
3 minute read
Feitenreconstructie 2017-2022
de aandeelhouders van de NAM verplicht zijn er alles aan te doen om ervoor te zorgen dat de NAM aan haar verplichtingen uit de overeenkomst voldoet (zie tekstkader 7.4).
Volgens Rolf de Jong, Director Upstream van Esso Nederland B.V. en ExxonMobil Holding Company Holland LLC, is ExxonMobil eind 2016/begin 2017 door Shell geïnformeerd over de voorgenomen intrekking. Exxon vindt intrekking geen goed idee. Er moet geen twijfel worden gecreëerd of Shell en ExxonMobil de verplichtingen van de NAM zouden overnemen als de NAM niet meer aan haar verplichtingen zou kunnen voldoen. Bovendien ziet Exxon helemaal geen aanleiding om de 403-verklaring in te trekken. De Jong voorziet onrust indien Shell de verklaring intrekt en tracht naar eigen zeggen vrij intensief om Shell op andere gedachten te brengen. De Jong verklaart tijdens zijn openbaar verhoor: “Maar ook dat signaal afgeven – daar is later ook heel veel commotie over ontstaan – van “weet je, misschien dat wij toch wat afstand creëren, wij Shell, ten opzichte van NAM” lijkt mij helemaal geen goede zaak. Ik heb daar later ook dingen over gezegd in een hoorzitting in de Tweede Kamer.”49
Advertisement
‘
Tekstkader 7.4 Artikel 11 Overeenkomst van Samenwerking
Artikel 11 van de Overeenkomst van Samenwerking luidt als volgt:
B.P.M. en Jersey verbinden zich elk, alles te doen wat in ieders vermogen ligt, door aanwending van ieders invloed in verband met de positie van aandeelhouder in N.A.M. c.q. in verband met de directe of indirecte zeggenschap over het bestuur van N.A.M., opdat de uit deze overeenkomst voor N.A.M. voortvloeiende verplichtingen door N.A.M. worden nagekomen.
In geval van niet-nakoming door N.A.M. rust zowel op B.P.M. als op Jersey, ieder voor zich, de last, te bewijzen dat zij aan de in de vorige volzin vervatte verplichting heeft voldaan’.
Ook binnen het ministerie van Economische Zaken vindt men het voornemen tot intrekking zorgelijk. De zorgen van het ministerie zijn volgens de landsadvocaat terecht.
Mijn eerste reactie was buitengewoon bezorgd. Dit werd als een relatief terloopse mededeling gedaan. […] Bij ons op het ministerie gingen er wel wat alarmbellen af.
Openbaar verhoor Sandor Gaastra, 5 oktober 2022
7 Van Slochteren tot Zeerijp Uit het moeras van de schadeafhandeling? (2017-2018)
De pogingen van EBN en ExxonMobil om intrekking te voorkomen, brengen Shell echter niet op andere gedachten. Op 8 juni 2017 deponeert Shell de intrekkingsverklaring bij de Kamer van Koophandel. Als gevolg daarvan is Shell niet langer hoofdelijk aansprakelijk voor eventuele schulden die ontstaan uit rechtshandelingen die de NAM vanaf 8 juni 2017 verricht. Shell blijft wel hoofdelijk aansprakelijk voor schulden uit rechtshandelingen die voorafgaand aan de datum van deponering van de intrekkingsverklaring zijn aangegaan (de zogeheten overblijvende aansprakelijkheid). Als gevolg van deze intrekking komt de vrijwaringsovereenkomst van 21 mei 1985 te vervallen. De overeenkomst blijft wel gelden voor rechtshandelingen van de NAM die voor het vervallen van deze overeenkomst zijn aangegaan. In hoofdstuk 8 wordt beschreven hoe de intrekking van de 403-verklaring de verdere onderhandelingen tussen de oliemaatschappijen en het ministerie van Economische Zaken beïnvloedt.
7.3.3 Winningsniveau is thema tijdens kabinetsformatie
Shell en ExxonMobil veranderen van opvatting over productieniveaus
De hoogte van het productieniveau vormt een belangrijk deel van de onderhandelingen tussen de oliemaatschappijen en het ministerie van Economische Zaken. In april 2017 proberen Shell en ExxonMobil nog steeds om het ministerie van Economische Zaken ervan te overtuigen dat een lager productieniveau niet nodig is. De oliemaatschappijen zeggen bezorgd te zijn dat het besluit tot een lager winningsniveau niet wordt genomen op basis van objectieve criteria, maar op basis van politieke sentimenten. Ze waarschuwen bovendien voor een negatieve spiraal, eindigend in een stopzetting van de gaswinning, zelfs al voor 2030. In dat scenario blijft een grote hoeveelheid niet-gewonnen gas in het veld. Bovendien zijn deze lagere winningsniveaus voor hen onrendabel en heeft als gevolg dat er een groter hoeveelheid gas in de grond blijft zitten. Dit leidt tot een onacceptabele uitkomst, aldus de oliemaatschappijen.50 De dreigende strafrechtelijke vervolging van NAM brengt de oliemaatschappijen echter op andere gedachten.
Ben van Beurden (Shell) bevestigt in zijn openbare verhoor dat na afloop van het gesprek met de minister-president op 11 juli 2017, hij met Darren Woods van ExxonMobil een scenario met een winningsniveau naar nul besprak: “Ik kan me nog heel goed herinneren dat toen Darren en ik het Torentje uitliepen en nog even in de hal van het ministerie stonden, we tegen elkaar zeiden: “Nou ja, als dit inderdaad maar snel loopt. Is september wel haalbaar? Wat moet er dan gebeuren met het nieuwe gasjaar?” We maakten ons allebei genoeg zorgen voor mij om te zeggen: “Weet je, als het niet wordt opgelost, dan dienen we gewoon een winningsplan in met nul. Dan is het duidelijk wat wij acceptabel vinden in deze omstandigheden. Dat is namelijk nul. Als de overheid dan iets anders wil, hebben ze geen keuze dan om ons te verplichten.” Dus wat mij betreft was het zo hoog opgelopen dat we het op die manier moesten bespreken. Dat heb ik ook terug gerapporteerd in het team.”51
In het najaar van 2017 komen de verkennende gesprekken op basis van de Terms of Reference tot een afronding. Op 27 september 2017 vindt de – in het overleg van 11 juli 2017 afgesproken – bijeenkomst plaats waarin de stand van zaken van de verkennende fase wordt besproken in de stuurgroep. Daarbij zijn de secretaris-generaal Maarten Camps, de