
5 minute read
Feedback-ontvangen
e. Schrijf een samenvatting van je eigen functioneren. Hierin moet jouw eigen mening en die van je klasgenoten terugkomen. Geef in de samenvatting ook aan in hoeverre jij de feedbackregels hebt toegepast.
f. Je kunt de uitwerking van deze opdracht in je portfolio opnemen. Maak hierover dan afspraken met je docent.
De regels van feedback.
Ook de ontvanger van feedback en zijn manier van ontvangen zijn belangrijk voor een goed verloop van het feedbackproces. Voor het ontvangen van feedback zijn er ook een aantal regels waar je rekening mee moet houden. De belangrijkste regels zijn: • Luister actief.
Je laat aan de feedbackgever duidelijk merken dat je geïnteresseerd bent in wat hij te melden heeft.
Mike geeft feedback aan Oscar. Oscar zit rechtop en kijkt Mike aan. Af en toe geeft Oscar een knikje om te laten merken dat hij hem begrijpt.
• Stel je lerend op.
Je gaat niet in de verdediging. Je vermijdt het ‘ja maar’. Je stelt je open op en neemt de feedbackgever serieus in wat hij zegt.
Mike zegt dat Oscar niet altijd eerst contact maakt met de klant voordat hij de klant ergens op wijst. Oscar dacht dat hij dat wel deed. Oscar gaat niet in de verdediging, maar bedankt Mike en zegt dat hij er nog beter op zal letten.
• Vraag om verduidelijking.
Als je het als feedbackontvanger niet helemaal begrijpt of als je meer wilt weten, stel je vragen om hier antwoord op te krijgen.
Oscar begrijpt niet goed wat Mike met contact maken bedoelt en vraagt Mike of hij daarvan een voorbeeld wil geven, zodat hij dat een volgende keer kan gebruiken.

Een open houding?
Lees meer in Verdiepingsstof - Feedback.
Verdiepingsstof - Feedback
Opdracht 11 Rollenspel Feedback ontvangen
Bij deze opdracht werk je samen met een klasgenoot.
Oefen samen met een klasgenoot het ontvangen van feedback. Gebruik eventueel de checklist voor het ontvangen van feedback. Hou ook rekening met de regels voor het geven van feedback. Schrijf deze eventueel ook eerst op.
Situatie 1
Je hebt gisteren de mappen met persoonlijke gegevens van clubleden niet opgeruimd. Deze lagen nog in het sportcafé. Hier kunnen andere gasten ook komen. Het is niet de bedoeling dat ze dit lezen. Je vergeet wel vaker dit soort dingetjes en je weet van jezelf dat dit gebeurt. Je bent een beetje rommelig de laatste weken. Je wordt erop aangesproken door een collega.
Situatie 2
Er zijn klachten gekomen van gasten. Ze vinden je nogal chagrijnig en hebben het idee dat je niet luistert. Je wordt hier door een collega op aangesproken.
a. Voorbereiding: je klasgenoot gaat jou feedback geven aan de hand van situatie 1.
Uitvoering: Voer het gesprek. In het gesprek moet je je openstellen voor zijn feedback. Dit doe je door je te houden aan een aantal punten. b. Evaluatie: controleer aan de hand van de checklist of je je aan alle punten hebt gehouden.
Vul de checklist verder in.
Aandachtspunten
Luister actief
Gedaan? Leg uit hoe je dit hebt gedaan
Stel je lerend op
Vraag om verduidelijking
c. Draai daarna de rollen om en gebruik situatie 2.
Opdracht 12 Feedback ontvangen
Het doel van deze opdracht is dat je op een positieve manier feedback kunt ontvangen, ook al is die feedback niet zo vriendelijk gebracht.
Werkwijze: • Lees de situatie. • Maak een groepje van drie of vier klasgenoten. • Verdeel de rollen: Nick en meneer Los. Zij verdiepen zich goed in hun rollen. De andere klasgenoten zijn de observanten. • Meneer Los stapt op Nick af. Nick heeft zich niet kunnen voorbereiden. Nick moet proberen de negatieve feedback van meneer Los in goede banen te leiden. • Bespreek het gesprek na met de nabesprekingsvragen en met de observaties van je klasgenoten. • Bespreek daarna de algemene vragen.
Situatie
Nick is medewerker bij de wekelijkse sport- en recreatie-instuif bij de gemeente Haarlem. Op een dag komt meneer Los, de vader van Luuk, naar Nick toe. Hij zegt dat hij het een waardeloze organisatie en begeleiding vindt bij de instuif. Luuk is elke week bij de instuif, maar hij heeft nog niet één keer een spel gedaan waar hij mee heeft gewonnen. Verder zijn de handvaardigheidsonderdelen totaal niet interessant voor Luuk, want hij kan dat allemaal al. Nick heeft Luuk veel begeleid bij de spellen en ook bij de handvaardigheidsonderdelen en kent Luuk goed. Meneer Los vindt dat Nick er verantwoordelijk voor is dat Luuk geen succesbeleving heeft gehad en dat handvaardigheid niet interessant is. Meneer Los is erg boos.
Nabesprekingsvragen: a. Wat was de eerste reactie van Nick op de negatieve feedback van meneer Los?
b. Was er bij Nick een non-verbale reactie? Welke?
c. Wat was de reactie van meneer Los toen Nick zijn reactie had gegeven? Werd meneer Los minder boos of juist nog bozer? Waarom denk je?
e. Hoe was het verloop van het gesprek? Was er sprake van reageren op wat ze tegen elkaar zeiden? Of stonden Nick en meneer Los om de beurt hun ‘eigen verhaaltje’ af te draaien?
f. Wat was het uiteindelijke resultaat van het gesprek?
g. Hadden zowel Nick als meneer Los na afloop een positief gevoel bij dit gesprek?
h. Wat hadden Nick en meneer Los beter kunnen doen? Welke tips geven de observatoren?
i. Wissel van rol en speel het rollenspel nog een keer.
Algemene vragen: j. Heb je weleens meegemaakt op school of op het werk dat iemand onterecht boos op je was? In welke situatie?
k. Hoe heb je gereageerd op die onterechte boosheid?
l. Zou je dat nu anders doen?
m. Denk je dat een situatie als die tussen Nick en meneer Los vaak voor kan komen in je opleiding of werk?
n. Hoe denk je met zulke situaties om te gaan? Ben je er bang voor? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
Opdracht 13 Situatie bedenken
a. Bedenk een situatie waarin je zelf kritisch moet zijn (feedback geven) over de prestaties van iemand uit jouw omgeving (klasgenoten, vrienden, kennissen, familie). Waarover wil je feedback geven?
b. Lees de regels voor het geven van feedback. Bedenk samen met een klasgenoot wat je wilt zeggen en hoe je het wilt zeggen. Schrijf dit op.
c. Hoe verwacht je dat de feedbackontvanger zal reageren? Wat zal de feedbackontvanger zeggen, denk je?
d. Hoe reageer jij daar weer op? Wat zeg jij?
e. Wat probeer je te bereiken?
f. Wat probeer je te voorkomen?
g. Hoe schat jij de kans in dat de feedbackontvanger de feedback als positief zal ervaren?
Kies uit: heel groot / groot / matig / klein / heel klein h. Wat kun je eventueel anders zeggen of doen om de kans op succes te vergroten?
i. Geef de feedback die je voorbereid hebt.
j. Schrijf na afloop op hoe het gegaan is.
k. Je kunt de uitwerking van deze opdracht in je portfolio opnemen. Maak hierover dan afspraken met je docent.