2 minute read

Verhaaltje v/h slapengaan

Meer verhalen over alles

Janna de Lathouder & Anne Schneider

In het bos liggen de vrolijke avonturen voor het oprapen. Tenminste, als je bij Uil bent, die graag verwonderd wordt en dol is op nieuwe dingen ontdekken. Hij gaat er eens goed voor zitten om over al zijn belevenissen te vertellen. En Eekhoorn, die schrijft al die verhalen op om er dit boek van te maken.

Na De verhalen over alles is dit het tweede lekker dikke boek met geestige voorleesverhalen over Uil en de andere dieren van het bos. Voor kinderen vanaf 5 jaar.

Klaar voor de slaap? Start!

De hele dag had ik zitten vertellen. En daarna nog een dag. En daarna nóg een dag. En alle woorden die uit mijn snavel rolden, kropen zo het potlood van Eekhoorn in. En daarna liepen ze in mooie sierlijke letters over zijn papier. De zinnen die hij opschreef, leken wel lange tekeningen.

Nu stonden alle avonturen rotsvast op papier, om niet meer vergeten te worden. Het was een mooie stapel geworden. Daardoor kon ik zien dat we veel hebben meegemaakt.

‘En? Wat vind jij?’ vroeg ik aan Eekhoorn. ‘Is het allemaal goed afgelopen?’

Eekhoorn kreeg een grote glimlach. ‘Héél goed.’ En daar was ik het helemaal mee eens.

‘Nou, Uil, er komt nog één belangrijk moment van het verhalen schrijven: het zetten van het laatste punt.’ Maar voordat Eekhoorn dat deed, legde hij het potlood op tafel, rekte zich helemaal uit en wreef in zijn ogen. Ik was zo blij dat onze verhalen bijna af waren. In slaap vallen zou nu vast niet lukken.

‘Eekhoorn, zullen we eerst ons boek gaan lezen, voordat we dat punt zetten?’

‘Ik wil liever eerst slapen,’ gaapte Eekhoorn.

Dat vond ik jammer. Ik denk dat Eekhoorn dat aan mij kon zien.

‘Maar weet je,’ begon Eekhoorn, ‘als we dat punt zetten, dan zijn de verhalen morgen óók af. Dan kun je alles wat je hebt meegemaakt gewoon weer opnieuw beleven.’

Daar had hij natuurlijk wel gelijk in. ‘Maar dat kan toch ook nu!’ probeerde ik toch nog een keer.

‘Klopt. Maar als je eerst gaat slapen, dan kun je het morgen nog heel veel beter.’

Dat snapte ik niet helemaal.

‘Nou, weet je, iets leuks meemaken gaat nou eenmaal beter als je goed wakker bent.’

Toen Eekhoorn dat zei, kreeg ik juist veel zin in morgen. En het zou het snelst morgen worden als ik gauw ging slapen.

De volgende ochtend was het zover.

‘Uil, ben je dan nu klaar voor het belangrijke moment?’

Met een mooie zwier pakte hij het potlood op, hield het hoog in de lucht en keek mij vragend aan. Ik pakte het uiteinde van het potlood vast en samen zetten we het laatste punt van het boek. Het werd een prachtig punt.

Nu was het echt af.

Punt.

This article is from: