Verrekijker Bieb - 2e leerjaar - Kijker 1 - Thema 2 - N1 - een droom van een juf

ucatieve uitgaven

een droom van een juf

BIEB

Moniek Vermeulen

Kijker educatieve uitgaven

Verrekijker 2

1

een droom van een juf

sem ligt in bed. hij woelt1 heen en weer. hij droomt van een juf. de juf is niet lief. ze is ook niet knap. op haar wang zie je een puist. haar neus is krom en er komt snot uit. in haar mond zit maar één tand. die tand is heel vies. het haar van de juf is lang en zo rood als bloed. de juf roept en tiert. dat maakt sem bang.

1

sem werkt in zijn boek. hij doet hard zijn best om het goed te doen. maar hij maakt toch een fout. de juf is erg boos. ze kijkt heel kwaad. en ze roept heel hard. sem rilt en weent. nu maakt hij weer een fout. de juf krijst. er valt een traan op het blad in sems boek. de juf trekt het boek uit de hand van sem. ze scheurt het boek stuk. sem snikt het uit2.

2

ma komt bij sem. wat is er? vraagt ze lief. had je een droom? sem knikt. een droom van een juf, zegt hij. de juf was eng3. wees maar kalm, sust ma. ze legt haar hand op sems hoofd. sem lacht. de droom is weg nu. slaap maar weer, zegt ma dan. ze geeft sem een zoen en een knuf.

3

het is al tien uur. sem komt pas uit bed. dag sem, lacht ma. sliep je nog goed? sem knikt. na de knuf van jou ging het goed. maar nu gromt mijn maag.

4

sem eet een ei en hij neemt een glas melk. veeg je mond schoon, lacht ma. je hebt een snor van melk. ik speel nog wat in de tuin, zegt sem dan. doe dat, zegt ma. het is mooi weer. het is nog één dag geen school. sem zucht. nog maar één dag …

5

in de tuin speelt sem met de bal. poes lol wipt op en neer. zo toont ze dat ze blij is. ze speelt graag mee met sem. met haar snoet stoot 4 lol de bal een eind weg. dan rolt ze zelf op het gras. sem holt naar de bal. ook lol rent en rent. het lijkt wel of ze wat gek wordt. sem giert het uit. dan valt hij moe in het gras. lol ligt op haar buik. dag lol, joelt 5 sem.

6

dan wordt sem stil. nog één nacht, lol, zegt hij zacht. dan moet ik naar school. dat vond ik steeds leuk, maar nu niet. ik woon nu in de stad. ik zit niet meer bij tuur in de klas. en ook niet bij jad. ik ken geen kind van de school. en de juf ken ik ook niet. zal mijn juf lief zijn, lol? ik vrees van niet.

7

het is al laat. het is tijd voor je bed, sem, zegt pa. je moet vroeg op om naar de school te gaan. en je moet fris zijn voor in de klas. dan werk je goed. ik wil nog niet naar bed, tiert sem. ik ben nog niet moe. je moet echt, zegt ma. sem wordt boos. zijn tong komt uit zijn mond. nee, sem, dat wil ik niet! roept ma. naar bed!

8

stil ligt sem in bed. hij wil niet dat het nacht wordt. want na de nacht moet hij naar school. hij weet niet of de school leuk zal zijn. maar sem is heel erg moe. dus hij valt toch in slaap. dan is daar weer die droom van een juf. de juf is weer heel erg boos. sem is bang. hij woelt in zijn bed. ik wil niet naar school, roept hij fel.

9

ma komt er aan. ze neemt sem op haar schoot en wiegt hem heen en weer. sem is heel stil nu. dan kruipt ma in het bed van sem. sem legt zich dicht bij ma. dat is heel fijn. nu valt sem snel in slaap.

10

het is weer dag. sem slaapt niet meer. kom je uit bed? vraagt ma. je moet naar school. dus het is tijd om op te staan. maar sem heeft geen zin6 om naar school te gaan. dat komt door die droom. de droom van een juf.

11

ik voel me ziek, zegt sem. ma voelt aan zijn wang. die is niet warm. mijn buik doet heel veel pijn, zeurt 7 sem. hij kijkt niet blij. ook ma kijkt niet blij. net nu je naar school moet, zegt ze. en ik moet naar mijn werk. wat moet ik nu doen? ik bel naar moes, zegt pa. ik vraag haar of ze naar hier komt. dat vindt sem leuk.

12

moes is de ma van pa. ze is heel lief en ook wat gek. dag droom van een kind 8, zegt ze. sem lacht. dag droom van een moes, zegt sem dan. en dan knijpt moes sem lief in de wang.

13

wat erg sem, zegt moes. sem is stil. hij vindt het niet erg dat hij niet naar school kan. maar dat zegt hij niet. hier, zegt moes, drink wat melk. dat maakt je sterk. de melk smaakt goed. moes kijkt naar sem. er komt een lach om haar mond. wat gaan we doen? vraagt ze.

14

ik speel een spel met jou, zegt moes. sem gaat vlug uit bed. een spel met moes is leuk. lol komt er ook bij. een, twee, drie, vier! roept moes. wie niet weg is, is ... vlug loopt sem weg. hij kijkt om zich heen. daar is een doos. die is heel groot. sem kruipt in de doos.

15

lol kijkt eerst raar. dan springt ze ook in de doos. maar de doos valt om. sem rolt op de grond. lol ook. daar is moes. ik zie je sem en lol, giert ze luid. ik win! ze danst in het rond.

16

sem is wat boos op lol. maar daar maakt lol zich niet druk om. ze danst mee met moes. nu lacht sem. jij wint, moes, zegt hij dan. de pijn in zijn buik is weg.

17

het is twaalf uur. hier is een kop soep, zegt moes. sem eet met veel smaak. moes kijkt toe. ik denk dat je niet ziek bent, zegt ze stil. sem zegt niets. is het zo, sem? vraagt moes. sem knikt. moes aait zijn hoofd. wat is er dan? het komt door die droom, zegt sem. de droom van een juf. de juf was eng.

18

de bel gaat. moes kijkt raar op. wie zal dat zijn? moes gaat naar de deur. sem hoort een vrouw. dag, zegt de vrouw. ik ben de juf van sem. dag juf, zegt moes. kom maar mee, sem is daar. sem schrikt. zijn buik doet plots weer pijn.

19

dag sem, zegt de vrouw. ik ben juf saar. sem kijkt naar de grond. maar juf saar bukt zich. ze geeft sem een zoen. sem weet niet goed wat hij moet doen.

20

dag, zegt hij stil. zijn stem trilt. ik vind het niet fijn dat je niet in de klas was, zegt juf saar. ze klinkt lief en zacht. sem kijkt op. hij ziet geen puist op de wang van de juf. haar neus is niet krom en er komt geen snot uit. sem ziet ook geen tand die rot is en de juf tiert niet.

21

ik mis je in mijn klas, zegt juf. en stan uit mijn klas mist je ook. en lies. en taj. en ron. en zeb. en lot. en ... echt? vraagt sem. ja, echt hoor, zegt juf saar. sem lacht. zijn buik doet niet meer pijn. hij gaat naar de gang. hij neemt zijn tas voor school. dan neemt hij de hand van juf saar. ik ga mee naar de school, zegt hij dan. hij kijkt naar moes. mag het? ja hoor, zegt moes. en als de school uit is, haal ik je op.

22

moes geeft sem nog een zoen. vind je de juf niet eng? vraagt ze stil. sem houdt zijn mond dicht bij het oor van moes. mijn juf is niet eng, zegt hij blij. mijn juf is lief en zacht. mijn juf is een droom van een juf.

23

woorduitleg 1 2 3 4 5 6

hij woelt = hij ligt niet stil sem snikt het uit = sem weent eng = niet lief ze stoot de bal weg = ze duwt de bal weg sem joelt = sem roept luid sem heeft geen zin om naar school te gaan = sem wil niet graag naar school gaan 7 sem zeurt = sem klaagt 8 een droom van een kind = een heel lief kind

24

sem woont in de stad en niet meer in zijn dorp. hij moet naar de school. daar kent hij geen kind. ook de juf kent hij niet. sem droomt van de juf. in zijn droom is juf niet lief. sem is bang.

Dit boekje maakt deel uit van de Verrekijkerbieb 2.

ISBN 978 90 486 2281 8 Bestelnummer 60 1021 197 KB D/2015/0147/337 NUR 191 Illustraties: Ann de Bode Verantwoordelijke uitgever die Keure Kleine Pathoekeweg 3, 8000 Brugge RPR 0405 108 325 © Copyright die Keure, Brugge

9 7 8 9 0 4 8 622818

Niets uit deze uitgave mag verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

No part of this book may be reproduced in any form by print, microfilm or any other means without written permission from the publisher.