
4 minute read
In gesprek met Sylvia Hofman
Piet
Theunissen vroeg mijn vader Gerard Hofman in november 2022 of ik in de Beerse courant wilde schrijven. Ik was in Beers omdat mijn moeder Margolda in hospice lag. Zij is inmiddels overleden. met carnaval gedaan. Mijn vader was vorst, Raymond jeugdprins, ik ben dansmarieke geweest en mijn moeder was in een dans groep met Liesbeth Goossens en haar zus Mieke, en treden op. Dat waren leuke tijden. Mijn Moeder stond altijd klaar voor ons; zij was thuis als wij van school kwamen en hielp ons met ons huiswerk. Mijn vader nam ons vaak mee als hij ging zwemmen in de Kraaienbergse plassen of Eldorado, of ging rennen in een van de bossen.
Advertisement
Mijn naam is Sylvia en ik woon sinds 1981 in New Zealand (NZ). NZ bestaat uit 2 eilanden, Noord en Zuid. Ons klimaat heeft warmere winters en koelere zomers dan Nederland maar het waait hier veel in de lente en zomer.
Ik heb 4 jaar op de MAVO op opbrengen van babies en kinderen onder 4 jaar. Ik ben nog steeds bevriend met een van die meiden. We zijn zelfs een paar jaar geleden samen naar Frankrijk op vakantie geweest.
Mijn vader had ook geregeld dat ik 3 maanden naar een Kibbutz in Israël zou gaan omdat ik nog geen 17.5 jaar was. Ik was op Kibbuts Yiron waar ik appels plukte en in de keuken werkte met jongelui van allerlei landen. We stonden vroeg op, ik geloof 5 uur s’octends, en we waren vrij rond lunch time en konden dan doen wat we wilde.

Vaak gingen we zwemmen of verkende we de omgeving. De bedoeïen die in de omgeving woonde waren heel gastvrij en gaven je vaak kleine kopjes met ontzettend sterke koffie.
Ik ontmoette mijn eerste man Piet Classens in Venray waar ik twee jaar verpleegkunde heb gestudeerd. Zijn ouders hadden een koeien boerderij en wij emigreerde in 1981 naar New Zealand omdat wij graag onze eigen boerderij wilde hebben. En in NZ was dat toen nog mogelijk omdat ze hier het systeem “share milking “ hebben, waar je een percentage van de melk cheque verdient met hard werken.

Ik ben de oudste van drie en mijn broers zijn Bob en Raymond.
Ik was 11 toen wij verhuisde naar Beers en ik kwam bij Meneer Ghijsen in de 6de klas op de school “Dokter de Kwaal”. Ik kan mijn vriendinnen van dat jaar nog goed herinneren; Connie van de Besselaar en ons buurmeisje Lucie Arts. Ik reed op de manege de overlaat Ruiters. Het was erg fijn dat ik een paard van Harry Derks kon lenen en ik heb daar 4 jaar met plezier dressage gereden. Elke zaterdag moesten wij de stallen uitsmetten en de teugels en zadels schoon maken, maar daarna dronken wij gezellig koffie bij mevrouw Derks. Zij had altijd belangstelling in ons dagelijkse leven.
In Beers hebben wij allemaal wat het Merlet college gezeten. Een groep vriendinnen ontmoeten elkaar voor ons huis op de Molenstraat en we fietste dan naar de middelbare school in Cuijk. Maria en Nel Claasen moesten ver fietsen; zij woonden op de Graafsedijk.
Mijn droom was altijd om verpleegster te worden, maar ik was te jong na de MAVO voor de verpleging; je moest 17.5 jaar oud zijn. Mijn vader dacht dat het goed was om een jaar in Utrecht by de Zusters of St Augustine te studeren voor een certificaat in kinderverzorging. De zusters hadden scholen voor de kinderen van ongetrouwde moeders. Elk weekend ging ik met de trein naar huis. Het was een fijn jaar en samen met 5 andere meisjes vanuit Nederland heb ik hier veel geleerd; koken, poetsen en het
Het was vreemd om overal gewapende soldaten te zien, zelfs vrouwen hebben daar dienst verplichting. En ik stond er ook versteld van hoe toeristisch Israël was. Mijn ouders kwamen toen ook een week op vakantie en samen hebben we veel plaatsen bekeken. De Dode zee was een leuke ervaring, vooral omdat je zonder veel moeite kon drijven en al dat zout en modder scheen
Het eerste jaar werkte wij op een schaap en rundvlees boerderij waar Piet schapen verzamelde op een paard omdat de weilanden te stijl waren voor een motorbike. Hier is onze oudste dochter Sarah geboren, die nu al 40 jaar oud is. Zij heeft 2 zonen en een dochter. Na dat jaar hebben wij 16 jaar op verschillende plaatsen op dairy farms gewerkt. We werkte lange dagen. Op half 5 in de ochtend gingen we de koeien halen om ze te melken. Als ze ver van de melk stal graasden kon het wel een uur of langer duren voordat je ze in de stal had. Het melken duurde zo’n 2.5 uur. Daarna moesten we de melk shed schoon maken met een grote spuit. Dit hele process herhaalde we weer in de middag rond een uur of twee. Tijdens het kalfseisoen was het mijn taak om de kalven te voeren en leren drinken maar vooral om ze gezond te houden. Ik kijk hier met een fijn gevoel naar terug.
Onze tweede dochter Jessica is in Taranaki geboren, zij heeft 2 dochters en een zoon. Beide dochters wonen in dezelfde plaats als ik, Whanganui. Het ligt aan de west coast van het Noord eiland met 40.000 inwoners. Wij missen gelukkig vaak het slechte weer. Terwijl ik dit schrijf heeft Cyclone Gabrielle veel ravage opgeleverd. Auckland staat onder water, sommige plaatsen kunnen alleen met helicopters bereikt worden omdat de wegen en bruggen weggespoeld of kapot zijn en meer dan 10.000 inwoners hebben al dagen lang geen elektriciteit. 11 mensen zijn overleden en meer dan 300 mensen zijn nog niet gevonden. Het water was over de huisdaken. Het klimaat is aan het veranderen.
De rentetarief in 1980 was 20 % plus. Wat goed