
4 minute read
DE RAAD VAN HET DOCTORAAT
DOCENT IN DE KIJKER
Met de groei van het wetenschappelijk en technologisch onderzoek op de campussen neemt ook het aantal industrieel ingenieurs toe die na hun studie voor een doctoraat gaan. De witte raven van vóór 2014 zijn aangegroeid tot een zwerm van 463 hoogvliegers die de hoogste academische graad ambiëren. Het zijn drukke tijden voor prof. Maarten Vergauwen (Technologiecampus Gent), de nieuwe voorzitter van de facultaire Doctoraatscommissie.
Onbeslagen komt voorzitter Vergauwen niet op het ijs. Hij heeft al ruim 4,5 jaar zitting in de commissie en ziet elk jaar de aanvragen toenemen. “Toen ik in 2017-2018 tot de commissie toetrad, telde de faculteit welgeteld 168 doctoraatsstudenten. Dit academiejaar is dat aantal opgelopen tot 463, van wie meer dan de helft internationale doctorandi”.
Fotogrammetrie
Prof. Maarten Vergauwen studeerde voor burgerlijk ingenieur Elektronica aan de KU Leuven. In 2009 promoveerde hij er tot doctor op een proefschrift over fotogrammetrie. “Deze discipline houdt zich bezig met de interpretatie van en het opmeten uit beeldmateriaal. Zo kan men geometrische eigenschappen zoals vorm, afmeting en ligging van objecten uit beelden bepalen”, legt prof. Vergauwen uit. “Traditioneel werd deze techniek vooral toegepast voor het maken van kaarten op basis van luchtfoto’s. Vandaag wordt fotogrammetrie ook druk gebruikt in de chirurgie, het forensisch onderzoek, de civiele techniek en uiteraard de bouwkunde”.
Als postdoc richtte prof. Vergauwen i.s.m. een Leuvens studiebureau, een eigen spin-off bedrijf op, gespecialiseerd in mobile mapping. In opdracht van de Vlaamse regering realiseerde GeoAutomation grote delen van het Grootschalig Referentiebestand (GRB), d.i. een geografische databank van het volledige publieke domein in Vlaanderen, een klus die alle Vlaamse landmeters samen nooit op korte termijn hadden kunnen klaren.

Prof. Maarten Vergauwen
© Yasmina Besseghir
In 2015 vertrekt de ondernemende postdoc naar de Technologiecampus Gent. Daar is in de opleiding Bouwkunde- Landmeten een vacature uitgeschreven die hem naar eigen zeggen op het lijf geschreven is. Prof. Vergauwen wordt het eerste externe zelfstandig academisch personeelslid van de opleiding en tevens de enige niet-bouwkundige. Zijn goed gevulde onderwijsopdracht combineert hij als hoofd van de onderzoeksgroep Geomatica met onderzoek naar foto - grammetrische en AI- toepassingen in de industrie, de woning- en de wegenbouw, maar ook in het bouwkundig erfgoed en de archeologie. Via het Puzzling Tombs- project slaagde prof. Vergauwens team erin om kwetsbare muurschilderingen en reliëfs in de Oud-Egyptische necropool van Dayr-al-Barsha virtueel te reconstrueren in een 3D-model.
Onderzoeksgebaseerd
In de facultaire Doctoraatscommissie vertegenwoordigt prof. Vergauwen sinds 2017 het Departement Bouwkunde. Het voorzitterschap is de bekroning van zijn engagement voor het onderzoek in de faculteit en voor de almaar groeiende groep van doctorandi in het bijzonder.
“Die forse stijging is zowel het resultaat als de motor van het wetenschappelijk onderzoek op de campussen”, vindt de voorzitter. “Van de toename van het zelfstandig academisch personeel kan trouwens hetzelfde gezegd worden. Het past in een dynamiek van elkaar versterkende factoren die resulteren in hoogwaardig onderzoeksgebaseerd onderwijs voor de huidige en toekomstige studenten industrieel ingenieur”.
“De voorbije jaren had de Doctoraatscommissie niet alleen de handen vol met de afhandeling van de aanvraagdossiers. Er is ook werk gemaakt van de uniformering van het toelatingsbeleid in de faculteiten van de Groep Wetenschap & Technologie zodat voor alle doctorandi dezelfde criteria van toepassing zijn”, aldus prof. Vergauwen.
Profiel
In het bedrijfsleven is niet iedereen gelukkig met deze evolutie. Is de dr. ing. nog wel een industrieel ingenieur? Is het in deze tijden van acute ingenieurs - schaarste gepermitteerd dat zoveel talent nog jaren op de universiteit blijft? Het antwoord van prof. Vergauwen is duidelijk: “Jarenlang is er geijverd en gepleit voor de opwaardering van de studie en het beroep van industrieel ingenieur. Welnu, dat doel is omzeggens bereikt. Verder wil ik erop wijzen dat het profiel van de industrieel ingenieur zich daadwerkelijk ook vertaalt in het doctoraat. In de Doctoral School volgen sinds 2018 al onze doctorandi een opleiding over de valorisatie van onderzoek. Binnenkort promoveren de eerste doctores met een valorisatieplan in hun proefschrift.
Daarmee moeten ze de jury kunnen overtuigen dat hun bevindingen om te zetten zijn in haalbare producten, processen of diensten. Via assessoren uit het bedrijfsleven verzekeren we ons van een band met het werkveld. Kortom, de dr. ing. is en blijft een industrieel ingenieur”. Tot slot wijst prof. Vergauwen erop dat slechts een minderheid van de gepromoveerden effectief carrière maakt aan de universiteit.
“Ruim 90% gaat aan de slag in het bedrijfsleven, verrijkt met onderzoekscompetenties, state-of-the-art knowhow en een netwerk van internationale contacten. Dr. ings. zijn bovendien doorbijters. Ze hebben bewezen zelfstandig en onder tijdsdruk een ambitieus project tot een goed einde te brengen. Hun meerwaarde voor het bedrijfsleven en de samenleving staat buiten kijf”.
Yves Persoons