a) Druk het deel dat groen gekleurd is uit als een procent.
b) Vul aan.
4 5 = 100 = =
c) Vereenvoudig tot de eenvoudigste vorm.
35 63 =
d) Maak de breuken gelijknamig.
4 5 en 2 3 → en
e) Vul de ontbrekende getallen in de verhoudingstabel aan.
12 18 45
20 36 12
f) De touwtjes van een aantal ballonnen zijn verstrengeld met elkaar. Er waren 5 rode, 7 gele en 8 blauwe ballonnen. Als je willekeurig één touw kiest, wat is dan de kans dat je een gele ballon kiest? Druk je antwoord uit in een procent.
MIJN FEEDBACK
2 Bewerkingen
>>> Deze voorkennis wordt gebruikt vanaf module 1.
Signaaloefeningen
Los op. Noteer jouw werkwijze.
a)6,4 + 3,48 =
b)10000 4444 =
c)3,5 2,8 =
d)1,5x7 =
e)24800:8 =
f)0,45:3 =
g)5x8300 =
h)840 + 1790 = Reken handig uit.
a)4x0,08x25 =
b)3,99 + 2,70 =
c)2,6:5 =
d)4,95 2,3 0,95 =
e)68:0,1 =
f)90 (50 30)= 5 6
a) 1 5 + 2 3 = d) 4 9 1 3 = b) 3 4 x 5 7 = e) 3 7 van154 = c) 3 8 :3 = f) 5 4 :2 =
MIJN FEEDBACK
ik koop … 8 balpennen van 3 euro. 3 ijsjes van 5 euro. 7 strips van 6 euro. 9 drankjes van 2 euro. 8 kermiskaartjes van 4 euro. 7 T-shirts van 7 euro.
ik betaal … Vul in met <, > of =
a)5x7 6x6
b)6x3 2x9
MIJN FEEDBACK
c)0x60 10x6
d)8x4 3x9
e)5x20 10x10
f)7x9 8x8
D ifferentiatietraject
het rooster in.
Vul de tabel in.
ik tel … 9 munten van 2 euro 4 pakjes met 8 stickers 7 bakken met 6 flessen 2 kaarten met 10 zwembeurten
Vul in met <, > of =.
a)5x9 … 8x6
b)4x5 … 2x10
Vul in en reken uit.
a) 7 + 7 + 7 + 7 + 7 + 7 = … x … = …
b) Het dubbel van “3 x 9“ of … x … = …
c) Een vierde van “8 x 5” of … x … = …
d) Vijf keer “9 x 2” of … x … = …
e) 3 x 8 = x 4 = x 2 =
f) Een derde van “6 x 6” of … x … = … 17 18 19 20
c)7x7 … 10x5 e)2x9 … 3x6
d)6x4 … 5x5 f)4x8 … 5x7
5 Meten en metend rekenen
>>> Deze voorkennis wordt gebruikt vanaf module 2.
Signaaloefeningen
Een lesuur duurt 50 minuten. De grootheid die hier ter sprake komt is tijd. De eenheid is minuten. Het getal 50 noemen we het maatgetal
Verbind de grootheid met de eenheid die erbij hoort.
lengte oppervlakte volume hoekgrootte snelheid inhoud massa tijd
dm3 m2 m km/h graden uren kg l
a) Voor een verjaardagsfeestje maak je een lekkere mocktail die bestaat uit 2 liter ananassap, 2 liter ginger ale en 3 liter druivensap. Hoeveel glaasjes van 20 cl kan je vullen met je mocktail?
b) Langs de autostrade zie je een bord ‘PARIS 300’. Hoelang ben je onderweg naar Parijs als je gemiddelde snelheid 100 km/h bedraagt?
c) Je ontwerpt het plan van jouw droomhuis op schaal 1 : 50. Als je een rechthoekige woonkamer tekent van 12 cm op 20 cm, hoe groot is die dan in werkelijkheid?
6 Meetkunde
>>> Deze voorkennis wordt gebruikt vanaf module 9.
Signaaloefeningen
Van enkele vierhoeken werden de diagonalen getekend. Teken telkens de vierhoek en noteer de best passende naam.
a) b) c) d)
Teken volgende vlakke figuren.
a) een vierkant met zijden van 3,5 cm
b) een ruit waarbij de zijden 2,5 cm lang zijn
c) een rechthoek met basis 5 cm en hoogte 2 cm d) een parallellogram met lengte 4 cm en hoogte 2,5 cm
Bekijk even je geodriehoek. Die heeft (uiteraard) drie hoeken.
a) Hoeveel graden is de grootste hoek?
b) Hoe noem je zo’n hoek?
c) De twee andere hoeken zijn even groot. Hoe groot?
d) Hoe noem je zo’n hoek?
In deze twaalf vakjes zie je (voorbeelden van) ruimtefiguren, enkele omschrijvingen en ontwikkelingen. 1 4 7
Deze ruimtefiguur is een veelvlak. 10 2 5 Alle zijvlakken hebben een even grote oppervlakte. 8 11 3 Het grondvlak en bovenvlak zijn hetzelfde. 6 9 12
Deze ruimtefiguur heeft zes zijvlakken.
a) Welke nummers horen bij een kubus?
b) Welke nummers horen bij een balk?
c) Welke nummers horen bij een cilinder?
d) Welke nummers horen bij een piramide?
e) Je kent nog andere ruimtefiguren die geen veelvlakken zijn. Welke zijn dat?
7 Problemen oplossen deel 2
>>> Deze voorkennis wordt gebruikt vanaf module 11.
Signaaloefeningen
In een snoepwinkel ziet Aiko dit grote blik, gevuld met 180 lolly’s.
De smaken zijn als volgt verdeeld:
• 1/4 heeft aardbeiensmaak.
• 1/3 heeft appelsmaak.
• 20% heeft kersensmaak.
• De rest heeft colasmaak.
a) Hoeveel lolly’s van elke smaak zitten er in dit blik?
b) Aiko besluit om 60 lolly’s te kopen volgens dezelfde verhoudingen als hierboven. Hoeveel lolly’s van elke smaak zal ze kopen?
In onze school doen 30 jongens en 20 meisjes mee aan de kangoeroewedstrijd. Van die jongens wint 10% een prijs en van de meisjes is dat 20%. Hoeveel procent van alle kangoeroedeelnemers uit onze school wint een prijs?
Studiewijzer
Auteurs Björn Carreyn, Filip Geeurickx en Roger Van Nieuwenhuyze
Eerste editie - Bestelnummer 94 606 0012
ISBN 978 90 4865 054 5 - KB D/2025/0147/100 - NUR 126 - Thema YPMF
Illustrator Jona Jamart - Design en lay-out die Keure
Verantwoordelijke uitgever die Keure, Kleine Pathoekeweg 3, 8000 Brugge RPR 0405