Krak wiskunde 3/4 - Werkboek Onderweg

Onderweg

naam ���������������������������������� ������������������������������������������

3

educatieve uitgaven

4

Ga jij liefst te voet of met de trein?

Kom je naar school met de auto of als ruiter op een paard?

Neem je wel eens het vliegtuig of ben jij een fervente fietser?

Blaas je banden op, want hier gaan we!

In dit boekje zoek je de weg door het drukke verkeer in de stad.

Je probeert als agent het verkeer veilig te leiden.

Je sorteert de bagage in de vertrekhal van de luchthaven en regelt vervolgens een drukke vliegroute boven tropische eilanden.

Heb je al ooit een optocht gereden met een paard?

Wel, hier is je kans!

Kijk uit! Want het drukke verkeer is niet zonder gevaar.

Onderweg naar de fietsenzaak baan jij je een weg door files en gevaarlijke verkeerssituaties!

Geef gas, maar hou het veilig!

Gordels vast, hier gaan we!

2

Voorbij het kruispunt Deze auto’s komen aan een kruispunt. Aan de kleur van de auto kan je zien in welke richting die zal verder rijden na het voorbijrijden van het kruispunt. = rechtdoor = naar links = naar rechts

1

Kijk naar de verkeerssituatie en denk na over wat elke auto doet aan het kruispunt. Noteer in elk hokje het aantal auto’s dat op dat deel van de weg zal rijden.

3

Samen op wandel Een grote groep wandelaars vertrekt samen op tocht. Bij elk knooppunt splitst de groep in twee: de groep die naar rechts gaat, is steeds maar half zo groot als de groep die naar links gaat. Ze starten aan het eerste knooppunt met 810 wandelaars. Alle wandelgroepen eindigen in ĂŠĂŠn van de wandelhutten van A tot P.

1

Het aantal wandelaars waarmee de groep start, werd al ingevuld.

Noteer nu verder naast elk knooppunt het aantal wandelaars dat er voorbijkomt.

1

5

9

13

2

6

10

14

3

7

11

15

4

8

12

810

2 Lees en kleur in.

De letter van de wandelhut waar de meeste wandelaars eindigen, kleur je groen. De letter van de wandelhut waar de kleinste groep wandelaars eindigt, kleur je geel.

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

De wandelhutten waar even grote groepen wandelaars eindigen, geef je eenzelfde kleur.

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

3 Lees en vul aan. Antwoord met een letter of een getal.

De kleinste groep eindigt in wandelhut ______. Die groep bestaat uit ___________mensen.

In wandelhut A is het aantal wandelaars dubbel zo groot als in de wandelhutten ____, ____, ____

en ____.

Na drie keer naar rechts stappen en splitsen, zijn ze in die groep nog met ______________.

Het aantal wandelaars aan alle knooppunten is altijd deelbaar door ______.

4

A

= wandelknooppunt

8

B

4

C 9

D

2

E 10

F

5

G 11

H

1

I

810

12

J

6

K 13

L

3

M 14

N

7

O 15

P 5

Bij de politie Agenten zorgen ervoor dat het verkeer in een stad veilig verloopt. Ze regelen het verkeer, controleren de weggebruikers en helpen na een ongeluk. Elke agent weet precies welke taak hij of zij moet uitvoeren.

1

Bereken voor elke taak het startuur, de duur of het einduur. Vul de tabel aan. taak

aantal agenten startuur

verkeer regelen

controle papieren

fietscontrole

duur

einduur

2

08:00

4 uur

. . : . .

2

15:30

90 min.

. . : . .

1

17:00

1

06:00

. . : . . ________________

07:30

1

. . : . . 5 uur en 30 min.

15:30

hulp bij noodgeval

2

. . : . .

19:00

snelheidscontrole

1

09:00

15:00

2 De agenten kunnen zelf hun werkuren kiezen. Kleur de taken die elke

agent kan uitvoeren of kleur de werkuren. Hou rekening met de planning van de taken. Elke agent toont met zijn vingers hoeveel taken hij die dag uitvoert. Een agent krijgt niet meer dan een half uur pauze per dag.

Sommige agenten nemen zelfs geen pauze.

06:00

12:00

20:00

06:00

12:00

20:00

06:00

12:00

20:00

06:00

12:00

20:00

Bas

Famke

Bilal

Lowie

6

In de luchthaven Om met het vliegtuig op reis te kunnen, moet je eerst naar de luchthaven. Daar is het nooit saai, want er valt van alles te zien en te beleven.

1

Lees, bereken en vul in.

Zeynep kwam een uur en vijfentwintig minuten geleden aan in de luchthaven. Over twee uur en vijftig minuten vertrekt haar vliegtuig. Het is nu tien over zeven. Hoe lang voor het vertrek van haar vliegtuig was Zeynep in de luchthaven?

uur en

minuten

In de rij om in te checken staat Ise meer vooraan dan Mirre. Lander staat meer vooraan dan Kobe, maar minder vooraan dan Mirre. In welke volgorde staan ze in de rij? Schrijf hun namen in de vakjes en begin met wie het meest vooraan staat!

Op een kar kunnen ofwel 15 kleine koffers ofwel 9 grote koffers. De kar werd net 10 keer vol naar het vliegtuig gereden met in totaal 114 koffers. Hoeveel grote koffers

Grote en kleine koffers staan in groepjes: telkens 7 grote en 4 kleine koffers samen of 5 grote en 6 kleine koffers samen. Er staan in totaal 44 grote koffers.

staan er aan het vliegtuig?

Hoeveel kleine koffers staan er?

7