5 minute read

Vijf vragen over

Next Article
Magazijn De Zon

Magazijn De Zon

Vijf vragen over de verkoop van het voormalige Pieter Baan Centrum

Het voormalige Pieter Baan Centrum (PBC) gaat over niet al te lange tijd in de verkoop. Dit markante gebouw aan ‘Het Luie End’ in Utrecht Oost heeft al een lange historie als justitiële inrichting. Maar in 2018 zijn de laatste verdachten in busjes naar een gloednieuw pand in Almere gebracht. Het PBC krijgt een nieuwe functie voor Utrechters op vrije voeten.

Advertisement

Tekst: Charlie van Dijk / Fotogra e: Robert Oosterbroek

1Hoe werkt de verkoop van het PBC?

Het PBC is op dit moment nog in het bezit van het Rijksvastgoedbedrijf, de vastgoedorganisatie van en voor de Rijksoverheid. Deze organisatie is verantwoordelijk voor het beheer van het vastgoed van de overheid. Binnenkort gaat het PBC in de verkoop, want het Rijk gebruikt het complex niet meer als psychiatrische observatiekliniek.

Het Rijksvastgoedbedrijf geeft aan dat de verkoop zal gaan met een openbare inschrijving mét voorselectie. Marktpartijen kunnen zich vrij inschrijven, maar kunnen daarna nog afvallen. Bij de voorselectie wordt gekeken naar de kwaliteit van de herontwikkelingsplannen of naar de fnanciële of administratieve eisen van het Rijksvastgoedbedrijf. Kom je als marktpartij door de voorselectie, dan nodigt het Rijksvastgoedbedrijf je uit om een bieding uit te brengen.

In de volgende stap gaat het Rijksvastgoedbedrijf onderzoeken of de bieding aanvaardbaar is. De organisatie kijkt dan vooral naar de risico’s van het project, en of die in verhouding zijn met de hoogte van de bieding. Zodra de bieding en ook het integriteitsonderzoek (volgens de wet Bibob) beide in orde zijn, zal het Rijksvastgoedbedrijf het PBC gunnen aan de marktpartij. Daarna volgt pas de koopovereenkomst tussen de twee partijen.

2Wie komen er in het nieuwe PBC wonen?

De gemeente Utrecht en het Rijksvastgoedbedrijf hebben verschillende eisen opgesteld voor de toekomstige invulling van het PBC. Daaronder vallen eisen voor de nieuwe bewoners die het complex te zijner tijd mogen betrekken. Voorop staat dat er een divers woningaanbod in het nieuwe PBC komt. Dat wil zeggen dat er woningen voor verschillende doelgroepen in het complex komen. Het idee is dat kwetsbare doelgroepen in deze omgeving op een prettige manier weer deel kunnen worden van de samenleving.

Volgens de plannen komt er 25 procent sociale huur voor deze bijzondere en kwetsbare doelgroepen beschikbaar in het PBC; een relatief groot deel. Het gaat om een gemengde groep bewoners: dit kunnen onder andere mensen zijn die dakloos zijn geworden, cliënten uit GGZ, ex-verslaafden of statushouders. Ook maken kwetsbare jongeren die uitstromen uit de jeugdzorg hier kans op een woning. Net als uitstromers uit de maatschappelijke opvang en beschermd wonen.

De gemeente Utrecht en het Rijksvastgoedbedrijf erkennen dat de vraag naar opvang en huisvesting in Utrecht bijzonder hoog is. De partijen zeggen daarom te streven naar een betere balans in de woningvoorraad in de stad en in de wijk. Er komt daarom nog 10 procent van de woningen beschikbaar voor ‘standaard’ sociale huur. 30 procent van de huizen is voor de middenhuur. De overgebleven 35 procent van de woningen is bedoeld voor de vrije sector.

3Hoe gaan de woningen eruitzien?

Volgens de huidige plannen moeten de nieuwbouwwoningen in het PBC ‘levensloopgeschikt’ zijn. Een zogenaamd levensloopgeschikte woning moet in ieder geval bezoekbaar en woonbaar zijn voor verschillende doelgroepen, zoals rolstoelgebruikers. De gemeente en het Rijksvastgoedbedrijf kijken in eerste instantie naar de levensloopgeschikte woningen, want er is een grote vraag naar rolstoelvriendelijke woonruimten – huizen waar rolstoelgebruikers zelfstandig kunnen wonen.

Een woning is bezoekbaar wanneer je daar gasten kan ontvangen; er is een zitruimte, een plek om te eten en een toilet in de buurt. Bij een woonbare woning zijn het toilet, de badkamer en de keuken zonder trap bereikbaar. Zijn de woningen niet woon- of bezoekbaar, dan moeten bewoners dat zelf kunnen realiseren zonder dat ze daar veel geld aan kwijt zijn. Pas in de volgende fase van het herontwikkelingsproject wordt er gekeken of alle woningen in het PBC levensloopgeschikt kunnen worden. Dit geldt ook voor woningen die niet nieuw gebouwd worden, maar gerenoveerd.

4Kunnen de nieuwe bewoners van het PBC in de buurt werken?

Gaan de plannen allemaal volgens dat van de RSU2040, dan kan de gemeente Utrecht de komende 20 jaar aan de slag met het creëren van nieuwe werkplekken. Tot 2040 zouden dat zo’n 70.000 nieuwe banen moeten zijn. Het leeuwendeel, namelijk 75 procent, moet daarvan al in de komende 10 jaar tot stand komen. Wil de gemeente de infrastructuur van de stad niet al te veel belasten, dan moeten er nieuwe werklocaties komen op de juiste plekken.

Het PBC zou mooie kansen bieden voor nieuwe werkplekken en maatschappelijke voorzieningen. Ook bedrijven in de creatieve of lichte maakindustrie en startups of scaleups zouden zich volgens de RSU goed laten mengen in de wijk. Het nieuwe PBC moet dus een culturele broedplaats worden, met betaalbare werkruimtes voor kunstenaars en kleine creatieve bedrijven. In het PBC kan dit zorgen voor een bruisende omgeving met veel werkgelegenheid.

De werklocaties moeten duurzaam zijn, ook geschikt voor werk in de toekomst, en er moet ruimte zijn voor werkenden van alle opleidingsniveaus. Het woon- en werkgebied in het PBC moet dus een mix van functies krijgen. Hoe de gemeente en het Rijksvastgoedbedrijf dit graag terug willen zien, is in de vorm van kleinschalige bedrijfsruimten in het complex, mogelijkheden tot werken vanuit huis en multifunctionele bedrijfsgebouwen.

5Wat biedt het nieuwe PBC aan qua recreatie en cultuur?

Zodra er in de omgeving van het PBC veel mensen komen wonen en werken, groeit ook de behoefte naar ontspanning en gezelligheid. Ook daarvoor maken de partijen betrokken bij de herontwikkeling al plannen. Zo moeten de parkeerplaatsen aan de oever van de Kromme Rijn plaatsmaken voor groen.

Het plan is om hier een groen oeverpark met een wandelpad te maken. Behalve verveling, moet dit park ook wateroverlast, droogte en hitte tegengaan. Ook tussen de gebouwen moeten er groene hoven komen. Daarbij zien de gemeente en het Rijksvastgoedbedrijf de woon- en werkomgeving graag gecombineerd met lichte horecagelegenheden (die geen overlast veroorzaken) en cultuur.

Volgens de huidige plannen mag ook het verhaal over de geschiedenis van detentie in Nederland en van de Tweede Wereldoorlog niet verloren gaan. De gemeente en het Rijksvastgoedbedrijf willen daarom dat delen van het complex aan de Gansstraat zichtbaar blijven. a

This article is from: