
6 minute read
Wie wont doar eingenluk?
Kaathoven 26
Als ik na ’n werkweek vol gezeik, onderweg ben naar John en Silvia Dollevoet hoop ik dat de koffie op tafel staat als ik daar aankom, want ik ben er gewoon aan toe! Wat ik hoopte, wordt waarheid, de koffie lupt zegt John, als ik de stoep op kom gefietst.
Advertisement
Ik ben dus op Kaathoven 26, waar John en Silvia sinds 2015 wonen samen met zoon Frank. Hun andere zoon Mike is niet mee naar Vinkel verhuisd en woont, sinds die ging studeren in Nijmegen, in Molenhoek. Een dorp in de directe omgeving van Nijmegen. Maar laten we vooraan beginnen, zeg ik. Hoe kwam ’t dè gullie hier kwaamt te wonen? Nou, zegt Silvia dit was het ouderlijk huis van m’n vader en ik zelf ben geboren in het huis hiernaast. De stap om naar Kaathoven terug te keren was voor mij dus niet zo groot als voor John en de kinderen. We woonden in Nuland op ’n industrieterrein alwaar we ook ’n leuk bedrijfshalletje bij hadden staan alwaar John z’n ding kon doen, wat betreft zijn toentertijd net opgestarte elektrotechnisch bedrijfje. Op zich woonden we daar helemaal niet verkeerd, maar dit kwam op ons pad en samen besloten we eens te kijken wat er allemaal mocht, of wat er beslist niet mocht. We begonnen het traject dus toen we in Vinkel nog bij de gemeente Maasdonk hoorde. Ik zelf denk, dat het een groot voordeel is geweest aangezien Maasdonk eind 2014 ophield te bestaan, wilden ze alles zoveel mogelijk afgewerkt hebben voordat de hele santenkraam naar de gemeente ’s-Hertogenbosch zou gaan. We hadden niet verwacht, dat nadat dit huis 60 jaar leeg had gestaan, het zo soepeltjes zou lopen om het voor elkaar te krijgen om er weer in te kunnen/mogen wonen. Deze oude boerderij was niet meer dan ’n schuur. Een oud vervallen barrel. Maar na 2 jaar verbouwen konden we in 2017 dan toch vanuit ’n unit, waarin we tijdens de verbouw 2 jaar gewoond hadden, verkassen naar hier. Het resultaat mag er zijn denk ik, terwijl ik naar de gebinten kijk die in het achterhuis een prominente rol hebben in het prachtige geheel.

John en Silvia Dollevoet
Fam Dollevoet / De Echo
Terwijl ik goed weet wat John voor de kost doet, vraag ik het hem toch. Elektricien, zegt hij. Dè witte gè toch? Voor de vorm John! Zelfstandig sinds eind 2001. De gulden was aan z’n laatste dagen bezig. Dus alles bij elkaar toch alweer ’n behoorlijk poosje. Daarvoor zat ik in de huisaansluitingen, bij vd Heuvel in Heesch. Ik kan me er nu niets meer bij voorstellen! En ik moet er trouwens niet meer aan denken, tot oe kniejes in de klei, dag in dag uit. Vandaag de dag zit ik veelal in het particuliere circuit wat betreft het elektrotechnisch verhaal. Hobby’s? Buiten m’n werk ga ik graag met m’n hond aan de gang. Ik rijd er op zondagmorgen en een avond in de week mee naar Berghem. Kei mooi man, unnen hond die doet wat je vraagt. En het ook nog graag doet hè!
Silvia heeft haar hobby in en rondom het huis. Het kijkt natuurlijk allemaal mooi om zo te wonen, maar om het zo te houden, komt er toch wel het een en ander bij kijken. Dan hebben we nog wat dieren rondom het huis lopen die ook verzorgd moeten worden, en binnen doen de kabouters hier ook niks, dus dat komt dan grotendeels op deze 2 schouders te liggen. John kijkt verontschuldigend. Ook werk ik nog ’n aantal uren bij Kingspan in Cuyk. Die maken o.a luchtbehandeling systemen voor hééle grote projecten. Ik zelf doe daar de salarisadministratie. Saai, reageer ik behoorlijk bot. Nee hoor. Zoals jij jouw werk waarschijnlijk mooi vindt, vind ik dat ook van het mijne. Ieder zijn ding, Frank. Ge het gelijk, zeg ik beschamend.
Ik snap trouwens toch niet hoe we dat eerst allemaal deden. Onze Mike viste jaren terug op ’n behoorlijk niveau en ik was er altijd bij zegt John. Terwijl Silvia met onze Frank mee ging naar de fietscross. Er waren weekenden bij dat ik met onze Mike, aan een of ander Fries meer, naar een dobber lag te turen en Silvia ergens langs een bmx baan was, met alle heisa en leven die daar bij hoort. Silvia zegt het altijd fijn gevonden te hebben dat John mee ging vissen. Mij iets te stil af! Nu onze Mike 27 is en onze Frank 24, hoeven we vanzelfsprekend niet meer mee. Zowel het vissen als de fietscross is bij beide flink teruggeschroefd. Meuge ze zelf weten. Ze zèn voort oud zat hè! Op dat moment komt er ’n motor langs gebulderd die volgens mij harder gaat dan de op Kaathoven maximale 60 km p/u. Wij kijken er niet meer van op. Maar vroeger was het hier pas ’n gekkenhuis op de weg. De weg die voor ons huis doorloopt was toen ’n sluiproute vanaf Uden naar ’s-Hertogenbosch. De A59 tussen Oss en ’s-Hertogenbosch krioelde toen nog van de stoplichten en zat altijd ramvol met verkeer. Ik kan me nog herinneren, dat als m’n zus en ik hier de weg over moesten steken, om naar school toe te gaan, we soms echt lang moesten wachten voordat dat ging. Maar sinds de A59 is wat hij nu is, valt het met het verkeer best wel mee. Wij weten niet beter dan dat er veel volk overheen komt. Wij maken ons zelf er in ieder geval nie vals over. Tis zo ès ’t is!
Moeten we ’t nog ergens over hebben, of hebben we ’t wel zo’n bietje gehad? Vraag ik. Beiden zeggen het zo wel welletjes te vinden en als ik munne koffie uit heb, besluit ik op te stappen. Als ik voorbij Harrie van Schijndel fiets, prakkezeer ik over het werk wat John doet. Het oudste beroep van de wereld. Want op de eerste dag zei God: “En toen was er licht”. Toen had de elektricien dus de leidingen al liggen. Maar voor mij is het niks. Ik kan niet tegen de spanning.
Frank