2 minute read

7 Onderzeeboot

Onderzeeboot

Twee kinderen zitten in een klein tuintje zo wat te zitten. Kapitein Als het nu zou sneeuwen. Dan zouden wij een sneeuwpop maken met appelsienen als borsten en een wortel als neus. Kolonel Maar de zon schijnt en er is niets te doen. Kapitein Als het zou regenen dan zouden wij nu dansen als indianen. Oemba – oemba – oemba roepen. Onze hemdjes uitdoen en een verkoudheid krijgen. Kolonel Maar de zon schijnt en er is niets te doen.

Twee kinderen zitten in een klein tuintje zo wat te zitten. Tot iemand een idee krijgt. Kapitein Ik heb een plan. We bouwen een onderzeeboot! Kolonel Wanneer? Kapitein Nu. Kolonel Oké. Kapitein We bouwen een onderzeeboot van zeker vijf meter lang. Kolonel We bouwen een onderzeeboot van zeker vijf meter lang en twee meter hoog.

Kapitein Met een buis om boven water te zien. Kolonel Zo een buis heet periscoop. Kapitein Met een periscoop om boven water te zien en met een raampje om onder water te zien. Kolonel Zo een raampje heet patrijspoort. Kapitein Met een periscoop om boven water te zien en met een patrijspoort om onder water te zien en dag te zeggen tegen een inktvis. Kolonel ‘Blub blub blub’ Kapitein Ahoi inktvis!

Twee kinderen huppelen van opwinding, tot … Kolonel Er is een probleem. Kapitein Een probleem? Kolonel We zullen een botsing doen met een walvis. Kapitein Dat is geen probleem want we schilderen de onderzeeboot rood zodat de walvis ons al van ver ziet en denkt … Kolonel ‘Wow. Oppassen walvis, daar komt een onderzeeboot.’ Kapitein We bouwen een rode onderzeeboot van zeker vijf meter lang en twee meter hoog met een periscoop om boven water te zien en een patrijspoort om onder water te zien en ik, ik ben de kapitein.

Kolonel Er is een probleem. Kapitein Een probleem? Kolonel Ik wil ook graag de baas zijn. Kapitein Dat is geen probleem, dan zijt gij de baas van de kapitein. Kolonel De baas van de kapitein heet de kolonel. En de kolonel zegt: instappen allemaal! Kapitein En de kapitein zegt: Ahoi, volle kracht vooruit! Kolonel Er is een probleem. Kapitein Een probleem? Kolonel Hier is geen zee. Kapitein Dat is geen probleem want we bouwen een onderzeelandboot. Kolonel En we varen onder de grond naar de zee. Kapitein En onderweg varen we door een zwembad met daarin een zwemmer. Kolonel ‘Wow, wat is dat ineens?’ Kapitein ‘Heb geen angst zwemmer, wij zijn een onderzeeboot op weg naar zee.’ Kolonel ‘Ah, dan is het goed.’ Kapitein En na twee dagen, eindelijk. Kolonel Zee in zicht! Kapitein Nu zijn we echt vertrokken. Kolonel Er is een probleem. Kapitein Een probleem? Kolonel Een groot probleem. Kapitein Welk probleem? Kolonel Ons tuintje is daar te klein voor. Kapitein Waarvoor? Kolonel Voor een onderzeeboot van zeker vijf meter lang. Kapitein Dat is een probleem. Kolonel Dat is een groot probleem.

Twee kinderen zitten in een klein tuintje zo wat te zitten.

Kapitein Als ons tuintje groot genoeg was, dan bouwden wij nu een rode onderzeeboot van zeker vijf meter lang en twee meter hoog met een periscoop om boven water te zien en een patrijspoort om onder water te zien. Kolonel Maar ons tuintje is niet groot genoeg daarvoor en er is niets te doen.

Dit is het einde.

schrijver Bart van Nuffelen tekenaar Jan van Lierde