
6 minute read
Feitenreconstructie 2017-2022
Volgens directeur-generaal Energie, Gaastra, is dit advies een ‘gamechanger’. Dat ligt volgens hem aan het feit dat de inspecteur-generaal aangeeft dat het in de redelijke verwachting ligt dat alleen bij een gaswinning van nul absolute veiligheid voor Groningers bereikt kan worden. Gaastra geeft tijdens zijn openbaar verhoor aan dat dit het eerste moment is dat deze opvatting met gezag wordt verkondigd: “Het was eigenlijk voor het eerst dat dat met gezag werd gezegd door het SodM. Dat was een nadrukkelijke breuk van SodM met het hand-aan-de-kraanprincipe.”58
In de eerste maand na de beving in Zeerijp denkt minister Wiebes nog vooral over een verlaging van de gaswinning naar 12 miljard kubieke meter. Het advies van SodM is echter belangrijk voor Wiebes’ uiteindelijke besluit om de gaswinning helemaal te beëindigen, zo verklaart hij in zijn openbaar verhoor. SodM geeft immers aan dat bij een winning van 12 miljard kubieke meter het nog steeds onveilig kan zijn in Groningen, vooral als de versterkingsopgave niet voltooid is.59
Advertisement
Maar ik was er niet per se van overtuigd dat 12 het eindgetal was. Dus zo snel mogelijk: zeker, tot je dienst. Maar over de 12 wilde ik nog even nadenken. SodM zei namelijk ook niet dat het dan veilig was. Sterker nog, elke keer als je dat besprak, zei het: ja, dan ga ik er wel van uit dat de versterking op tempo komt. Ja, maar daar hadden we dus geen oplossing voor. Het is dus veilig onder de voorwaarde dat je iets doet wat niet kan. Ik vond dat dus niet een harde 12. “Zo snel mogelijk” vind ik hard, maar die 12 vond ik niet zo hard.
Openbaar verhoor Eric Wiebes, 10 oktober 2022
Pas in maart licht minister Wiebes de bewindspersonen Rutte en Hoekstra in over zijn voornemen om de gaswinning in 2030 helemaal te beëindigen. Dit komt overeen met de verklaring van topambtenaar Wouter Raab, directeur Inspectie der Rijksfinanciën:
We hadden natuurlijk allerlei contacten met de collega’s. Dat dit eraan zat te komen, zeker die nul in 2030, was in ieder geval voor mij toch nog wel een verrassing. Wanneer ik dat voor de eerste keer hoorde als concreet voorstel? Ik denk dat dat pas ergens in de tweede helft van maart was, dus vrij laat.
Openbaar verhoor Wouter Raab, 5 oktober 2022
GTS-advies: verlaging winning Groningenveld mogelijk
GTS is naar aanleiding van de aardbeving in Zeerijp gevraagd om advies uit te brengen vanuit het perspectief van leveringszekerheid over de maatregelen die de NAM voorstelt. De door de NAM voorgestelde maatregelen omvatten twee aspecten:
1. een verlaging van de jaarlijkse productie uit het Groningenveld (jaarvolume);
2. het insluiten van maximaal zes productieclusters, waardoor de capaciteit (aanbod op piekmomenten) wordt beperkt.
Op 31 januari 2018 stuurt GTS haar advies aan minister Wiebes. GTS geeft aan dat bij het uitgangspunt van een vlakke winning (± 20% afwijking op maandbasis), het advies van mei 2017 intact blijft, namelijk een productieniveau van 21 miljard kubieke meter. Als vlakke productie als uitgangspunt wordt losgelaten, ligt de te realiseren Groningenproductie tussen 14 miljard kubieke meter (in het geval van een warm jaar) en 27 miljard kubieke meter (koud jaar). Bij het loslaten van vlakke winning wordt de productie afhankelijk van verschillende factoren: de temperatuur en de mogelijkheden tot stikstofinzet (afhankelijk van zowel het stikstofaanbod, het aanbod van hoogcalorisch gas en de conversiemiddelen van GTS). Indien GTS stuurt op een constant hoog niveau van de conversiemiddelen en verrijking, is het op jaarbasis mogelijk om circa 33-36 miljard kubieke meter pseudo-Groningengas (hoogcalorisch gas bijgemengd met stikstof) te produceren. Dit kan bereikt worden met de inzet op 85% tot 100% van de zogenoemde ‘baseload installaties’ – installaties die voltijds beschikbaar zijn voor conversie – in Ommen en Wieringermeer. De overige twee conversie-installaties kunnen dan dienen voor de opvang van pieken in de gasvraag en back-up. Het Groningenveld is dan alleen nodig als balanspost en wordt enkel ingezet wanneer dit noodzakelijk is voor de leveringszekerheid. In een jaar met gemiddeld hoge temperaturen is dan weinig Groningenproductie nodig en in het geval van een koud jaar is extra gas uit het Groningenveld noodzakelijk. Kortom: “Deze keuze
Boek 4
Feitenreconstructie 2017-2022
leidt gemiddeld tot de laagst mogelijke inzet van het Groningenveld, echter in de meeste jaren zal dit leiden tot een minder gelijkmatige winning.”60
In figuur 8.2 wordt het benodigde jaarvolume uit het Groningenveld afgezet tegen het aantal graaddagen. Hieruit valt op te maken dat voornamelijk in warme jaren (laag aantal graaddagen) een groot verschil waarneembaar is met het scenario van vlak produceren. GTS kondigt aan dat zij in maart 2018 komt met een nieuw advies over de eerdergenoemde productiescenario’s op lange termijn (tot 2030). De dalende vraag naar Groningengas door ombouw in buitenland en door de ombouw van industriële verbruikers in Nederland, en de bouw van een nieuwe stikstoffabriek neemt GTS mee in deze langetermijnscenario’s.61 Voor het nieuwe advies, van maart 2018, kijkt GTS welke maatregelen genomen kunnen worden om de gaswinning in Groningen te kunnen verlagen. Dit advies wordt verderop in deze paragraaf behandeld.
Toen zijn wij gaan kijken met welke maatregelen je uiteindelijk wel zo snel mogelijk naar 12 zou kunnen gaan en uiteindelijk naar 0.
Openbaar verhoor Bart Jan Hoevers, 3 oktober 2022
GTS gaat in dit advies van februari verder in op het sluiten van een aantal productieclusters, zoals voorgesteld door NAM. “De door NAM voorgestelde maatregelen betreffende verlaging van de productiecapaciteit op het Groningenveld door het sluiten van een aantal productieclusters zijn door GTS getoetst tegen de benodigde piekcapaciteit van de volledige markt voor laagcalorisch gas bij -17°C (de door GTS gehanteerde referentietemperatuur).”
GTS concludeert dat de productie uit vier productieclusters niet noodzakelijk is voor de leveringszekerheid. In de studie naar scenario’s omtrent de afbouw van Groningen, waarover in maart 2018 gerapporteerd wordt, zal voor de jaren na het lopende gasjaar vastgesteld worden of de resterende twee clusters noodzakelijk zijn voor leveringszekerheid. Door het sluiten van clusters van Groningen is er minder capaciteit beschikbaar. Dit heeft gevolgen voor de mate waarin de eventuele uitval van stikstofmengstations opgevangen kan worden. “Indien er in de toekomst middelen buiten gebruik dreigen te raken zou de inzet moeten zijn om bijvoorbeeld te komen tot marktmechanismen of financiële prikkels om de huidige capaciteit in stand te houden. Zoals bijvoorbeeld in 2017 de toegenomen zekerheid rond de gasopslag Alkmaar is gerealiseerd.”62
Minister Wiebes informeert de Tweede Kamer over opvolging SodM-advies
Op 1 februari 2018 gaat minister Wiebes in een brief naar de Tweede Kamer in op het SodM- en het GTS-advies, en op de manier waarop de minister opvolging wil geven aan deze adviezen. In de brief vermeldt de minister dat in het regeerakkoord al is aangegeven dat in de kabinetsperiode de gaswinning omlaag gebracht moet worden met 1,5 miljard kubieke meter (dus tot 20 miljard kubieke meter aardgas). Minister Wiebes geeft aan dat hij dit ziet
60 GTS. Brief aan minister Wiebes met advies GTS inzake leveringszekerheid, 31 januari 2018.
61
62 als een schatting die niet als beperkend is bedoeld. Bij zijn aantreden is hij begonnen met een inventarisatie van de mogelijkheden tot volumebeperkingen, zoals ombouw of verduurzaming van industriële grootgebruikers en ombouw van laagcalorisch gas naar hoogcalorisch gas in het buitenland.63
In de brief schrijft minister Wiebes dat SodM adviseert om zo snel mogelijk terug te gaan naar een winningsniveau van 12 miljard kubieke meter per jaar. SodM merkt op dat deze maatregel een belangenafweging vergt van de minister. Het voorgestelde winningsniveau van 12 miljard kubieke meter is immers lager dan wat GTS vanuit de leveringszekerheid adviseert: een productie van 21 miljard kubieke meter bij een vlakke winning. Het is volgens de minister evident dat een dergelijke daling naar 12 miljard kubieke meter op dit moment betekent dat niet voldaan kan worden aan gasvraag van huishoudens en bedrijven in binnen- en buitenland. “De huidige behoefte is bijna dubbel zo hoog.”
“Het zal niet alleen grote inspanning maar ook enige tijd kosten om het winningsniveau sterk te verlagen.” De minister wil de adviezen echter wel meenemen in de inventarisatie van de mogelijkheden om de vraag naar Groningengas op korte en lange termijn af te bouwen. De minister geeft aan dat hij op korte termijn de twee maatregelen van SodM zal uitvoeren; dus het Loppersumclusters sluiten en de fluctuatie bij het Bierumcluster maximaliseren op 20%.64
Industriële grootverbruikers: vrijwillig traject uitfasering laagcalorisch gebruik
In paragraaf 7.3 van hoofdstuk 7 is beschreven dat het ministerie van Economische Zaken in 2017 al het idee had om de gasvraag van industriële grootverbruikers te verlagen. In dezelfde periode treft het ministerie van Economische Zaken en Klimaat voorbereidingen om het gebruik van laagcalorisch gas door industriële grootverbruikers versneld uit te laten faseren. In februari 2018 stuurt minister Wiebes een brief aan de individuele directies van circa 120 bedrijven. In deze brief wordt aangegeven dat het kabinet deze kabinetsperiode de vraag naar laagcalorisch gas versneld wil verminderen, aangezien dit essentieel is voor de vermindering van de gaswinning. Het kabinet wil het verbruik van laagcalorisch gas door industriële grootverbruikers versneld uitfaseren, zodat er in principe in 2022 geen industriële grootverbruikers zijn die gebruikmaken van Groningengas. “Voor mij [Wiebes] is hierbij het uitgangspunt dat deze uitfasering onontkoombaar is, maar dat de wijze waarop dit het beste vormgegeven kan worden per bedrijf kan verschillen.” Dit kan op twee manieren: verduurzaming van energievoorziening (bij voorkeur, in het kader van klimaat- en energietransitie) of ombouw van laagcalorisch gas naar hoogcalorisch gas. De minister vraagt de bedrijven om binnen drie weken aan te geven op welke wijze zij denken uit te kunnen faseren.65 Op 14 maart 2018 stuurt GTS zijn conceptadvies naar het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (zie tekstkader 8.1 verderop voor het definitieve advies van 27 maart). Hierin geeft GTS aan welke maatregelen genomen kunnen worden om het productievolume te verlagen tot 12 miljard kubieke meter. Hierin wordt onder andere het gevolg geschetst van het overschakelen van de industrie van laagcalorisch gas naar hoogcalorisch gas (of andere duurzame alternatieven). Als de kosten van de stikstofinstallatie
63 Kamerstuk II 2017/18, 33529 nr. 424.
64 Kamerstuk II 2017/18, 33529 nr. 424.