Janus 2 - Leerwerkboek - inkijk methode

Page 1


klassieke oudheid middeleeuwen

moderne tijd nieuwe steentijd

vroegmoderne tijd hedendaagse tijd

Als je dit pictogram ziet staan, betekent dit dat je het antwoord op de vraag of opdracht moet opzoeken.

1 KEN JE DE VERSCHILLENDE TIJDVAKKEN NOG?

In Janus 1 leerde je de zeven tijdvakken kennen. We zetten ze hier nog even op een rijtje. In elke periode waren er gebeurtenissen, ontwikkelingen en kenmerken die binnen een of meerdere domeinen kunnen worden ingedeeld. De onderverdeling in domeinen maakt het mogelijk om periodes in detail te bestuderen. Hieronder zie je enkele voorbeelden per tijdvak.

prehistorie

= blauw

= geel

= rood = groen

jager-verzamelaars

eerste boeren

megalieten

grafmonumenten

rotsschilderingen

vruchtbaarheidsbeeldjes

oude nabije oosten piramides

klassieke oudheid

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

monumentale kunst

Grieken

wiskunde-astronomie

schrift

(vrouwelijke) farao’s irrigatietechnieken

Perzische oorlogen

Olympische Spelen

Romeinen

Julius Caesar

ontstaan christendom

Romeinse veroveringen

Kelten democratie

weerstand Kelten

a Kleur de ontbrekende domeinen in volgens de kleurcode op de vorige pagina. Voor sommige zijn de domeinen reeds toegekend. Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.

b Welke historische gebeurtenissen hebben volgens jou nog steeds een grote invloed op het heden? Bespreek.

middeleeuwen

inval Germanen

Karel de Grote islam en kruistochten pest kathedralen

islamitische gouden tijdperk

Mongoolse Rijk

vroegmoderne tijd renaissance/humanisme ontdekkingen en kolonisatie

Lodewijk XIV protestantisme

moderne tijd onafhankelijkheid Amerika Franse Revolutie

Napoleon

industriële revolutie

hedendaagse tijd

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Koude Oorlog

val Berlijnse Muur klimaatverandering informatierevolutie

artificiële intelligentie vervangt de mens

ontstaan België wereldoorlogen opkomen voor vrouwen(stem)rechten

sociale media

a In strips komt geschiedenis vaak aan bod. Kruis onder elke stripplaat uit de reeks Suske en Wiske het tijdvak aan waarin deze zich afspeelt.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

© Standaard Uitgeverij
© Standaard Uitgeverij
© Standaard Uitgeverij
© Standaard Uitgeverij
© Standaard Uitgeverij

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

b Elk tijdvak heeft een begin- en eindpunt. Dit zijn telkens belangrijke veranderingen, ontwikkelingen, gebeurtenissen ... Hoe noemt men dit?

3 REKENEN MET TIJD

a Situeer onderstaande jaartallen in de juiste eeuw. 476

b Geef een jaartal dat in deze eeuw viel.

v.Chr.

11e eeuw 4e eeuw v.Chr.

c Los onderstaande rekensom op.

2 millennia – 2 eeuwen – 1 decennium – 1 jaar =

© Standaard Uitgeverij
© Standaard Uitgeverij
© Standaard Uitgeverij
© Standaard Uitgeverij

a Zoek een artikel dat een mening weergeeft en een artikel dat een feit weergeeft. Plak deze op een apart blad en voeg het bij je leerwerkboek.

b Herschrijf hieronder de titels van beide artikels, zodat ze veranderen van feit naar mening en omgekeerd.

feit

titel artikel:

titel omgevormd naar een mening:

titel artikel: titel omgevormd naar een feit: mening

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Is het verleden geschiedenis?

a Lees onderstaande tekstfragmenten. Noteer onder elk fragment of het gaat om het verleden of om geschiedenis.

Vorige week at ik bij Pizza Italia en betaalde ik € 12,5.

Twee weken geleden vond een 7-jarige jongen uit Helchteren met een metaaldetector een Duits machinegeweer in zijn tuin. Archeologen onderzochten de tuin en denken dat zich daar een schuttersput bevond met twee Duitse soldaten. Ze vonden intussen ook een Duitse helm.

b Leg uit hoe je dit kan afleiden.

Historische vragen beantwoorden met historische bronnen en werken

a Lees de vraag hiernaast. Leg uit waarom dit een historische vraag is.

Houdt de Amerikaanse regering al sedert 1947 de landing van een UFO geheim om er zelf militair beter van te worden?

Ruim 2000 ‘UFO-gelovers’ bijeen, maar bestorming geheime Area 51 blijft uit.

“Ruim 2000 feestvierders hebben gisteren verzameld bij Area 51, de mysterieuze testlocatie van de Amerikaanse luchtmacht, in de staat Nevada. Ze kwamen bijeen als reactie op het Facebookinitiatief ‘Storm Area 51’. Tot een bestorming kwam het niet, wel werden drie mensen gearresteerd.

Op het zwaarbewaakte terrein zouden stiekem buitenaardse ruimteschepen en hun bemanning bewaard worden. De initiatiefnemer van het evenement had mensen opgeroepen het complex gisteren te bestormen. In totaal zegden online ruim 2 miljoen mensen toe, maar in realiteit kwamen ‘slechts’ zo’n 2300 mensen opdagen,

aldus lokale media. Een bestorming bleef uit. “Mensen droegen gekke kostuums bij de ingang van de basis”, zei een bezoeker. “Waarom zou je dat willen missen? Het is een ervaring die je maar één keer in je leven meemaakt.” Sommige feestgangers droegen ruimtepakken en maskers van buitenaardse wezens. Ook hadden sommigen spandoeken bij zich.

De mysterieuze basis wordt volgens het Amerikaanse leger gebruikt voor het ontwikkelen van geheime militaire projecten. Maar er doen al decennia theorieën de ronde dat de VS op de basis de restanten van een UFO (en haar bemanning) verborgen houdt, en er ook op andere wijze contact onderhoudt met buitenaards leven. In 1947 zou bij de basis een vliegende schotel zijn neergestort. Het gebied is daarom uitgegroeid tot bedevaartsoord voor mensen die in UFO’s en aliens geloven.

Storm Area 51

Vanwege een uit de hand gelopen grap verzamelden zich uiteindelijk dus meer dan 2000 mensen in de woestijn van Nevada, vlakbij Las Vegas. In juli maakte een Amerikaan op facebook het ‘Storm Area 51’-evenement aan om ‘de aliens te gaan zien’. Het motto was ‘They Can’t Stop All of Us.’ Met andere woorden: als we met zoveel mogelijk mensen de basis bestormen, kunnen ze ons niet allemaal tegenhouden.

Binnen de kortste keren gaven 2,1 miljoen mensen vanuit de hele wereld aan te komen voor de geplande bestorming op 20 september.”

Bron: Het Laatste Nieuws 21/09/2019 “Dit artikel werd gereproduceerd met toestemming van de uitgever, alle rechten voorbehouden. Elk hergebruik dient het voorwerp uit te maken van een specifieke toestemming van de beheersvennootschap License2Publish:”

1 Is deze bron bruikbaar om de historische vraag te beantwoorden? ja nee

2 Is deze bron betrouwbaar om de historische vraag te beantwoorden? Motiveer je antwoord.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

3 Kan je uit de deze tekst afleiden of de meeste mensen geloven dat er daadwerkelijk aliens zijn? Motiveer je antwoord.

4 Hebben we voldoende informatie om de historische vraag te kunnen beantwoorden? ja nee Markeer de passage(s) in de tekst die je antwoord staven.

a In Janus 1 bestudeerden we de soorten bronnen. We frissen ze hier nog even op. Duid telkens aan om wat voor bron het gaat. Gebruik je Janusje-van-alles.

een 350 000 jaar oude vuistbijl

geschreven bronnen ongeschreven

een Egyptische tekst op papyrus uit 1800 v.Chr.

een 3,3 miljoen jaar oude schedel van een mensachtige 3

geschreven bronnen ongeschreven bronnen gesproken

b In Janus 1 leerde je ook al over het verschil tussen een bron en een historisch werk. Vooraleer je aan de slag gaat met bronnen, moet je deze kunnen onderscheiden van een historisch werk. Bekijk onderstaande voorbeelden en kruis telkens aan of het om een historische bron of historisch werk gaat. Gebruik je Janusje-van-alles.

Hendrik Conscience (1812-1883), De Leeuw van Vlaanderen, 1838.

Kinderen van het verzet, Canvas reeks, 2019.

Julius Caesar (100-44 v.Chr.), Commentarii de Bello Gallico. Caesars memoires over de Gallische Oorlog, ca. 50-40 v.Chr.

c Duid bij onderstaande onderzoeksprojecten telkens aan welk soort bronnen je hiervoor zou gebruiken als onderzoeker. Gebruik je Janusje-van-alles.

1

Je onderzoekt wat voor hoofddeksels mensen in de middeleeuwen droegen.

geschreven bronnen ongeschreven bronnen

gesproken bronnen materiële bronnen

Je onderzoekt het leven van een rijke bankier uit de 16e eeuw.

geschreven bronnen ongeschreven bronnen

gesproken bronnen materiële bronnen

Je onderzoekt de angstgevoelens van de Russische bevolking tijdens de dictatuur van Jozef Stalin in de eerste helft van de 20e eeuw.

bronnen

geschreven bronnen ongeschreven bronnen

gesproken bronnen materiële bronnen

Je onderzoekt de ijzersmeedkunst van de Romeinen in de 1e eeuw.

geschreven bronnen ongeschreven bronnen

gesproken bronnen materiële bronnen

d Een bron kan primair of secundair zijn. Kruis aan of onderstaande voorbeelden primaire of secundaire bronnen zijn.

dagboek van een krijgsgevangene uit de Tweede Wereldoorlog 1

Bart Van Loo (1973-heden), De Bourgondiërs, 2019.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

ruïnes van een Mayapiramide in Palenque (Mexico)

e Tot nu toe zijn we in Janus nog maar weinig gesproken bronnen tegengekomen. Hoe komt dat?

6 GESCHIEDENIS VAN DE KLASSIEKE OUDHEID

Dit jaar bestuderen we de klassieke oudheid. Die periode gaat vooral over de oude Grieken en Romeinen, maar ook over de Kelten. Onze hedendaagse cultuur bevat nog steeds verschillende elementen uit deze periode, vaak zonder dat we het beseffen.

a Hieronder vind je enkele hedendaagse foto’s van gebeurtenissen, feesten, tradities ... Ga na wat hun link is met de oudheid en noteer dit telkens onder de foto’s. Kruis daarna aan of dit een overblijfsel is uit de Griekse, Romeinse of Keltische cultuur. Kruis ook telkens het juiste domein aan.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

b Verschillende hedendaagse termen, uitdrukkingen, merknamen ... verwijzen naar de oudheid. Verbind onderstaande voorbeelden met hun herkomst.

Griekse atleet

Romeinse god

koning van de Griekse stad Sparta

Latijn voor ‘kleine lip’

Griekse god Latijn voor ‘sneeuwwit’

Latijn voor ‘horen’

held uit de Trojaanse Oorlog

Engels voor Keltisch ‘dyspepsie’ is Latijn voor ‘opgeblazen gevoel’

Griekse godin van de overwinning

Grieks
Grieks
© Corbis. All Rights Reserved.

De Kelten

Keltiberiërs

De Kelten Oorlogsgek en licht ontvlambaar?

Balten

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Scythen

a Bekijk de illustraties onderaan deze en vorige pagina. Waaraan doen ze je denken? Bespreek.

b Wat wil je over de Kelten te weten komen?

Galaten

steentijd prehistorie P 476 14921789 1945 vroegmoderne tijd hedendaagse tijd klassieke oudheid middeleeuwen moderne tijd

nieuwe steentijd

c Welke foto spreekt jou het meest aan? Kruis aan tot welk domein deze behoort.

Oorlogsgek en licht ontvlambaar?

ERGENS IN GALLIË, STAM VAN DE EBURONEN, 1E EEUW V.CHR.

DAT MOETEN WE WREKEN. IK GA ER NAARTOE.

WE MOETEN ZORGEN DAT ER NIET OPNIEUW OORLOG VAN KOMT.

ZE HEBBEN MAGOLUX VERMOORD! HIJ PROBEERDE POTTEN TE VERKOPEN IN TUFONDON, BIJ DE MENAPIËRS.

DUS, WIE STEMT VOOR DE WRAAKACTIE?

WE MOETEN DIE MENAPIËRS EEN LESJE LEREN!

WE VERTREKKEN VANAVOND NOG.

IK GA OOK MEE!

ZOUDEN WE HET NIET BETER VOORLEGGEN AAN KEEGAN, ONZE DORPSOUDSTE?

Gestript!

De Grieken en Romeinen noemden de Keltische stammen in onze streken ‘Galliërs’. De Grieken noemden hen ook ‘barbaren’, maar dit was een term die ze gebruikten voor elk volk dat geen Grieks sprak. De Griekse historicus Strabo (64 v.Chr.–19 n.Chr.) was een tijdgenoot en beschreef hen als volgt in zijn boek ‘Geographica’:

“Het volk dat we Gallisch noemen, is oorlogsgek, licht ontvlambaar en altijd bereid om te vechten.”

a Welke kenmerken uit deze beschrijving vind je terug in de strip? Duid ze aan.

b Kelten stonden bekend om hun wapens, uitrusting en strijdvaardigheid. Bekijk in de strip hoe de krijgers uitgerust waren en deel de onderdelen hiervan in volgens hun functie.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

c Op de foto hiernaast zie je ‘De stervende Galliër’, een Grieks beeld uit de 3e eeuw v. Chr. Hoewel Galliërs waarschijnlijk nooit volledig naakt vochten, trokken sommigen wel zonder bescherming of met blote borts ten strijde. Waarom deden zij dat, denk je?

nieuwe steentijd

d Aan welk detail op het beeld zie je dat het hier specifiek om een Galliër gaat, ook al heeft hij geen kenmerkende kledij aan? Duid dit aan op de foto.

e Situeer het stripverhaal met een pijl op de tijdlijn.

prehistorie

tijd oude nabije oosten klassieke oudheid middeleeuwen moderne tijd

f Kruis aan binnen welk(e) domein(en) we de strip kunnen indelen.

1 VERSCHILLENDE TIJDLIJNEN

Lage Landen

oude steentijd

midden steentijd

nieuwe steentijd ijzertijd

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

einde prehistorie

a Bovenstaande tijdlijn gaat over onze streken (de Lage Landen en West-Europa), deze verschilt van die van de wereldgeschiedenis. Welke periode duurde langer in onze streken? Gebruik je Janusje-van-alles.

b De prehistorie wordt opgedeeld op basis van de grondstoffen die men gebruikte. In welk tijdvak kun je de Keltische beschaving situeren? Denk aan de wapens uit de strip.

c Kruis aan met welk tijdvak in de wereldgeschiedenis dit overeenkomt.

Deze fase in de West-Europese prehistorie wordt nog eens opgedeeld in de Hallstatt- en La Tène-cultuur, elk met hun eigen bloeiperiode.

Hallstatt-cultuur

La Tène-cultuur

d Bekijk onderstaande kaarten van de verspreiding van beide culturen. Waaraan zouden deze hun naam te danken hebben?

Verspreiding Hallstatt-cultuur, ca. 800-500 v.Chr. Verspreiding La Tène-cultuur, ca. 500-53 v.Chr.

Hallstatt
La Tène

e Kruis aan welke van deze culturen aanwezig was in het gebied dat we nu kennen als België.

Hallstatt-cultuur La Tène-cultuur

f Verklaar waarom deze culturen tot de prehistorie behoorden. Bekijk hiervoor de bronnen (zoals die op pagina 10) die men gebruikt om iets te weten te komen over deze culturen.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

2 KELTEN - GALLIËRS - (OUDE) BELGEN

a Bekijk onderstaande kaart en los bijhorende vragen en opdrachten op.

Kerngebied en verspreiding van de Keltische cultuur, ca. 500-300 v.Chr.

Keltiberiërs

naam van de Keltische stammen naam van niet-Keltische volkeren kerngebied van de Keltische cultuur verspreidingsgebied van de Keltische cultuur trek van Keltische stammen

1 Wat was het kerngebied van de Galliërs?

2 Naar welke gebieden verspreidden zij zich?

3 Waarom beschouwden de Romeinen de Keltische stammen als een van hun grootste vijanden of bedreigingen?

Deel 2 De Kelten // Hoofdstuk 1 Oorlogsgek en licht ontvlambaar?

Germanen Balten
Scythen
Galliërs
Iberiërs
Galaten
Britten
Ieren

b Bekijk onderstaande kaart van de verschillende Keltische stammen in West-Europa en beantwoord bijhorende vragen.

Keltische stammen in West-Europa doorheen de ijzertijd, ca. 800-53 v.Chr.

Veneti

Aulerci

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Bituriges

Sengres

Volcae

1 Welk besluit zou je kunnen trekken over ‘de Kelten’ in dit gebied?

2 Hoe werden de Galliërs in het huidige Nederlandse taalgebied genoemd?

In Tongeren staat een standbeeld van Ambiorix (?-53 v.Chr.). Hij was koning van de Eburonen, een Keltische stam die zich hevig verzette tegen Caesar. Het standbeeld werd opgericht in het 19e-eeuwse België, toen dit nog een jong land was en men in de geschiedenis naar Belgische helden zocht. Ten tijde van Ambiorix was er helemaal nog geen sprake van België. Dit noemt men ‘recuperatie’ van historische figuren en gebeurtenissen.

Jules Bertin (1826-1892), standbeeld van Ambiorix, Tongeren, 1866.

Deel 2 De Kelten // Hoofdstuk 1 Oorlogsgek en licht ontvlambaar?

c Hieronder zie je een kaart met de verdeling van de Keltische stammen in en rond het hedendaagse België. Waar leefden de Eburonen?

Keltische stammen in en rond het hedendaagse België, ca. 1e eeuw v.Chr.

Chauken

Eems Wezer

Friezen

Flevo Meer

Noordzee

Gesoriacum (Boulogne)

Portus Itius (Calais)

Atrebatum

Leie

(Arras)

Morinen

Somme

Atrebaten

Orne

Sarthe

Rotomagus

Bataven

Maas

Menapiërs

Schelde

Nerviërs

Bagacum

Oise

Elbe

Longobarden

Cherusken

Germania Magna

Trajectum (Utrecht)

Franken

Vetera Noviomagus (Xanten)

Eburonen

(Tongeren)

Aduatuca

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Thuringers

Rijn

Menapiërs

hoofdstad legioenstad stam van de Belgae

Seine

Lutetia

Aduatuken

Trevieren

Aisne

(Rouen) (Parijs) (Reims) (Bavai)

Durocortorum

Marne

Seine

Gallia

(Verdun) (Keulen) (Nijmegen)

Divodurum

Tullum

Senonen

Moezel

Novaesium

Colonia Agrippina

Augusta Treverorum

Argentorate

Bonna

Verodunum Clavorum (Neuss) (Bonn) (Straatsburg) (Toul) (Metz) (Trier)

Lingonen

d Is Ambiorix een representatieve figuur voor de Kelten in onze streek? Motiveer je antwoord.

‘Kelten’ is een verzamelnaam voor alle verschillende stammen, clans en volkeren die tijdens de ijzertijd in West-Europa leefden. Deze hadden een verwante taal en cultuur, zoals ook Nederlands, Duits, Engels ... in het heden aan elkaar verwant zijn. Het was dus niet één volk.

Deel 2 De Kelten // Hoofdstuk 1 Oorlogsgek en licht ontvlambaar?

3 VECHTERSBAZEN

a Kelten hielden van vechten en oorlog voeren. Onderstaande fragmenten gaan allemaal over de Kelten. De meeste werden door Griekse en Romeinse tijdgenoten geschreven, maar het zijn wel hedendaagse vertalingen. Lees ze en noteer er telkens het nummer van de bijhorende foto op de volgende pagina bij.

“Sommigen hebben maliënkolders, anderen vechten naakt.”

Bron: naar Diodoros van Sicilië (90-30 v.Chr.), boek 5, 30, 1e eeuw v.Chr.

“Hun wapenrusting omvat manshoge schilden, die elk op een andere manier versierd zijn. (…) Op hun hoofden dragen ze bronzen helmen met grote uitsteeksels.”

Bron: naar Diodoros van Sicilië (90-30 v.Chr.), boek 5, 30, 1e eeuw v.Chr.

“Ook hun trompetten zijn van een typisch barbaarse soort … ze brengen een rauwe klank voort die past bij het tumult van oorlog.”

Bron: naar Diodoros van Sicilië (90-30 v.Chr.), boek 5, 30, 1e eeuw v.Chr.

“Soms vechten de Kelten tijdens het festijn man tegen man. Zij zijn gewapend en beginnen met een vriendschappelijk duel. Af en toe worden er dan verwondingen toegebracht en de ergernis die daarop volgt, kan leiden tot het doden van de tegenstander.”

Bron: naar Poseidonios (135-51 v.Chr.), Athenaios, boek 4, 40, 1e eeuw v.Chr.

“Alle Gallische muren zijn ongeveer op de volgende wijze gebouwd: Eerst worden in horizontale richting lopende balken van veertien voet lengte met gelijke tussenruimten op de grond gelegd. Deze balken worden binnenwaarts aan elkaar geklampt en dan met veel aarde bedekt; vooraan echter worden de tussenruimten tussen de balken met grote stenen geheel aangevuld. Wanneer nu deze eerste rij balken gelegd en verbonden is, dan komt er een tweede rij bovenop. Zulk een muur is ten opzichte van zijn uiterlijk … voor het oog niet lelijk, maar hij is ook voor de verdediging der steden van ongemeen nut en voordeel; want tegen brand is hij door de stenen en tegen de stormram door het hout beschermd.”

Bron: naar Julius Caesar (100-44 v.Chr.) , Commentarii de Bello Gallico, boek 7, ca. 50-40 v.Chr.

In 1984 vond men in de buurt van Manchester een lijk dat 2000 jaar lang in het veen bewaard is gebleven. Uit onderzoek blijkt dat deze Kelt een gewelddadige dood is gestorven: eerst werd hij twee of drie keer met een smalle bijl op het hoofd geslagen, daarna kreeg hij een wurgkoord rond zijn nek dat met een stok werd vastgedraaid. Ten slotte werd zijn keel overgesneden. Een executie of een mensenoffer?

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

a Kruis aan in welk tijdvak onderstaande historische gebeurtenissen plaatsvonden.

Oude Belgen, Gallië (Belgica)

“Als hun vijanden gesneuveld zijn, snijden ze hun hoofden af en bevestigen ze die aan de nek van hun paarden.”

Bron: naar Diodoros van Sicilië (90-30 v.Chr.), boek 5, 29, 1e eeuw v.Chr.

b Wat was in beide gevallen de bedoeling?

‘nieuwe Belgen’ in Kongo-Vrijstaat onder leiding van koning Leopold II, 19e eeuw

Congolese (dwang)arbeiders op de rubberplantages die niet genoeg rubber konden verzamelen, werden door de witte (Belgische) kolonisten gestraft door hun handen af te hakken.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

c Kende je dit deel van de Belgische geschiedenis? ja neen

d Zulke daden noemen we oorlogsmisdaden. Ook vandaag worden nog altijd dergelijke misdrijven gepleegd. Geef een voorbeeld van een hedendaagse oorlogsmisdaad.

e De ‘Commentarii de Bello Gallico’ is de enige geschreven bron die we hebben over Ambiorix en zijn krijgers. Voel je jezelf een Belg? Ben je trots op de geschiedenis van de ‘Oude Belgen’? Bespreek. Bekijk daarna onderstaand schema.

Beeldvorming Ambiorix/Oude Belgen

Commentarii de Bello Gallico

minst beschaafd, bruut de dappersten

België ontstaat

Ambiorix

zoekt helden

Ambiorix veroveringen nood aan vijandbeeld

f Hoe sta je nu tegenover de ‘Oude Belgen’ en het beeld dat erover gevormd wordt? Kelten legden ook grote verbindingswegen aan, bouwden grote heuvelforten ... Hoe sta je dan tegenover de bewering dat de Romeinen de beschaving naar onze streken hebben gebracht? Bespreek.

Deel 2 De Kelten // Hoofdstuk 1 Oorlogsgek en licht ontvlambaar?

5 DE KELTEN IN DE HEDENDAAGSE CULTUUR

a Bestudeer de kaart hiernaast. Dit was het woongebied van de Kelten, of liever stammen met een Keltische cultuur, na de veroveringen van de Romeinen. Waar in Europa was de Keltische cultuur nog aanwezig? Kijk hiervoor terug naar de kaart op pagina 19.

In het Engels heet dit de ‘Celtic Fringe’, vrij vertaald de ‘Keltische rand’. In het gebied dat nu Ierland, Bretagne en Groot-Brittannië omvat, zijn er nog steeds mensen die een Keltische taal spreken.

b De voetbalploeg van Glasgow (Schotland) heet Celtic Glasgow FC. Met alles wat je tot nu toe geleerd hebt over de beeldvorming rond de Kelten, waarom zou een sportclub dan een naam kiezen die hiernaar verwijst?

c Ook in de VS is er een basketbalploeg die verwijst naar de Kelten, de Boston Celtics. Waarom zouden zij deze naam gekozen hebben?

Celtic Fringe

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

De draak was een belangrijk symbool binnen de Keltische cultuur. Dit wordt nog steeds gebruikt in de gebieden van de Celtic Fringe. ‘Cymru’ is Wales in het Welsh, een Keltische taal.

6 POLITIEK

a Speel het spel ‘clanleider’. Wie wordt uiteindelijk koning? Je leerkracht geeft je de instructies.

Alexandre Vigo [CC BY-SA (2.5)]

7 MACHT VROEGER EN NU

a Vergelijk hoe leiders binnen de Keltische cultuur aan de macht kwamen en hoe dat in het heden gebeurt.

Belgica (2000 jaar geleden)

België vandaag

Hoe kom je als leider aan de macht?

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Hoe kun je je onderdanen aan je binden?

Moet je rijk zijn om aan de macht te komen? Waarom (niet)?

b Koning Filip is officieel het staatshoofd van België. Ambiorix was koning van de Eburonen en daardoor de grootste machthebber binnen zijn gebied. Hebben deze koningen dezelfde machtspositie? Kunnen we zeggen dat koning Filip de hoogste machthebber in België is? Bespreek.

8 ARISTOCRATIE

Tijdens het spel heb je gemerkt dat er, naast de clanleiders zelf, binnen een stam nog verschillen in rijkdom waren. Binnen de Keltische cultuur waren er meer sociale verschillen dan in het oude Egypte. De sociale klassen waren dan ook minder afgebakend, waardoor er meer sociale mobiliteit mogelijk was. De leider van de clan was dat bijvoorbeeld niet noodzakelijk door geboorte.

a Vul de Keltische bevolkingspiramide aan door de cijfers van de sociale klassen op de juiste plaats te zetten, net zoals die van het oude Egypte.

Kies uit:

1 handelaren en ambachtslieden

2 (krijgs)adel

3 pachters

4 priesterklasse

5 boeren

6 koning of clanleider edellieden

ambachtslui, werklieden en boeren schrijvers, ambtenaren en soldaten farao

oude Egypte

Kelten

‘Kelten’ is een verzamelnaam voor een groep mensen die tijdens de ijzertijd in West-Europa leefden. Ze hadden een verwante taal en cultuur. Binnen deze verzameling van stammen en clans kunnen we twee culturen onderscheiden die genoemd zijn naar hun belangrijkste vindplaatsen: de Hallstatt- en La Tène-cultuur. Uiteindelijk werden de Keltische stammen grotendeels verslagen door de Romeinen en later de Germanen.

De Keltische cultuur bleef wel voortleven aan de rand van het Romeinse Rijk, in gebieden zoals Ierland, Schotland, Wales en Bretagne. Daar werd zelfs een geschreven taal ontwikkeld die tot op heden bestaat.

De draak was een veel gebruikt symbool in de Keltische cultuur. Sommige gebieden, zoals Wales onder andere, gebruiken deze nog steeds in hun vlag. Het onderschrift ‘Cymru’ betekent Wales in het Keltisch (Welsh).

De Kelten die in het gebied van het hedendaagse België en Frankrijk woonden, noemen we Galliërs. In Noord-Gallië woonden de ‘Belgae’. Dit is de naam die werd gegeven door de Romeinse veldheer Julius Caesar (100-44 v.Chr.). De Belgae bestonden uit verschillende stammen, die op hun beurt weer uit verschillende clans bestonden.

Chauken

Friezen

Menapiërs Bataven

Trajectum (Utrecht)

Vetera Noviomagus (Xanten)

Longobarden

Cherusken

Thuringers

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Portus Itius (Calais) Gesoriacum (Boulogne) Rotomagus

Morinen

Atrebatum (Rouen) (Parijs) (Reims) (Bavai)

Atrebaten

Eburonen

(Tongeren) (Arras)

Lutetia

Aduatuca

Aduatuken

Verodunum

Tullum

Novaesium Bonna

De verschillende clans en stammen voerden permanent oorlog met elkaar. Ze deden dit om macht en rijkdom te verwerven. Met de oorlogsbuit konden de clan- en stamleiders feesten organiseren om hun onderdanen te vriend te houden. De meeste mensen waren gewone boeren. De rijken behoorden tot de adel of aristocratie. Aan het hoofd van een stam stond een koning. Belangrijke beslissingen werden door de leden van de aristocratie genomen.

Jonge Kelten oefenen in het slingeren.

© Paul Birkbeck

Overzicht

MINDMAP

(8e-1e eeuw v.Chr.)

• (800-500 v.Chr.)

• (500-1e eeuw v.Chr.)

militair

• permanente oorlog

• economische noodzaak politiek

Kelten (militair-politiek)

(Europa)

(Frankrijk en België)

(Noord-Gallië)

(Nerviërs)

verschillende

klassieke oudheid

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

800500P 476

Hallstatt-cultuur Gallo-Romeinse periode

La Tène-cultuur

KENNEN EN KUNNEN

Je kunt de ijzertijd in onze streken situeren in de tijd.

Je kunt omschrijven wie de Kelten waren.

Je kent het verschil tussen Kelten, Galliërs en Belgae.

Je kunt uitleg gen hoe je bij de Kelten aan de macht kwam en hoe je die macht kon behouden.

Je kunt verklaren dat oorlog een economische noodzaak was voor Keltische leiders.

Je kunt een bevolkingspiramide maken van de Keltische samenleving.

Je kent de twee grote culturen waarin de ijzertijd wordt opgedeeld en welke cultuur belangrijk was in onze streken.

Je kunt uitleg gen hoe de Keltische cultuur aan haar einde kwam.

De Grieken

Middellandse Zee

De Grieken De Egeïsche wereld

Egeïsche Zee

CYCLADEN

Knossos Troje

000 steentijd prehistorie

a Bekijk de illustraties onderaan deze en de vorige pagina. Waaraan doen ze je denken?

Bespreek.

b Wat wil je over de Griekse oudheid te weten komen?

c Welke foto spreekt jou het meest aan? Kruis aan tot welk domein deze behoort.

nieuwe steentijd

000

klassieke oudheid middeleeuwen moderne tijd

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

P 476 14921789 1945 vroegmoderne tijd hedendaagse tijd

Hoofdstuk 2

De Helleense stadstaten en hun uitzwerming

SENEGAL … EN SADIO MANÉ SCOORT!!!

IK BETAAL DE REIS TERUG MET MIJN EERSTE CONTRACT BIJ LIVERPOOL.

VADER, HIER IS GEEN WERK. IK WIL VLUCHTEN NAAR EUROPA.

EEN BOOTREIS IS HEEL DUUR EN GEVAARLIJK, YOUSSOUF.

* Senegalese munteenheid

DAAR, LAND IN ZICHT! AH NEE, DAT IS AL DE ZESDE BOOT DEZE MAAND.

Gestript!

a Youssouf besluit vanuit Senegal naar Spanje te vertrekken. Duid de reis van de jongen aan op onderstaande wereldkaart.

Noordpoolcirkel

SAUDI-ARABIË

b Dit is een lokale kaart regionale kaart globale kaart

c Vluchtelingen en andere migranten hebben verschillende redenen om uit hun thuisland te vertrekken. Kruis aan bij welk(e) domein(en) de reden van Youssouf het beste past.

Zuidpoolcirkel

d Youssouf vlucht van Afrika naar Europa. Bedenk nog een andere vluchtelingenstroom en duid deze met een pijl aan op de kaart.

Ontrafeld

1 VLUCHTELINGEN EN MIGRANTEN VROEGER EN NU

a Kruis onder elke afbeelding aan in welk tijdvak deze migratie plaatsvond.

Na de ontdekking van Amerika door Columbus in 1492 werd het continent van oost naar west gekoloniseerd.

Tussen 1820 en 1840 migreerden massaal veel Ieren naar de Verenigde Staten.

Afghanen willen naar Engeland via de Kanaaltunnel.

b Migratie is een erg actueel thema, het woord ‘vluchteling’ komt vaak voor in het nieuws. Hoe sta je zelf tegenover deze kwestie? Vind je zelf dat je hier genoeg informatie over hebt? Bespreek.

c Zoek een antwoord op de volgende vragen:

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

1 Wat is de nationaliteit van de meeste mensen die vorig jaar Belg wilden worden?

2 Hoeveel vluchtelingen ving België vorig jaar op?

3 Hoeveel vluchtelingen ving Europa vorig jaar op?

4 Hoeveel vluchtelingen zijn er naar schatting wereldwijd?

5 Waarom willen sommige vluchtelingen (vanuit België) naar Engeland?

6 Waar ter wereld bevinden de meeste vluchtelingen zich?

“Aangestuurd door de trauma’s van de Eerste Wereldoorlog probeerde naar schatting de helft van de (toen) ongeveer 8 miljoen Belgen het land uit te vluchten toen op 10 mei 1940 Duitsland voor een tweede keer binneviel. Onder hen waren 300 000 jongemannen van 16 tot 35 jaar. Zij moesten op bevel van de Belgische overheid vluchten, als zogenaamde CRAB’s (centre de recrutement de l’armée Belge), om uit Duitse handen te blijven en eventueel later te worden ingeschakeld als soldaten. 150 000 van die jongeren verbleven drie maanden lang in het zuiden van Frankrijk.”

Bron: Pieter Serrien (1985-heden), Waarom wij Belgen meer zouden moeten doen voor de vluchtelingen, opiniestuk, 7/9/2015

2 WAAROM VERHUIZEN MENSEN?

a Mensen kunnen weg willen uit een bepaald gebied (pushfactor) of aangetrokken worden tot een bepaald gebied (pullfactor). Noteer voor elk domein een push- en een pullfactor.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Kerngebieden en verspreiding van de Griekse stammen, ca. 800-500 v.Chr.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Ionische Zee

Middellandse Zee

Griekse stammen gebied steden migratie

Achaeïsch/Arcadisch

Aeolisch

Dorisch

Ionisch

a Uit welke Griekse stammen ontstonden de verschillende, onafhankelijke stadstaten?

b Wat is een stadstaat of polis?

c Bekijk nog eens de reliëfkaart van Hellas op pagina 51. Waarom bestond Hellas uit verschillende, onafhankelijke stadstaten of poleis in plaats van één staat?

Knossos

d Gebruik onderstaande kaart om de tekst eronder aan te vullen.

Ambracia

Heraklea

Delphi

Aigion

Patrai

Elis

Olympia

Korinthe

Argos

Chalkis Eretria

Thebe

Plataea

Eleusis

Megara

Aigina

Epidauros

Athene

Epidauros Limera

Een stadstaat was baas over een bepaalde landstreek. Zo was de stadstaat (polis) Athene baas over de landstreek en de stadstaat Sparta baas over de landstreek

4 DE AGORA EN DE AKROPOLIS

a Een Griekse polis had altijd een agora en een akropolis. Leid uit de foto’s af wat de functie van beide was.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

agora = akropolis =

Tip

Belangrijkste poleis op de Peloponnesos, ca. 500 v.Chr. stadstaat 1 de agora van Thessaloniki 2 de Akropolis van Athene ‘Agorafobie’ betekent ‘pleinvrees’ en ‘akrofobie’ betekent ‘hoogtevrees’.

Historische vraag: Welke economische, sociale en politieke factoren zorgden ervoor dat veel Hellenen verhuisden tussen 800 en 500 v.Chr.?

a Leg in je eigen woorden uit wat ‘kolonisatie’ betekent.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

b Wat is een kolonie?

c Welk(e) land(en) was/waren ooit een Belgische kolonie?

Helleense en Fenicische kolonisatie, ca. 1500-400 v.Chr.

Atlantische Oceaan

Middellandse Zee

gebieden met Griekse invloed gebieden met Fenicische invloed handelswaren belangrijke stad

d Wat hadden de gebieden waar de Grieken naar uitweken gemeenschappelijk?

Zwarte Zee

e Waarom waren deze factoren niet aanwezig in Hellas? Denk hiervoor terug aan het vorige hoofdstuk.

f Naast de pullfactoren, waren er ook verschillende pushfactoren waardoor Hellenen verhuisden tussen 800 en 500 v. Chr. Plaats de cijfers van onderstaande factoren bij het juiste domein.

1 te weinig landbouwgrond door een groeiende bevolking

2 betere kennis van de kusten van de Middellandse Zee

3 te veel schulden in de polis

4 ruzie met het bestuur van de polis

5 alle grond werd geërfd door de oudste zoon

6 een nieuw en opwindend avontuur willen beleven

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

g Bekijk de namen van de Helleense kolonies op de kaart op de vorige pagina. In sommige gevallen kun je hier namen van hedendaagse steden in herkennen. Noteer er drie.

h Vergelijk de redenen waarom de Hellenen migreerden met hedendaagse redenen waarom mensen migreren. Geef twee hedendaagse redenen en het nummer van de historische redenen waarmee ze overeenstemmen.

i Dit was een maritieme kolonisatie continentale kolonisatie

j Formuleer op basis van al deze informatie een antwoord op de historische vraag op de vorige pagina.

6 GEVOLGEN VAN DE KOLONISATIE

a Bekijk nogmaals de kaart op pagina 73. Bedenk zelf twee economische gevolgen van de kolonisatie voor de Helleense stadstaten.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

De Hellenen namen het systeem van munten over van de Lydiërs, de oorspronkelijke inwoners van Klein-Azië. Hellenen gebruikten voordien obolen, braadspitten, als betaalmiddel. Als herinnering hieraan bleef men de naam ‘obool’ gebruiken. Een drachme was zes obolen waard.

b Tetra betekent ‘vier’, een tetradrachme was dus obolen waard.

Ongeveer 1500 Helleense steden sloegen elk een eigen munt, dikwijls volgens een ander gewichtsysteem. Wie van de ene naar de andere stad trok, moest dan ook steeds geld wisselen. De Feniciërs waren de uitvinders van het alfabet, wat de Hellenen eveneens overnamen (‘alfabet’ is zelfs een Grieks woord, afgeleid van de eerste twee letters, alfa en bèta.). Overal waar de Hellenen zich vestigden, verspreidden zij hun eigen taal, goden, kunst ...

c Welke parallellen kun je trekken tussen het oude Hellas en de hedendaagse Europese Unie op het vlak van geld, taal en cultuur?

Restanten van de kolonisatie

Overal in het Middellandse Zeegebied vinden we sporen van de Helleense kolonisatie terug.

Poseidontempel in Paestum (± 85 km van Napels) Grieks wijnvat in een Keltisch graf uit de 5e eeuw v.Chr., gevonden in Vix (Bourgondië)

© Berthold Werner (CC BY-SA 3.0)
© Peter Northover (CC BY-SA 2.5)

Hiernaast zie je een Attische tetradrachme uit de 4e eeuw v.Chr. Links herken je het hoofd van Athena, godin van de wijsheid en stadsgodin van Athene. Rechts zie je een van haar symbolen, de uil. Je ziet ook het opschrift ΑΘΕ, de afkorting van Athene. Bron

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Stap 4

Stap 5

Duid aan om wat voor bron het gaat.

Stap 3 bronnen

geschreven bronnen ongeschreven bronnen gesproken bronnen materiële bronnen

Is de bron primair of secundair?

Analyseer de bron.

Wat is het verschil met hedendaagse munten?

Wat?

Wanneer?

Wanneer werd de munt geslagen?

Hoe werd de munt geslagen?

Hoe?

Waarom?

Wat wilde men met de afbeeldingen duidelijk maken?

Stap 6

De bron is bruikbaar voor zowel economisch als cultureel historisch onderzoek. Verklaar.

Kern

Hellas bestond uit verschillende, onafhankelijke stadstaten of poleis. Door de vele bergen en afgesloten valleien, was vlot contact over land niet altijd mogelijk. Over zee verliep dit vlotter, omdat men van de ene stadstaat (of eiland) naar de andere kon varen. De stadstaten ontwikkelden zich individueel en hadden elk een eigen bestuur en wetten. Toch voelden zij zich ook met elkaar verbonden door een gemeenschappelijke taal, kunst, goden …

De centrale plaats van iedere polis was de agora, de marktplaats. Dit was het bruisende hart van de stad. De meeste poleis hadden ook een akropolis, een hoge, versterkte burcht waar burgers naartoe konden vluchten in tijden van oorlog. Later groeide de burcht vaak uit tot een religieuze plaats en bouwde men stadsmuren rondom de polis.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Vanaf de 8e eeuw v.Chr. kampten vele Helleense stadstaten met overbevolking. Het tekort aan landbouwgrond, toegenomen scheepvaarttechnieken, spanningen in de moederpolis … zorgden ervoor dat vele Hellenen uitweken naar gebieden rondom de Middellandse en Zwarte Zee. Deze kolonisatie zorgde ervoor dat de Helleense stadstaten een grotere economische welvaart kenden. De aanwezigheid van meer en nieuwe grondstoffen stimuleerde de handel. Ook op cultureel vlak was er wederzijdse beïnvloeding tussen de Helleense steden en hun kolonies. Zo namen de Hellenen de muntslag over van de Lydiërs en het alfabet van de Feniciërs. Zelf verspreidden ze hun bouwkunst, goden, taal …

Panorama van het hedendaagse Athene, een moderne stad die rondom de Akropolis uit de oudheid gebouwd werd.

Overzicht

MINDMAP

stadstaten koloniseerden

kusten Middellandse Zee

vanaf 8e eeuw v.Chr.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Helleense kolonisatie

oorzaken

• tekort aan

• politieke of sociale

• uitbouwen

gevolgen

• Hellenen werden beïnvloed

• Hellenen beïnvloedden kustgebieden a m grotere rijkdom door handel g b t

KENNEN EN KUNNEN

Je kunt enkele voorbeelden geven van moderne migraties.

Je kunt enkele voorbeelden geven van belangrijke historische migraties.

Je kent het verschil tussen push- en pullfactoren.

Je kunt redenen om te migreren indelen in push- en pullfactoren.

Je kent de begrippen agora, akropolis, kolonisatie en stadstaat (polis).

Je kunt enkele gevolgen van de Helleense kolonisatie geven.

Je kunt Fenicië op de kaart situeren.

Je kunt de gebieden waar de Hellenen naartoe trokken situeren op een kaart.

Je kent de gevolgen van de Helleense kolonisatie.

De Romeinen

De Romeinen Het ontstaan van Rome

a Bekijk de illustraties onderaan deze en de vorige pagina. Waaraan doen ze je denken? Bespreek.

b Wat wil je over de Romeinse oudheid te weten komen?

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

c Welke foto spreekt jou het meest aan? Kruis aan tot welk domein deze behoort.

Hoofdstuk 4

Rome economisch

MARE NOSTRUM - 1E EEUW V.CHR. EEN

VRACHTSCHIP IS VANUIT CARTHAGO OP WEG NAAR CARTHAGO NOVA.*

HIER GAAN WE EEN LADING GARUM OPHALEN. DAARNA VAREN WE DIRECT NAAR OSTIA.

MMM, GARUM!

IK MOET TOCH NAAR DE GARUMFABRIEK. ALS JE WIL, MAG JE MEE.

IK DENK NIET DAT JE DAN NOG MMM ZAL ZEGGEN.

NA VIER DAGEN VAREN KOMEN ZE AAN IN DE HAVEN VAN OSTIA. DE LADING KRUIKEN WORDT OVERGELADEN OP EEN KLEINER SCHIP DAT NAAR ROME VAART.

GOED, MORGEN LADEN WE DE KRUIKEN OP. WE VERTREKKEN TEGEN DE AVOND.

HEERWEG OSTIA–ROME.

WIJ GAAN LANGS DE WEG. DAN ZIJN WE ER VLUGGER.

LIEVER OP ZEE DAN OP LAND.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

*HEDENDAAGSE STAD CARTAGENA (SPANJE)

Gestript!

Garum was een Romeinse lekkernij en werd gemaakt door vissenbloed, ingewanden en kieuwen te mengen met pekel (zout) en dit enkele maanden in de zon te laten gisten. Garum werd gebruikt als saus op allerlei gerechten.

a De beste garum kwam volgens veel Romeinen uit Carthago Nova en was gemaakt van makreel. Er werd ook garum gemaakt van tonijn of andere vissoorten. Elke Romein had zijn eigen voorkeur en elke regio had zijn eigen product. Hoe kwamen liefhebbers in Rome aan al die verschillende varianten?

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

b In het hoofdstuk ‘De Romeinse Republiek’ zagen we al hoe de Romeinen de Middellandse Zee tot ‘Mare Nostrum’ doopten. Bekijk onderstaande kaart en los bijhorende vragen en opdrachten op.

Belangrijke havensteden in het Middellandse Zeegebied, ca. 2e eeuw v.Chr.-5e eeuw n.Chr.

Rome

belangrijke havenstad hoofdstad Romeinse Rijk

1 Teken de route die het schip uit de strip volgt. Gebruik de kaarten achteraan in het leerwerkboek.

2 De Middellandse Zee was voor de Romeinen een belangrijke maritieme ruimte continentale ruimte

3 Wat zou de rol van de Middellandse Zee geweest zijn binnen de Romeinse economie? Bekijk de verschillende kustlijnen op de kaart.

c In Janus 1 zag je al hoe de verschillende tijdvakken ingedeeld zijn. Dit onderscheid wordt grotendeels gemaakt op basis van de manier waarop mensen overleefden en tot welke technologie men toegang had.

1 Welk type samenleving was typerend voor de klassieke oudheid?

2 In de strip spreekt men over garumfabrieken. Wie fabriek zegt, denkt automatisch aan (moderne) industrie. Hoe kan je dit rijmen met het type samenleving in de klassieke oudheid?

Ontrafeld

1 DE ROMEINSE STAD IN PLAATS VAN EEN LANDBOUWECONOMIE?

Landbouweconomie

Hoewel Rome tijdens de oudheid een echte wereldstad was, was de Romeinse samenleving zelf een landbouwsamenleving. De meeste mensen waren met andere woorden nog steeds afhankelijk van landbouw om te overleven.

a Vergelijk een typische Keltische boerderij met een Romeinse door de nummers van de eigenschappen uit onderstaand kader bij de juiste foto’s te zetten.

1 grootschalig • 2 kleinschalig • 3 familiebedrijf • 4 grootgrondbezit • 5 slaafgemaakten bewerkten het land • 6 de hele familie bewerkte het land • 7 horigen bewerkten het land • 8 autarkisch • 9 oogst werd verhandeld • 10 veel luxe voor de eigenaar

Keltische boerderij

huis van een Keltische boerenfamilie

binnenkant van het huis

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Romeinse boerderij

Romeinse villa rustica

binnenkant van de villa

c In het Romeinse Rijk waren er verschillende types boerderijen. Bekijk hieronder de verschillende types en beantwoord bijhorende vragen.

gezinsboerderij eigenaar en huurder bewerkten samen het land

1 Welk type werd vaker aangetroffen in de eeuwen voor Christus?

2 Welk type werd vaker aangetroffen in de eeuwen na Christus?

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

aristocratisch eigendom

3 ‘Latus’ is Latijn voor ‘breed’ en ‘fundus’ is Latijn voor ‘stuk grond’. Wat zou een latifundium dan zijn?

4 Bij welk type zou je de latifundia rekenen? Waarom?

d Slavernij was erg goed ingeburgerd in het Romeinse Rijk. Telkens wanneer er nieuwe gebieden veroverd werden, werden de vijandige troepen en (een deel van) de bevolking tot slaaf gemaakt. Slaafgemaakten werden overal ingezet, dus ook in de landbouw. De verschillende types boerderijen konden hun opbrengsten op verschillende manieren verhogen. Kruis voor elk type aan welke verandering of vernieuwing de productie op korte termijn kon laten stijgen.

gezinsboerderij

beter gereedschap meer gronden, dus ook meer werkkrachten betere teeltmethodes

beter gereedschap meer gronden, dus ook meer werkkrachten betere teeltmethodes

beter gereedschap meer gronden, dus ook meer werkkrachten betere teeltmethodes

e Naarmate het rijk groeide, werden latifundia steeds belangrijker. Hun groeiende aantal werd gestimuleerd door de uitbreiding van het rijk. Welke twee factoren zouden hiervoor gezorgd hebben?

Deze evolutie zorgde ervoor dat kleine familieboerderijen verdwenen. Mensen trokken naar de stad om daar een andere bron van inkomsten te zoeken. Door het massale aantal slaafgemaakten ging men minder inzetten op vernieuwingen in de landbouw.

Romeinse Rijk, 117

steden de grens van het Romeinse Rijk

a Zoek het hedendaagse België op bovenstaande kaart. Dit gebied was ruraler verstedelijkter dan de streek rond Rome. Leg uit hoe je dit kan afleiden uit de kaart.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

b Met welke natuurlijke grenzen bakende men het rijk af?

De Romeinse stad

Bovenstaande foto’s tonen de restanten van Pompeii, misschien heb je deze al eens in het echt gezien op reis. De ruïnes geven ons een goed beeld van hoe de gemiddelde Romeinse stad er moet hebben uitgezien.

a Hoe komt het dat Pompeii zo goed bewaard is gebleven?

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

b Bij welke hedendaagse stad ligt Pompeii?

c Pompeii ontstond net als veel andere steden aan de oevers van een rivier, de Sanko. Steden ontwikkelden zich niet alleen naast rivieren, maar ook aan de kust, op locaties waar er veel grondstoffen te vinden waren en aan belangrijke handelswegen of kruispunten ervan. Het was interessant voor mensen om zich hier te vestigen en een leven op te bouwen. Kruis aan welk domein bepalend was in het ontstaan van een stad.

handel in de 2e eeuw belangrijke handelsroute over zee belangrijke handelsroute over land exportproduct belangrijke handelsstad Romeinse Rijk vis Europese economie en handel, ca. 2e eeuw

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

a Rome lag aan de rand in het centrum van de Europese handel.

b Er werden goederen en grondstoffen van over het hele rijk en daarbuiten richting Rome verscheept en vervoerd. Welke economische voordelen zou dit gehad hebben? Vergelijk dit met een dagje shoppen in de stad.

Romeinen beseften heel goed hoe belangrijk handel was en stimuleerden deze dan ook. Onderstaande foto en die op de volgende pagina tonen hoe ze een eerlijke, wereldwijde handel stimuleerden.

Een unster is een weegschaal die bestaat uit twee armen van ongelijke lengte en een gewicht dat over een van de armen verschoven kan worden. Probeer dit eens uit in de klas! Augustus voerde in het hele rijk gelijke maten en gewichten in.

c Geef twee economische voordelen van gelijke maten en gewichten.

De Romeinse munteenheid was de as. In het hele rijk kon hiermee betaald worden. Een denarius was 10 as waard, een sestertius 4 as.

d Geef twee economische voordelen van een gemeenschappelijke munt.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

e Waarmee kun je de as vergelijken?

f In het vorige hoofdstuk zag je al dat de Romeinen overal in het rijk heirbanen of heerwegen aanlegden. Natuurlijke obstakels werden zo overwonnen. Oorspronkelijk hadden deze wegen een militaire functie. Gaandeweg kregen ze ook een economische functie. Leg uit.

Romeinse brug heerweg

3 INFRASTRUCTUUR

Infrastructuur is belangrijk voor de economie. Infrastructuur is alles wat handel, transport en productie gemakkelijker maakt, bijvoorbeeld bouwwerken, machines, technische snufjes … Dit is belangrijk in een samenleving met grote steden, bijvoorbeeld om voldoende voedsel te voorzien voor de inwoners, maar ook dat dit makkelijk doorheen de stad vervoerd kan worden.

Bouwkunst

Deze Romeinse brug in het Spaanse Alcantara is bijna 2000 jaar oud. Keizer Trajanus (53-117) liet er ‘gebouwd voor de eeuwigheid’ op zetten. Wat vind je daarvan?

Het aquaduct Pont du Gard in Frankrijk werd in de 1e eeuw gebouwd. Er stroomde tot 35 miljoen liter water per dag door. 3

Een basilica was een centraal gebouw dat dienst deed als marktplaats en beursgebouw, maar ook als rechtbank. Deze werd onder keizer Constantijn (273-337) in het Duitse Trier gebouwd.

Deze triomfboog in Rome werd ter ere van keizer Titus (39-81) gebouwd.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

a Welke bovenstaande bouwwerken hadden een economische functie?

b Duid op de foto’s een typisch kenmerk aan dat in elk van de bouwwerken terugkomt. Hoe noemen we dit kenmerk?

c Zoek nog vijf andere voorbeelden van Romeinse bouwwerken waarin dit kenmerk voorkomt. Zorg ervoor dat minstens twee bouwwerken daarvan buiten het hedendaagse Italië liggen.

d De Romeinen worden vaak beschouwd als de grote vernieuwers en uitvinders. Onderstaande foto’s tonen aan dat zij zeker niet de eersten waren die dit bouwkenmerk gebruikten. Van welk volk zouden de Romeinen dit overgenomen hebben? Motiveer je antwoord.

Poort van Ashkelon (hedendaags Israël), ca. 1800 v.Chr.

Hedendaagse reconstructie van de Ishtarpoort, Babylon, 575 v.Chr.

Etruskische poort, Perugia (hedendaags Italië), 3e eeuw v.Chr.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

e Naast het gebruik van bogen, waren Romeinen ook meesters in het maken van koepels. De bekendste koepel is die van het Pantheon in Rome. Met een koepel kun je net als met een boog een ruimte overspannen. De koepel van het Pantheon overbrugt maar liefst 47 meter. Bekijk onderstaande foto’s aandachtig en los bijhorende vragen op.

1 Het Pantheon is gemaakt uit hetzelfde materiaal als veel andere Romeinse gebouwen. Welk materiaal is dit?

2 Hoe komt het dat er nog zoveel Romeinse gebouwen overeind staan?

©ArishaiTeich er

Het Romeinse Rijk wordt vaak beschouwd als de oorsprong van de westerse cultuur en beschaving. In tegenstelling tot wat velen denken, hebben zij deze (bouw)technieken niet uitgevonden, maar overgenomen van andere volkeren. Wel waren zij degenen die deze technieken overal in hun rijk gingen gebruiken. Hierdoor vinden we over het volledige grondgebied van het Romeinse Rijk dezelfde soorten gebouwen, wegen, bruggen en aquaducten terug. Zo bevorderde men de handel en overwon men natuurlijke hindernissen. Ook bepaalde zaken die wij als alledaags comfort beschouwen, werden voor het eerst door de Romeinen geïntroduceerd. Het hoge comfort en de Pax Romana brachten rust bij de burgers en in het Romeinse rijk. Dit had ook een gunstige invloed op de economie.

vloerverwarming riolering en sanitair

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

waterleidingen en pompen

LANDBOUWECONOMIE

De Romeinse samenleving was een landbouwsamenleving. In de begindagen van het Romeinse Rijk was er vooral sprake van familiebedrijven. Naarmate het Romeinse Rijk groeide, werden de boerderijen groter. Overal verschenen villa’s op het platteland met grote stukken landbouwgrond erbij. In de villa’s woonde een heer met zijn familie. Het werk op het land werd door slaafgemaakten uitgevoerd. Tijdens het keizerrijk ontstonden er ook grootschalige boerderijen, latifundia. Deze grootschaligheid was nodig om de steden te bevoorraden. Door de schaalvergroting verloren veel vrije boeren hun bedrijf. Zij trokken noodgedwongen naar de steden.

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Het gebruik van slaafgemaakten was niet altijd bevorderlijk voor de economie. Door goedkope arbeidskrachten te gebruiken werd men minder creatief. Dit remde de innovatie af.

HANDEL

Het ontstaan van grote steden en de uitgestrektheid van het rijk door de vele veroveringen maakten handel noodzakelijk. Om de steden van voldoende voedsel te kunnen voorzien, was een vaste aanvoer van landbouwproducten uit de omliggende gebieden nodig. Naarmate het Romeinse Rijk en ook de steden groeiden, moest er steeds meer van steeds verder gelegen gebieden worden ingevoerd. Naast levensnoodzakelijke goederen, zoals graan, olijfolie en wijn, werden er ook luxegoederen en slaafgemaakten verhandeld.

Scheepvaart was erg belangrijk voor de handel. Via de Middellandse Zee en grote rivieren werden veel handelswaren vervoerd. Dankzij het uitgebreide wegennet van heerwegen verliep ook de handel over land vrij vlot.

Onder Augustus begon de Pax Romana. Deze stimuleerde de handel. In plaats van te focussen op oorlogsvoering, kon men zich concentreren op de productie en handel. Een gemeenschappelijke munt en gelijke maten en gewichten zorgden ervoor dat de handel soepel verliep.

INFRASTRUCTUUR

Doorheen het Romeinse Rijk werd een hele infrastructuur aangelegd om de economie te bevorderen. In de bouwkunst kwam het functionele op de eerste plaats. Dankzij architecturale elementen zoals de rondboog en het gebruik van beton, trokken de Romeinen bruggen, aquaducten en andere grote gebouwen op. Hoewel de wegenbouw in de eerste plaats bedoeld was voor het snel verplaatsen van troepen, stimuleerde het uitstekende wegennet ook de handel. De wetenschappelijke kennis en techniek werden ten volle benut: waterleidingen, riolering en vloerverwarming gaven veel comfort. Dit zorgde voor rust, gezondheid en tevredenheid bij de bevolking, wat dan weer de economie bevorderde.

Overzicht

MINDMAP

landbouw

• landbouweconomie

• familiebedrijven

• latifundia slaafgemaakten

infrastructuur technieken

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

functionele bouwkunst • wegen

via

• internationale handel

• munt

• maten en gewichten

KENNEN EN KUNNEN

Je kunt uitleg gen waarom landbouw zo belangrijk was voor de Romeinse samenleving.

Je kent de verschillen tussen een Keltische boerderij, een boerderij uit het vroege Romeinse Rijk en een landbouwbedrijf uit het keizerrijk.

Je kent de begrippen villa en latifundium en je kunt uitleggen hoe die schaalvergroting is ontstaan.

Je kunt uitleg gen waarom slavernij heel belangrijk was voor de Romeinse economie.

Je kunt uitleg gen waarom slavernij innovatie kon afremmen.

Je kunt uitleg gen waarom een vlot transport goed is voor de handel.

Je kent de verschillende manieren van transport bij de Romeinen: de rol van de Middellandse Zee, het transport over rivieren en het transport via heerwegen.

Je kent het verband tussen de Pax Romana en de goed draaiende economie.

Je kunt enkele voorbeelden geven van rondbogen en het gebruik van beton in Romeinse bouwwerken.

Je kunt uitleg gen dat het functionele belangrijker was in de Romeinse bouwkunst dan het uitzicht van de bouwwerken.

Je kunt een aantal voorbeelden geven van Romeinse technologie.

handel

Verklarende woordenlijst en historische begrippen

A

agora de markplaats in een polis

akropolis de burcht op de heuvel van een polis ambtenaar iemand die voor de overheid werkt, kan benoemd of verkozen zijn amfitheater rond theater waarin gladiatorengevechten, jachtpartijen … gehouden werden anarchie periode of samenleving waarin er geen leiding is antropocentrisme de mens die centraal staat in de kunst, religie, filosofie … aquaduct brug waarover een rivier of kanaal geleid werd om zo nederzettingen van water te voorzien

archont

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Grieks woord voor leider of heerser

aristocratie systeem waarbij de leiding van de maatschappij in handen is van de adel (aristocraten)

artillerie wapen dat vuursteun geeft aan de grondtroepen asklepiade priester-dokters in Hellas, de priesters van Asklepios autarkie volledig zelf in de eigen behoeftes kunnen voorzien

Bbarbaren

onbeschaafde mensen, oorspronkelijk een Grieks woord om niet-Grieken aan te duiden

bard Keltische verhalenverteller die de kennis van de voorouders mondeling doorgaf binnen de stam bondgenootschap twee of meer staten of landen die zich met elkaar verbonden om een gemeenschappelijk doel te bereiken boulè politiek orgaan in Athene dat de volksvergadering voorbereidde burger volwassen inwoner van een staat met alle rechten en plichten burgeroorlog oorlog waarbij beide partijen deel uitmaken van hetzelfde volk, land of natie

Ccastellum

fort dat onderdeel was van de limes cavalerie onderdeel van het leger dat te paard vocht christianisatie proces waarbij een volk bekeerd werd tot het christendom, vaak door hun religieze symbolen christelijk te maken chronologie de opeenvolging van gebeurtenissen in de tijd; wat eerst gebeurde komt eerst, wat daarna gebeurde komt als tweede … clan verzameling van hechte families die in stamverband samenleven conservatief de dingen willen behouden zoals ze zijn consul hoogste politieke functie binnen de Romeinse Republiek cultuuroverdracht uitwisselen van culturele elementen

D

dambordpatroon

stratenplan waarbij de straten loodrecht op elkaar staan, in de vorm van een dambord democratie bestuursvorm waarbij het volk de macht heeft en beslist wie er regeert diadochen opvolgers van Alexander de Grote dictator Romeinse ambtenaar die veel macht kreeg in tijden van nood devide et impera Latijn voor ‘verdeel en heers’. De onderworpen volkeren kregen verschillende rechten zodat ze zich niet zouden verenigen tegen Rome. dodenmasker (gouden) masker dat op het gezicht van de overledene werd gelegd bij het begraven dominaat fase in het Romeinse keizerrijk waarbij de keizer als heerser en god werd beschouwd, een keizerscultus do ut des-principe ‘Ik geef opdat jij zou geven.’ De Romeinen geloofden dat de goden hen moesten helpen als ze aan hen offerden. druïde Keltische priester

EEkklesia

Atheense volksvergadering expansie uitbreiding van een staat of grondgebied, al dan niet met geweld

F

falanx

slagorde filosofie wijsbegeerte, op zoek gaan naar kennis, wijsheid en waarheid fresco muurschildering die aangebracht werd op natte plaaster

G

garum

Romeinse vissaus gemaakt van gepekelde visresten die men liet gisten gelaagde maatschappij maatschappij die opgedeeld is in verschillende lagen, elk met hun eigen rechten, plichten, macht en status generatie groep mensen die binnen een bepaalde periode geboren werd, ongeveer 15-20 jaar geometrisch meetkundig grootgrondbezit Een groot deel van de grond is in handen van een kleine groep mensen. Slaafgemaakten of pachters bewerkten het land. gymnasium (openbare) plaats waar men aan fysieke training kon doen

H

Hallstatt-cultuur

Keltische cultuur die genoemd werd naar de Oostenrijkse stad Hallstatt handel kopen en verkopen van goederen handelscentrum plaats waar handelaren samenkomen om hun goederen te verkopen, meestal in de buurt van een handelsweg of aan een kruispunt ervan heerweg Romeinse weg tussen belangrijke plaatsen, ook heirbaan genoemd heliaiai Atheense volksrechtbank die per zaak opnieuw werd samengesteld hellenisme vermenging van Griekse en Oosterse culturen in navolging van de veroveringen van Alexander de Grote

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Hellespont zeestraat tussen Klein-Azië en Europa heloten slaafgemaakten binnen de Spartaanse samenleving hiërarchie rangorde binnen een groep mensen, gebaseerd op hoeveel macht ze hebben hulpkeizer iemand die samen met de keizer het Romeinse Rijk bestuurde

Verklarende woordenlijst en historische begrippen

Iidealisering iets mooier en perfecter voorstellen dan het in werkelijkheid is ijzertijd periode in de prehistorie waarbij de meeste gebruiksvoorwerpen uit ijzer gemaakt waren

imperialisme streven van een staat of land om het gebied en de macht zoveel mogelijk uit te breiden

K

Kelten

verzamelnaam voor volkeren in West-Europa tijdens het 1e millennium v.Chr. Klein-Azië Anatolië, een gebied in het hedendaagse Turkije kolonie gebied of land dat geclaimd wordt door een ander land en waarbij de bevolking van dat ander land zich daar gaat vestigen kolonisatie proces waarbij het ene land het andere tot zijn kolonie maakt korè Grieks voor jongen kouros Grieks voor meisje kruisiging lijfstraf waarbij iemand aan een kruis gehangen werd, vooral als waarschuwing voor anderen

kuuroord plaats waar mensen heengingen om beter te worden

L

La Tène-cultuur

Keltische cultuur die genoemd is naar de Zwitserse gemeente La Tène lanista baas of leider van een gladiatorenschool latifundium grootschalige Romeinse boerderij waarop voornamelijk slaafgemaakten tewerkgesteld werden limes verdedigingslinie langs de noordergrens van het (West-)Romeinse Rijk

M

Macedonië

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

gebied ten noorden van Griekenland, valt niet volledig samen met het hedendaagse Macedonië

mare nostrum Latijns voor ‘onze zee’ maritiem alles wat te maken heeft met de zee metoiken bevolkingsgroep die in Athene woonde en verschillende plichten maar geen rechten had

Minotaurus monster uit de Griekse mythologie dat deels mens, deels stier was monotheïsme geloof in één god mythe verhaal dat uitleg geeft over goden, helden en het ontstaan van de wereld mythevorming wanneer men zaken die niet waar zijn toch als waar gaat aannemen of bestempelen, kan al dan niet bewust gebeuren mythologie geheel van de mythen van een volk

N

natuurfilosofie

tak van de filosofie die op zoek ging naar de oerstof van het leven

Verklarende woordenlijst en historische begrippen

obool Griekse munt (drachme = 6 obolen, tetradrachme = 24 obolen) oligarchie staatsvorm waarbij de macht in handen is van een kleine groep, meestal adel olympiade de periode van vier jaar die tussen de Olympische Spelen zat Olympische Spelen belangrijkste en populairste van alle panhelleense spelen orakel persoon of priester(es) die in contact stond met de goden en voorspellingen deed ostracisme Atheens systeem om personen die te machtig werden uit de polis te verbannen, schervengericht ostracon scherf waarop een naam voor het ostracisme gekrast werd ovaat Keltische ziener of voorspeller die in contact stond met de goden en geesten

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

panhelleens

term die gebruikt werd om aan te duiden dat iets voor alle Grieken gold pater familias hoofd van een Romeinse familie patriciërs bovenste klasse van de Romeinse samenleving, adel Pax Romana periode van rust en vrede die begon onder keizer Augustus pedagoog slaafgemaakte die rijke Atheense jongens begeleidde in hun onderwijs pekelen het zouten van voedsel

Peloponnesos grootste Griekse schiereiland perioken De boeren die het land van de Spartanen bewerkten. Ze waren vrij, maar hadden minder rechten dan de Spartanen. plebejers/plebs het gewone Romeinse volk polis Griekse stadstaat polychromie gebruik van meerdere kleuren polytheïsme geloof in meerdere goden pretoriaanse garde lijfwacht van de Romeinse keizers principaat eerste vorm van het Romeinse keizerrijk waarbij de keizer de eerste van de Senaat was proletariaat onderste laag van het plebs, zij die enkel hun kinderen als bezit hadden provincie veroverd Romeins gebied buiten Italië

Ptolemaeën opvolgers van Alexander de Grote in Egypte pullfactor aantrekkingsfactor waarvoor migranten naar een gebied trekken Punische oorlogen oorlogen tussen Rome en Carthago pushfactor factor die ervoor zorgt dat mensen wegtrekken uit een gebied, bijvoorbeeld oorlog Pythia priesteres die de onsamenhangende boodschap van het orakel uitsprak

Qquaestor

Romeinse ambtenaar die bevoegd was voor de staatskas R

realisme

zaken in de kunst voorstellen zoals ze in werkelijkheid zijn rechterlijke macht instellingen en personen die bevoegd zijn om recht te spreken religieus alles wat met religie te maken heeft republiek regeringsvorm waarbij de leider(s) verkozen is/zijn door het volk romanisering proces waarbij de veroverde volkeren de Romeinse taal en cultuur overnamen Rubicon rivier in Noord-Italië die bevelhebbers niet met hun legers mochten oversteken op terugweg naar Rome

Verklarende woordenlijst en historische begrippen

S sarissa

lange Macedonische speer saturnaliën feest ter ere van Saturnus scharniermoment belangrijke gebeurtenis, ontwikkeling of uitvinding die een tijdvak afsluit schiereiland Een stuk land dat net geen eiland is omdat het met een klein stuk vasthangt aan het vasteland.

Senaat politiek orgaan, Latijn voor raad van oude mannen slaafgemaakte persoon die als eigendom beschouwd werd en geen eigen rechten had Socratische methode Socrates’ methode om via vraag en antwoord tot de waarheid of kennis te komen. Spartaans streng, eenvoudig en sober spijker Keltische voedselopslagplaats staatsgodsdienst de enige officiële (en toegestane) godsdienst binnen een staat stadstaat een stad met een omliggend gebied dat als een land bestuurd wordt stamboom schematische voorstelling van familieverbanden, meestal in een boomstructuur strateeg Griekse legerleiders die later ook politiek belang kregen symmetrisch linker- en rechterhelft zijn elkaars spiegelbeeld

Ttetrarchie

regeervorm met vier keizers theater zowel toneelstuk als plaats waar toneelstukken opgevoerd worden thermen Romeinse badhuizen tijdrekening De opdeling van de tijd die mensen of culturen volgen. Deze kan verschillen per cultuur en streek. Het beginpunt is vaak religieus geïnspireerd. tijdvak afgesloten periode in het verleden die begrensd wordt door scharnierpunten tiran iemand die onwettig en gewelddadig de alleenheerschappij had verkregen tirannie alleenheerschappij, de heerschappij van een tiran torque Keltische hals- of armband uitvoerende macht instellingen en personen die de wetten uitvoeren.

V

veenlijk

lichamen die in een moeras gedeponeerd werden en later in het hoogveen teruggevonden werden, meestal ging het om mensenoffers verstedelijking proces waarbij de stad steeds verder uitdijt en gebied inneemt verstoten een kind niet erkennen of opnemen in de familie volksverhuizing het verhuizen van grote groepen mensen, al dan niet onder druk vondeling een verstoten kind dat ergens wordt achtergelaten om gevonden te worden vrijgelatene slaafgemaakte die vrijgelaten werd volkstribuun vertegenwoordiger van het plebs in de Senaat

Wwagengraf graf waarbij iemand met een wagen begraven werd wetgevende macht instellingen en personen die de wetten maken wijgeschenk geschenk aan een god of tempel als bedanking of om genezing te vragen

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Verklarende woordenlijst en historische begrippen

Inhoudstafel INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

INKIJKEXEMPLAARDIEKEURE

Eerste editie

ISBN 978 90 4865 153 5

KB D/2025/0147/086

Bestelnummer 90 606 5017

NUR 136

Thema YPJH – 4Z-BE-BEAA

Lay-out, opmaak en druk die Keure

Foto’s Shutterstock, auteurs, fotostock die Keure

Verantwoordelijke uitgever

die Keure, Kleine Pathoekeweg 3, 8000 Brugge - RPR 0405 108 325 © die Keure, 2019

Niets uit deze uitgave mag verveelvuldigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Verhuur van dit boek is niet toegelaten zonder uitdrukkelijke toestemming van de uitgever. No part of this book may be reproduced in any form by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher. This book cannot be rented out without specific permission from the publisher.

De uitgever heeft naar best vermogen getracht de publicatierechten volgens de wettelijke bepalingen te regelen. Zij die niettemin menen nog aanspraken te kunnen doen gelden, kunnen dat aan de uitgever kenbaar maken.

2

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.