons trainingspak opnieuw inleveren. Werd je een keer niet opgeroepen? Dan ging je outfit naar een andere speelster. Alleen de voetbalschoenen waren van ons — die moesten we zelf kopen.”

Tetteren in plaats van kaarten
Voor een interland gingen The Flames op afzondering in een hotel. “We kwamen op zaterdag aan, speelden op zondagnamiddag en keerden ’s avonds terug naar huis”, vertelt Annelies. “Niemand durfde het hotel uit om een stapje in de wereld te gaan zetten. Zo professioneel waren we wel. Alles stond in het teken van de match.” Voetballers op hotel beginnen vaak te kaarten om de tijd te doden. “Dat was niets voor ons”, vervolgt Annelies. “We kwamen wel bij elkaar op de kamer. Soms zat heel de ploeg bij elkaar om te dollen en te babbelen. Tetteren … daar waren we héél goed in. Net zoals naar FC De Kampioenen kijken. Niet als inspiratie, want die Kampioenen wonnen nooit (lacht). Wel om onze zinnen te verzetten.”
Scandinavische ploegen inspireerden
Sporters moeten voortdurend op hun voeding laten. “Ook op hotel stond er altijd wel iets gezonds op het menu”, herinnert Kristel zich. “Vaak was dat zalm. Tot vervelens toe. Tijdens een interland-voorbereiding had de kok van ons hotel in Heverlee weer eens vis klaargemaakt. Maar … die was echt niet lekker. Daarom belden we een ploegmaat die niet in de selectie zat. Zij bracht ons alsnog een lekkere maaltijd.”
Op zich wel charmant, maar Annelies en Kristel keken anderzijds wel op naar het professionalisme van de nationale dameselftallen uit Scandinavië: “De technische staf van de ploegen uit Noorwegen, Zweden en Denemarken was indrukwekkend. Elk team had vier tot vijf verzorgers, twee dokters en … twee trainers. Een verschil van dag en nacht met onze omkadering. We vielen terug op één trainer, één dokter en één verzorger.” Annelies pikt meteen in: “Tegelijk keken wij ook op naar de Noorse meisjes. Die meiden waren groot en sterk. Ze hadden een gespierd lichaam. Daar konden wij niet aan tippen.”
Voor maximum 15.000 supporters
Vandaag is er meer media-aandacht en een groter aantal supporters voor dameswedstrijden. Meer nog, wedstrijden van The Red Flames komen live op televisie. “Wij speelden meestal in een leeg stadion, voor een handvol supporters”, weet Kristel. “Jammer, maar het was niet anders. Daarover maakten we ons niet druk. Ook zonder publiek gingen we ervoor. Onze ploeg met getalenteerde spelers moest het vooral van fysieke kracht en uithoudingsvermogen hebben. We waren werkpaarden en gingen tot het gaatje.”
Annelies herinnert zich een memorabele match tegen de nationale elf van Duitsland. “Het stadion zat vol. Goed 15.000 mensen keken naar onze wedstrijd — voor ons was dat ongezien. Al is het goed dat er vandaag méér mensen naar vrouwenmatchen komen kijken. En dat The Red Flames serieuze verslagen in de krant krijgen. In onze tijd moest je op maandag met een vergrootglas zoeken naar een matchverslag in de krant.”
Begeleid door soldaat met geladen geweer
Annelies en Kristel bewaren mooie herinneringen aan hun periode bij The Red Flames. “De onderlinge sfeer was aanstekelijk”, aldus Kristel. “We waren echte vriendinnen, er heerste geen onderlinge concurrentie.” Op eenvoudig verzoek komen de anekdotes bovendrijven. “Als we in Rusland, Joegoslavië of Slovenië een interland afwerkten, was het veld omringd door soldaten in uniform”, herinnert Kristel zich levendig. “Moesten we iets in de kleedkamers gaan halen? Dan vergezelde een soldaat ons met het geweer in aanslag tot aan de deur. Vandaag is het een grappig verhaal, maar toen gaf het toch een raar gevoel. We voetbalden er in werkelijk superveilige omstandigheden.”

Mooie herinnering, maar voetbal is over en uit
Voetballen bij Herk Sport, Rapide Wezemaal en The Red Flames doen Annelies en Kristel al lang niet meer: “We hebben het voetbal vaarwel gezegd. Sinds we stopten met sjotten, hebben we geen enkele vrouwenwedstrijd meer gezien. We zijn ook geen trainer geworden. Voetbal is voor ons allebei een afgesloten hoofdstuk. We hebben nu een ander ‘sportief’ leven. De jaren bij The Red Flames zijn dan ook een mooie herinnering. Eentje waarin we niet voor het geld speelden, maar voor de eer. Met telkens opnieuw kippenvel als je in die rode uitrusting op het veld naar ons volkslied luisterde. We zongen de hymne uit volle borst. Alleen al spelen voor de nationale ploeg gaf ons een kick.”